M-system MFCD 95 Series Technical manual

NL
NL
FR
BE
BE
BE
DUBBELE OVEN
MET DUBBELE
BRANDSTOFFORNUIS
Gebruiks-en
Installatievoorschriften
GAS-ELEKTROHERD MIT
DOPPELTEM BACKOFEN
MAXI-GASKOCHFELD
Gebrauchsanweisung
Installationsanleitung
CUISINIERE MAXI AVEC
DOUBLE FOUR
Mode d’emploi
Conseils pour l’installation
TWIN OVEN DUAL FUEL
MAXI COOKER
Instructions for the use
Installation advices
MFCD 95 ....
B-MFCD 95 ....

2
Français Mode d’emploi - Conseils pour l’installation Page 100
Nederlands
Gebruiks-en installatievoorschriften Bladzijde 3
Deutsch Gebrauchsanweisung Installationsanleitung Seite 51
English Instruction for the use - Installation advice Page 148

3
Mevrouw, Juffrouw, Mijnheer,
U heeft onlangs een van onze fornuizen aangekocht en wij danken u
voor uw vertrouwen. Uw fornuis werd met de grootste zorg ontworpen,
vervaardigd en getest met het oog op uw volkomen tevredenheid.
Opdat u het optimaal zou kunnen gebruiken en de gewenste resultaten
zou bereiken, bevelen wij aan deze GEBRUIKSHANDLEIDING
aandachtig te lezen.
De instructies en wenken in deze handleiding zullen een doeltreffende
hulp zijn om alle kwaliteiten van uw nieuwe toestel te ontdekken.
Dit fornuis mag enkel worden gebruikt voor het doel waartoe
het werd ontworpen, met name de bereiding van eetwaren.
Alle ander gebruik dient als onjuist en gevaarlijk te worden
beschouwd.
Wij wijzen elke aansprakelijkhid van de hand in geval van
schade wegens onjuist, verkeerd of irrationnel gebruik van het
toestel.
Nederlands Gebrauchsanweisung Installationsanleitung
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING CE
Dit fornuis is ontworpen, gebouwd en op de markt gebracht in overeenstemming met:
• De veiligheidsvoorschriften van “Gas” Richtlijn 2009/142/EG;
• De veiligheidsvoorschriften van “Laagspanning” Richtlijn 2006/95/EG;
• De voorschriften van “EMC” Richtlijn 2004/108/EG;
• De voorschriften van Richtlijn 93/68/EEG;
• De voorschriften van Richtlijn 2011/65/EU.
NL
BE
BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR DE CORRECTE VERWERKING VAN HET
PRODUCT IN OVEREENSTEMMING MET DE EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EC.
Aan het einde van zijn nuttig leven mag het product niet samen met het gewone
huishoudelijke afval worden verwerkt. Het moet naar een speciaal centrum voor
gescheiden afvalinzameling van de gemeente worden gebracht, of naar een verkooppunt
dat deze service verschaft. Het apart verwerken van een huishoudelijk
apparaat voorkomt mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de
gezondheid die door een ongeschikte verwerking ontstaan en zorgt ervoor
dat de materialen waaruit het apparaat bestaat teruggewonnen kunnen
worden om een aanmerkelijke besparing van energie en grondstoffen te
verkrijgen. Om op de verplichting tot gescheiden verwerking van elektrische
huishoudelijke apparatuur te wijzen, is op het product het symbool van een
doorgekruiste vuilnisbak aangebracht.

