ETNA CM644Ti/E01 User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
INSTRUCTIONS FOR USE
MAGNETRON OVEN
FOUR MICRO ONDES
MIKROWELLENHERD
MICROWAVE OVEN
CM644Ti

NL 2
NL Gebruiksaanwijzing NL 3 - NL 27
FR Mode d’emploi FR 3 - FR 27
DE Bedienungsanleitung DE 3 - DE 27
EN Instructions for use EN 3 - EN 27
Gebruikte pictogrammen - Pictogrammes utilisés - Benutzte Piktogramme
Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important à savoir - Wissenswertes - Important information
Tip - Conseil - Tipp

NL 3
INHOUD
Uw combi-magnetron
Inleiding 4
Bedieningspaneel 5
Toestelbeschrijving 6
Vóór gebruik
Vóór het eerste gebruik 7
De klok instellen 7
Magnetron gebruik 8
Bediening
Algemeen 10
Oven en magnetron standen 11
Magnetronfuncties 13
Ovenfuncties 14
Combi-functies 15
Automatische kookprogramma’s 16
Voorverwarmen 18
Kinderslot 19
Pauze 19
Kooktips
Kooktips 20
Onderhoud
Houd uw toestel mooi 24
Storingen
Wat moet ik doen als... 25
Technische specificaties
Productspecificaties 26
Uw oven en het milieu
Afvoer van het apparaat en de verpakking 27

NL 4
Inleiding
Koken in uw nieuwe combi-magnetron is veilig en comfortabel. U zet
binnen een handomdraai de lekkerste gerechten op tafel. Het toestel
is uiterst simpel te bedienen, mede dankzij de automatische kook- en
ontdooiprogramma’s.
In deze handleiding vindt u informatie over de installatie, veiligheid,
bediening en het onderhoud van uw combi-magnetron.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat gaat gebruiken!
Lees deze gebruikershandleiding door voordat u het apparaat
in gebruik neemt, en berg de handleiding daarna veilig op voor
toekomstig gebruik.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
UW COMBI-MAGNETRON

NL 5
Bedieningspaneel
1. Magnetron functietoets
2. Ontdooitoets
3. Oven functietoets
4. Automenutoets
5. Combi functietoets (magnetron + oven)
6. Snel voorverwarmen toets
7. Kloktoets
8. Selectietoetsen
9. Insteltoets (temperatuur/vermogen/gewicht)
10.Stoptoets (stop/pauze/kinderslot)
11.Starttoets
UW COMBI-MAGNETRON
01 02 04 05 06 07 09 10 110803

NL 6
UW COMBI-MAGNETRON
Toestelbeschrijving
2
3
4
1
2
5
6
1
1. Bedieningspaneel
2. Grillelement
3. Verlichting
4. Inschuifniveau’s
5. Glasruit magnetrondeur
6. Deurscharnier
De volgende toebehoren worden bij uw oven geleverd:
• Rond rooster; wordt voornamelijk gebruikt voor ovenfuncties.
Te gebruiken voor het bakken van gerechten.
• Draaiplateau met aandrijving;
Gebruik de combi-magnetron alleen met het draaiplateau.
Te gebruiken voor het verwarmen en ontdooien van gerechten.
• Inlegrooster; wordt gebruikt in combinatie met de glazen schaal.
Gebruik het inlegrooster met glazen schaal voor het grillen en
braden van gerechten.
• Glazen schaal; wordt gebruikt voor het bakken en braden van
gerechten.
2
3
4
1
2
5
6
1

NL 7
Vóór het eerste gebruik
• Open de deur, verwijder al het verpakkingsmateriaal en controleer
de combi-magnetron op beschadigingen.
• Gebruik de combi-magnetron niet als deze beschadigd is, maar
neem contact op met uw leverancier.
• Verwijder de beschermfolie van de ommanteling.
• Reinig de ovenruimte en het toebehoren met een vochtige
doek. Gebruik geen schuurmiddel of sterk geurende
schoonmaakmiddelen.
• Leg het draaiplateau in het midden van de ovenruimte met de
uitsparing voor de aandrijving naar beneden.
• De magnetron mag niet gebruikt worden zonder draaiplateau.
De klok instellen
Wanneer het toestel voor de eerste keer op het elektriciteitsnet wordt
aangesloten, moet u eerst de klok instellen. In de display knippert
‘00:00’. De klok loopt zolang de combi-magnetron op netspanning is
aangesloten.
1. Stel met de selectietoetsen de tijd in (tussen 00:00 en 23:59).
Na het instellen hoort u een geluidssignaal en de tijd stopt met
knipperen. De klok is ingesteld.
Opmerkingen
• Als u op een later tijdstip de tijd wilt wijzigen, moet u eerst lang op
de kloktoets drukken. De actuele tijd knippert.
• Stel met de selectietoetsen de tijd in en druk vervolgens weer op de
kloktoets ter bevestiging.
VÓÓR GEBRUIK

