MW TECH HARVEY TZLI30M User manual

M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
HANDLEIDING - MODE D’EMPLOI - MANUAL
TZLI30M (790031701)
TZLI30MRT (790031705)
Tafelzaag
Scie à table
Table saw
P.02 Gelieve te lezen en voor later gebruik bewaren
P.22 Veuillez lire et conserver pour consultation ultérieure
P.42 Please read and keep for future reference
FR
EN
NL
copyrighted document - all rights reserved by FBC

2
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
1 Veiligheid
De veiligheidssymbolen zijn bedoeld om uw aandacht te vestigen op mogelijke gevaarlijke omstandigheden. Deze handleiding
gebruikt een reeks symbolen en woorden om het belang van veiligheidsberichten aan te geven. Het verloop van de symbolen
wordt hieronder beschreven:
GEVAAR!
Wijst op een dreigende gevaarlijke situatie die, indien niet vermeden, de dood of ernstige letsels kan veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Wijst op een mogelijke gevaarlijke situatie die, indien niet vermeden, de dood of ernstige letsels kan veroorzaken.
AANDACHT!
Wijst op een mogelijke gevaarlijke situatie die, indien niet vermeden, lichte of matige verwondingen kan veroorzaken.
Kan ook gebruikt worden om praktijken aan te pakken die geen verband hebben met het risico op letsels.
OPMERKING
Symbool dat gebruikt wordt om de gebruiker nuttige informatie te geven over de juiste werking van de machine.
Algemene veiligheidsvoorschriften
• Ken uw machine. Lees en begrijp de handleiding en de op de machine aangebrachte etiketten. Leer meer over de
toepassingen en beperkingen en de specieke potentiële gevaren.
• Aard de machine. Elektrocutie, brand of materiële schade kunnen optreden als de machine niet goed elektrisch
aangesloten en geaard is.
• Houd de werkruimte schoon en goed verlicht. Rommelige of donkere plaatsen zijn een bron van ongelukken.
• Houd kinderen en andere personen uit de buurt terwijl de machine in bedrijf is. Door verstrooidheid kunt u de controle
verliezen. Alle bezoekers moeten op een veilige afstand van de werkruimte gehouden worden.
• Kinderen zijn niet toegelaten in de werkplaats. Ongeschoolde gebruikers lopen het risico op zware of dodelijke letsels.
Laat alleen geschoolde/onder toezicht staande personen de machine bedienen.
• Koppel de machine altijd los alvorens de machine in te stellen of te onderhouden, of voordat u een gereedschap wisselt. Dit
voorkomt het risico op letsels bij onbedoeld opstarten of contact met onder spanning staande onderdelen.
• U kunt geschokt, verbrand of gedood worden door het aanraken van onder spanning staande onderdelen of onjuist
geaarde machine. Om dit risico te beperken, moeten alle werkzaamheden aan de elektrische installatie door een
gekwaliceerde elektricien uitgevoerd worden. Schakel de stroomtoevoer altijd uit voordat u toegang krijgt tot elektrische
apparatuur.
!
Inhoud
1 Veiligheid.............................................................................................................................................................. 2
2 Elektrische vereisten ................................................................................................................................................ 5
3 Technische gegevens .............................................................................................................................................. 6
4 Omschrijving van de machine.................................................................................................................................. 7
5 Uitpakken en inventariseren ..................................................................................................................................... 8
6 Assemblage........................................................................................................................................................... 9
7 Instellingen.......................................................................................................................................................... 14
8 Bediening ........................................................................................................................................................... 17
9 Veiligheidsaccessoires........................................................................................................................................... 19
10 Onderhoud ....................................................................................................................................................... 20
11 Storingen oplossen ............................................................................................................................................. 21
12 Schakelschema .................................................................................................................................................. 62
13 Onderdelen....................................................................................................................................................... 63
14 EG conformiteitsverklaring ................................................................................................................................... 73
copyrighted document - all rights reserved by FBC

3
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
• Vermijd gevaarlijke omgevingen. Gebruik geen elektrisch gereedschap in vochtige ruimtes en stel het niet bloot aan regen.
Zorg voor een geschikte en goed verlichte werkruimte.
• Draag geschikt kleding. Draag geen losse kleding, handschoenen, stropdassen of sieraden (ring, horloge), omdat deze
in bewegende delen kunnen vast komen te zitten. Draag antislipschoenen. Bind lang haar samen. Rol de lange mouwen
boven de elleboog.
• Draag een veiligheidsbril. Een gewone bril is alleen schokbestendig maar geen veiligheidsbril. Draag ook een stofmasker
als uw werk stof produceert.
• Draag een gehoorbescherming bij het bedienen van lawaaierige machines. Langdurige blootstelling aan geluid zonder
bescherming kan leiden tot permanente gehoorverlies.
• De beschermingen en afdekkingen verminderen het risico van onbedoeld contact met bewegende of rondvliegende delen.
Maak zeker dat ze goed geïnstalleerd zijn, niet beschadigd en dat ze goed werken voordat u de machine gebruikt.
• Maak er een gewoon van om te controleren dat alle sleutels van de machine zijn verwijderd voordat u de machine
inschakelt.
• Zorg altijd voor een stabiele positie en een goede balans tijdens het werk. Vermijd onhandige handposities die het moeilijk
maken om het werkstuk onder controle te houden of het risico op onopzettelijke letsel te vergroten.
• Onderhoud het gereedschap zorgvuldig. Houd de gereedschappen schoon en scherp voor veilige prestaties. Volg de
instructies om de accessoires te smeren en te vervangen.
• Vermijd onbedoeld opstarten. Maak zeker dat de schakelaar op “Uit” staat voor het aansluiten van de machine.
• Gebruik het geschikt gereedschap. Forceer het apparaat of de accessoires niet voor werkzaamheden waarvoor ze niet
ontworpen zijn.
• Gebruik aanbevolen accessoires. Raadpleeg de handleiding voor de aanbevolen accessoires en volg de instructies van de
fabrikant. Het gebruik van ongeschikte accessoires kan naar gevaren leiden.
• Klim nooit op de machine. Gevaar voor zware letsels bij kantelen van de machine.
• Controleer voor ieder gebruik van de machine de goede werking van de beschermingen en andere onderdelen. Controleer
of de bewegende delen goed uitgelijnd zijn, of er geen gebroken onderdelen zijn, of alle onderdelen goed gemonteerd
en in goede staat zijn alvorens de machine te gebruiken. Beschadigde beschermingen of andere onderdelen moeten
gerepareerd of vervangen worden.
• Laat de machine nooit onbeheerd draaien. Zet de schakelaar op “Uit”. Verlaat het werkgebied niet totdat de machine
volledig tot stilstand gekomen is.
Specieke veiligheidsvoorschriften voor tafelzagen
• Gebruik altijd een bescherming, een spouwmes en een terugslagvinger voor alle “doorzagen” operaties. Doosteekzagen
zijn de handelingen waarbij het zaagblad volledig door het werkstuk snijdt, zoals bij langssneden of dwarssneden.
• Houd het werkstuk altijd stevig vast tegen de verstekgeleider of langsgeleider.
• Gebruik altijd een duwstok op smalle stukken te zagen. Raadpleeg de instructies voor langssneden.
• Gebruik altijd de langsgeleider of verstekgeleider om het werkstuk te plaatsen en te geleiden.
• Sta nooit of laat nooit een deel van uw lichaam in lijn met het pad van het zaagblad.
• Reik nooit achter of onder het snijgereedschap, om welke reden dan ook.
• Verwijder de langsgeleider voor dwarssneden.
• Bij het snijden van sierlijsten mag het werkstuk nooit tussen de langsgeleider en de snijkop geleid worden. Raadpleeg de
instructies in de handleiding van het toebehoren voor het snijden van sierlijsten.
• Voedingsrichting. Voer het werkstuk naar het zaagblad in tegen de draairichting ervan.
• Gebruik de langsgeleider nooit als lengteaanslag bij het uitvoeren van dwarssneden.
• Probeer nooit een vastzittend zaagblad los te maken zonder eerst de machine uit te schakelen.
• Zorg voor een geschikte ondersteuning aan de achterkant en zijkanten van de zaag voor lange of brede werkstukken.
• Vermijd terugslagen (werkstuk naar u toe geprojecteerd) door het zaagblad scherp te houden, de langsgeleider parallel
aan het zaagblad, het spouwmes, de terugslagvinger en de beschermkap goed op hun plaats te houden, door het
werkstuk niet los te laten zolang het niet volledig achter het zaagblad gepasseerd is, en door geen langssneden te maken
van een verdraaid of vervormd werkstuk, of zonder rechte rand om tegen de langsgeleider te geleiden.
• Vermijd delicate handelingen en de handposities waarbij een plotselinge verschuiving ertoe kan leiden dat de hand naar
het roterende zaagblad toe beweegt.
• Bescherm uzelf tegen terugslag. Zelfs als u weet hoe een terugslag te vermijden, kan dat toch gebeuren. Hier zijn enkele
tips om uzelf te beschermen in het geval van een terugslag van het werkstuk:
- Blijf aan de zijkant van het zaagblad tijdens het werk. Als er een terugslag optreedt, wordt het meestal direct in de
richting van het zaagblad geprojecteerd.
- Draag een veiligheidsbril of een vizier. Als er een terugslag optreedt, zijn uw ogen en gezicht de meest kwetsbare
delen van uw lichaam.
- Plaats om welke reden dan ook nooit uw hand achter het zaagblad. Als er een terugslag optreedt, wordt uw hand in
het zaagblad getrokken worden, wat een amputatie tot gevolg kan hebben.
copyrighted document - all rights reserved by FBC

