BORETTI M-System MKV-1780 User manual

MKV-1780
NL
FR
D
EN
GE B R U I K S A A N W I J Z I N G
NO T I C E D’E M P L O I
BE D I E N U N G S A N L E I T U N G
OP E R AT I N G I N S T R U C T I O N S
©Boretti BV
MKV-1780 Inbouw koel/vries combinatie-11

B O R E T T I B V
De Dollard 17
1454 AT Watergang
T +31(0 ) 20-43634 39
F +31(0 ) 20-4361326
S +31(0 ) 20-4363525 (service )
E info @ boret ti.com
The Netherlands
N V B O R E T T I S A
Rupelweg 16
2850 Boom
T + 32 (0) 3-4 50818 0
F + 32 (0) 3-4 5868 47
E info.be @ boret ti.com
Belgium

1. Bescherming van het milieu en adviezen voor afvoer
2. Beslissen waar u uw koelkast neerzet----------------------------
3. Uw apparaat installeren/Waarschuwingen voor gevaar------
4. Typeplaatje ---------------------------------
5. Uw apparaat op de netvoeding aansluiten-----------------------
6. Uw apparaat gebruiken-----------------------------------------------
7. Het apparaat in werking stellen-------------------------------------
8. Invriezen en conserveren van verse levensmiddelen---------
9. Reiniging en onderhoud----------------------------------------------
10. Uw koelkast gebruiken------------------------------------------------
11. Opsporen van storingen----------------------------------------------
12. Uw apparaat in een vaste keuken monteren--------------------

Lees deze instructies zorgvuldig door, zodat u snel en grondig begrijpt hoe u uw nieuwe koelkast/vriezer moet gebruiken.
Onderstreep de gedeeltes die u belangrijk vindt. Bewaar deze handleiding zodat u hem nog eens kunt nalezen of kunt
overhandigen aan een eventuele toekomstige eigenaar.
U heeft een betrouwbaar apparaat gekocht, dat vele jaren meegaat als het op de juiste manier wordt gebruikt en onderhouden.
Op de laatste pagina's van deze handleiding vindt u gedetailleerde illustraties. De prestatiegegevens op het typeplaatje hebben
betrekking op een kamertemperatuur van tussen de +1
0°C
en 38
°C.
Belangrijk!
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Het apparaat is getest op lekken, in overeenstemming met de geldende wettelijke veiligheidsvoorschriften. Als u een nieuwe
koelkast / vriezer heeft gekocht in de plaats van een oud apparaat, zorg er dan voor dat alle bestaande vergrendelingen of sloten
op het oude apparaat onklaar worden gemaakt voordat u het apparaat afvoert. Hierdoor voorkomt u dat kinderen opgesloten
kunnen raken in het apparaat.
Zorg ervoor dat het oude apparaat op een milieuvriendelijke manier wordt afgevoerd door een gespecialiseerd bedrijf, omdat het
apparaat schadelijke onderdelen in de koelvloeistof kan bevatten en deze met speciale apparatuur moet worden verwijderd.
Neem contact op met uw leverancier of met uw plaatselijke instantie.
Zorg ervoor dat het koelsysteem dat de koelvloeistof bevat, vooral de condensor op de achterkant van het apparaat, niet
beschadigd raakt tijdens het transport naar het afvalinzamelingspunt. Zodat u er zeker van bent dat de koelvloeistof niet naar
buiten lekt. De gegevens met betrekking tot de gebruikte koelvloeistof en het isolatiegas staan op het typeplaatje op het apparaat.
Als de temperatuur buiten het apparaat lager dan 15 graden is, dan stopt het vriesvak met werken. De temperatuur wordt
gemeten door de thermostaat in de koelkast en als die temperatuur hetzelfde is als de buitentemperatuur, dan start het apparaat
niet met koelen. Dat is geen probleem voor de koelkast, maar de vriezer wordt dan ook niet meer gekoeld en begint te ontdooien.