4
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES EN AANBEVELINGEN
BELANGRIJK: Dit toestel is enkel ontworpen en geproduceerd
voor het koken van huishoudelijk voedsel en is niet geschikt
voor enige niet-huishoudelijke toepassing. Om die reden mag
het niet gebruikt worden in een commerciële omgeving.
De garantie van het toestel vervalt wanneer het toestel wordt
gebruikt in een niet-huishoudelijke omgeving, d.w.z. in een
semi-commerciële, commerciële of gemeenschappelijke
omgeving.
Lees aandachtig de instructies vooraleer u het toestel installeert
en gebruikt.
• Haal het toestel uit de verpakking. Controleer of het beschadigd is en of
de ovendeur goed sluit.
Gebruik het toestel bij twijfel niet en neem contact op met de producent
of met een vakkundig opgeleid technicus.
• Houd onderdelen van de verpakking (bijv. plastic zakken,
polystyreenschuim, nagels, bandjes, enz.) buiten het bereik van
kinderen, aangezien deze ernstige verwondingen kunnen veroorzaken.
• Op de stalen en aluminium onderdelen van sommige toestellen is een
beschermende laag aangebracht. Verwijder deze laag vooraleer u het
toestel gebruikt.
• BELANGRIJK: Het is aangeraden geschikte beschermingskleding en
-handschoenen te gebruiken voor het hanteren of reinigen van dit toestel.
• Probeer niet om de technische eigenschappen van dit toestel te wijzigen,
aangezien dat gevaar bij het gebruik kan veroorzaken. De producent is
niet aansprakelijk voor ongemak door niet-naleving van deze instructie.
• OPGELET: Dit toestel mag enkel geplaatst worden in een continu
verluchte kamer volgens de desbetreffende bepalingen.
• Gebruik het toestel niet met een externe timer of een afzonderlijk
afstandsbedieningssysteem
• Koppel het toestel los van de elektriciteit vooraleer u het reinigt of
onderhoudt.
• WAARSCHUWING: Vermijd elektrische schokken door het toestel uit te
schakelen vooraleer u de ovenlamp vervangt.
• Gebruik geen stoomreiniger. Het vocht kan in het toestel terechtkomen
en dat onveilig maken.

5
• Raak het toestel niet aan met natte of bedampte handen (of voeten).
• Gebruik het toestel niet blootsvoets.
• Wanneer u het toestel niet meer gebruikt (of het wenst te vervangen door
een ander model), is het aangeraden om het – voor u het weg doet –
op een geschikte manier buiten werking te stellen, in overeenstemming
met de gezondheids- en milieubepalingen, en er vooral voor te zorgen
dat alle mogelijk gevaarlijke onderdelen onschadelijk worden gemaakt,
vooral met het oog op kinderen die met ongebruikte toestellen zouden
kunnen spelen.
• De verschillende componenten van het toestel zijn recyclebaar. Verwijder
deze als afval conform de geldende bepalingen in uw land. Verwijder de
elektriciteitskabel wanneer het toestel wordt afgedankt.
• Zorg ervoor dat de knoppen na gebruik in de uit-positie staan.
• Houd kinderen onder de 8 jaar uit de buurt van het toestel, tenzij ze
continu onder toezicht staan.
• Dit toestel mag gebruikt worden door kinderen vanaf 8 jaar en door
personen met beperkte lichamelijke, sensorische of geestelijke
vaardigheden of met een beperkte ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan, na gepaste instructies over het veilige gebruik van dit
toestel en indien zij de mogelijke risico’s begrijpen. Laat kinderen niet
met het toestel spelen. Kinderen mogen het toestel niet reinigen en
onderhouden zonder toezicht.
• De producent is niet aansprakelijk voor letsels van personen of schade
aan eigendom door incorrect of ongepast gebruik van het toestel.
• WAARSCHUWING: Tijdens het gebruik worden het toestel en de
bereikbare onderdelen heet; ook na gebruik blijven deze nog enige tijd
heet.
– Wees voorzichtig en raak geen verwarmingselementen aan (zowel aan
de kookplaat als in de oven).
– De deur is heet, gebruik de handgreep.
– Houd jonge kinderen uit de buurt om brandwonden te vermijden.
• Zorg ervoor dat de elektriciteitskabels van andere toestellen in de buurt
van het fornuis niet in contact kunnen komen met de kookplaten en niet
tussen de ovendeur geklemd kunnen raken.
• WAARSCHUWING: Onbeheerd koken op een kookplaat met vet of
olie kan gevaarlijk zijn en brand veroorzaken. Probeer NOOIT brand te
doven met water, maar schakel het toestel uit en dek het vuur af, bijv.
met een deksel of een vuurdeken.