NL 8
VÓÓR GEBRUIK
Magnetron gebruik
Microgolven zijn hoogfrequente elektromagnetische golven. De energie
maakt het mogelijk om voedsel te garen of op te warmen zonder de
vorm of kleur aan te tasten.
De magnetron wordt gebruikt bij:
• Magnetronfunctie
• Combi-functie
Kookprincipe
1. De microgolven die door de magnetron worden gegenereerd,
worden gelijkmatig verspreid door middel van een
distributiesysteem. Het voedsel wordt zo gelijkmatig gegaard.
2. De microgolven worden tot een diepte van ongeveer 2,5 cm door
het voedsel geabsorbeerd. Het garen gaat dan door, omdat de
warmte in het voedsel wordt verspreid.
3. De bereidingstijden variëren en hangen af van de schaal die u
gebruikt en de eigenschappen van het voedsel:
▷Hoeveelheid en dichtheid
▷Watergehalte
▷Begintemperatuur (wel of niet gekoeld)
Belangrijk
Het voedsel wordt van binnen gegaard door middel van
warmteverspreiding. Het garen gaat door, zelfs als u het voedsel uit de
oven hebt gehaald.
Rusttijden in recepten en in dit boekje moeten daarom worden
aangehouden om te zorgen voor:
• Gelijkmatige verwarming tot binnen in het voedsel.
• Gelijke temperaturen in alle delen van het voedsel.
Richtlijnen voor magnetronkookgerei
Kookgerei dat u voor de magnetronfunctie gebruikt, mag de
microgolven niet blokkeren. Metalen zoals roestvrij staal, aluminium
en koper weerkaatsen microgolven. Gebruik daarom geen
metalen kookgerei. Kookgerei waarop staat aangegeven dat het
magnetronbestendig is, kan veilig worden gebruikt. Raadpleeg voor
meer informatie over geschikt kookgerei de volgende richtlijnen en
gebruik altijd de glazen bakplaat op niveau 1 als u de magnetronfunctie
gebruikt.

NL 9
VÓÓR GEBRUIK
Kookgerei Magnetron-
bestendig Opmerkingen
Aluminiumfolie 37 Kan in kleine hoeveelheden worden gebruikt om te voorkomen
dat bepaalde delen van het voedsel te gaar worden.
Vonkontlading kan voorkomen als de folie zich te dicht bij de
ovenwand bevindt of als er te veel folie wordt gebruikt.
Porselein en aardewerk 3Porselein, aardewerk, geglazuurd aardewerk en ivoorporselein
zijn doorgaans geschikt, tenzij ze zijn voorzien van een metalen
randje.
Wegwerpservies van
polyester of karton
3Soms worden diepvriesmaaltijden verpakt in wegwerpservies.
Fastfoodverpakkingen
• Polystyreenbekers
• Papieren zakken
of krantenpapier
• Gerecycled papier
of metalen randjes
3
7
7
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van voedsel.
Bij oververhitting kan het polystyreen smelten.
Kan vlam vatten.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Glaswerk
• Ovenschalen
• Fijn glaswerk
• Glazen potten
3 Kan worden gebruikt, tenzij voorzien van een metalen randje.
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van voedsel of
vloeistoffen. Dun glas kan breken of barsten bij plotselinge
verhitting.
Het deksel moet worden verwijderd. Alleen geschikt voor
verwarmen.
Metaal 7Kan vonkontlading of brand veroorzaken.
Papier
• Borden, bekers,
keukenpapier
• Gerecycled papier
3
7
Voor korte bereidingstijden en verwarmen. Voor het absorberen
van overtollig vocht.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Kunststof 3Met name hittebestendig thermoplastisch materiaal. Andere
soorten plastic kunnen kromtrekken of verkleuren bij hoge
temperaturen. Gebruik geen melamineplastic. Kan worden
gebruikt om vocht vast te houden. Mag het voedsel niet
aanraken. Wees voorzichtig wanneer u de folie verwijdert;
er kan hete stoom ontsnappen. Alleen indien kook- of
ovenbestendig. Mag niet luchtdicht zijn. Indien nodig inprikken
met een vork.
3: Aanbevolen
37 : Voorzichtig
7: Onveilig