De gebruiksaanwijzing is geldig voor verschillende modellen; hierdoor kunnen er kleine verschillen zijn in de gegeven details, afhankelijk van het
type apparaat.
1. Bescherming van het milieu en adviezen voor afvoer
Verpakking
Dient om het apparaat te beschermen tijdens transport. In de verpakking zijn recyclebare materialen gebruikt. Golfkarton / karton (voornamelijk
van afvalpapier)
• Voorgevormde delen van piepschuim (CFE-vrij polystyreen)
• Folie en zakken van PE (polyethyleen)
• Bindtape van PP (polypropyleen)
Breng al het verpakkingsmateriaal naar het dichtstbijzijnde erkende afvalinzamelingspunt, zodat de verschillende materialen zoveel mogelijk
hergebruikt of gerecycled kunnen worden en illegale stort van dergelijke materialen vermeden wordt.
2. Beslissen waar u uw apparaat neerzet
Om schade aan zaken en letsel bij personen te voorkomen, moet het apparaat door twee personen worden uitgepakt en op de gekozen plaats
worden gezet. Controleer of uw nieuwe apparaat geen uitwendige schade heeft voordat u het plaatst. Als het apparaat beschadigd is, mag het in
geen geval worden ingeschakeld. Controleer het apparaat zorgvuldig op:
• Schade aan de verpakking die erop kan wijzen dat het apparaat verkeerd behandeld is tijdens het transport.
• Schade aan de buitenste behuizing.
• Zichtbare schade aan de kabel / stekker.
Laat het apparaat bij twijfel controleren door de klantenservice. Het moet in elk geval worden voorkomen dat er voor het milieu schadelijke
koelvloeistof uit de koelkast lekt als het apparaat wordt ingeschakeld.
3. Uw apparaat installeren
!
!!
!
Haal het apparaat uit de verpakking.
"!
"!"!
"!
Om onnodige verspilling van grondstoffen te voorkomen zijn de handgrepen niet voorgemonteerd op het deuren van het apparaat. Monteer
de deurhandgrepen en andere bijgeleverde onderdelen volgens de betreffende bijgesloten instructies.
#!
#!#!
#!
Verwijder alle voorwerpen uit het apparaat
$!
$!$!
$!
Verwijder alle folie en plakband voorzichtig van de behuizing.
%!
%!%!
%!
Verwijder eventuele piepschuim delen van de compressor (indien aanwezig)
&!
&!&!
&!
Haal alle documenten en accessoires uit het apparaat
'!
'!'!
'!
Reinig de binnenkant van het apparaat met lauwwarm water en azijn en droog deze grondig met een zachte doek.
• Zorg ervoor dat de leidingen voor de circulatie van de koelvloeistof op geen enkele manier beschadigd raken tijdens de installatie.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt voor het doel waarvoor het is bestemd.
• Het apparaat moet op een stabiele, horizontale ondergrond worden geplaatst. Dit is de enige manier waarop gegarandeerd kan worden dat
de koelvloeistof vrij kan circuleren en dat uw apparaat efficiënt werkt.
• Plaats uw apparaat indien nodig in een koele, goed geventileerde ruimte.
• Plaats uw apparaat niet in direct zonlicht en ook niet in een ruimte met hoge temperaturen.
• Plaats uw apparaat niet in de buurt van directe warmtebronnen, zoals radiatoren, ovens, fornuizen enz.
Als installatie naast een directe warmtebron noodzakelijk is, adviseren wij om een geschikte afstand van de warmtebron aan te houden
• Vanaf een fornuis: 3 cm
• Vanaf een oven: 30 cm
• Vanaf een koelkast: 2 cm. Blokkeer de ventilatieopeningen nooit
Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer als u het apparaat loskoppelt van de netvoeding.
Waarschuwing: Laat het apparaat minimaal 2 uur in zijn definitieve positie staan voordat u het inschakelt, zodat de circulatie van de
koelvloeistof zich kan stabiliseren en er geen problemen met de werking optreden.
Zorg dat het apparaat volledig droog van binnen is voordat u het aansluit.
Waarschuwing: Afhankelijk van de samenstelling kan de koelvloeistof licht ontvlambaar zijn. Het koelcircuit is hermetisch afgedicht en
is zeer vaak getest op mogelijke lekken.