6
• WAARSCHUWING: Brandgevaar: bewaar geen voorwerpen op het
kookoppervlak.
• WAARSCHUWING: Wanneer dit product correct geplaatst is, voldoet
het aan alle veiligheidseisen voor deze productcategorie. Wees echter
extra voorzichtig bij de achter- of onderkant van het toestel, aangezien
deze zones niet ontworpen en bedoeld zijn om aan te raken en scherpe
of ruwe kanten kunnen hebben, die letsels kunnen veroorzaken.
• EERSTE GEBRUIK VAN DE OVEN – volg deze instructies:
– Richt de binnenkant van de oven in zoals beschreven in het hoofdstuk
‘REINIGING EN ONDERHOUD’.
– Zet de lege oven op de maximumstand om vet van de
verwarmingselementen te verwijderen.
– Koppel het toestel los van de elektriciteit, laat de oven afkoelen en reinig
de binnenkant met een doek, water en een neutraal reinigingsmiddel;
droog daarna goed af.
• OPGELET: Gebruik geen ruwe schuurmiddelen of scherpe metalen
schrapers om het glas van de ovendeur te reinigen, aangezien deze
krassen op het oppervlak kunnen veroorzaken waardoor het glas kan
barsten.
• Breng geen aluminiumfolie aan op de wanden van de oven. Plaats
bakplaten of de druipplaat niet op de bodem van de oven.
• BRANDGEVAAR! Bewaar geen ontvlambaar materiaal in de oven of in
de opslagruimte.
• Gebruik altijd ovenwanten om schotels en bakplaten uit de hete oven te
halen.
• Hang geen handdoeken, theedoeken of andere voorwerpen aan het
toestel of aan de handgreep – dat kan brandgevaar opleveren.
• Reinig de oven regelmatig en zorg ervoor dat er zich geen vet of olie
verzamelt op de bodem van de oven of van de druipplaat. Verwijder
gemorste resten meteen.
• Sta niet op het fornuis of op de geopende ovendeur.
• Ga even achteruit wanneer u de ovendeur opent, zodat stoom en hete
lucht kunnen ontsnappen vooraleer u het voedsel eruit haalt.
• VEILIG OMGAAN MET VOEDSEL: Laat het voedsel voor en na het
koken zo kort mogelijk in de oven. Op die manier vermijdt u verontreiniging
door organismen, die voedselvergiftiging kunnen veroorzaken. Let hier
vooral voor op bij warm weer.
• WAARSCHUWING: Til het fornuis NIET op met de handgreep.

7
Deze tekening is slechts
indicatief
Kookplaatbe-
scherming
Handgreep/
handgrepen
deur
OPGELET – HEEL BELANGRIJK !
BRAND-/OVERVERHITTINGSGEVAAR:
• Geen servetten, lappen of andere voorwerpen op de
kookplaatbescherming of de handgreep/handgrepen van de
ovendeur aanbrengen terwijl het apparaat werkt of warm is.
OM SCHADE AAN HET APPARAAT TE VOORKOMEN:
• Het beschermende blad of de handgreep/handgrepen van
de ovendeur niet gebruiken om het fornuis op te heffen/te
verplaatsen.
• Niet op de kookplaatbescherming blad of de handgreep/
handgrepen van de ovendeur steunen.

8
Afb. 1.1
KOOKTAFEL
1
OPMERKING:
• Elektrische ontsteking is ingebouwd in de bedieningsknoppen van de gasbranders.
• Als het komfoor van een model met veiligheidsventielen is (bij iedere brander is een
sonde “T” aanwezig – zie afb. 7.1, 7.3 – niet te verwarren met de elektrode “S” van de
elektrische ontsteking), wordt de gastoevoer gestopt als de vlam per ongeluk dooft.
ALGEMENE KARAKTERISTIEKEN:
1. Snelkookplaat (A) 1,00 kW
2. Halfsnelle brander (SR) 1,75 kW
3. Snelle brander (R) 3,00 kW
4. Superbrander met driedubbele krans (TC) 3,50 kW
1
2
2
3
4

9
BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGSKNOPPEN
1. Bedieningsknop brander rechts voor
2. Bedieningsknop brander rechts achter
3. Bedieningshendel centrale brander
4. Bedieningsknop brander links achter
5. Bedieningsknop brander links voor
6. Schakelaar van de multifunctionele oven (oven links)
7. Thermostaatknop van de multifunctionele (oven links)
8. Thermostaatknop van de traditionele oven (oven rechts)
9. Schakelaar van de traditionele oven (oven rechts)
10. Elektronische klok/programmeur (
alleen de grote oven links)
Controlelampje:
11. Temperatuurcontrolelampje van de traditionele oven (oven rechts)
12. Temperatuurcontrolelampje van de multifunctionele oven (oven links)
BELANGRIJK:
Dit kooktoestel heeft een ingebouwde koelventilator: het geluid van de koelventilator
is te horen wanneer de oven of de grill in werking is.
BEDIENINGSPANEEL
2
3 2 1985 4
6710
12 11
A
U
T
O
Afb. 2.1