4
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
- Gebruik een duwstok om uw handen zo ver mogelijk van het roterende zaagblad te houden. In het geval van een
terugslag van het werkstuk, zal het duwstok waarschijnlijk de schade opvangen, die uw hand zou hebben ondergaan.
- Gebruik een geleider of terugslagmiddel om de aanvoer van het werkstuk te helpen en een terugslag te vermijden of te
vertragen.
AANDACHT!
Uit de statistieken blijkt dat meest voorkomende ongevallen onder tafelzaaggebruikers te maken
hebben met de terugslag (of terugspringen) van het werkstuk. De terugslag (terugspringen) is de
snelle verplaatsing van het werkstuk van de tafelzaag naar de bediener. Naast het gevaar dat
de bediener of andere mensen in de werkzone door het vliegende materiaal geraakt worden,
gebeurt het vaak dat de handen van de bediener tijdens de terugslag in het zaagblad getrokken
worden.
De bescherming van personen tegen elektrische schokken als gevolg van indirecte contacten moet
normaal gesproken gewaarborgd worden door de automatische isolatie van de stroomtoevoer
van de machine door de werking van een beveiligingsinrichting die door de gebruiker
geïnstalleerd wordt op de stroomleiding.
Toepasselijk gebruik van de machine
De machine is ontworpen voor het zagen van massief hout, spaanplaten, brandhout, multiplex en deze materialen wanneer ze
bedekt zijn met kunststof laminaat. De machine is niet ontworpen om vlees, metaal of boomstammen te zagen.
Deze machine is uitgerust met diverse veiligheidsvoorzieningen, die de bediener beschermen. Dit kan echter niet alle
veiligheidsaspecten omvatten. Daarom moet de bediener alle veiligheidsvoorschriften en bedieningsinstructies lezen
en begrijpen. Hij moet bovendien de andere aspecten van het gevaar in acht nemen, door rekening te houden met de
omgevingsomstandigheden en behandelde materialen.
Veiligheidssymbolen aan de machine bevestigd
Voor uw veiligheid worden pictogrammen op de machine aangebracht, die specieke gevaren aanduiden of bepaalde
informatie geven!
Zorg ervoor dat deze pictogrammen altijd schoon en leesbaar zijn. In sommige van onze handleidingen worden belangrijke
tekens geïllustreerd zoals in de volgende voorbeelden. Deze kunnen verschillen in het type van representatie, hoewel ze
gelijkwaardig zijn in hun betekenis!
Raadpleeg de handleiding
Betekent dat de handleiding gelezen moet worden.
Koppel de machine los van de stroomtoevoer
Betekent dat de machine losgekoppeld moet worden voor het onderhoud, in het geval van een storing of wanneer de
machine onbemand blijft.
Draag een oogbescherming
Betekent dat u een veiligheidsbril of een vizier moet dragen.
Draag een gehoorbescherming
Betekent dat u een gehoorbescherming moet dragen.
Draag veiligheidsschoenen
Betekent dat u veiligheidsschoenen moet dragen.
Aandacht - Elektriciteit
Om te waarschuwen voor een elektrisch gevaar.
Niet duwen
Om te voorkomen dat er op een object geduwd wordt.
Niet aanraken
Om te verbieden dat u uw handen in een opening steekt.
-
copyrighted document - all rights reserved by FBC