Reparaties door ondeskundige personen kunnen leiden tot brandgevaar. Zorg ervoor dat de circulatie van de koelvloeistof op geen
enkele manier mechanisch gehinderd wordt, in het bijzonder de toegankelijke delen rond de compressor.
Het koelsysteem mag alleen gerepareerd worden door een professionele vakman. Lekkende koelvloeistof kan oogletsel veroorzaken.
Indien er koelvloeistof in de ogen komt, spoel uw ogen dan onmiddellijk uit met overvloedig water en raadpleeg een arts.
Het apparaat is volgens de klimaatklasse bedoeld voor gebruik bij bepaalde kamertemperaturen van lager dan 38
°C
4. Typeplaatje
Het typeplaatje met technische gegevens bevindt zich op de zijkant van het apparaat, aan de binnen- of buitenkant of op de achterkant van het
apparaat. Noteer de technische gegevens
Noteer hier de technische gegevens van het typeplaatje, zodat u deze bij de hand heeft zonder dat u het apparaat hoeft te verplaatsen.
• Modelnummer:---------------------------------------------------------
• Bruto capaciteit:--------------------------------------------------------
• Netto capaciteit:---------------------------------------------------------
• Werkingsvoltage:-------------------------------------------------------
• Maximaal ingangsvermogen:---------------------------------------
• Veiligheidszekering:---------------------------------------------------
• Energieverbruik:--------------------------------------------------------
• Vriescapaciteit:----------------------------------------------------------
5. Uw apparaat op de netvoeding aansluiten
Uw apparaat mag alleen worden aangesloten op een geaard stopcontact dat voldoet aan de geldende normen, en dat geïnstalleerd is door een
erkende specialist. Voordat u de stekker in het stopcontact steekt, dient u te controleren of het voltage en de veiligheidszekering voor de
hoofdzekeringdoos die vermeld staan op het typeplaatje, overeenkomen met de netvoeding in uw woning. Als deze niet overeenkomen, stel dan
onmiddellijk uw dichtstbijzijnde klantenservice of uw leverancier op de hoogt. Het apparaat mag niet worden aangesloten op een omgekeerde
gelijkrichter (d.w.z. zonnepanelen).
6. Uw apparaat gebruiken
In- en uitschakelen en niveaus op de thermostaat selecteren
Inschakelen:
Draai de temperatuurknop naar rechts. Het apparaat wordt ingeschakeld.
De compressor wordt geactiveerd tot de ingestelde temperatuur binnenin het
apparaat is bereikt.
De temperatuur moet worden ingesteld op basis van de volgende factoren:
• De kamertemperatuur van het apparaat
• De hoeveelheid voedsel
• Hoe vaak de deur van het apparaat wordt geopend
Wij adviseren een gemiddelde instelling. U zult spoedig door ervaring ontdekken wat de meest geschikte instelling voor uw wensen is.
Uitschakelen:
Draai de knop zover mogelijk naar links. De compressor wordt uitgeschakeld.
7. De vriezer in werking stellen
1. Schakel de vriezer in door de temperatuurknop naar rechts te draaien
2. Indien uw apparaat een supervriesknop heeft, schakel deze dan in.
3. Open de deur van het vriesvak niet gedurende ongeveer 4 uur, zodat de temperatuur in de vriezer tot het gewenste niveau kan dalen.
4. U kunt de vriezer nu vullen met diepvriesproducten.
5. Als u vers, gekoeld voedsel wilt invriezen, raadpleeg dan het hoofdstuk "Verse levensmiddelen invriezen / conserveren".
Waarschuwing:
• Bewaar geen vloeistoffen in flessen in de vriezer. Vloeistoffen zetten uit wanneer ze bevriezen en de fles kan dan ontploffen.

• Bewaar nooit explosieve stoffen of blikjes met ontvlambare gassen als butaan, propaan, pentaan etc. in de vriezer. Ontsnappende gassen
kunnen vlam vatten door elektrische onderdelen. Dergelijke blikjes kunnen worden herkend aan de lijst met inhoud of door de symbolen voor
brandbaarheid op het blikje zelf.
• Wanneer u diepvriesproducten bewaart, moet u de aanwijzingen van de fabrikant op de verpakking van het product volgen.
• Diepgevroren ijs mag niet onmiddellijk worden gegeten; laat het een paar minuten staan nadat u het uit de vriezer heeft gehaald, om letsel
aan lippen en tong te voorkomen. Raak de binnenwanden van de vriezer om dezelfde reden niet met natte handen aan.
• Ontdooide of licht bevroren producten moeten onmiddellijk worden gebruikt. Dergelijke producten mogen niet opnieuw worden ingevroren.
• De verpakking moet droog zijn om te voorkomen dat producten aan elkaar vast vriezen.
• Kant-en-klare diepvriesproducten moeten zodanig bewaard worden, dat ze niet in contact komen met nieuw toegevoegde producten die nog
niet bevroren zijn.
7. Instructies voor de koelkast
De betreffende instructies vindt u in één van de volgende hoofdstukken.
8. Invriezen en conserveren van verse levensmiddelen
Bijna alle verse producten zijn geschikt om in te vriezen en te bewaren in de vriezer. Voor de meest algemene producten is een bewaargids met
gegevens over acceptabele bewaartijden en de meest geschikte verpakking bijgeleverd.
Label de verse producten duidelijk, omdat ze niet makkelijk te herkennen zijn als ze bevroren zijn in doorzichtige diepvrieszakjes. Wij adviseren
om in de handel verkrijgbare etiketten voor ingevroren voedsel te gebruiken. Verpak verse producten in porties die geschikt zijn voor uw
behoeften, zodat u geen hoeveelheden hoeft te ontdooien die te groot zijn om in één dag te consumeren. Label de porties met minimaal de
volgende informatie: naam van het product, gewicht van de portie, hoeveelheid, invriesdatum en de uiterste gebruiksdatum.
Ga dan als volgt te werk:
a) Bessen, vruchten met schil, kruiden etc. moeten los neergelegd worden op het vriesplateau in het bovenste deel van de vriezer, en na
ongeveer 12 uur in diepvrieszakjes worden gedaan. Bewaar de gevulde diepvrieszakjes in een van de laden. Vers voedsel moet in de bovenste
lade worden gelegd en na ongeveer 24 uur naar een van de onderste laden worden verplaatst. Leg vers voedsel niet in direct contact met
diepgevroren voedsel. Het diepgevroren voedsel zou kunnen ontdooien en daardoor niet meer de normale bewaartijd goed kunnen blijven.
b) Vul de vriezer binnen een periode van 24 uur alleen met geschikte hoeveelheden vers voedsel voor de vriescapaciteit van uw vriezer.
Raadpleeg de informatie op het typeplaatje
c) Indien uw vriezer een supervriesknop heeft, schakel deze dan in. Dit is niet strikt noodzakelijk als u diepvriesproducten in de vriezer legt.
Waarschuwing! Schakel de supervriesknop na maximaal 24 uur uit.
d) Stel de temperatuurknop op een gemiddelde tot hoge instelling in.
e) Houd de temperatuur in de vriezer onder controle, bij voorkeur door een geschikte thermometer met een schaalverdeling tot -26 in de vriezer
te leggen. De bewaartemperatuur moet altijd minimaal -18 C zijn.
Het vriesvak opnieuw vullen met verse levensmiddelen
Zorg ervoor dat u minimaal 24 uur wacht voordat u de vriezer opnieuw vult met verse levensmiddelen, in geschikte hoeveelheden voor de
vriescapaciteit van uw vriezer.
Maximale capaciteit
Om ingevroren voedsel op de juiste manier te bewaren, mogen de laden niet helemaal tot bovenaan worden gevuld.
Stel de temperatuurknop strikt volgens de vulcapaciteit in.
Om energie te besparen bij normale kamertemperaturen, adviseren wij om de temperatuurknop op een gemiddelde stand in te stellen. Bewaartijd
De bewaartijd voor kant-en-klare diepvriesproducten is afhankelijk van het soort product en de ingrediënten. Volg de aanwijzingen van de fabrikant
op de verpakking.
Wanneer u zelf vers voedsel wilt invriezen, raadpleeg dan de BEWAARTABEL OP DE ACHTERKANT VAN DEZE HANDLEIDING. Als bevroren
levensmiddelen eenmaal ontdooid zijn, moeten ze binnen 12-24 uur gebruikt worden.