10
GEBRUIK VAN DE BRANDERS
De gastoevoer naar de brander wordt
bediend door een knop (Afb. 3.1).
Door het merkteken op de knop rechtover
de verschillende symbolen op het bedie-
ningsbord te plaatsen bekomt men:
- merkpunt
O
: gesloten kraan
(uitgedoofde brander)
- merkpunt : vol debiet
(brander op maximum)
- merkpunt : vertraagd debiet
(brander op minimum)
Als de branders met moeite ontbranden
vanwege de eigenschappen van het
gas dat het plaatselijke gasbedrijf levert,
probeer het dan met de knop op de laagste
stand.
Gebruik de hoogste stand om vloeistof
snel aan de kook te brengen en de laagste
stand voor het voorzichtig opwarmen van
voedsel en om vloeistof aan de kook te
houden.
Zet de bedieningsknop altijd op een stand
tussen de hoogste en de laagste stand, en
nooit tussen de hoogste en de gesloten
stand.
Let op: Het oppervlak van het komfoor
wordt tijdens het koken zeer heet.
Houd kinderen uit de buurt van het
komfoor.
Controleer na het koken altijd of u
de bedieningsknop naar de gesloten
stand heeft teruggedraaid.
Wanneer u het komfoor niet gebruikt
is het verstandig om de kraan op de
gastoevoer dicht te draaien.
KOOKTAFEL BEDIENINGSVOOR-SCHRIFT
3
Afb. 3.1
Afb. 3.2

11
KEUZE VAN BRANDERS
De positie van de branders staat aangeduid
op het bedieningsbord. Het symbool met
verschillende kleur of grasme duidt de
brander aan die bediend wordt door de
kraan die zich er net onder bevindt.
De brander dient gekozen te worden in
funktie van de diameter en de inhoud van
de gebruikte kookpan.
Ter inlichting: de branders en kookpannen
moeten volgens de hiernavolgende
aanduidingen gebruikt te worden:
Het is belangrijk dat de diameter van de
kookpan aangepast is aan het vermogen
van de brander teneinde het hoog
rendement van de branders zo goed
mogelijk te gebruiken en het onnodig
gasverbruik te vermijden. Een kleine
kookpan op een grote brander plaatsen
teneinde het gerecht vlugger aan de
kook te brengen, dient tot niets want de
warmteabsorptie blijft steeds dezelfde
tegenover het volume en de oppervlakte
van de braadpan.
BRANDERS DIAMETER
KOOKPANNEN
Hulpbrander 12 - 14 cm
Half-snelle 16 - 24 cm
Snelle 24 - 26 cm
Driedubbele kroon
26 - 28 cm
Gebruik geen pannen met een holle
of bolle bodem
ONSTEKING VAN DE BRANDERS
MET VEILIGHEIDSVENTIEL
Om de branders aan te steken:
1 –
Om een brander te ontsteken moet u de
bijbehorende bedieningsknop indrukken
en naar de hoogste stand (grote vlam
) draaien; houd de bedieningsknop
ingedrukt totdat de brander aan is.
(Als de stroom is uitgevallen kunt u de
brander ontsteken door er een vlam bij
te houden).
2 – Wacht ongeveer tien seconden na de
ontsteking van de brander, alvorens
de knop weer los te laten (de tijd om
het veiligheidsventiel te bewapenen).
3 – Regel de gaskraan op de gewenste
stand.
Mocht de vlam van de brander om
welke reden ook doven, dan zal de
veiligheidsklep de gastoevoer automatisch
afbreken.
Om de werking weer te hervatten moet
u de knop in de stand Odraaien en de
brander opnieuw ontsteken volgens
bovenstaande instructies.
Indien bijzondere lokale omstandigheden
van het gedistribueerde gas de ontsteking
van de brander moeizaam maken,
wanneer de knop in de stand van het
maximumdebiet staat, adviseren wij de
procedure nogmaals uit te voeren, maar nu
met de knop in de minimumstand.
(Als de stroom is uitgevallen kunt u de
brander ontsteken door er een vlam bij te
houden).
Afb. 3.3

