ETNA EEK262VA/E02 User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
INSTRUCTIONS FOR USE
KOELKAST
RÉFRIGÉRATEUR
KÜHLSCHRANK
FRIDGE
EEK262VA

NL Gebruiksaanwijzing NL 3 - NL 23
FR Mode d’emploi FR 3 - FR 23
DE Bedienungsanleitung DE 3 - DE 23
EN Instructions for use EN 3 - EN 23
Gebruikte pictogrammen - Pictogrammes utilisés - Benutzte Piktogramme
Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important à savoir - Wissenswertes - Important information
Tip - Conseil - Tipp

NL 3
INHOUD
Veiligheid
Veiligheidsvoorschriften 4
Inleiding
Inleiding 9
Opstellen
De keuze van de ruimte 10
Beschrijving
Toestelbeschrijving 11
Gebruik
Bediening 12
Levensmiddelen bewaren 15
Plaatsen levensmiddelen 17
Houder ijsblokjes 18
Onderhoud
Reinigen 19
Ontdooien 19
Verlichting 21
Storingen
Storingstabel 22
Bijlage
Verpakking en toestel afvoeren 23

NL 4
Algemene veiligheidsvoorschriften
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant
is niet verantwoordelijk voor letsel en schade
veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar
de instructies van het apparaat voor toekomstig
gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek
aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door
kinderen zonder toezicht.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
Algemene veiligheid
• De lampen voor speciale doeleinden (gloeilampen, LED,
TL-lampen) in het apparaat zijn bedoeld om de binnenruimte
te verlichten en niet geschikt als kamerverlichting.
• WAARSCHUWING! Dit apparaat is bedoeld voor
huishoudelijk gebruik of gelijksoortige toepassingen zoals:
– boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren
of andere werkomgevingen;
– Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen.
VEILIGHEID

NL 5
• WAARSCHUWING! Houd de ventilatieopeningen altijd
vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als
ingebouwde modellen.
• WAARSCHUWING! Gebruik geen mechanische of andere
middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die
middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen.
• WAARSCHUWING! Let op dat u het koelcircuit niet
beschadigt.
• WAARSCHUWING! Gebruik geen elektrische apparaten
in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden
aanbevolen.
• WAARSCHUWING! Gebruik geen waterstralen of stoom om
het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
• WAARSCHUWING! Bewaar geen explosieve substanties
zoals spuitbussen met drijfgas in dit apparaat.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant of
diens technische dienst of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Montage
• WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus
mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met
het apparaat.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het
is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
• Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren.
VEILIGHEID

NL 6
• Wacht ten minste 4 uur alvorens het apparaat aan de
netstroom aan te sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
• Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiators,
fornuizen, ovens of kookplaten.
• De achterzijde van het apparaat moet tegen de muur
worden geplaatst.
• Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht.
• Gebruik dit apparaat niet in gebieden die te vochtig of te
koud zijn, zoals bijgebouwen, garages of kelders.
• Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt
verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
• WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een
gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geinstalleerd, schokbestendig
stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker,
kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact met de
Servicedienst of een elektrotechnicus om de elektrische
onderdelen te wijzigen.
• De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de
stopcontact.
VEILIGHEID

NL 7
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie
is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen.
Trek altijd aan de stekker.
Gebruik
• WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of
elektrische schokken.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
• Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het
apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de
fabrikant.
• Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet beschadigt. Het bevat
isobutaan (R600a), aardgas met een hoge ecologische
compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar.
• Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor
dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in
de kamer bevinden. Ventileer de kamer goed.
• Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het
apparaat.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het
apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn
door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Raak de compressor of condensator niet aan. Ze kunnen
heet zijn.
VEILIGHEID