Eet geen voedsel dat over de datum is; dit kan leiden tot voedselvergiftiging.
Voorzorgsmaatregelen en adviezen
• Trek altijd de stekker uit het stopcontact of schakel de netvoeding uit wanneer u het apparaat schoonmaakt of ontdooit.
• Nadat u de deur van de vriezer heeft gesloten, mag deze niet onmiddellijk weer worden geopend; forceer de deur in geen geval om hem
open te krijgen. Het vacuüm dat gecreëerd wordt door de afdichting van de deur verdwijnt na ongeveer 1-2 minuten, waarna de deur weer
normaal kan worden geopend.
• Om condens- en ijsvorming te voorkomen moet u gekookt voedsel laten afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het deksel op het bakje
doet en het voedsel in de vriezer zet.
• Laat de deur van de vriezer zo kort mogelijk open om energieverspilling en overmatige ijsvorming in de vriezer te voorkomen.
• Gebruik nooit een schroevendraaier of ander scherp metalen gereedschap om de ijslagen te verwijderen. De binnenwanden zijn zeer
delicaat en kunnen gemakkelijk worden beschadigd door scherpe randen. Gebruik alleen plastic of houten schrapers zonder scherpe randen.
9. Reiniging en onderhoud
Trek altijd de stekker uit het stopcontact of schakel de netvoeding uit.
Reinig de buitenkant van uw koelkast/vriezer zo nu en dan met meubelpoets of met een beschermend product voor email. Reinig de
deurafdichting met warm water maar gebruik geen reinigingsmiddelen.
Maak het apparaat regelmatig schoon.
• De verschillende onderdelen in de koelkast/vriezer zijn over het algemeen niet geschikt voor de afwasmachine. Ze moeten met de hand
worden afgewassen met warm water en een beetje afwasmiddel. Gebruik het reinigingsmiddel nooit onverdund en gebruik nooit
schuurmiddelen of zuren, d.w.z. chemische reinigingsmiddelen.
• Het typeplaatje mag niet worden beschadigd en mag nooit worden verwijderd; het is van essentieel belang bij reparaties. Zorg ervoor dat er
tijdens het schoonmaken geen water op elektrische onderdelen binnenin het apparaat druppelt.
• Als er een warmtewisselaar of condensor op de achterkant van uw apparaat zit, dan moet deze regelmatig gereinigd worden. Stof en vuil
verhinderen de afvoer van warmte vanuit de binnenkant en verhogen het energieverbruik aanzienlijk. Gebruik voor de beste resultaten een
zachte borstel of een stoffer om stof van de condensor te verwijderen.
Speciale tips voor het schoonmaken van de koelkast
Maak het afvoergat in de koelkast van tijd tot tijd schoon met bijvoorbeeld een wattenstaafje, om de opening vrij te houden.
Het apparaat uitschakelen
Als uw apparaat langere tijd uitgeschakeld zal zijn, laat dan de deur open om onaangename geuren te voorkomen. Als uw apparaat een slot heeft,
stel het slot dan in op de "gesloten" positie met de deuren open en bewaar de sleutel uit de buurt van kleine kinderen om ongelukken te
voorkomen.
IJs- en rijplagen die zich op de binnenwanden vormen, werken als isolatie en verhinderen de afgifte van koude. De ijslagen moeten van tijd tot tijd
verwijderd worden. Gebruik een plastic of houden schraper zonder scherpe randen om de ijslagen van de binnenwanden te verwijderen. Haal de
laden eruit en leg een doek op de bodem van het apparaat om het ijs op te vangen, zodat het makkelijk kan worden verwijderd. De beste manier
om de ijslagen te verwijderen zonder schade toe te brengen aan uw apparaat, is het apparaat ontdooien.
Ontdooien
Onder normale omstandigheden moet het vriesvak één- of tweemaal per jaar worden ontdooid. De koelkast wordt automatisch ontdooid.
Waarschuwingen:
Gebruik nooit elektrische apparaten om uw apparaat te ontdooien, zoals een haardroger, ventilator, ontvochtigers, ontdooisprays of
voorwerpen met een open vlam.
Gebruik nooit elektrische apparaten om uw apparaat te ontdooien, zoals een haardroger, ventilator, ontvochtigers, ontdooisprays of
voorwerpen met een open vlam.
Het plastic aan de binnenkant van uw apparaat kan dan smelten en het ontsnappende gas of schuim kan in brand vliegen door vonken
of door de open vlam.