12
Opgelet :
Tijdens de werking van de oven is de
ovendeur warm.
Houdt de jonge kinderen op afstand.
ALGEMENE KENMERKEN
Zoals zijn naam het zegt, gaat het hier
om een oven die specifieke funktionele
kenmerken bezit Het is inderdaad mogelijk
7 verschillende funkties te gebruiken om
aan elke kookvereiste te voldoen.
Deze 7 funkties, met thermostatische
controle, worden verwezenlijkt door 4
verwarmingselementen:
– Onderweerstand 1200 W
– Bovenweerstand 1000 W
– Grillweerstand 2000 W
– Ringvormige weerstand 2200 W
OPMERING:
Voor het eerste gebruik is het raadzaam om
de lege oven 30 minuten op stand te
laten werken en vervolgens nogmaals 30
minuten op de maximumtemperatuur
(thermostaatknop op 250°C) in de standen
en
, om alle sporen van vet van de
verwarmingselementen te verwijderen.
Maak de oven en zijn accessoires schoon
met warm water en vloeibaar afwasmiddel.
WAARSCHUWING:
De deur is heet. Gebruik het handvat.
Gedurende het gebruik wordt het
apparaat warm. Opletten om niet de
warme elementen binnen de oven te
treffen.
WERKINGSPRINCIPE
Het opwarmen en koken met de
MULTIFUNKTIE oven gebeurt als volgt:
a. door natuurlijke convectie
De warmte wordt produceerd door de
boven- en onderweerstand.
b. door gedwongen convectie
Een turbine zuigt de lucht in de moffel
van de oven aan, stuwt deze door de
witgloeiende schroefgangen van een
elektrische weerstand en stuwt deze
weer in de moffel. De warme lucht -
alvorens weer aangezogen te worden
om dezelfde cyc/us te hernemen
- omhult de gerechten in de oven
waardoor deze vlug en volledig
gaargekookt worden.
Bovendien kan men verschillende
gerechten tegelijkertijd koken.
c. door semi-gedwongen convectie
De door de boven- en onderweerstand
geproduceerde warmte wordt door de
turbine in de oven verdeeld.
d. door straling
De warmte wordt door de infra-
roodstralen van de grillweerstand
uitgestraald.
e. door straling en ventilatie
De door de infra-roodgrillweerstand
uitgestraalde warmte wordt door de
turbine in de oven verdeeld.
f. ventilatie
Het voedsel wordt zonder verwarming
door de ventilator ontdooid.
ELEKTRISCHE MULTIFUNKTIE OVEN (oven links)
4

13
Afb. 4.1
VERLICHTING
Bij het instellen van de knop in deze positie, licht het ovenlampje op.
De oven blijft verlicht als de schakelaar op één van de funkties is ingesteld.
THERMOSTAAT (Afb. 4.1)
De verwarmingselementen van de oven worden ingeschakeld door de knop op de
gewenste funktie te plaatsen en door de thermostaatknop op de gewenste temperatuur in
te stellen.
De controle van de werking (ON-OFF) van de verwarmingselementen wordt
uitgevoerd door de thermostaat; zijn werking wordt aangegeven door het lampje op het
knoppenbord.
TRADITIONEEL KOKEN-CONVECTIE
Werking van de onder- en bovenweerstand.
De warmte wordt door natuurlijke convectie verspreid en de temperatuur moet geregeld
worden van 50° tot 250 °C met de thermostaatknop. De oven dient voorverwarmd te
worden alvorens de gerechten in de oven te plaatsen.
Aangeraden Gebruik:
Voor gerechten die volledig gaargekookt moeten worden.
Vb: gebraad, varkensribben, schuimgebak (meringue).
BAKSTANDENSCHAKELAAR (Afb. 4.2)
Draai de knop met de klok mee om één van de bakstanden in te stellen.
Afb. 4.2

14
ROOSTEREN MET DE GRILL
Werking van de elektrische weerstand met infra-roodstraling.
Met de ovendeur dicht gebruiken en met de thermostaatknop op een stand tussen 50° en
225°C voor ten hoogste 15 minuten en vervolgens op 175°C.
De grill niet langer dan 30 min. gebruiken.
Opgelet : tijdens de werking van de oven is de ovendeur warm. Houdt de jonge
kinderen op afstand.
Voor een correct gebruik verwijzen wij naar het hoofdstuk “Gebruik van de grill”
Aangeraden Gebruik:
Traditioneel roosteren met de grill, braden, bruinen, gratineren, roosteren, enz.
KOKEN MET WARME LUCHT
Werking van de ringvormige weerstand en van de turbine.
De warmte wordt door gedwongen convectie verspreid en de temperatuur dient
geregeld te worden van 50° tot 250 °C d.m.v. de thermostaatknop. De oven moet niet
voorverwarmd worden.
Aangeraden Gebruik:
Voor gerechten die een goedgebakken korstje moeten hebben en binnen zacht of roze
dienen te zijn.
Vb.: lasagne, lamsvlees, rosbif, gehele vissen, enz.
ONTVRIEZEN VAN INGEVRO REN VOEDINGSMIDDELEN
Enkel werking van de ovenventilator.
Te gebruiken met de thermostaatknop op stand “ •” daar elke andere stand geen enkele
uitwerking heeft.
Het ontvriezen gebeurt door de ventilatie, zonder verwarming.
Aangeraden Gebruik:
Om snel de ingevroren gerechten te ontvriezen.
Ongeveer één uur per kilo.
De duur variëert in funktie van de kwaliteit en het soort te ontvriezen voedingsmiddelen.

