SB SB4636 User manual

Inductiekookplaat
SB4636
nl/en/de

2
Nederlands 6
1. Veiligheidsmaatregelen 6
2. Algemeen productoverzicht 8
2.1 Bedieningspaneel 9
3. Over koken met inductie 11
4. Het gebruik van de inductiekookplaat 14
4.1 Boost functie 15
4.2 Kinderslot functie 15
4.3 Timer 17
5. Foutmelding 19
6. Onderhoud en reiniging 24
7. Installatie 26

3
1. Safety warnings 34
2. Product overview 36
2.1 Control panel 37
3. A word on induction cooking 39
4. Using your induction hob 42
4.1 Boost function 43
4.2 Child lock function 43
4.3 Timer 44
5. Failure and solution 47
6. Care and cleaning 51
7. Installation 53
English 34

4
Deutsch 60
1. Sicherheitshinweise 60
2. Allgemeine Produktansicht 62
2.1 Bedienfeld 63
3. Über das Kochen mit Induktion 65
4. Einsatz des Induktionskochfeldes 68
4.1 Maximaleinstellung 69
4.2 Kindersicherung 69
4.3 Timer 71
5. Fehleranzeige und Prüfung 73
6. Pege und Reinigung 78
7. Einbau 80

5

6 - NL
Uw veiligheid is belangrijk voor ons. Lees deze informatie zorgvuldig door voordat u uw
kookplaat in gebruik neemt.
• H
et apparaat is niet geschikt voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met
lichamelijke, zintuiglijke en verstandelijke beperkingen, of gebrek aan ervaring en kennis,
tenzij zij worden voorzien van toezicht en begeleiding bij het gebruik van het apparaat
door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen onder toezicht
mogen niet met het apparaat spelen.
• W
aarschuwing: Als het oppervlak gebarsten is, schakel het apparaat dan uit om de
mogelijkheid van elektrische schokken te voorkomen, aangezien glas-seramiek of
soortgelijke kookplaten beschermen voor delen onder spanning.
• W
aarschuwing: Er mag geen stoomreiniger worden gebruikt.
• M
etalen voorwerpen zoals messen, vorken, lepels en deksels mogen niet op de kookplaat
worden geplaatst, doordat deze heet kunnen worden.
• S
chakel de onderdelen van de kookplaat uit na gebruik en vertrouw niet op de
panherkenning.
• H
et apparaat mag niet worden bediend met een externe timer of een apart
afstandsbediening.
• B
randgevaar: Plaats geen onderdelen op de kookoppervlakten.
• L
et op: Het kookproces moet onder toezicht gebeuren. Korte kookprocessen moeten
continue onder toezicht worden gestaan.
• W
aarschuwing: Koken zonder toezicht op een fornuis met dierlijk vet of olie kan gevaarlijk
zijn en brand veroorzaken.
• A
ls het netsnoer is beschadigd, moet het worden vervangen door de fabrikant of een
geautoriseerde serviceagent of een vergelijkbaar gekwaliceerd persoon om elk mogelijk
gevaar te vermijden.
• W
aarschuwing: Het apparaat en de toegankelijke onderdelen kunnen tijdens gebruik
extreem heet worden.
• Z
org ervoor dat u de verwarmingselementen niet aanraakt.
• W
aarschuwing: Brandgevaar: Bewaar geen voorwerpen op de kookoppervlakten.
• D
e stroomkabel is na montage niet meer toegankelijk.
1. Veiligheidsmaatregelen Nederlands