Gebruik nooit een stoomreiniger om de ijslagen in het apparaat te ontdooien (groot risico op elektrische schokken)
Ga als volgt te werk om uw apparaat te ontdooien
1. Pak een geschikte niet-metalen bak
2. Trek de stekker uit het stopcontact. Dit is verplicht
3. Droog uw handen goed af om beschadiging van uw huid door contact met ijs te voorkomen
4. Haal al het ingevroren voedsel uit de vriezer en wikkel het in kranten. Leg het in de bak en zet deze in een koele, droge ruimte.
5. Wikkel de bak in een dikke deken.
6. Verwijder de laden door deze zo ver mogelijk naar buiten te trekken en ze vervolgens licht op te tillen.
7. Schraap het dikste ijs voorzichtig uit de vriezer zoals eerder beschreven, en leg het ijs in de gootsteen.
8. Als uw apparaat is uitgerust met een druppelkanaal aan de onderkant, trek dit dan naar buiten en zet er een bak onder om het dooiwater op te
vangen.
9. Versnel het ontdooiproces zo nodig door een grote kom met warm water op de bodem van het apparaat te zetten en de deur te sluiten.
10. Als uw apparaat niet is uitgerust met een druppelkanaal, leg dan een absorberende doek onder de voorkant van het apparaat en neem het
dooiwater op met een spons.
11. Reinig de binnenkant grondig, neem deze af met warm water en een beetje azijn en spoel na met schoon water.
12. Maak de vriezer goed droog met een zachte doek en laat hem 3-4 minuten luchten.
13. Sluit de deur en doe de stekker weer in het stopcontact
14. Stel de temperatuurknop in op de maximale instelling.
15. Vul de laden weer met het ingevroren voedsel, de oudste producten bovenop.
Voer de hierboven beschreven stappen binnen maximaal twee uur uit om te voorkomen dat het ingevroren voedsel ontdooit.
10. De koelkast gebruiken
Aan- en uitzetten en de temperatuur selecteren
Wanneer u de stekker in het stopcontact steekt, wordt het apparaat ingeschakeld. U
kunt de temperatuur naar wens instellen.
Temperatuurinstellingen:
Draai de knop naar links op de laagste stand = lichte koeling
Draai de knop naar rechts naar de hoogste stand = laagste temperatuur. De temperatuur moet worden ingesteld op basis van de:
• Kamertemperatuur
• De hoeveelheid voedsel
• Hoe vaak de deur van het apparaat wordt geopend
Wij adviseren een gemiddelde instelling. U zult spoedig door ervaring ontdekken wat de meest geschikte instelling voor uw behoeften is.
Binnenverlichting:
Bij modellen met binnenverlichting is er een ingebouwde schakelaar. Wanneer de deur van de koelkast wordt geopend, gaat het licht automatisch
aan en automatisch weer uit als de deur dicht wordt gedaan. Het lampje wordt beschermd door een doorzichtig kapje. Het lampje moet maximaal
15 W zijn.
Voor het vervangen van het lampje dient u de instructies op het aparte vel of de illustratie op de laatste pagina van deze gebruikershandleiding te
volgen.
Het lampje vervangen:
Gebruik nooit een sterker lampje dan hierboven aangegeven. Het voltage op het lampje moet altijd overeenkomen met de gegevens op het
typeplaatje van uw apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.