NL 8
Onderhoud en reiniging
• WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het
apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen.
Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden
en herladen.
• Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig
het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water
op de bodem van het apparaat liggen.
Verwijdering
• WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
• Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en
huisdieren
opgesloten raken in het apparaat.
• Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn
ozonvriendelijk.
• Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen.
Neem contact met uwplaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid
dat zich naast de warmtewisselaar bevindt.
VEILIGHEID

NL 9
Als u deze gebruiksaanwijzing doorleest, bent u snel op de hoogte van
alle mogelijkheden die dit toestel u biedt. U vindt informatie voor uw
veiligheid en over het onderhoud van het toestel.
Deze handleiding behandelt verschillende modellen koelkasten.
Hierdoor kan het voorkomen dat bepaalde opties of accessoires
voor uw toestel niet van toepassing zijn.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift.
Een eventueel volgende gebruiker van dit toestel kan daar zijn
voordeel mee doen.Uw nieuwe koelkast is bestemd voor huishoudelijke
doeleinden.
Het toestel is geschikt voor het bewaren van levensmiddelen.
In de vriezer (indien van toepassing) kunt u ook verse
levensmiddelen invriezen.
De bewaartijden zijn sterk afhankelijk van de kwaliteit van de
levensmiddelen.
Dit toestel bevat geen CFK’s. Het koelcircuit bevat R600a (Isobutaan).
Isobutaan is een natuurlijk gas dat geen invloed heeft op het milieu,
maar wel ontvlambaar is. Het is daarom noodzakelijk dat u de leidingen
van het koelcircuit controleert op beschadigingen.
INLEIDING

NL 10
OPSTELLEN
De keuze van de ruimte
• Plaats het apparaat in een droge en regelmatig geventileerde
ruimte. De toegestane temperatuur van de omgeving voor de
juiste werking van het apparaat is afhankelijk van de uitvoering
(klasse) van het apparaat, die op het typeplaatje van het apparaat
vermeld is. Plaats het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen,
bijvoorbeeld een gasfornuis, verwarming, boiler enz. en stel het niet
bloot aan directe zonnestraling.
• De koelkast moet tenminste 3 cm van het elektrisch of gasfornuis
respectievelijk 30 cm van de verwarming of kachel worden
geïnstalleerd. Bij kleinere afstanden moet er een isolatieplaat
worden gebruikt.
• De afstand tot de muur, respectievelijk de vrije ruimte achter de
kast, dient ongeveer 200 cm² te bedragen. Een keukenkastje boven
de koelkast moet aan de achterzijde een ruimte van tenminste 5 cm
hebben. Daardoor wordt een voldoende koeling van de condensor
gewaarborgd.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN (subnormaal) + 10 °C tot + 32°C
N (normaal) + 16 °C tot + 32°C
ST (subtropisch) + 16 °C tot + 38°C
T (tropisch) + 16 °C tot + 43°C

NL 11
Toestelbeschrijving
1. Bedieningspaneel
2. Koelkast legbord
3. Afdekking groente la (veiligheidsglas)
4. Groentelade
5. Flessenhouder
6. Middeldst deurvak
7. Botervak
8. Klep van botervak
9. Eierrekje
10.Koelkast lamp en afdekking
11.Vriezer klep
12.Vriezer middelste lade
13.Vriezer onderste lade
14.Linker en rechter voetje
BESCHRIJVING

NL 12
Bediening
Instellen van de thermostaat
A. Thermostaat knop
B. Supervriesknop
De thermostaten van de vriezer en koelkast reguleren automatisch de
binnentemperatuur voor de respectievelijke compartimenten. Door de
knop van positie 1 naar 5 te draaien, kunt u de temperaturen nog meer
verlagen. De “•”-positie geeft aan dat de thermostaat is uitgeschakeld
en er niet wordt gekoeld.
Instelling thermostaat:
•: Het apparaat is uitgeschakeld.
1-2: Als u voor korte tijd levensmiddelen in het vriesvak wilt bewaren,
kunt u de knop tussen de minimum- en mediumpositie instellen.
3-4: Als u voor langere tijd levensmiddelen in het vriesvak wilt
bewaren, kunt u de knop op de mediumpositie instellen.
5: Voor het invriezen van verse levensmiddelen. Het apparaat zal
de temperatuur nog verder verlagen.
Invriezen met Supervries (Supervriesknop)
Druk op de S-knop 8 uur voor het invriezen van levensmiddelen en de
vriezer zal continu maximaal koelen. De vriestemperatuur daalt en het
apparaat schakelt naar de laagste temperatuur. Leg hierna de verse
levensmiddelen snel in de vriezer, bij voorkeur in de middelste laden. U kunt
de lades ook uitnemen en de levensmiddelen direct op de koelplateaus
leggen. Laat reeds ingevroren verpakkingen niet in aanraking komen met de
verse levensmiddelen. Zodra de levensmiddelen bevroren zijn, dient u de
Supervriesknop uit te schakelen (na maximaal 24 uur).
GEBRUIK
A
MAX15
W
B

NL 13
GEBRUIK
Prestaties bij lage omgevingstemperatuur
• Indien de omgevingstemperatuur minder dan 18 °C bedraagt, kan
deze schakelaar worden gebruikt om goede prestaties bij een lage
omgevingstemperatuur te verkrijgen. Indien de omgevingstemperatuur
meer dan 18 °C bedraagt, moet de functie Supervriezen op de UIT-
positie worden gezet wanneer men deze niet wenst te gebruiken.
Let op!
• Schakel de supervriesstand niet onnodig in. Dit bespaart energie.
• Indien het rode lampje continu brandt gedurende meer dan 48 uur,
schakel dan het apparaat uit en bel een serviceorganisatie.
Zodra het apparaat is aangesloten op het stroomnet, dient u te controleren
of het groene lampje oplicht. Draai daarna de thermostaat naar een positie
tussen 2 en 4.

NL 14
GEBRUIK
Let op! voor de optimale interne temperatuur dient de thermostaat op
een positie tussen 2 en 4 te worden gezet.
• Als u het apparaat de eerste keer inschakelt, dient u het apparaat
eerst 24 uur continu te laten koelen.
• Tijdens deze 24 uur dient u de deur niet te vaak te openen en niet
te veel levensmiddelen in het apparaat te plaatsen.
• Als het apparaat is uitgeschakeld of niet meer is aangesloten op
het stroomnet, dient u minimaal 5 minuten te wachten voordat u
het apparaat weer aansluit; hiermee voorkomt u schade aan de
compressor.

NL 15
GEBRUIK
Levensmiddelen bewaren
Koelgedeelte
Het koelgedeelte wordt gebruikt om verse levensmiddelen enige dagen
te bewaren.
• Leg geen levensmiddelen direct tegen de achterwand van het
koelgedeelte. Laat enige ruimte tussen de diverse levensmiddelen
om zo luchtcirculatie mogelijk te maken.
• Plaats geen te warme levensmiddelen of dampende vloeistoffen in
de koelkast.
• Dek levensmiddelen altijd (luchtdicht) af.
• Dek flessen en kannen altijd af. Dit voorkomt overmatig vocht en
ijsvorming in de koelruimte.
• Het is aan te bevelen vlees(waren) verpakt te bewaren op de
glasplaat boven de groentelade, waar het het koudst is.
• Groente en fruit kunt u onverpakt bewaren in de groentelade.
• Om te voorkomen dat koude lucht ontsnapt, de deur niet vaker- en
niet langer dan strikt noodzakelijk openen.
Legende: + de aanbevolen bewaartijd
= de mogelijke bewaartijd
Bewaartijd (in dagen)
1234567891011121314
Boter +++++++=====
Eieren +++++
+++++====
Vlees: rauw - stukje ++=
gehakt +=
Gerookt
++++++++++====
Vis +=
Marinade ++++++++++====
Worteltjes
++++++++======
Kaas
++++==========
Gebak ++====
Fruit ++========
Klaar
g
emaakte
g
erechten ++==
Levensmiddel

NL 16
Vriesgedeelte
Het vriesvak wordt gebruikt om verse levensmiddelen in te vriezen
en om bevroren levensmiddelen te bewaren. Controleer de maximale
bewaartijd die op de verpakking staat. Het vriesvak kan tevens gebruikt
worden voor het maken van ijsblokjes.
• Verpak in te vriezen levensmiddelen lekvrij en luchtdicht. Ideaal zijn
speciale invrieszakken.
• Let op! Laat in te vriezen levensmiddelen niet in contact komen met
reeds bevroren levensmiddelen.
• Noteer altijd de inhoud en de invriesdatum op het pakket en
overschrijd de bewaartijd niet.
• In het geval van een stroomstoring of een defect zal het
vriesgedeelte voldoende koud blijven om levensmiddelen enige tijd
te bewaren. Vermijd dan echter zo veel mogelijk het openen van de
deur van het vriesvak om temperatuurstijging te voorkomen.
• Plaats diepvries levensmiddelen zo snel mogelijk na aankoop in het
vriesvak. Als levensmiddelen ontdooid zijn mogen ze niet opnieuw
ingevroren worden.
• Plaats nooit warme levensmiddelen in het vriesvak.
• Controleer de verpakking van levensmiddelen op beschadigingen
voordat u deze invriest.
Een koel-vries apparaat kan diverse temperatuur zones bevatten. Deze zijn
herkenbaar aan onderstaande symbolen:
Geschikt voor het invriezen van verse en bewaren van bevroren
levensmiddelen. Temperatuur ≤-18 °C.
Geschikt voor het bewaren van bevroren levensmiddelen.
Temperatuur ≤-18 °C.
Geschikt voor het bewaren van bevroren levensmiddelen.
Temperatuur ≤-12 °C.
Geschikt voor het bewaren van bevroren levensmiddelen.
Temperatuur ≤-6 °C.
De bewaartermijn en bewaartemperatuur staan op de verpakking van
het levensmiddel.
GEBRUIK

NL 17
GEBRUIK
Plaatsen levensmiddelen
• Legplateau positie A
Te gebruiken voor allerlei soorten levensmiddelen (gekookte
gerechten) en dranken.
• Legplateau positie B
Te gebruiken voor o.a. vis en vlees.
• Groentebakken C
Te gebruiken voor groente en fruit.
• Zuivelvak D
Te gebruiken voor kleine zuivelproducten, zoals boter, margarine,
yoghurt, kaas of slagroom.
• Deurvak E
Te gebruiken voor o.a. flessen, melkpakken etc.
• Vriesgedeelte F
Te gebruiken voor diepvriesproducten.
• Invriesgedeelte G
Voor het invriezen van verse levensmiddelen
Let op; het bewaren van groente met een hoog watergehalte
kan condensvorming veroorzaken op de glazen schappen van de
groenten- en fruitlade: dit beïnvloedt het correct functioneren van het
apparaat niet.
F
G
A
B
C
D
E

NL 18
Houder ijsblokjes
U kunt met de ijsblokjeshouder ijsblokjes maken:
• Vul de ijsblokjeshouder 2/3 met water.
• Plaats de ijsblokjeshouder in het vriesvak.
• Haal de ijsblokjeshouder, nadat het water bevroren is, uit het
vriesvak. Buig de ijsblokjeshouder iets om de ijsklontjes uit de
houder te laten vallen.
GEBRUIK

NL 19
ONDERHOUD
Reinigen
Maak het toestel spanningloos voordat met reinigen wordt gestart.
• Reinig het koelgedeelte met een normaal, niet agressief
schoonmaakmiddel en handwarm water.
• Maak accessoires separaat schoon met een schoonmaakmiddel en
water. Plaats deze delen niet in de vaatwasser.
• Gebruik geen agressieve of schurende middelen. Neem na het
reinigen de delen af met schoon water en droog ze zorgvuldig.
Ontdooien
Koelruimte
De koelruimte ontdooit van tijd tot tijd geheel automatisch.
De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan de
binnenkant van het koelgedeelte duidt erop dat het apparaat bezig is
automatisch te ontdooien. Het dooiwater loopt via het afvoergootje
naar een opvangbakje waar het verdampt.
Zorg ervoor dat de dooiwaterafvoer vrij blijft. Met bijvoorbeeld een
satéprikker kunt u een verstopte afvoer weer vrij maken.

NL 20
ONDERHOUD
Ontdooien
Vriesruimte
Na enige tijd zal er enige ijsvorming ontstaan in het vriesvak. Dit ijs
moet periodiek worden verwijderd. Gebruik hier bijvoorbeeld een
plastic schraper voor. Om de vriezer optimaal te laten werken is het
noodzakelijk het vriesvak geheel te ontdooien als er sprake is van een
ijsaanslag van 3-5 mm.
• Zet de dag voordat u gaat ontdooien de thermostaat zo hoog
mogelijk om zo de levensmiddelen in het vriesvak zo diep mogelijk
te bevriezen.
• Voor het ontdooien moeten de levensmiddelen uit het vriesvak in
diverse lagen dekens of kranten worden gewikkeld en op een koele
plaats worden bewaard. De niet te voorkomen temperatuurstijging
van de bevroren levensmiddelen zal de bewaartijd doen verkorten.
Denk er aan deze levensmiddelen binnen niet al te lange tijd te
consumeren.
• Zet de thermostaatkop op “•” en schakel het apparaat uit.
• Laat de deur open staan om zo het ontdooi proces te versnellen.
• Gebruik bij het ontdoolen geen ontdooisprays omdat deze
kunststofoplossende resp. voor de gezondheid schadelijke
middelen kunnen bevatten.
• Water dat achterblijft op de verlaagde bodem van het apparaat met
een sponsje of goed vochtopnemende doek verwijderen.
• Maak het vriesvak schoon met een normaal, niet agressief
schoonmaakmiddel en handwarm water. Gebruik geen agressieve-
of schurende middelen.
• Droog het interieur van het vriesvak. Schakel het apparaat in en
zet de thermostaatknop zo hoog mogelijk. Na 24 uur kunt u de
thermostaat terug op de normale stand zetten.
U kunt het ontdooien versnellen door een schaal met heet water in het
vriesvak te plaatsen.
Waarschuwing
Verwijder ijsaanslag nooit met scherpe voorwerpen, ontdooisprays, een
föhn, een straalkacheltje of iets dergelijks. Dit kan tot onveilige situaties
leiden en onherstelbare schade aan het toestel veroorzaken.
This manual suits for next models
4
Table of contents
Languages:
Other ETNA Refrigerator manuals

ETNA
ETNA EKV1801WIT User manual

ETNA
ETNA KCV285NZWA/E02 User manual

ETNA
ETNA KVV856 Series User manual

ETNA
ETNA KCV180WIT User manual

ETNA
ETNA KCS5178NF User manual

ETNA
ETNA KVV228 Series User manual

ETNA
ETNA EKK0851WIT User manual

ETNA
ETNA KVO482 User manual

ETNA
ETNA KVV3128ZIL User manual

ETNA
ETNA KKV655 Series User manual

ETNA
ETNA KVO182 User manual

ETNA
ETNA KKV655WIT User manual

ETNA
ETNA AK2088DA User manual

ETNA
ETNA KCV3161RVS User manual

ETNA
ETNA KCV178NZWA User manual

ETNA
ETNA EKK0842WIT User manual

ETNA
ETNA EKV1802WIT User manual

ETNA
ETNA AKV177ZIL User manual

ETNA
ETNA AK2102DA User manual

ETNA
ETNA KVV793 Series User manual