5
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Geluidsniveau
LWA = xx dB (gemeten waarde)
Geluidsvermogen: 92,7 dB (A) (onbelast) / 100,7 dB (A) (belast)
Geluidsdrukniveau: 76,7 dB (A) (onbelast) / 84,6 dB (A) (belast)
Bijhorende onzekerheid K = 4 dB
Gemeten volgens EN ISO 3746:2010.
De genoemde cijfers zijn emissieniveaus en zijn niet noodzakelijkerwijs veilige bedrijfsniveaus. Hoewel er een correlatie
bestaat tussen emissie- en blootstellingsniveaus, kan deze niet op betrouwbare wijze gebruikt worden om te bepalen of verdere
voorzorgmaatregelen al dan niet noodzakelijk zijn. Factoren die van invloed zijn op het werkelijke niveau van blootstelling van
het personeel zijn onder meer de kenmerken van de werkruimte en andere bronnen van lawaai, d.w.z. het aantal machines
en andere aangrenzende processen. Het toelaatbare niveau van blootstelling kan ook van land tot land verschillen. Deze
informatie stelt de bediener van de machine echter in staat om het gevaar en het risico beter in te schatten.
2 Elektrische vereisten
Aarding
Deze machine moet geaard worden. In het geval van een defect of storing, zorgt de aarding voor een lagere weerstand
tegen elektrische stroom, wat het risico van elektrische schokken vermindert. Om een goede aarding van uw tafelcirkelzaag te
handhaven, mag u de aardingspennen op geen enkel manier verwijderen of wijzigen.
WAARSCHUWING!
Als het stopcontact niet goed geaard is, kan deze zaagmachine een elektrische schok
veroorzaken, vooral bij gebruik in vochtige plaatsen. Om schokken of branden te voorkomen,
als de stroomkabel versleten of beschadigd is, moet deze onmiddellijk vervangen worden.
Alle stopcontacten zijn niet goed geaard. In geval van twijfel, neem contact op met een
gekwaliceerde elektricien.
Verlengsnoeren
Als een verlengsnoer noodzakelijk is, zorg ervoor dat het geschikt is voor de stroomsterkte die op de motorplaat aangegeven
wordt. Een te klein netsnoer veroorzaakt een spanningsval, met als gevolg een vermogensverlies en een oververhitting.
Minimale doorsnede ..............................................4 mm²
Maximale lengte (bij voorkeur korter)........................12 m
copyrighted document - all rights reserved by FBC

6
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
3 Technische gegevens
Elementen Specicaties
ZTLI30M ZTLI30MRT
Machine afmetingen
Gewicht 175 kg
Afmetingen (l x b x h) 1340 x 1650 x 1200 mm
Benodigde ruimte (L x l) 514 x 498 mm
Elektriciteit Schakelaar Schakelaar met overbelastingsbeveiliging
Moteur
Type TEFC-condensatorstart
Vermogen 1,65 kW, S6 40%
Spanning 220 V
Fasen Eenfasig
Ampère 10 A
Snelheid 2900 tpm
Frequentie 50 Hz
Transmissie Gestreepte V-riem
Zaagblad
Maximale zaagbladdiameter 254 mm
Dikte van het spouwmes/scheidingsmes 2,5 mm
Benodigde dikte van het bladlichaam 1,6 - 2,4 mm
Benodigde dikte van de zaagsnede 2,6 - 3,2 mm
Maximale groefbreedte 20 mm
Hellingshoek 0° - 45° naar links
Asgrootte 30 mm
Assnelheid 3850 tpm
Aslagers Afgedicht en permanent gesmeerd
Zaagcapaciteit
Maximale snijdiepte bij 90° 76 mm
Maximale snijdiepte bij 45° 53 mm
Maximale langssnede rechts van het
standaard zaagblad 795 mm
Maximale langssnede links van het
standaard zaagblad 43 mm
Tafel
Tafelhoogte vanaf de vloer 867 mm
Afmetingen hoofdtafel
(l x b x dikte) 550 x 800 x 40 mm
Tafelafmetingen met verlengstukken
(l x b) 1124 x 800 mm
Langsgeleider Afmetingen langsgeleider (l x h) 995 x 75/15,3 mm
Verstekgeleider Type gleuven in verstekgeleider T-gleuven
Afmetingen verstekgeleider (b x h) 19 x 9,5 mm
Andere
Lak Poederlak
Stofafvoeruitlaat 100 mm
Roltafel Nee Ja
copyrighted document - all rights reserved by FBC

7
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
4 Omschrijving van de machine
N° Omschrijving N° Omschrijving
1Achterplaat 10 Klemhendel langsgeleider
2Verstekgeleider 11 Handwiel voor zaagbladhelling
3Zaagbladbescherming 12 Handwiel voor zaagbladhoogteinstelling
4Langsgeleider 13 Knop voor handwielvergrendeling
5Achterrail 14 Schaalverdeling voor tafelkanteling
6Rechter plaat 15 Aan/Uit schakelaar
7Voorste rail 16 Motorkap
8Schaal 17 Stofafvoeruitlaat 4’’
9Voorste railbuis
Noot: Deze omschrijving dient ter referentie. De kenmerken zijn afhankelijk van het product.
copyrighted document - all rights reserved by FBC

8
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
5 Uitpakken en inventariseren
WAARSCHUWING!
Deze machine en de componenten ervan zijn zeer zwaar. Om ze op te tillen, gebruik een
heftoestel zoals een vorkheftruck voor zware voorwerpen.
WAARSCHUWING!
VERSTIKKINGSGEVAAR!
Verwijder onmiddellijk kunststof zakken en verpakkingsmateriaal, om verstikkingsgevaar te
voorkomen voor kinderen en dieren.
Hieronder volgt een omschrijving van de belangrijkste elementen die bij elk model geleverd worden.
A. Tafelzaagframe
B. Rechter plaat
C. Motorkap
D. Spouwmes
E. Zaagbladbescherming
F. Duwstok
G. Verstekgeleider
H. Allen sleutelset 2,5 - 8
I. Asens
J. Sleutel 13/27 mm
K. Inlegstuk voor groeven
L. Handwiel
M. Achterste rail
N. Voorste railbuis
O. Tube du rail avant
P. Langsgeleider
Q. Voorste rail
R. Achterste plaat
Tafelzaagframe Rechter verlengstuk
Motorkap Zaagbladbescherming en spouwmes
Achterste verlengstuk
Componenten inventaris
Langsgeleider en rails
Noot: Deze omschrijving dient ter referentie. De kenmerken zijn afhankelijk van het product.
copyrighted document - all rights reserved by FBC