• Neem het doorzichtige lampenkapje weg.
• Verwijder het oude lampje door het los te draaien en schroef het nieuwe lampje erin.
• Plaats het lampenkapje terug.
Temperatuurbereik:
Dankzij de natuurlijke luchtcirculatie in de koelkast is er een reeks verschillende temperaturen die geschikt zijn voor het bewaren van verschillende
voedselproducten. De koudste zones bevinden zich recht boven de saladecrisper, in het onderste gedeelte van de koelkast en tegen de
achterwand. De warmste zones zijn in het bovenste gedeelte aan de voorkant en in de deur. Plaats het voedsel volgens de volgende tabel en
bewaar het niet te dicht naast elkaar, zodat de lucht vrij kan circuleren.
Voedsel in de koelkast bewaren (van boven naar onder)
1. Deurvakken
a) Boter, kaas
b) Eieren
c) Kleine potjes of flesjes, blikjes, specerijen
d) Grote flessen, blikken
2. Koelvak (schappen en crisper)
a) Conserven
b) Gebak, kant-en-klare producten
c) Zuivel / vlees en worstjes
d) Groenten, fruit en salade
• Voedsel dat afgeeft of absorbeert, met een lichte geur of smaak en vloeistoffen, moet altijd in afgesloten bakjes of in de genoemde
verpakkingen worden bewaard. Alcoholische dranken moeten goed gesloten worden bewaard.
• Groenten, fruit en salade kunnen onverpakt in de saladecrispers worden bewaard.
• Plastic en aluminiumfolie dat opnieuw kan worden gebruikt, is geschikt voor het verpakken van voedsel, evenals metalen of glazen bakjes.
• Laat warme levensmiddelen en dranken altijd buiten de koelkast afkoelen.
11. Opsporen van storingen:
Dankzij het kwalitatief hoogstaande productieproces en het gebruik van de nieuwste koel- en vriestechnologie zal uw apparaat in principe
probleemloos werken. Als u vermoedt dat er een defect is, controleer dan of u alle instructies en adviezen in deze gebruikershandleiding heeft
opgevolgd voordat u contact opneemt met de dichtstbijzijnde klantenservice of uw leverancier.
Let op:
De compressor mag niet continu werken. Deze wordt bestuurd door een thermostaat waarmee u de temperatuur instelt. In elke compressor kan
geluid worden gehoord als het koelsysteem werkt. Deze geluiden worden geproduceerd wanneer de motor in de compressor draait en door de
koelvloeistof die door de leidingen stroomt. Deze geluiden zijn normaal en wijzen niet op een storing in de werking van het apparaat.
In onverwarmde ruimtes en bij koud weer kan er condens op de buitenwanden van het apparaat ontstaan. Dit betekent niet dat er een storing is.
De condens verdwijnt wanneer de temperatuur stijgt.
Bel pas de klantenservice als na analyse van de mogelijke storingsfactoren, u geen enkele oorzaak voor het defect kunt vinden en u de storing
niet kunt verhelpen.
a) Het apparaat werkt niet (het draait niet)
• Is de stekker intact en goed in het stopcontact gestoken?
• Is er elektriciteit? (controleer dit door een klein apparaat aan te sluiten)
• Is het apparaat ingeschakeld? (de temperatuurknop moet niet ingesteld zijn op "0")
In geval van een storing of een stroomuitval biedt de isolatie in de wanden van het apparaat 2 tot 5 uur bewaartijd voor de ingevroren
producten.
Er is aanzienlijk meer tijd gegarandeerd bij speciaal geïsoleerde apparaten. Vraag uw leverancier wat de betreffende "Bewaartijd in noodgevallen"
is.