NL - 7
• D
it apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en personen met
fysieke, sensorische of mentale beperkingen of gebrek aan ervaring en kennis, mits ze
onder toezicht staan of zijn geïnstrueerd over het veilige gebruik van het apparaat en de
gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud
mogen niet zonder toezicht door kinderen worden uitgevoerd.
• H
oud kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt van het apparaat, tenzij ze constant onder
toezicht staan.
• W
aarschuwing: Koken zonder toezicht op een fornuis met dierlijk vet of olie kan gevaarlijk
zijn en brand veroorzaken.
• P
robeer brand nooit met water te blussen, maar schakel het apparaat uit en bedek de
vlam met bijvoorbeeld een deksel of blusdeken.
• L
et op: Het kookproces moet onder toezicht gebeuren. Korte kookprocessen moeten
continue onder toezicht worden gestaan.
• W
aarschuwing: Alleen de kookplaatbeschermers die door de fabrikant van het
kooktoestel of in de gebruiksaanwijzing zijn gespeciceed als geschikt voor gebruik, of
die bij het apparaat zijn geleverd, mogen worden gebruikt. Het gebruik van ongeschikt
afschermingen kan ongelukken veroorzaken.
• Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet voordat u werkzaamheden of onderhoud
aan het apparaat uitvoert.
• Aansluiting op een goed aardingssysteem is essentieel en verplicht.
• Modicaties van het huishoudelijke bedradingssysteem mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door een gekwaliceerde elektricien.
• Wees voorzichtig - het paneel heeft scherpe randen.
Bedankt
Bedankt voor de aanschaf van de nieuwe inductiekookplaat. Wij raden u aan de tijd te nemen
om deze gebruiks- en installatiehandleiding te lezen om volledig te begrijpen hoe de kookplaat
werkt en hoe deze moet worden opgesteld. Lees voor installatie het installatiegedeelte. Lees
voor gebruik alle veiligheidsinstructies zorgvuldig door en bewaar deze (installatiehandleiding)

8 - NL
2.1 Aanzicht van boven
2. Algemeen productoverzicht

NL - 9
2.2 Bedieningspaneel
AKookzone keuzetoets
BKinderslot
DVermogen / Tijd insteltoets
FTimer toets
Knop Omschrijving
EPower Boost toets
CAAN/UIT toets
B

10 - NL
Vermogen kookzone
Kookzone Maximum Vermogen
(220-240V ~50/60Hz)
1200-1500 W
2300-2600 W
7000 W (230V~)
Totaal nominaal
vermogen
2300-2600 W
1200-1500 W

NL - 11
Koken met inductie is een veilige, geavanceerde en zuinige kooktechnologie. Het werkt door
niet indirect door het glazen oppervlak te verwarmen maar door de elektromagnetische
trillingen die warmte rechtstreeks in de pan genereren. Het glas wordt pas heet door de
warmte van de pan.
Voor gebruik van uw nieuwe inductiekookplaat
• Lees deze handleiding en let in het bijzonder op het hoofdstuk "Veiligheidsmaatregelen".
• Verwijder de beschermfolie die mogelijk op de inductiekookplaat zit
De touchscreen-bediening gebruiken
• De bedieningselementen reageren op aanraking, zodat u geen druk hoeft uit te oefenen.
• Gebruik het uitpuilende deel van uw vinger, niet de punt van uw vinger.
• Bij elke aanraking hoort u een pieptoon.
• Zorg ervoor dat de bedieningselementen altijd schoon en droog zijn en dat er geen
voorwerpen op liggen (bijv. een kom of doek). Zelfs een dun laagje water kan de werking
van de bedieningsknoppen bemoeilijken.
3. Over koken met inductie
IJzeren pan
Magnetisch circuit
Keramische glasplaat
Geleidende spoel
Geleide stromen

12 - NL
Keuze van de correcte pannen
• Gebruik voor inductiekoken alleen kookgerei met een geschikte
bodem. Zoek het inductiesymbool op de verpakking of pan.
• U kunt controleren of uw kookgerei geschikt is door een
magneettest uit te voeren. Duw een magneet tegen de bodem
van de pan. Als de pan eraan trekt, is de pan geschikt voor
inductie.
Als u niet beschikt over een magneet:
1. Giet wat water in de pan die u wilt controleren.
2. Als het display niet knippert en het water wordt heet, is de pan geschikt.
• Kookgerei gemaakt van de volgende materialen zijn niet geschikt: puur roestvrij staal,
aluminium of koper met magnetische voet, glas, hout, porselein, keramiek een aardewerk.
Gebruik geen kookgerei met gekartelde randen of gebogen bodem.
Zorg ervoor dat de bodem van uw pan glad is, dat het plat op het glas ligt en dat het even
groot is als de kookzone. Gebruik pannen zo groot als de oppervlakte van de geselecteerde
kookzone. Bij gebruik van een grotere pan wordt vermogen van maximale capaciteit gebruikt.
Als u een kleinere pan gebruikt, kan de capaciteit lager zijn bij de kookplaat van 140mm.
Centreer de pan altijd op de kookzone.