9
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 1 - Gemonteerde motorkap
Figuur 2 - Gemonteerde verlengstukken
Figuur 3 - Afdichtband om het
verlengstuk naar boven te hellen
Figuur 4 - Afdichtband om het
verlengstuk naar beneden te hellen
Figuur 5 - Gemonteerd handwiel
6 Assemblage
Motorkap
Monteer de deur door de deurpennen in de twee scharnieren van het frame te
steken. (Zie guur 1)
Verlengstukken
1. Bevestig een gietijzeren verlengstuk links of rechts van de tafel met drie
zeskantbouten van 10 x 25 mm, borgringen en sluitringen van 10 mm. Vraag
een assistent om het verlengstuk vast te houden terwijl u de schroeven en
sluitringen plaatst. Draai met de hand aan. (Figuur 2)
OPMERKING
Als er geen assistent beschikbaar is, houdt u het verlengstuk
verticaal tegen de tafel, steekt u de centrale schroef en
blokeert u de sluitring met een vinger en draait u het
verlengstuk om het horizontaal te plaatsen. Plaats de
andere schroeven en sluitringen en draai met de hand aan.
2. Monteer het andere verlengstuk op dezelfde manier aan de andere kant van
de tafel.
3. Plaats de liniaal op de verlengstukken en de hoofdtafel, om te controleren dat
de oppervlakte vlak is.
4. Als het buitenste uiteinde van de verlengstukken naar beneden of naar
boven helt, gebruik afdichtband om de verlengstukken omhoog of omlaag te
kantelen. (Zie guren 3 en 4)
5. Herhaal deze stappen voor het andere verlengstuk.
OPMERKING
Inspecteer de verlengstukken en de oppervlakken van
de hoofdtafel om bramen of vreemde voorwerpen te
detecteren, die de assemblage kunnen verhinderen. De
randen van de verlengstukken moeten schoon en glad zijn.
Gebruik een metalen borstel of een vijl om de randen schoon
te maken indien nodig.
Handwiel en hendel
Monteer elke hendel in de handwielen voor de zaagbladhelling en
zaagbladhoogte, en bevestig met een 14 mm sleutel. Schroef de vergrendelknop
in het midden van elk handwiel en draai deze vast. (Zie guur 5)
!
!
Scharnier
copyrighted document - all rights reserved by FBC

10
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 6 - Monteer de voorste rail
Figuur 7 - Monteer de voorste railbuis
Figuur 8 - Controleer de positie van de
achterste rail
Figuur 9 - Langsgeleider op de rail
Figuur 10 - Gemonteerde verstekgeleider
Rails
1. Monteer de voorste rail op de tafel en de verlengstukken met 4 zeskantbouten
M8-1,25 x 40, 8 sluitringen en 4 borgringen van 8 mm en 4 zeskantmoeren
M8-1,25. (Zie guur 6)
2. Monteer de voorste railbuis op de voorste rail met 3 schroeven M6-1 x 16
mm, sluitringen en borgringen van 6 mm. (Zie guur 7)
3. Monteer de achterste rail door de boringen in de hoofdtafel met 2
zeskantbouten 5/16’’-18 x 1’’, borgringen en sluitringen van 8 mm.
OPMERKING
Zoals voor de voorste rail, maak zeker dat de achterste
rail parallel is aan het tafelblad en de sleuven onderaan de
verstekgeleider voordat u de bevestigingen vastdraait. (Zie
guur 8)
Langsgeleider
Plaats de langsgeleider op de rails rechts van het zaagblad. (Zie guur 9)
OPMERKING
De basis van de nok moet in contact komen met de nok op de
langsgeleider voordat u de langsgeleider op de rail plaatst,
anders kan de langsgeleider niet op de rail vastklikken.
Verstekgeleider
Schuif de verstekgeleider in de T-gleuf aan de linkerkant van het zaagblad.
(Zie guur 10)
!
!
Gelijk
copyrighted document - all rights reserved by FBC

11
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 11 - Magnetische schakelaar
Figuur 12 - Positie van de borgpen
Figuur 13 - Het zaagblad bevestigen
Figuur 14 - Langsgeleider
Figuur 15 - Parallellisme van de
langsgeleider
Magnetische schakelaar
Monteer de magnetische schakelaar linksonder op de voorste rail met 2
zeskantschroeven M5-8 x 8 mm, sluitringen en borgringen van 5 mm.
(Zie guur 11)
Zaagblad
1. Verwijder de zaagbladbescherming en het tafelinzetstuk.
2. Ontgrendel de vergrendelknop van het handwiel voor de
zaagbladhoogteinstelling en stel het zaagblad op de maximale hoogte in.
3. Druk op de borgpen (zie guur 12) en draai het zaagblad langzaam naar u toe
totdat de borgpen in de as vastklikt. Houd de as in de vergrendelde stand.
4. Plaats de meegeleverde steeksleutel (A) op de asmoer (B). Draai de sleutel
tegen de klok in om de moer los te draaien. Verwijder de as, de ens (C) en het
zaagblad (D). (Zie guur 13)
5. Plaats het nieuwe zaagblad op de as. Zorg ervoor dat de zaagbladtanden naar
de voorkant van de tafel wijzen. Plaats de ens en de moer op de as en draai
het zaagblad vast.
6. Plaats de zaagbladbescherming en het tafelinzetstuk terug.
WAARSCHUWING!
Zet de schakelaar op “Uit” en koppel de machine los van de
stroomtoevoer voordat u het zaagblad vervangt.
Het parallellisme van de langsgeleider controleren
Wanneer de geleider langs de rails glijdt, als deze de tafel sleept, stel dan de basis
van de achterste rail in (zie guur 14) om de geleider net genoeg op te tillen, zodat
de ruimte tussen de geleider en de tafel gelijk is van voor naar achter.
Schuif de geleider naar boven tegen de rechterrand van de versteksleuf, en
vergrendel deze op zijn plaats. Kijk hoe de geleider met de verstekgeleider
uitgelijnd is. (Zie guur 15)
De achterkant van de langsgeleider kan maximum 1/64’’ gedraaid worden vanuit
zijn positie parallel aan het zaagblad. Hierdoor ontstaat er een iets grotere opening
tussen de geleider en het zaagblad aan de achterkant van het zaagblad, om het
risico van vastlopen of verbranden van het werkstuk te verminderen wanneer het
ingevoerd wordt. Veel timmerlieden installeren bewust de langsgeleider op die
manier. Houd hier rekening mee bij het aanpassen van uw langsgeleider.
- Als de langsgeleider nog parallel is aan het zaagblad/versteksleuf, ga dan verder
met de instelling van de schaal van de geleider.
- Als de langsgeleider niet parallel is aan het zaagblad/versteksleuf, moet u deze
aanpassen.
Basis achterste rail
Hendel
De geleider
is parallel
aan de
versteksleuf,
die parallel
is aan het
zaagblad
Langsgeleider
Versteksleuf
Zaagblad
Borgpen
copyrighted document - all rights reserved by FBC