15
WARMHOUDEN VAN GEKOOKTE GERECHTEN OF ZACHTJES
OPWARMEN VAN GERECHTEM
Werking van de bovenweerstand, van de ringvormige weerstand en de turbine.
De warmte wordt verspreid door gedwongen convectie, met meer intensiteit op het
niveau van de bovenweerstand.
De temperatuur dient geregeld te worden van 50° tot 140°C met de thermostaatknop.
Aangeraden Gebruik:
Om vooraf gekookte gerechten warm te houden. Om zachtjes de reeds gekookte
gerechten op te warmen.
KOKEN MET GEVENTILEERDE GRILL
Werking van de infra-roodgrillweerstand en de turbine.
De warmte wordt hoofdzakelijk verspreid door straling en de ventilator verdeelt de warmte
over de ganse oven. De temperatuur moet d.m.v. de thermostaatknop worden geregeld
op een stand tussen 50° en 175° (voor maximaal 30 minuten).
De oven moet voorverwarmd worden gedurende 5 minuten.
Attentie: Voor gebruik moet de deut-van de oven gesloten zijn.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de ovendeur zeer heet.
Houd kinderen weg van de oven.
Voor een correct gebruik verwijzen wij naar het hoofdstuk “ROOSTEREN EN
GRATINEREN” .
Aangeraden Gebruik:
Voor het roosteren van gerechten waarvan de buitenkant gebruind moet worden om het
vleessap binnenin te behouden. Vb: kalfsbiefstuk, entre-côte, hamburger, enz.
KOKEN MET GEDWONGEN CONVECTIE
Werking van de onder- en bovenweerstand en van de turbine.
De boven-en onderwarmte wordt in de oven verdeeld door semi gedwongen convectie.
De temperatuur dient geregeld te worden van 50° tot 250 ° C met de thermostaatknop.
Aangeraden Gebruik:
Voor grote hoeveelheden en grotere volumes die gelijkmatig moeten gebakken of
gebraden worden.
Vb.: roulades, kalkoen, lamsbout, taart, enz.

16
KOOKWENKEN
STERILISEREN
Het steriliseren van levensmiddelen in
bokalen gebeurt als volgt (volle bokalen,
hermetisch gesloten):
a. de schakelaar op stand plaatsen;
b. de thermostaatknop op stand 185 °C
plaatsen en de oven voorverwarmen;
c. de druipplaat met warm water vullen;
d. de bokalen op de druipplaat zetten
en erop letten dat ze elkaar niet
raken; de deksels bevochtigen met
water; de ovendeur sluiten en de
thermostaatknop op stand 135 °C
plaatsen.
Wanneer het steriliseren begint, t.w.
wanneer er luchtbellen in de bokalen
gevormd wor den, de oven uitschakelen
en laten afkoelen.
VERBETEREN
De schakelaar op stand plaatsen en de
thermostaatknop op stand 150 °C.
Brood wordt weer knappend vers als
men het ongeveer 10 minuten in de oven
plaatst nadat het lichtjes bevochtigd werd.
BRADEN
Om op de klassieke manier te braden
(gaar gebakken) volstaat het volgende
punten in acht te nemen:
– de oventemperatuurinstellen tussen
180° en 200 ° C .
– de hoeveelheid en de kwaliteit van het
vlees.
SIMULTAAN KOKEN
De standen en de MULTIFUNKTIE
oven laten toe verschillende heterogene
bereidingen simultaan te koken. Aldus kan
men tezelfdertijd verschillende gerechten
koken zoals vb. vis, taart en vlees
zonder dat de aroma’s en smaken zich
vermengen.
Dit is mogelijk omdat de dampen en vetten
geoxydeerd worden door de elektrische
weerstand en zich dus niet kunnen
afzetten op de gerechten.
De enige te nemen voorzorgen zijn:
– de kooktemperaturen moeten zo
dicht mogelijk bij elkaar liggen met
een verschil van maximum 20° tot
25 °C tussen de extreem vereiste
temperaturen voor de verschillende
gerechten;
– de gerechten zullen op verschillende
tijdstippen in de oven geplaast worden,
rekening houdend met de verschillende
kookduur.
Het resultaat van deze kookwijze is een
evidente energie en tijdbesparing.
ROOSTEREN EN GRATINEREN
Met de schakelaar op stand
kan het roosteren zonder braadspit
gbeuren, daar delucht volledig rond
de gerechten verspreid wordt. De
thermostaatknop op stand 175°C plaatsen
en na voorverwarming van de oven de
gerechten op het rooster plaatsen, de
ovendeur sluiten en de oven laten verder
verwarmen tot het roosteren voleindigd is.
Voor het eind van de kooktijd enkele
boterkrulletjes toevoegen om het mooie
gravneffekt te bekomen.
De grill niet langer dan 30 min.
gebruiken.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de
ovendeur zeer heet.
Houd kinderen weg van de oven.

17
KOKEN MET DE GRILL
De oven moet voorverwarmd worden
gedurende 5 minuten.
Voor gebruik moet de deur van de oven
gesloten zijn.
Het gerecht op het ovenroosterplaatsen
dat zo hoog mogelijk in de oven wordt
geschoven.
Breng de ovenschaal onder de grill aan,
om het vet en de sappen op te vangen.
Attentie: Voor gebruik moet de deur
van de oven gesloten zijn.
De grill niet langer dan 30 min.
gebruiken.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de
ovendeur zeer heet.
Houd kinderen weg van de oven.
KOKEN MET DE OVEN
De oven voorverwarmen op de gewenste
temperatuur.
Wanneer de oven de gewenste
temperatuur bereikt heeft, het gerecht in
de oven plaatsen en de kooktijd nakijken.
De oven 5 min. voor het eind van de
kooktijd uitschakelen om de in de oven
opgestapelde warmte te benutten.
Ter informatie geven we in volgende
tabel enkele gerechten met hun
bereidingstemperauren in °C.
Tijd en temperatuur schommelen
afhankelijk van de hoeveelheid en de
grootte van de stukken.
GERECHTEN
TEMPERATUUR
Savoiegebakjes 150°C
Chocoladecake 150°C
Rijst in de oven 150°C
Konijnepastei 175°C
Kaassoufflé 175°C
Rundsvlees met uitjes 175°C
Macaronikrans 175°C
Vier-vierde gebak 175°C
Karamelvla 175°C
Gevulde tomaten 200°C
Pizza 200°C
Zeebrasem met uitjes 200°C
Forel met amandelen 200°C
Wijting in de oven 200°C
Eend 200°C
Aardappelen in de oven 200°C
Appeltaart 200°C
Soezendeeg 200°C
Geroosterde paprika’s 200°C
Kalfskotelet 200°C
Varkenskotelet 200°C
Lamskotelet 225°C
Kalfsgebraad 225°C
Kippegebraad 225°C
Appelen in de oven 225°C
Eieren in vuurvaste schoteltjes 225°C
Omelet 225°C
Rundsgebraad 225°C
Lamsbout 225°C
Lamsschouder 225°C
Gegratineerde macaroni 225°C

18
Afb. 5.1 Afb. 5.2
Opgelet :
Tijdens de werking van de oven is de
ovendeur warm.
Houdt de jonge kinderen op afstand.
ALGEMENE KENMERKEN
Het fomuis wordt in propere staat
geleverd. Nochtans is het aangeraden,
voor het eerste gebruik, de oven te laten
warmen op maximum temperatuur (250
°C) om de eventuele vetsporen op de
weerstanden te verwijderen.
De elektrische oven is uitgerust met 3
weerstanden:
–
Bovenweerstand
643 W
–
Onderweerstand
735 W
–
Grillweerstand
1332 W
WERKINGSPRINCIPE
Het opwarmen en koken met de
NATUURLIKE CONVECTIE oven gebeurt
als volgt:
a. door natuurlijke convectie
De warmte wordt produceerd door de
boven- en onderweerstand.
b. door straling
De warmte wordt door de infra-
roodstralen van de grillweerstand
uitgestraald (Voor gebruik moet de
deur van de oven gesloten zijn).
WAARSCHUWING:
De deur is heet. Gebruik het handvat.
Gedurende het gebruik wordt het
apparaat warm. Opletten om niet de
warme elementen binnen de oven te
treffen.
OPMERING:
Alvorens de oven voor de eerste keer te
gebruiken, de oven leeg aanzetten. Stel
de hoogste stand in en zet de
temperatuurknop op 250°C.
Laat de oven gedurende een uur in functie
anstaan en daarna nog 15 minuten in
functie .
Hierdoor worden eventuele vetresten van
de verwarmingselomenten verwijderd.
ELEKTRISCHE OVEN MET NATUURLIKE CONVECTIE (oven rechts)
5

19
VERLICHTING
Bij het instellen van de knop in deze
positie, licht het ovenlampje op.
De oven blijft verlicht als de schakelaar op
één van de funkties is ingesteld.
TRADITIONEEL
KOKEN-CONVECTIE
Werking van de onder- en
bovenweerstand.
De warmte wordt door natuurlijke
convectie verspreid en de temperatuur
moet geregeld worden van 50° tot 250 °C
met de thermostaatknop. De oven dient
voorverwarmd te worden alvorens de
gerechten in de oven te plaatsen.
In de stand treedt de draaispitmotor in
werking.
Aangeraden Gebruik:
Voor gerechten die volledig gaargekookt
moeten worden.
Vb: gebraad, varkensribben, schuimgebak
(meringue).
ROOSTEREN MET DE
GRILL
Werking van de elektrische weerstand met
infra-roodstraling.
Met de ovendeur dicht gebruiken en
met de thermostaatknop op een stand
tussen 50° en 225°C voor ten hoogste 15
minuten en vervolgens op 175°C.
In de stand treedt de draaispitmotor in
werking.
Voor een correct gebruik verwijzen wij
naar het hoofdstuk “ROOSTEREN EN
GRATINEREN” .
Aangeraden Gebruik:
Traditioneel roosteren met de grill, braden,
bruinen, gratineren, roosteren, enz.
De grill niet langer dan 30 min.
gebruiken.
Opgelet : tijdens de werking van de oven
is de ovendeur warm. Houdt de jonge
kinderen op afstand.
BAKSTANDENSCHAKELAAR (Afb. 5.1)
Draai de knop met de klok mee om één van
de bakstanden in te stellen.
KOKEN MET DE GRILL
De oven moet voorverwarmd worden
gedurende 5 minuten.
Voor gebruik moet de deur van de oven
gesloten zijn.
Het gerecht op het ovenroosterplaatsen
dat zo hoog mogelijk in de oven wordt
geschoven.
Breng de ovenschaal onder de grill aan,
om het vet en de sappen op te vangen.
Attentie: Voor gebruik moet de deur
van de oven gesloten zijn.
De grill niet langer dan 30 min.
gebruiken.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de
ovendeur zeer heet.
Houd kinderen weg van de oven.
THERMOSTAAT (Afb. 5.2)
De verwarmingselementen van de oven
worden ingeschakeld door de knop op
de gewenste functie te plaatsen en door
de thermostaatknop op de gewenste
temperatuur in te stellen (van 50° tot 250
°C ).
De controle van de werking (ON-OFF)
van de verwarmingselementen wordt
uitgevoerd door de thermostaat; zijn
werking wordt aangegeven door het lampje
op het knoppenbord.

20
KOKEN MET DE OVEN
De oven voorverwarmen op de gewenste
temperatuur.
Wanneer de oven de gewenste
temperatuur bereikt heeft, het gerecht in
de oven plaatsen en de kooktijd nakijken.
De oven 5 min. voor het eind van de
kooktijd uitschakelen om de in de oven
opgestapelde warmte te benutten.
Ter informatie geven we in volgende
tabel enkele gerechten met hun
bereidingstemperauren in °C.
Tijd en temperatuur schommelen
afhankelijk van de hoeveelheid en de
grootte van de stukken.
GERECHTEN
TEMPERATUUR
Savoiegebakjes 150°C
Chocoladecake 150°C
Rijst in de oven 150°C
Konijnepastei 175°C
Kaassoufflé 175°C
Rundsvlees met uitjes 175°C
Macaronikrans 175°C
Vier-vierde gebak 175°C
Karamelvla 175°C
Gevulde tomaten 200°C
Pizza 200°C
Zeebrasem met uitjes 200°C
Forel met amandelen 200°C
Wijting in de oven 200°C
Eend 200°C
Aardappelen in de oven 200°C
Appeltaart 200°C
Soezendeeg 200°C
Geroosterde paprika’s 200°C
Kalfskotelet 200°C
Varkenskotelet 200°C
Lamskotelet 225°C
Kalfsgebraad 225°C
Kippegebraad 225°C
Appelen in de oven 225°C
Eieren in vuurvaste schoteltjes 225°C
Omelet 225°C
Rundsgebraad 225°C
Lamsbout 225°C
Lamsschouder 225°C
Gegratineerde macaroni 225°C
This manual suits for next models
1
Table of contents
Languages:
Other M-system Range manuals