NL 10
BEDIENING
Algemeen
Magnetronvermogens
In onderstaande tabel ziet u uit welke vijf magnetronvermogens u
kunt kiezen en voor welke gerechten de vermogens geschikt zijn.
Tijdens gebruik is het mogelijk het vermogen te wijzigen door op de
desbetreffende toets te drukken.
Vermogen Gerecht
900 W - Water koken, opwarmen
- Koken van kip, vis en groenten
700 W - Opwarmen
- Koken van paddestoelen en schaaldieren
- Koken van gerechten die ei en kaas bevatten
450 W - Koken van rijst en soep
300 W - Ontdooien
- Chocola en boter smelten
100 W - Ontdooien van gevoelige/kwetsbare gerechten
- Ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten
- Consumptie-ijs zacht maken
- Laten rijzen van deeg
Temperatuur wijzigen
Tijdens gebruik is het mogelijk de temperatuur te wijzigen. De status
van de temperatuur is af te lezen in de LED-balk. De ingestelde
temperatuur is bereikt als alle blokjes van de LED-balk verlicht zijn.
Kookduur wijzigen
Tijdens gebruik is het mogelijk de kookduur te wijzigen. De stappen
voor het instellen van de kookduur zijn als volgt (de maximale kookduur
is afhankelijk van de gekozen modus):
Instellen 0 - 1 min. 1 - 5 min. 5 - 15 min. 15 - 60 min. 60 min.+
Stap 1 sec. 10 sec. 30 sec. 1 min. 5 min.

NL 11
BEDIENING
Oven en magnetron standen
Raadpleeg onderstaande tabel voor het kiezen van de juiste ovenstand.
Lees ook de instructies op de verpakking voor het bereiden van het
gerecht.
Functie Modus
Magnetron Magnetron Magnetron
• Gebruik de magnetronfunctie om groenten,
aardappelen, rijst, vis en vlees te koken en op
te warmen.
Oven Hetelucht Hetelucht
• Met de hetelucht oven kunt u gerechten
bereiden op dezelfde manier als in een
traditionele oven. De magnetron wordt hierbij
niet gebruikt.
• U wordt geadviseerd de oven voor te
verwarmen tot de juiste temperatuur voordat u
het gerecht in de oven plaatst.
Grill met
ventilator
Grill + Ventilator
• Gebruik deze functie om gerechten gelijkmatig
te braden en tegelijkertijd een bruin korstje te
geven.
Hetelucht +
Onderwarmte
Hetelucht + Onderwarmte
• Deze functie wordt gebruikt voor het bakken
van pizza, vochtig gebak, vruchtentaarten,
bladerdeeg en kruimeldeeg.
Grill Grill
• De grill is uitermate geschikt voor het bereiden
van dunne stukken vlees en vis.

NL 12
BEDIENING
Functie Modus
Magnetron +
Oven
Hetelucht Magnetron + Hetelucht
• Gebruik deze functie om snel gerechten te
braden.
Grill +
Ventilator
Magnetron + Grill + Ventilator
• Gebruik deze combinatie voor kleinere porties
vlees, vis en groenten.
• Het bereiden gaat snel en het voedsel krijgt
een lekker bruin, knapperig korstje.
Hetelucht +
Onderwarmte
Magnetron + Hetelucht + Onderwarmte
• Gebruik deze combinatie voor gerechten die
snelle garing nodig hebben en waarvan de
bodem extra verwarmd moet worden.
Grill Magnetron + Grill
• Deze functie is ideaal om snel gerechten
te koken en tegelijkertijd een bruin korstje
te geven. Bovendien kunt u er ook mee
gratineren.
• De magnetron en de grill functioneren
gelijktijdig. De magnetron kookt en de grill
braadt.
Auto-
programma’s
P01 - P13 Automatische kookprogramma’s
• Automatische kookprogramma’s kunnen
gebruikt worden voor het braden van alle
soorten vlees.
• Er zijn 13 Auto-programma’s te kiezen.
• Kies het programma en het gewicht van het
gerecht.
Ontdooien d01 + d02 Ontdooien
• Er zijn 2 ontdooiprogramma’s te kiezen.
• Kies het programma en het gewicht van het
gerecht.
Opmerking
Zie hoofdstuk ‘Kooktips’ voor informatie over gerechten.