Als het langer duurt om een probleem te verhelpen, begint het ingevroren voedsel in het apparaat te ontdooien. Neem daarom onmiddellijk actie
om het probleem te verhelpen en breng het ingevroren voedsel zo mogelijk over naar een andere vriezer (misschien een andere koelkast) b) Uw
apparaat koelt niet voldoende. In invriezen duurt te lang en de compressor draait te vaak
Controleer het volgende:
• Weet u zeker dat de koelkast / vriezer minimaal 2 uur heeft gestaan voordat u deze inschakelde? (Om de circulatie van de koelvloeistof te
stabiliseren) zie "In werking stellen".
Zo niet, trek dat de stekker uit het stopcontact en til het apparaat aan één kant op met de deur gesloten; d.w.z. kantel het apparaat korte tijd en zet
het weer op zijn pootjes. Steek na 2 uur de stekker weer in het stopcontact. Open de deur niet gedurende ongeveer 12 uur.
De deur sluit niet goed en is niet goed afgedicht. Test: plaats een vel papier tussen de afdichting en de behuizing en sluit de deur. Het moet
moeilijk zijn om het papier eruit te trekken aan één of meerdere zijden. Bel uw dichtstbijzijnde klantenservice.
• Zware ijsvorming op de binnenwanden van de vriezer (zie "reiniging en onderhoud")
• Het apparaat is blootgesteld aan direct zonlicht of in de buurt van een directe warmtebron geplaatst.
• Bescherm het apparaat tegen direct zonlicht / controleer de afstand vanaf de dichtstbijzijnde warmtebron / plaats een isolatieplaat tussen het
apparaat en de warmtebron. (zie "beslissen waar u uw koelkast neerzet" )
• De vriezer is gevuld met een hoeveelheid vers voedsel die niet overeenkomt met de vriescapaciteit die vermeld staat op het typeplaatje.
• Werkt de ventilatie wel goed, is het ventilatierooster afgedekt of zit de condensor op de achterkant vol met stof?
c) Het apparaat maakt te veel lawaai:
Controleer a.u.b.:
• Staat de kast horizontaal en stabiel en trillen naastliggende voorwerpen of meubels door de kast? Zorg ervoor dat alles aan de achterkant vrij
is; buig eventuele delen die de kast raken terug.
Opmerking: Licht borrelende geluiden zijn normaal bij dit type koelsysteem.
Waarschuwing:
U mag nooit zelf technische reparaties of pogingen daartoe ondernemen aan uw apparaat.
12. Uw apparaat laten repareren:
Eventuele reparaties of ingrepen aan het apparaat mogen uitsluitend worden uitgevoerd door uw dichtstbijzijnde servicecentrum, omdat
de gebruiker anders aanzienlijke risico's loopt en de garantie mogelijk niet langer geldig is.
Raadpleeg de bijgesloten garantiekaart of de apart bijgesloten lijst met klantenservicecentra om te zien welk bedrijf verantwoordelijk is voor
reparaties aan uw apparaat.
Als er geen indicatie van het dichtstbijzijnde servicecentrum in de bijgeleverde documentatie staat, neem dan contact op met uw leverancier.
Reparaties door het servicecentrum om storingen op te lossen die zijn opgetreden doordat de informatie en adviezen in deze
gebruikershandleiding niet zijn opgevolgd, zullen worden doorberekend aan de klant en vallen niet onder de garantie. Om onmiddellijke hulp te
krijgen dient u de volgende belangrijke gegevens bij de hand te hebben om uw apparaat te identificeren.
• Modelnummer
• Aankoopdatum
• Naam en adres van uw leverancier
• Beschrijving van het probleem
13. Garantie:
De algemene voorwaarden en de duur van de garantie staat vermeld op de garantiekaart.
14. Uw apparaat in een vaste keuken inbouwen
De betreffende instructies zijn bijgeleverd bij de handleidingen van de andere apparaten.
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling van alle producten. De vormgeving, instelling en technologie zijn daarom
onderhevig aan wijziging zonder voorafgaande kennisgeving.

BEWAARTABEL
Vers voedsel Geschikte verpakking Geschatte bewaartijd in weken
2-3 4 6 8 10-12
Gehakt > Polyethyleen zakje >
(
Saucijzen > Polyethyleen zakje >
(
Kleine moten vis > Polyethyleen zakje >
(
Hart / lever > Polyethyleen zakje >
(
IJs > Plastic bak >
(
Fruit > Plastic bak >
(
Kaas > Polyethyleen zakje >
(
Brood > Polyethyleen zakje >
(
Grote vis > Polyethyleen zakje >
(
Cake / Koekjes > Glazen bakje >
(
Varkensvlees > Aluminiumfolie >
(
Rundvlees > Aluminiumfolie >
(
Lamsvlees > Aluminiumfolie >
(
Champignons > Polyethyleen zakje >
(
Asperges > Polyethyleen zakje >
(
Groenten > Polyethyleen zakje >
(
Aardbeien > Polyethyleen zakje >
(
Vlaai > Aluminiumfolie >
(
Kip > Aluminiumfolie >
(
Kalkoen > Aluminiumfolie >
(
Eend > Aluminiumfolie >
(
Gans > Aluminiumfolie >
(
Bloemkool > Polyethyleen zakje >
(
Bonen > Polyethyleen zakje >
(
Paprika's > Polyethyleen zakje >
(
Conserven > Glazen bakje >
(
Ingemaakt fruit > Glazen bakje >
(
Waterijsjes > Aluminiumfolie >
(
Opmerkingen: Bovenstaande gegevens zijn alleen als richtlijn bedoeld; ze zijn niet geschikt voor alle situaties.

® Bedieningspaneel en lampje © Schappen voor levensmiddelen
© Houders voor vers voedsel ® Lades
© Flessenhouder
Schematische weergave van de koelkast
Deze weergave kan licht afwijken van de indeling van de koelkast die u zojuist heeft gekocht als
gevolg van technische verbeteringen.