NL - 13
Til de pannen altijd op van de inductiekookplaat - verschuif ze niet, anders kunnen ze krassen
op het glas veroorzaken.

14 - NL
Starten met koken
1. Raak de AAN/UIT toets 3 seconden aan. De kookplaat zal één keer zoemen
en "-" weergeven om de stand-bymodus aan te geven.
Opmerking: Als u de kookzone en het vermogensniveau niet binnen een minuut
selecteert, wordt de kookplaat automatisch uitgeschakeld.
2. Plaats een pan die geschikt is voor inductiekoken op de kookzone en
zorg ervoor dat de bodem van de pan en het kookoppervlak schoon en
droog zijn.
3. Raak de selectietoets van de verwarmingszone aan; de indicator
naast de toets gaat knipperen.
4. Gebruik de vermogensstand (D) om het vermogen te selecteren en begin met koken. U
kunt dit tijdens het koken naar wens wijzigen.
Als het display voor temperatuurinstelling afwisselend knippert met het symbool
Het betekent dat:
• U heeft geen pan op de juiste kookzone geplaatst, of
• de pan die u gebruikt is niet geschikt voor inductiekoken, of
• de plan is te klein of niet goed gecentreerd op de kookzone.
Als er geen geschikte pan op het kookoppervlak staat, wordt er niet verwarmd. Het scherm
gaat automatisch uit na 2 minuten als er geen geschikte pan wordt geplaatst.
4. Gebruik van de inductiekookplaat
power down power up

NL - 15
Wanneer u klaar bent met koken
1. Selecteer kookzone (A).
2. Wanneer u op de toets "-" drukt, gaat de vermogensstand terug naar vermogen "0".
Opmerking: "H" geeft aan welke kookzone heet is. Deze markering verdwijnt wanneer het
oppervlak een veilige temperatuur heeft bereikt. Hij kan ook worden gebruikt als energie
besparende functie, als je een andere pan wilt verwarmen of de hete plaat wilt gebruiken die
nog heet is.
4.1 De Power Boost functie gebruiken
De Power Boost functie activeren
1. Selecteer de verwarmingszone door de selectietoets (A) aan te raken.
2. Als u de Power Boost controle toets (E) aanraakt, wordt de zone-indicator teken "B"
weergegeven en bereikt het vermogen het maximum.
Power Boost functie annuleren
1. Raak de relevante zoneselectietoets (A) aan die u wilt annuleren.
2. Raak de Power Boost controle toets aan, de kookzone keert terug naar het aanvankelijke
niveau.
• Deze functie kan in elke kookzone werken.
• Na 5 minuten keert de kookzone terug naar het aanvakelijke niveau.
4.2 Gebruik van de Kinderslotfunctie
• U kunt het bedieningspaneel vergrendelen om ongewenst gebruikt te voorkomen (bijv.
kinderen die er ongeluk de kookzones aanzetten)
• Als het bedieningspaneel vergrendeld is, zijn alle bedieningselementen behalve de AAN/
UIT-knop uitgeschakeld.
Het bedieningspaneel vergrendelen
Druk gedurende 3 seconden op toetsvergrendeling. De timerindicator zal het "Lo" teken tonen.