NL 13
BEDIENING
Magnetronfuncties
• Waarschuwing! Verhitting van vloeistoffen in de magnetron kan
resulteren in kookpuntvertraging. Dit houdt in dat de vloeistof pas
na verwijdering uit de magnetron heftig kan gaan koken met het
risico dat u zich brandt. Het effect van kookpuntvertraging kunt
u opheffen door een kunststof of glazen lepeltje in de vloeistof te
zetten alvorens de vloeistof op te warmen in de magnetron.
• Waarschuwing! Let op met babyvoeding:
▷Let op! Schud of roer de inhoud van babyflesjes of potjes
babyvoeding na verwarming.
▷Let op! Controleer de temperatuur van de voeding zorgvuldig
vóór consumptie om brandwonden te voorkomen.
Waarschuwing! Bestek en serviesgoed kunnen heet zijn na
gebruik van de magnetron.
1. Druk op de magnetronfunctie toets om de magnetronfunctie in te
schakelen.
’900’ knippert in de display en het magnetronfunctie icoon is
zichtbaar. Indien niet binnen 10 seconden op een toets wordt
gedrukt, wordt automatisch het vermogen geselecteerd.
2. Druk op de Insteltoets om het magnetronvermogen in te instellen.
3. Stel met de selectietoetsen het magnetronvermogen in
(tussen 100 W en 900 W).
4. Druk ter bevestiging nogmaals op de Insteltoets of wacht totdat
het vermogen in de display stopt met knipperen.
U hoort een geluidssignaal.
5. Druk op de kloktoets om de kookduur in te stellen.
6. Stel met de selectietoetsen de kookduur in.
De maximale kookduur is afhankelijk van het ingestelde vermogen.
7. Druk op de Starttoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de Starttoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 15 minuten automatisch uit.

NL 14
BEDIENING
Ovenfuncties
1. Druk op de oven functietoets om de ovenfunctie in te schakelen.
Het ‘heteluchtsymbool’ knippert. Tijd en temperatuur verschijnen in
de display en het ovenfunctie icoon is zichtbaar.
2. Kies met de selectietoetsen een ovenmodus.
Als het symbool stopt met knipperen, is de gekozen modus actief.
3. U kunt nu bij elke modus (indien gewenst) de tijd en/of de
temperatuur wijzigen (bij de grill; stand 1, 2 of 3, waarbij 3 de
hoogste stand is). Hiervoor drukt u op de kloktoets of de
insteltoets. De tijd of temperatuur (stand) gaat knipperen. Met
de selectietoetsen stelt u vervolgens de gewenste tijd en/of
temperatuur in. Druk ter bevestiging nogmaals op de kloktoets of
de Insteltoets.
De in te stellen tijd en/of temperatuur is afhankelijk van de gekozen
modus.
4. Druk op de starttoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de starttoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 15 minuten automatisch uit.

NL 15
BEDIENING
Combi-functies
1. Druk op de combi-functietoets om de combi-magnetronfunctie in
te schakelen.
Het ‘heteluchtsymbool’ knippert. Tijd en temperatuur verschijnen in
de display en het magnetronfunctie icoon en ovenfunctie icoon zijn
zichtbaar.
2. Kies met de selectietoetsen een modus (zie hoofdstuk
‘Ovenfuncties tabel’). Als het symbool stopt met knipperen, is de
gekozen modus actief.
3. U kunt nu bij elke modus (indien gewenst) het vermogen, de tijd
en/of de temperatuur wijzigen (bij de grill; stand 1, 2 of 3, waarbij
3 de hoogste stand is). Hiervoor drukt u op de insteltoets,
of de kloktoets. Het vermogen, de tijd of temperatuur (stand)
gaat knipperen. Met de selectietoetsen stelt u vervolgens het
gewenste vermogen, de gewenste tijd en/of temperatuur/stand in.
Druk ter bevestiging nogmaals op de insteltoets of de kloktoets.
Het in te stellen vermogen en de in te stellen tijd/temperatuur
is afhankelijk van de gekozen modus.
4. Druk op de starttoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de starttoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 15 minuten automatisch uit.

NL 16
BEDIENING
Automatische kookprogramma’s
Er zijn 13 automatische kookprogramma’s en 2 automatische
ontdooiprogramma’s te kiezen. U hoeft alleen maar het programma
te kiezen en vervolgens het gewicht in te stellen. In het gekozen
programma zijn het vermogen, de tijd en de temperatuur al vastgelegd.
Programma Categorie Item
P01** Groenten Verse groenten
P02** Bijgerechten Gekookte aardappelen (geschild)
P03* Bijgerechten Gebakken aardappelen
U hoort een geluidssignaal. Draai
de aardappelen om. De combi-
magnetron schakelt automatisch door
naar de volgende fase.
P04 Kip/vis Stukjes kip/vis
U hoort een geluidssignaal. Draai de
stukjes kip om. De combi-magnetron
schakelt automatisch door naar de
volgende fase.
P05* Deegwaren Cake
P06* Deegwaren Appeltaart
P07* Deegwaren Quiche
P08** Verwarmen Drinken/soep
P09** Verwarmen Bord eten
P10** Verwarmen Saus/stamppot/ovenschotel
P11* Kant en klaar Diepvries pizza
P12* Kant en klaar Bevroren ovenfriet
U hoort een geluidssignaal. Draai de
ovenfriet om. De combi-magnetron
schakelt automatisch door naar de
volgende fase.
P13* Kant en klaar Bevroren lasagne
d01
(ontdooien)**
Vlees, kip/vis U hoort een geluidssignaal, waarna
de combi-magnetron stopt. Draai het
gerecht om en druk op de Starttoets
om het ontdooiprogramma te
vervolgen.
d02
(ontdooien)**
Brood,
gebak en
fruit
Let op!
• Bij de automatische kookprogramma’s wordt gebruik gemaakt van
de magnetronfunctie. Gebruik geen metalen voorwerpen.
• Bij de programma’s met een * wordt het toestel voorverwarmd.
Tijdens het voorverwarmen staat de kookduur stil en brandt het
voorverwarmsymbool.

NL 17
BEDIENING
• Na het voorverwarmen klinkt er een geluidsignaal en knippert het
voorverwarmsymbool.
• Plaats het gerecht op de glazen bakplaat in de oven op
inschuifniveau 1 en druk op de starttoets.
• Bij de programma’s met ** wordt alleen gebruik gemaakt van de
magnetronfunctie.
1. Druk op de automenutoets of de ontdooitoets.
Tijd, gewicht en P01 of d01 verschijnen in de display.
2. Kies met de selectietoetsen een automatisch kookprogramma.
Als het symbool stopt met knipperen, is het gekozen programma
actief.
3. Druk op de insteltoets om het gewicht in te instellen.
Het gewicht knippert in de display.
4. Met de selectietoetsen stelt u vervolgens een gewicht in. Druk ter
bevestiging nogmaals op de insteltoets.
Het in te stellen gewicht is afhankelijk van het gekozen programma.
5. Druk op de starttoets om het automatische kookprogramma te
starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de starttoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 15 minuten automatisch uit.

NL 18
Voorverwarmen
De voorverwarmfunctie kan ingeschakeld worden vanuit de volgende
functie’s:
Modus Voorverwarmen
Magnetronfuncties Magnetron 7
Ovenfuncties Hetelucht 3
Grill met Hetelucht 3
Hetelucht + Onderwarmte 3
Grill 7
Combi-functies Magnetron + Hetelucht 3
Magnetron + Grill met
ventilator
3
Magnetron + Onderwarmte
+ Hetelucht
3
Magnetron + Grill 7
• De voorverwarmfunctie werkt alleen indien één van bovenstaande
functies reeds gekozen is. Tijdens het voorverwarmen werkt de
magnetron niet.
• U kunt de rest van de instellingen voor of na het kiezen van de
voorverwarmfunctie aanpassen.
1. Druk op de snel voorverwarmen toets.
Het voorverwarm icoon verschijnt in de display.
2. Druk op de starttoets om het voorverwarmen te starten.
Wanneer de ingestelde temperatuur bereikt is hoort u driemaal een
geluidssignaal.
• Het voorverwarmen kan gestopt worden door de ovendeur te
openen of op de stoptoets te drukken.
3. Druk op de starttoets om het vooraf ingestelde kookproces te
starten.
Indien niet op de starttoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 15 minuten automatisch uit.
BEDIENING

NL 19
Kinderslot
U kunt uw combi-magnetron ‘op slot’ zetten, zodat het ongewenst
starten van de combi-magnetron wordt voorkomen.
Let op:
• Het kinderslot kan alleen ingeschakeld worden als de combi-
magnetron uitgeschakeld is.
De (huidige) tijd is zichtbaar in de display.
In werking stellen van het kinderslot:
• Druk op de Stoptoets en houd deze ingedrukt totdat er een
geluidssignaal klinkt
In de display verschijnt een sleutel icoon. Alle bedieningsfuncties
zijn buiten werking gesteld.
Uitschakelen van het kinderslot:
• Druk op de stoptoets en houd deze ingedrukt totdat er een
geluidssignaal klinkt
In de display verdwijnt het sleutel icoon. De combi-magnetron kan
weer normaal worden gebruikt.
Pauze
Als uw combi-magnetron in werking is, kunt u het toestel ‘op pauze’
zetten.
1. Druk op de stoptoets.
Het symbool van de ingestelde modus gaat knipperen.
2. Druk op de starttoets om het proces weer door te laten gaan.
Het symbool van de ingestelde modus stopt met knipperen.
3. Druk nogmaals op de stoptoets om het proces te stoppen.
BEDIENING

NL 20
Opwarmen en koken
• De combi-magnetron verwarmt altijd met dezelfde intensiteit.
Hoe meer u in de combi-magnetron plaatst, des te langer de
kooktijd.
• Vlakke en platte gerechten zijn sneller warm dan smalle, hoge
gerechten.
• Gerechten afdekken met combi-magnetronfolie of een passende
deksel voorkomt spetteren, verkort de gaartijd en helpt de
vochtigheidsgraad te behouden. Na afloop de folie of het deksel
voorzichtig verwijderen.
• Let op! De vrijkomende stoom kan zeer heet zijn!
• Gerechten die snel uitdrogen eventueel bevochtigen.
Zet aardappels en groenten eerst even in koud water voordat u ze
in de combi-magnetron plaatst. Hiermee voorkomt u dat er zich een
velletje op vormt.
• Voor een gelijkmatig resultaat kunt u het beste gerechten één- tot
tweemaal roeren of keren.
• Kies voor het opwarmen van reeds bereide gerechten altijd de
hoogste combi-magnetronstand.
• Bij het koken hoeft u maar weinig water, zout en kruiden te
gebruiken. Zout kunt u het beste na afloop toevoegen.
Hiermee voorkomt u dat het vocht aan het gerecht wordt
onttrokken.
• Nadat de combi-magnetron is uitgeschakeld gaart het gerecht nog
enige tijd na. Houd hier rekening mee door het gerecht niet te lang
op te warmen.
• Let op! Plaats, bij het opwarmen van kleine hoeveelheden
poedervormige producten (zoals bij het drogen van kruiden), altijd
een bekertje water in de combi-magnetron. Anders bestaat er, door
de geringe hoeveelheid, kans op zelfontbranding.
Ontdooien
• Ontdooi grote compacte stukken altijd met behulp van het
ontdooiprogramma. Doordat het gerecht geleidelijk en gelijkmatig
ontdooit, loopt u niet de kans dat de buitenkant uitdroogt terwijl de
kern nog bevroren is.
• Om het ontdooiproces sneller te laten verlopen, wordt aanbevolen
om het gerecht na enige tijd in stukken te verdelen.
KOOKTIPS
This manual suits for next models
1
Table of contents
Languages:
Other ETNA Microwave Oven manuals

ETNA
ETNA CM650Ti User manual

ETNA
ETNA SM225RVS User manual

ETNA
ETNA SM125RVS/E01 User manual

ETNA
ETNA CMV328ZT User manual

ETNA
ETNA ECM163RVS/E01 User manual

ETNA
ETNA SM822RVS User manual

ETNA
ETNA CM244RVS User manual

ETNA
ETNA SMV420WIT/E01 User manual

ETNA
ETNA T2125HRVS User manual

ETNA
ETNA SM125RVS User manual