Het apparaat plaatsen en installeren
1. Controleer nadat u het apparaat heeft uitgepakt, of de netvoeding hetzelfde is als de waarde die staat aangegeven op het
typeplaatje.
2. Als de draairichting van de deur goed is, ga dan door naar punt 2. Als dit niet het geval is, kunt u de plaats van de scharnieren
omkeren. Hiervoor legt u de koelkast voorzichtig op de achterkant. Gebruik afstandsstukken om te voorkomen dat de leidingen van
de condensor platgedrukt worden en de compressor beschadigd wordt.
2a Verwijder de pen van het onderste scharnier P.
2b Verwijder het onderste scharnier A en de onderste deur.
2c Verwijder de middelste twee scharnieren A en B en maak de bovenste deur los.
2d Verwijder het bovenste scharnier B en bevestig het scharnier A aan de tegenoverliggende kant.
2e Verwijder de middelste steun L.
2f Monteer de middelste steun L aan de tegenoverliggende kant.
2g Bevestig de middelste scharnieren A en B aan de linkerkant.
2h Plaats de bovenste en onderste deur en de bijbehorende scharnieren terug.
Denk aan het volgende als u het apparaat installeert:
A Installeer het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingen, radiatoren, fornuizen etc. of in direct zonlicht.
B Zorg ervoor dat eventueel water op de achterwand van het koelvak in het afvoerkanaal stroomt tijdens de automatische ontdooiing.
C Laat het apparaat, nadat u het op zijn plaats heeft gezet, minimaal een uur staan voordat u het op de netvoeding aansluit.
D Controleer of het apparaat goed werkt voordat u er voedsel in legt.
WAARSCHUWING: INSTALLEER HET APPARAAT NIET IN DE BUURT VAN WARMTEBRONNEN EN LAAT EEN RUIMTE VAN
MINIMAAL 5 CM BOVEN HET APPARAAT VRIJ. ER MOET EEN LUCHTINGANG VAN MINIMAAL 200 CM2 GEÏNSTALLEERD ZIJN
IN DE PLINT VAN DE KAST.
INSTALLATIE IN HET INBOUWMEUBEL
De afmetingen van het inbouwmeubel moeten overeenkomen met de afmetingen in de afbeelding. 3a plaats het apparaat in het
inbouwmeubel tegen het zijpaneel naast de opening. 3b pas de pootjes zodanig aan, dat het bovenste paneel de koelkast niet raakt, en
monteer het bovenste gedeelte van de koelkast met de bijgeleverde schroeven in het voorgeboorde paneel boven de voorste rand.
3c Veranker het midden van het apparaat aan de wand van het meubel met behulp van de speciale haken.
3d Bevestig de twee onderste voetjes in de gaten in de onderkant van het inbouwmeubel.
3e Bevestig waar geleverd de kunststof pakking.
3f Monteer onderdeel X met schroeven op de deur van het apparaat.
3g Bevestig het schuifdeel Y met schroeven, nadat u de deur van het meubel heeft uitgelijnd.


Notice d'instructions
1
1. Protection de l'environnement et conseils pour la mise au rebut ....................................................................... 2
2. Où placer le réfrigérateur-congélateur.................................................................................................................. 2
3. Installation de l'appareil électroménager/Consignes de sécurité ....................................................................... 3
4. Plaque signalétique................................................................................................................................................ 3
5. Branchement de l'appareil électroménager au secteur....................................................................................... 3
6. Utilisation de l'appareil électroménager................................................................................................................ 3
7. Mise en marche du congélateur............................................................................................................................ 4
8. Congélation/conservation des aliments frais ....................................................................................................... 4
9. Nettoyage et entretien ........................................................................................................................................... 5
10. Utilisation du réfrigérateur ................................................................................................................................... 6
11. Résolution des problèmes ................................................................................................................................... 6
12. Installation dans une cuisine encastrée ............................................................................................................. 7
Lisez attentivement ces instructions pour comprendre, rapidement et intégralement, comment utiliser votre nouveau
réfrigérateur/congélateur. Soulignez les parties qui vous semblent particulièrement importantes. Conservez cette notice afin
de pouvoir la consulter plus tard ou la passer à d'éventuels nouveaux utilisateurs.
Vous avez acheté un appareil électroménager fiable que vous conserverez pendant de nombreuses années si vous l'utilisez
et le conservez correctement. Vous pourrez trouver les dessins détaillés à la dernière page de cette notice. Les informations
relatives aux prestations indiquées sur la plaque signalétique correspondent à une température ambiante comprise entre
+10 °C et +38 °C.
Important !
Cet appareil électroménager est réservé à un usage domestique.
L'appareil électroménager a subi des essais contre les fuites conformément aux normes de sécurité en vigueur.
Si vous avez acheté ce nouveau réfrigérateur/congélateur pour remplacer un ancien appareil électroménager, vérifiez que
vous avez bien enlevé toutes les serrures ou les loquets avant la mise au rebut. Cela permettra d'éviter que des enfants
puissent rester enfermés à l'intérieur.
La mise au rebut de votre ancien appareil électroménager, par l'intermédiaire d'une entreprise spécialisée dans la protection
de l'environnement, est fondamentale car son réfrigérant peut contenir des substances dangereuses et il doit être vidé au
moyen d'appareils spécialisés. Informez-vous auprès de votre revendeur ou des autorités locales.
Veillez à ce que le système de réfrigération contenant le réfrigérant, en particulier le condensateur situé à l'arrière de
l'appareil électroménager, ne soit pas endommagé durant le transport jusqu'au site de mise au rebut, afin d'être certain qu'il
n'y a pas eu de fuite de réfrigérant. La plaque signalétique apposée sur l'appareil électroménager contient des informations
supplémentaires sur le réfrigérant utilisé et sur l'agent propulseur d'isolation.
Table of contents
Languages:
Other BORETTI Freezer manuals