16 - NL
Het bedieningspaneel ontgrendelen
1. Zorg ervoor dat de inductiekookplaat is ingeschakeld.
2. Tik op toetsvergendeling en houd deze een tijdje vast.
3. U kunt nu uw inductiekookplaat gebruiken.
Wanneer de kookplaat zich in de vergrendelingsmodus bevindt, zijn alle toetsen behalve
AAN/UIT uitgeschakeld. In geval van nood kunt u de kookplaat altijd uitschakelen met
de knop AAN/UIT, maar u moet de kookplaat eerst ontgrendelen voor de volgende handeling.
Detectie van kleine voorwerpen
Als er een ongeschikte maat of een niet-magnetische houder (bv. aluminium) of een ander
klein onderdeel (bijv. mes, vork, sleutel) op de kookplaat achterblijft, zal de kookplaat
automatisch binnen 1 minuut naar stand-by schakelen. De ventilator blijft nog 1 minuut koken
op de inductiekookplaat.
Automatische uitschakelbeveiliging
Automatische uitschakelig is een veiligheidsfunctie voor uw inductiekookplaat. Het wordt
automatisch uitgeschakeld als u vergeet het koken koken te beëindigen. Standaard
werkingstijden voor verschillende vermogensniveaus worden weergegeven in deze tabel:
Vermogensstand 1 ~ 3 4 ~ 6 7 ~ 8 9
Standaard timer voor werking (uren) 8 4 2 2
Wanneer de pan wordt verwijderd, kan de inductiekookplaat het verwarmen onmiddelijk
stoppen en zal de kookplaat na 2 minuten automatisch uitschakelen.
Personen met een pacemaker dienen hun arts te raadplegen alvorens dit apparaat te
gebruiken.

NL - 17
4.3 De timer gebruiken
U kunt de timer op twee verschillende manieren gebruiken:
• U kunt het gebruiken als een kookwekker. In dit geval zal de timer geen enkele kookzone
uitschakelen als de ingestelde tijd om is.
• U kunt het instellen om de kookzone uit te schakelen nadat de ingestelde tijd is
verstreken.
• U kunt de timer instellen op maximaal 99 minuten.
Gebruik van de timer als kookwekker
Als u geen kookzone selecteert:
1. Zorg ervoor dat de inductiekookplaat is ingeschakeld.
Let op: zelfs als u geen kookzone selecteert, kunt u de minuutherinnering gebruiken.
2. Raak de timer toets aan, in het timer display gaat "10" branden en de "1" knippert.
3. Stel de timer in door tijd insteltoets (D) te verschuiven.
4. Druk opnieuw op de timer toets. De "0" knippert nu.
5. Stel de timer in door de tijd insteltoets te verschuiven.
6. Zodra de tijd is ingesteld, begint deze onmiddelijk af te tellen. De resterende tijd wordt op
het scherm weergegeven.
7. Het geluidssignaal klinkt gedurende 30 seconden en de timerindicator gaat uit als de
ingestelde tijd voorbij is.
De timer instellen om één of meer kookzones uit te schakelen
Als de timer is ingeschakeld op één zone:
1. Druk op de zoneselectietoets (A) om de kookzone in werking te selecteren.
2. Raak de timer toets aan, in het timer display gaat "10" branden en de "1" knippert.
3. Stel de timer in door tijd insteltoets (D) te verschuiven.
4. Druk opnieuw op de timer toets. De "0" knippert nu.
5. Stel de timer in door de tijd insteltoets te verschuiven.
6. Zodra de tijd is ingesteld, begint deze onmiddelijk af te tellen. De resterende tijd wordt op
het scherm weergegeven.