12
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 16 - Lijn de pijl van de
schaal uit
Figuur 19 - Kartelknop voor de
spouwmes
Figuur 17 - Gemonteerd verlengstuk
Figuur 18 - Het verlengstuk op niveau
met de tafel en uitbreidingen instellen
Figuur 20 - Zaagbladbescherming
Schaal van de langsgeleider
1. Schuif de langsgeleider tegen het zaagblad en vergrendel deze op zijn plaats.
2. Bevestig het zelfklevende meetlint van de voorste rail boven de buis van de
geleider door ervoor te zorgen dat deze parallel is aan de buis en dat de 0 net
onder de rode lijn op het pijlvenster is. (Zie guur 16)
3. Markeer de plaats van de 0 licht met een pen op de buis van de geleider en
verwijder vervolgens de langsgeleider.
4. Verwijder het vel papier van het zelfklevende meetlint en lijn de 0 op de schaal
zorgvuldig met de penmarkering op de buis.
OPMERKING
Als u een fout maakt, draai dan de schroeven op het pijlvenster
los, schuif de geleider tegen het zaagblad en pas het venster
met de pijl aan zodat de rode lijn onder de 0 komt op het
meetlint. Draai de schroeven weer vast.
Tafelverlengstukken
1. Monteer het verlengstuk tussen de voorste en achterste rails met de
zeskantschroeven M8 x 35 mm, sluitringen en borgringen van 8 mm en
zeskantmoeren M8. (Zie guur 17)
2. Pas het verlengstuk aan met behulp van een lange liniaal, zodat het vlak
is, d.w.z. op niveau en parallel aan de hoofdtafel en reeds geïnstalleerde
verlengstukken. Draai de bevestigingen vast. (Zie guur 18)
Zaagbladbescherming en spouwmes
1. Verwijder het tafelinzetstuk, trek op de kartelknop (zie guur 19) en draai deze
naar voren, zodat hij in de bovenste beugel vastklikt.
2. Druk het spouwmes volledig in de blok, draai vervolgens de kartelknop om de
beugel te ontgrendelen en de borgpen in het middengat van het spouwmes in te
zetten.
3. Trek het spouwmes naar boven om te controleren of het vergrendeld is in de
zaagbladbescherming. Wanneer de installatie correct is, moet het zijn zoals op
guur 20 getoond, en de zaagbladbescherming moet vrij kunnen draaien om het
tafeloppervlak in lage positie aan te raken. Deze moet ook hoog genoeg draaien
om het werkstuk te ontvangen.
!
Schroeven
Rode lijn
Pijlvenster
Beugel Borgpen
Kartel-
knop Instelblok
copyrighted document - all rights reserved by FBC

13
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 21 - Elementen van de
zaagbladbescherming
Figuur 22 - Uitlijningszone van het
scheidingsmes/spouwmes
Figuur 23 - Hoogteverschil tussen spouwmes
en zaagblad
Figuur 24 - Geautoriseerde afstanden tussen
spouwmes en zaagblad
De zaagbladbescherming omringt de bovenkant van het zaagblad en
vermindert het risico van onbedoeld contact met het zaagblad en houdt
de vliegende spanen en het stof tegen. De zaagbladbescherming wordt
ontworpen om op te tillen wanneer het werkstuk naar het zaagblad toe
beweegt, in contact met het zaagblad te blijven tijdens het zagen en daarna
terug naar de rustpositie tegen de tafel te keren wanneer de snede voltooid is.
De zaagbladbescherming bestaat uit het transparante scherm, het
spouwmes en de terugslagvinger (zie guur 21).
WAARSCHUWING!
Om de efciëntie van de zaagbladbescherming te
garanderen, moet deze zodanig geïnstalleerd worden
dat hij omhoog en omlaag kan bewegen om zich aan het
werkstuk aan te passen, terwijl de bovenkant van het
zaagblad steeds afgedekt wordt.
Scheidingsmes of spouwmes
Het scheidingsmes is een metalen plaat die voorkomt dat het net gesneden
werkstuk de achterkant van het zaagblad bekneld raakt door een terugslag
te veroorzaken. Het werkt ook als een barrière achter het zaagblad om te
voorkomen dat de handen in het zaagblad getrokken worden in het geval van
een terugslag. Plaats een liniaal tussen het zaagblad en het scheidingsmes.
Wanneer het correct uitgelijnd is, bevindt zich het scheidingsmes in de
“uitlijningszone” in guur 22 getoond, en is parallel aan de tafel.
Het spouwmes werkt op dezelfde manier als het scheidingsmes op de
zaagbladbescherming. Het is een metalen plaat die voorkomt dat het net
gesneden werkstuk de achterkant van het zaagblad bekneld raakt door
een terugslag te veroorzaken. Het verschil tussen het scheidingsmes en het
spouwmes is dat het spouwmes onder het hoogste draaipunt van het zaagblad
geïnstalleerd wordt, zoals in guur 23 getoond.
Door het hoogteverschil tussen het spouwmes en het zaagblad, kan het
werkstuk boven het zaagblad gaan tijdens niet-doorsnijdende sneden
(wanneer het zaagblad niet door de volledige dikte van het werkstuk snijdt).
Het spouwmes werkt als een barrière achter het zaagblad om te voorkomen
dat de handen in het zaagblad getrokken worden in het geval van een
terugslag. Het spouwmes moet in het bereik gehouden worden dat op
guur 24 getoond wordt. Om deze reden adviseren wij het gebruik van
10’’ zaagbladen alleen voor bewerkingen waarvoor het gebruik van een
spouwmes vereist wordt.
WAARSCHUWING!
Om een veilige werking van het spouwmes te
garanderen, moet het uitgelijnd en correct ingesteld
worden ten opzichte van het zaagblad.
Transparant scherm
Terugslag-
vinger
Scheidingsmes
Uitlijnings-
zone
Scheidingsmes
of spouwmes
Zaagblad
Minimum 1 mm
Maximum 5 mm Hoogteverschil
Afstand boven
Minimum 3 mm
Maximum 8 mm
Afstand beneden
Minimum 3 mm
Maximum 8 mm
copyrighted document - all rights reserved by FBC

14
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
7 Instellingen
AANDACHT!
Voor uw gemak zijn de onderstaande instellingen in de fabriek uitgevoerd en vereisen geen
wijzigingen. Vanwege de vele variabelen met betrekking tot het transport, raden wij u echter aan
minstens de volgende instellingen te controleren, om er zeker van te zijn dat het werk met uw
machine veilig en precies uitgevoerd zal worden.
GEVAAR!
Sluit de machine niet aan voor het uitvoeren van instellingen.
Figuur 25 - Stelschroeven
Figuur 26 - Stelschroeven
Figuur 27 - Geleider hoog/laag
Figuur 28 - Lage positie Figuur 29 - Hoge positie
Parallellisme van de langsgeleider
1. De langsgeleider moet perfect uitgelijnd zijn met de V-groef van de tafel. Om
dit te controleren, lijn de rand van de geleider met de V-groef uit en laat de
vergrendelingshendel (A) zakken (zie guur 25) om deze op zijn plaats te
houden. Controleer of de rand van de geleider en de groef parallel zijn. Als dit
niet het geval is, ontgrendel de geleider en draai deze om. Pas de stelschroeven
(H) aan (zie guur 26) naar binnen of naar buiten, controleer uw instelling en
herhaal indien nodig.
2. De druk van de vergrendelingshendel kan aangepast worden door de voorste
borgmoer (B) los te draaien en de stelschroeven (C) op dezelfde manier in te
stellen. Zorg ervoor dat de langsgeleider parallel blijft met de T-groef van de
tafel. Draai de borgmoer weer aan.
3. Om de geleider loodrecht op de tafel in te stellen, plaats een winkelhaak op
de tafel en tegen de zijkant van de geleider, draai de bovenste borgmoer (D)
los en pas de stelschroeven (E) aan totdat de geleider loodrecht is. Draai de
borgmoer weer aan.
4. De positie van het pijlvenster (F) kan indien nodig nagesteld worden. Draai de
schroeven (G) los, positioneer het pijlvenster opnieuw en draai de schroeven
weer aan.
OPMERKING
De instelling van het parallellisme van de geleider hoog/laag
gebeurt op dezelfde manier als voor de langsgeleider.
De geleider hoog/laag instellen
1. Draai de drie knoppen (A) op de geleider los, verwijder vervolgens de aluminium
plaat (C) (zie guur 27).
2. Draai de aluminium plaat naar beneden (zie guur 28) en monteer deze weer op
de geleider.
3. Draai de drie knoppen (A) weer aan.
4. De Hoge positie (zie guur 29) wordt op dezelfde manier als de Lage positie
ingesteld.
!
!
OPMERKING
De langsgeleider of de hoog/
laag geleider wordt geleverd
onder voorbehoud van
orderbevestiging.
copyrighted document - all rights reserved by FBC

15
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 30 - Voorbeeld van instelbare
winkelhaak
Figuur 31 - Montageschroeven tafel
Figuur 32 - 45° en 90° aanslagen
A
B
45° aanslag
Parallellisme tussen de T-groef van de tafel en het zaagblad
Uw zaag levert betere resultaten als de T-groef en de langsgeleider parallel
aan het zaagblad zijn. Als een van beide niet exact parallel is, krijgt u slechte
resultaten, maar, nog belangrijker, het risico van terugslag zal verhoogd worden.
Neem de tijd om uw tafel goed in te stellen. De paar minuten die u eraan besteedt
zullen niet verloren zijn.
1. Koppel de machine van de stroomtoevoer los!
2. Gebruik een instelbare winkelhaak om de afstand tussen de T-groef van de
tafel en het uiteinde van het zaagblad te meten, zoals in guur 30 getoond.
Zorg ervoor dat de voorkant van de winkelhaak vlak langs de T-groef ligt.
3. Met het uiteinde van de winkelhaak dat nauwelijks tegen het uiteinde van
het zaagblad ligt, blokkeer de winkelhaak op zijn plaats. Markeer nu het
zaagblad met een stift, op het punt waar u de meting heeft uitgevoerd.
WAARSCHUWING!
Het zaagblad is gevaarlijk scherp. Wees zeer voorzichtig en
draag handschoenen om het zaagblad te hanteren.
4. Draai het gemarkeerde uiteinde van het zaagblad naar de andere kant van
het tafelinzetstuk.
5. Schuif de winkelhaak tot aan het andere uiteinde van het tafelinzetstuk
en vergelijk de afstand tussen het gemarkeerde uiteinde en dit van de
winkelhaak.
De positieve 45° en 90° aanslagen instellen
Het kantelmechanisme van het zaagblad is voorzien van positieve 45° en 90°
aanslagen. Ga als volgt te werk voor de instelling:
1. Koppel de machine los van de stroomtoevoer!
2. Breng het zaagblad naar zijn maximale hoogte.
3. Stel het zaagblad op 90° ten opzichte van de tafel door het handwiel voor
zaagbladhelling zo ver mogelijk naar links te draaien.
4. Plaats een winkelhaak op de tafel en controleer of het zaagblad een perfecte
90° hoek met de tafel vormt.
• Als het zaagblad niet op 90° is, draai dan de borgmoer (C) zoals
op guur 32 en draai de aanslag (D) naar binnen of naar buiten. De
aanslagring (D) moet tegen de voorste astap stoppen wanneer het zaagblad op 90° is ten opzichte van de tafel.
Controleer en corrigeer opnieuw indien nodig. Draai de borgmoer (C) weer aan.
• Als de 45° aanslag niet goed ingesteld is, draai hetzelfde handwiel zo ver mogelijk naar rechts en volg dezelfde
procedure met de borgmoer (A) zoals op guur 32 en de aanslagring (B). De aanslagring (B) moet tegen de voorste
astap stoppen wanneer het zaagblad op 45° is ten opzichte van de tafel. Controleer opnieuw en corrigeer indien
nodig. Draai de borgmoer (A) weer aan.
• Als het uiteinde van het zaagblad dit van de winkelhaak niet aanraakt zoals bij de eerste meting, moet de tafel
aangepast worden. Ga naar stap 6.
• Als de afstand gelijk is aan beide kanten, ga naar stap 7.
6. Om de tafel in te stellen, draai de 4 dopschroeven op de montageplaatsen van de tafel (zie guur 31) en tik de tafel licht
in de gewenste richting. Herhaal stappen 2-5 totdat het zaagblad en de versteksleuf parallel zijn.
7. Draai de montageschroeven van de tafel afwisselend aan met een zeskantsleutel. (Zie guur 31)
Montageschroeven
copyrighted document - all rights reserved by FBC

16
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 33 - Motorbevestigingsschroef
Figuur 34 - De riemspanning controleren
Figuur 35 - Stelschroeven
verstekgeleider
WAARSCHUWING!
Maak zeker dat de machine losgekoppeld is van de stroomtoevoer!
Figuur 36 - Stelschroeven
verstekgeleiderstaaf
Knop
positieve
aanslag
Schroeven -
Aanslagknopblok
Stelschroeven
Riemschijf
Deectie
Bevestigings-
schroef
V-riemen
Riemspanning
1. Laat het zaagblad volledig zakken, open de motorkap.
2. Draai de motorbevestigingsschroef (zie guur 33), en draai de motor
vervolgens op en neer om er zeker te zijn dat hij los zit.
3. Duw de motor met de hand naar beneden om de riemspanning aan te
spannen en draai vervolgens de schroef weer aan.
4. Druk in het midden van elke riem op de spanning te controleren. De riem
is correct gespannen als er ongeveer 1/2’’ deectie is als deze met matige
druk geduwd wordt, zoals op guur 34 getoond.
5. Sluit de motorkap.
De riem vervangen
1. Laat het zaagblad volledig zakken, open de motorkap.
2. Draai de motorbevestigingsschroef (zie guur 33), en til de motor vervolgens
volledig op, om de V-riemen te ontspannen. Verwijder de riemen van de as
en van de riemschijven.
3. Terwijl u de motor optilt, installeer de nieuwe V-riemen op de
riemschijven, laat de motor zakken om de riemen te spannen en draai de
motorbevestigingsschroeven aan.
4. Controleer de riemspanning zoals op guur 34 getoond.
5. Sluit de motorkap.
De verstekgeleider instellen
1. Schuif de verstekgeleider in de versteksleuf van de tafel.
2. Draai de vergrendelknop van de verstekgeleider, trek op de knop van de
positieve aanslag, draai vervolgens de verstekgeleider op 90°, zodat de
verstekgeleiderknop op zijn plaats klikt.
3. Controleer de 90° aanslag op de verstekgeleider.
• Als de winkelhaak het lichaam van de verstekgeleider tegelijk aanraakt
(niet de tanden), staat deze loodrecht op het zaagblad en is de 90°
aanslag goed ingesteld. Er is geen verdere instelling nodig.
• Als de winkelhaak het lichaam van de geleider en deze van het zaagblad
niet tegelijk aanraakt, ga dan verder met stap 4.
4. Draai de schroeven los op de aanslagknopblok (zie guur 35), stel het
lichaam van de verstekgeleider in totdat deze gelijk is met de winkelhaak.
Draai vervolgens de schroeven weer vast.
5. Draai de schroef los aan de voorkant van de staaf van de verstekgeleider, stel
de pijl op 0° in, draai de schroef aan.
6. De staaf van de verstekgeleider kan ingesteld worden om beter in de
versteksleuf te passen. Om de staaf verder aan te spannen, draai de
stelschroeven op guur 36 getoond aan. Om het spannen te verminderen,
draai de schroeven los.
Riemschijf
copyrighted document - all rights reserved by FBC

17
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
8 Bediening
Gewoon zagen omvat langssneden, dwarssneden, plus enkele andere standaardbewerkingen. De volgende methoden zijn
veilig. Zoals met alle elektrische gereedschappen zijn er een aantal risico’s verbonden aan het gebruik van uw machine. Als
u de instructies en veiligheidsvoorschriften opvolgt, vermindert u het risico op letsel aanzienlijk. Als de veiligheidsvoorschriften
genegeerd worden, kan de bediener ernstige letsels oplopen. Het is een goede gewoonte om proefsneden te maken met
sloophout voordat u de machine in gebruik neemt.
Dwarssnede
Dwarssneden vereisen het gebruik van de verstekgeleider om het werkstuk
te plaatsen en te geleiden. Plaats het werkstuk tegen de verstekgeleider en
schuif de geleider en het werkstuk naar het blad toe, zoals op guur 37
getoond. De verstekgeleider kan in beide versteksleuven gebruikt worden. De
meeste gebruikers geven echter de voorkeur aan de linker sleuf voor gewoon
werk. Gebruik bij verstekzagen (hellend mes) de sleuf die uw hand of de
verstekgeleider niet hindert met de zaagbladbescherming.
OPMERKING
Op elke beschermkap is een sticker aangebracht, die
u herinnert aan de gevaren van onjuist gebruik van de
machine. Figuur 37 - Dwarssnijden
!
Figuur 38 - Langssnede
Begin langzaam te zagen en houd het werkstuk stevig vast tegen de verstekgeleider en de tafel. Een van de werkingsregels van
een zaagmachine is om het te snijden deel van het werkstuk nooit aan te raken. Houd het ondersteunde deel van het werkstuk
vast, niet het te snijden deel. De aanvoer van het werkstuk gaat door totdat het volledig gezaagd wordt, de verstekgeleider en
het werkstuk worden vervolgens naar hun uitgangspositie gebracht. Alvorens het werkstuk terug te trekken, is het raadzaam het
iets opzij te bewegen om het van het zaagblad weg te schuiven.
Neem nooit een kort stuk hout op de tafel terwijl de zaag loopt.
Een slimme gebruiker raakt een gesneden werkstuk nooit aan als het minder dan een voet lang is.
Wanneer u de verstekgeleider gebruikt, moet het werkstuk stevig vastgehouden en langzaam aangevoerd worden. Als het
werkstuk niet stevig vastgehouden wordt, kan het trillen en in het zaagblad vast komen te zitten en de tanden beschadigen.
Gebruik de verstekgeleider nooit als langaanslag voor dwarssnijden.
Gebruik de verstekgeleider nooit in combinatie met de langsgeleider.
Langssnede
De langssnede wordt op guur 38 getoond. De langsgeleider wordt gebruikt op
het werkstuk te plaatsen en te geleiden. Een rand van de plank beweegt tegen
de langsgeleider terwijl de vlakke kant van de plank op te tafel ligt. Omdat het
werkstuk langs de geleider geduwd wordt, moet het een rechte rand hebben en
stevig in contact met de tafel zijn.
OPMERKING
De zaagbladbescherming moet gebruikt worden. De
zaagbladbescherming heeft terugslagvingers en een
spouwmes, om te voorkomen dat de zaagsnede sluit.
Start de motor en voer het werkstuk aan door het tegen de tafel en tegen de
langssgeleider vast te houden. Blijf nooit in de lijn van het zaagblad staan. Houd
het werkstuk met beide handen en duw het langs de geleider en naar het zaagblad toe. Het werkstuk kan dan met een van
beide handen naar het zaagblad gericht worden.
Wanneer dit gedaan is, blijft het werkstuk op de tafel liggen, kantelt het licht en wordt het opgevangen door het achterste
uiteinde van de zaagbladbescherming, of glijdt het van de tafel naar de grond. Het is ook mogelijk dat de aanvoer tot het
einde van de tafel doorgaat, waarna het opgetild en naar de buitenste rand van de geleider teruggebracht wordt. Het afval
blijft op de tafel liggen en mag niet met de handen aangeraakt worden zolang de zaagmachine loopt, tenzij het een groot stuk
is dat veilig verwijderd kan worden.
!
copyrighted document - all rights reserved by FBC

18
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 39 - Voorbeeld van groeven met een
speciaal zaagblad
Figuur 40 Voorbeelden van groefzaagbladen
Figuur 41 - Gemonteerd groefzaagblad
Groeven
Een niet-doorsnijdende snede bestaat uit het maken van een brede groef in een
werkstuk of langs de rand van een werkstuk.
Vaak gebruikt in de meubelmakerij is een groef een recht kanaal dat op het
oppervlak van het werkstuk gesneden wordt. Een speciaal ontworpen zaagblad
of een standaard zaagblad kan gebruikt worden. Figuur 39 toont een voorbeeld
van sneden met een groefzaagblad.
De zaagmotor wordt tot het uiterste gedreven bij het zagen met een
groefzaagblad. Als de motor begint vast te lopen, vertraag de voedingssnelheid,
verminder de zaagdiepte en maak uw groef in meerdere keren.
AANDACHT!
Gebruik het tafelinzetstuk niet om groeven te maken.
De meeste groefkoppensets bestaan uit twee buitenste bladen en vier of vijf
binnenste bladen, zoals op guur 40 getoond. Verschillende combinaties
van bladen worden gebruikt voor groeven van 1/8’’ tot 13/16’’ voor het
vervaardigen van rekken, verbindingen, pinnen, groeven, enz. De bladen zijn
sterk gehamerd en moeten zo geplaatst worden dat dit zware deel in de holte
van de buitenste bladen valt.
Montage van een groefzaagblad (of dado zaagblad)
1. Koppel de machine van de stroomtoevoer los!
2. Verwijder het tafelinzetstuk, de zaagbladbescherming of het spouwmes en het
zaagblad.
3. Bevestig en pas de groefzaagbladset aan door de instructies van de fabrikant te
volgen (zie guur 41).
4. Monteer het speciale inzetstuk voor groeven.
WAARSCHUWING!
Maak nooit een doorsnijdende snede met een groefzaagblad (of dado zaagblad), omdat het niet
daarvoor ontworpen is. Het niet-naleven van dit voorschrift kan zware letsels veroorzaken.
WAARSCHUWING!
De dado zaagbladen vormen een groter risico op terugslag dan gewone zaagbladen, omdat ze
door hun grote afmetingen grotere krachten op het werkstuk uitoefenen. Dit risico neemt toe
afhankelijk van de snijdiepte en -breedte. Zorg ervoor, om het letselsgevaar te verminderen, dat
het werkstuk vlak en recht is, en maak meerdere ondiepe sneden om de uiteindelijke diepte te
verkrijgen.
WAARSCHUWING!
Let er vooral op dat u het spouwmes weer aanbrengt en instelt wanneer u terugkeert naar
gewone zaagwerken.
Groefzaagblad
Werkstuk Geleider
AANDACHT!
Zorg ervoor, alvorens een langssnede te maken, dat de langsgeleider goed bevestigd en
uitgelijnd is.
copyrighted document - all rights reserved by FBC

19
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
Figuur 42 - Voeding voor duwstok
Figuur 44 - Voeding voor duwblok
Figuur 43 - Gebruik van een duwstok
Figuur 44 - Gebruik van een duwblok
9 Veiligheidsaccessoires
Duwstok
Wanneer correct gebruikt, vermindert het duwstok het risico op letsels
door de handen van het zaagblad weg te houden. In het geval van een
ongeluk, kan het duwstok de schade opvangen, die uw handen of vingers
zouden hebben ondergaan.
Gebruik van een duwstok
Gebruik duwstokken wanneer uw handen binnen 12’’ van het zaagblad
komen. Om de controle te behouden tijdens het zagen van grote
werkstukken, start de snede door het werkstuk met uw handen naar het
zaagblad aan te voeren, en gebruik vervolgens een duwstok om de snede
af te maken. Zo zijn uw handen niet op het uiteinde van het werkstuk
wanneer het door het zaagblad gaat.
Plaats het gespleten uiteinde van het duwstok tegen het uiteinde van het
werkstuk, en voer het werkstuk naar het zaagblad aan met een constante
druk naar beneden en naar voren (zie guur 42).
Een tweede duwstok kan gebruikt worden om het werkstuk stevig tegen
de geleider vast te houden tijdens de snede. Wanneer u een duwstok
op deze manier gebruikt, dient u alleen druk voor het zaagblad uit te
oefenen, anders verhoogt het indrukken van het werkstuk tegen of achter
het zaagblad het risico op terugslag (zie guur 43).
Duwblok
Wanneer correct gebruikt, vermindert de duwblok het risico op letsels
door de handen van het zaagblad weg te houden. In het geval van een
ongeluk, kan de duwblok de schade opvangen, die uw handen of vingers
zouden hebben ondergaan.
Gebruik van een duwblok
Een duwblok kan in plaats van of met een duwstok gebruikt worden om
het werkstuk naar het zaagblad aan te voeren. Door de vorm van de
duwblok, kan de bediender een sterke neerwaartse druk op het werkstuk
uitoefenen, wat niet mogelijk is met een duwstok.
De duwblok kan op twee verschillende manieren gebruikt worden (zie
guur 44). Normaal gesproken, wordt de onderkant van de duwblok
gebruikt totdat het uiteinde van het werkstuk het zaagblad bereikt.
Het gespleten uiteinde van de duwblok wordt dan gebruikt om de rest van
het werkstuk door het zaagblad te duwen, terwijl de handen en vingers
weg van het zaagblad blijven. Een duwstok wordt vaak tegelijkertijd
met de andere hand gebruikt om het werkstuk tijdens het zagen te
ondersteunen (guur 45).
Verboden
zone voor
het duwstok Sla het
duwstok
hier voor
gemakkelijke
toegang
Duwstok
Duwstok
Steun
Zaagblad-
pad
Voeding
Verboden
zone voor het
duwstok
Duwstok
Steun
Zaagblad-
pad
Voeding
Duwblok
copyrighted document - all rights reserved by FBC

20
NL
M1.1.TZLI30M-TZLI30MRT.NLFREN - 12022019
10 Onderhoud
WAARSCHUWING!
Koppel de machine altijd los van de stroomtoevoer voor het onderhoud. Het niet-naleven van dit
voorschrift kan zware letsels veroorzaken.
Reiniging
OPMERKING
Het volgende onderhoudsschema gaat ervan uit dat de zaag elke dag gebruikt wordt.
Elke dag:
Veeg de oppervlakken van de tafel en de sleuven af met een roestwerend middel.
Verwijder de spanen en hars van het zaagblad.
Elke week:
Het oppervlak van de tafel moet schoon en vrij van roest blijven voor betere resultaten. Breng een laagje was aan op het
oppervlak. Een andere oplossing is om wit talkpoeder aan te brengen, eenmaal per week krachtig met een bordschrobber
gewreven. Hierdoor worden de poriën verstopt en een barrière tegen vocht vormen. Deze methode zorgt voor een glad
werkvlak en maakt het gemakkelijk om de roestringen van het oppervlak af te vegen. Het is ook belangrijk op te merken dat de
talkpoeder het hout niet zal bevlekken en de afwerkingen niet zal bederven, zoals wasresten dat zou kunnen doen.
Reinig de motorkap met perslucht.
Veeg de rails van de geleider af met een droog siliconevet.
Regelmatig:
Houd de binnenkant van het frame en de astap zone schoon.
Controleer dat er geen overmatige speling is in het kantel- en hefmechanisme en in de zaagas. Pas indien nodig aan.
Controleer de spanning en de slijtagegraad van de riemen. Pas de riemen aan of vervang ze indien nodig.
Smering
Smeer de wormwieloverbrengingen, tandkrans en astap met een vet van goede kwaliteit dat niet uithardt.
Controleer alle instellingen na de smering.
!
Schroefas
Tandkrans
Wormwiel
Allerlei
Let altijd op de toestand van uw machine. Controleer de volgende onderdelen regelmatig, en repareer of vervang deze indien
nodig:
• Bevestigingsbouten
• Schakelaar
• Zaagblad
• Zaagbladbescherming
copyrighted document - all rights reserved by FBC
This manual suits for next models
3
Table of contents
Languages:
Popular Saw manuals by other brands

Makita
Makita RS001G instruction manual

Panasonic
Panasonic EY45A5 Service manual

Whittemore Enterprises Inc.
Whittemore Enterprises Inc. Push Cut TPLO operating manual

ATIKA
ATIKA BS 205-2 Assembly and operating instruction sheet

Woodstar
Woodstar c6 06 Translation from the original instruction manual

Target
Target PORTA-TILE II Operating instructions and parts list