18 - NL
Opmerking: De rode stip naast de vermogensniveau indicator gaat branden om aan te geven
dat de zone is geselecteerd.
7. Wanneer de kookwekker aoopt, wordt de bijbehorende kookzone automatisch
uitgeschakeld. Andere kookzones blijven werken als ze eerder zijn ingeschakeld.
8. De stappen voor het instellen van meerdere zones zijn vergelijkbaar met de stappen
voor het instellen van één zone; Wanneer u de tijd voor meerdere kookzones
tegelijkertijd instelt, dan branden de decimale puntjes van de relevante kookzones. De
minuutweergave toont de min. timer. De stip van de corresponderende zone knippert.
De timer uitschakelen
1. Druk op de zoneselectietoets (A) van de kookzone waarvan je de timer wilt uitschakelen
2. Druk op de timer toets (F).
3. Verschuif de tijd insteltoets (D) om de tijd op "00" te zetten, de timer is nu uitgeschakeld.
Energiebeheerfunctie
Het is mogelijk om een maximaal vermogen voor de inductiekookplaat in te stellen, waarbij
u kunt kiezen uit verschillende vermogens. Inductiekookplaten kunnen zichzelf automatisch
begrenzen om op een lager vermogensniveau te werken, om het risico van overbelasting te
voorkomen. Om de energiebeheerfunctie te openen:
1. Zet de kookplaat aan en druk tegelijkertijd op de boost en kinderslot toetsen.
2. Druk vervolgens op het kinderslot.
3. Druk tegelijkertijd nogmaals op de boost en kinderslot toetsen.
4. Druk vervolgens op de boost-toets om het vermogensbereik te wijzigen. Er zijn 5
vermogensniveaus. De timerindicator laat er een zien. Het maximale vermogen is 1 (2,8
kW), 2 (3,5 kW), 3 (4,5 kW), 4 (5,8 kW) of 5 (7,0 kW).
Schakel vervolgens de kookplaat uit om te bevestigen en de energiebeheerfunctie af te sluiten.

NL - 19
5. Foutmelding
De inductiekookplaat is voorzien van een zelfdiagnosefunctie. De technicien kan met deze
test de werking van verschillende onderdelen controleren zonder de kookplaat van het
werkoppervlak af te halen of te demonteren.
Foutcode Oorzaak Maatregel
E1 Voedingsspanning is hoger dan de
nominale spanning.
Controleer a.u.b. of de voeding normaal
is. Schakel in nadat de voeding normaal
is.E2 Voedingsspanning is lager dan de
nominale spanning.
E3 Hoge sensortemperatuur van de
keramische plaat. (1#)
Wacht totdat de temperatuur van de
keramische plaat terugkeert naar
normaal.
Raak de toets “AAN/UIT” aan om
het apparaat opnieuw te starten.
E4 Hoge sensortemperatuur van de
keramische plaat. (2#)
E5 Hoge temperatuur van de IGBT.
(1#)
Wacht totdat de temperatuur van de
IGBT terugkeert naar normaal. Raak de
AAN/UIT toets aan om het apparaat
opnieuw op te starten. Controleer of
de ventilator soepel draait, zo niet,
vervang deze.
E6 Hoge temperatuur van de IGBT.
(2#)
F3/F6 Storing temperatuursensor
keramische plaat-kortsluiting.
(F3 voor 1#,F6 voor 2#)
Controleer de verbinding of vervang de
temperatuursensor van de keramische
plaat.
F4/F7 Storing temperatuursensor
keramische plaat--open circuit.
(F4 voor 1#,F7 voor 2#)
F5/F8 Storing temperatuursensor
keramische plaat—ongeldig.
(F5 voor 1#,F8 voor 2#)

20 - NL
Foutcode Oorzaak Maatregel
F9/FA Storing temperatuursensor van de
IGBT. (kortsluiting/open circuit
voor 1#)
Vervang de voedingskaart.
FC/FD Storing temperatuursensor van de
IGBT. (kortsluiting/open circuit
voor 2#)
Fout Probleem Oplossing
De LED scha-
kelt niet in
wanneer het
apparaat is
aangesloten.
Geen voeding verstrekt. Controleer of de stekker stevig
in het stopcontact zit en of het
stopcontact werkt.
Fout in de verbinding tussen
de voedingskaart en het
weergavepaneel.
Controleer de verbinding.
De voedingskaart is
beschadigd.
Vervang de voedingskaart.
Het weergavepaneel is
beschadigd.
Vervang het weergavepaneel.
Sommige
toetsen wer-
ken niet of de
LED-display is
abnormaal.
Het weergavepaneel is
beschadigd.
Vervang het weergavepaneel.
De kookmo-
dus indicator
schakelt in,
maar de ver-
hitting start
niet
Hoge kookplaattemperatuur De omgevingstemperatuur is
mogelijk te hoog. De
luchtinlaat of ventilatieopening
is mogelijk geblokkeerd.
Er is iets mis met de ventilator Controleer of de ventilator soepel
draait, zo niet, vervang de ventilator.
Table of contents
Languages: