Mw tools Bg20im User manual

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

HANDLEIDING - MODE D’EMPLOI - MANUAL

BG20IM (724562257)

Benzine inverter generator

Groupe électrogène inverter à essence

Gasoline inverter generator

P.02 Gelieve te lezen en voor later gebruik bewaren

P.22 Veuillez lire et conserver pour consultation ultérieure

P.42 Please read and keep for future reference

FR

EN

NL

2

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

Inhoud

1 Veiligheid ��3

1.1 Symbolen en bijbehorende termen .................................................................................................................... 3

1.2 Veiligheidsvoorschriften ...................................................................................................................................3

1.3 Positie van de veiligheidsetiketten...................................................................................................................... 4

2 Technische specicaties ��4

3 Omschrijving onderdelen ��5

4 Controle voor gebruik��6

4.1 Het oliepeil controleren....................................................................................................................................6

4.2 De inlaat van de verbrandingskamer controleren ................................................................................................ 7

4.3 Het luchtlter controleren..................................................................................................................................8

5 De motor starten��9

5.1 Brandstoftankdop onder druk ......................................................................................................................... 11

6 Gebruik van de motor�� 11

6.1 Gebruik van wisselstroom .............................................................................................................................. 12

6.2 Gebruik van gelijkstroom ............................................................................................................................... 13

6.3 Alarmsysteem voor laag oliepeil .....................................................................................................................14

7 De motor uitschakelen �� 15

8 Onderhoud �� 16

8.1 Olieverversing..............................................................................................................................................17

8.2 Onderhoud van het luchtlter .........................................................................................................................17

8.3 Onderhoud van de bougie............................................................................................................................. 18

9 Transport en opslag�� 19

10 Storingen oplossen��20

11 EG conformiteitsverklaring �� 62

3

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

1 Veiligheid

1�1 Symbolen en bijbehorende termen

WAARSCHUWING!

Dit symbool bij dit woord betekent dat als u niet handelt volgens deze gebruiksaanwijzing, u een ernstig ongeluk met

slachtoffers kunt veroorzaken.

AANDACHT!

Dit symbool bij dit woord betekent dat u in geval van een ongeluk, of als de apparatuur door verkeerd gebruik

beschadigd is, contact kunt opnemen met uw verdeler.

Opmerking: Geeft nuttige informatie.

Als de generator defect raakt of als u vragen hebt, raadpleeg dan een erkende verdeler.

WAARSCHUWING!

Zolang u de generator volgens de gebruiksaanwijzing gebruikt, zal de generator veilig en betrouwbaar zijn.

Lees en begrijp de gebruiksaanwijzing zorgvuldig voordat u de generator gebruikt, anders kan verlies of schade aan de

apparatuur ontstaan door verkeerd gebruik.

1�2 Veiligheidsvoorschriften

WAARSCHUWING!

Zolang u de generator volgens de gebruiksaanwijzing gebruikt, zal de generator veilig en betrouwbaar

zijn.

Lees en begrijp de gebruiksaanwijzing zorgvuldig voordat u de generator gebruikt, anders kan verlies of

schade aan de apparatuur ontstaan door verkeerd gebruik.

WAARSCHUWING!

Uitlaatgassen bevatten giftig CO. Gebruik de generator niet in een gesloten ruimte. Zorg voor voldoende

ventilatie.

Om een veilig gebruik te garanderen:

• Onder bepaalde omstandigheden is benzine licht ontvlambaar en explosief. Olie de generator in een goed geventileerde

ruimte en schakel hem uit voordat u hem smeert.

• Blijf bij het smeren van de motor uit de buurt van sigaretten en vonken. Smeer in een goed geventileerde ruimte.

• Ruim gemorste benzine onmiddellijk op. Ruim gemorste benzine onmiddellijk op.

• Elke keer voordat u de motor start, moet u deze eerst controleren, om ongelukken of schade aan de apparatuur te

voorkomen.

• De generator moet op een horizontaal oppervlak worden gebruikt. Als hij schuin staat, kan er brandstof uitlekken.

• U moet weten hoe u de generator snel kunt uitschakelen en alle handelingen voor het controleren van de onderdelen

kennen. Gebruik de motor nooit zonder de instructies op te volgen.

• Kinderen en dieren moeten uit de buurt van het werkgebied worden gehouden.

• Wanneer de motor draait, moeten alle personen uit de buurt van de draaiende delen blijven.

• Gebruik de generator niet in de regen of sneeuw, hij mag niet nat worden.

generator

4

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

1�3 Positie van de veiligheidsetiketten

Deze etiketten waarschuwen u voor potentiële gevaren die ernstige ongevallen en slachtoffers kunnen veroorzaken. Lees

de woorden op de etiketten, veiligheidswaarschuwingen en opmerkingen in deze handleiding zorgvuldig. Als de etiketten

losgekomen of onleesbaar zijn, neem dan contact op met uw verdeler en vervang ze.

2 Technische specicaties

Model BG20IM

Spanning 230 V

Start Manueel

Type motor 4 pk - 4 takt - benzine

Cilinderinhoud 113 cc

Inhoud benzinetank 3,2 l

Piekvermogen 2,0 kW

Continu vermogen 1,7 kW

Inhoud olietank 0,4 l

12 V stopcontact 1 st.

230 V 16 A stopcontact 2 st.

Geluidsniveau 62, 9 dB(A)

Inverter Ja

Draagbaar Ja

Frequentie 50 - 60 Hz

Autonomie 6,7 u

Stroom bij 230 V 14,2 A

USB-aansluiting 1 st.

Lengte x breedte x hoogte 555 x 305 x 460 mm

Gewicht 22 kg

Etiket voor oliepeil

Motorschakelaar

Display

(V/Hz/W)

Waarschuwings-

etiket

5

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

3 Omschrijving onderdelen

Bedieningspaneel

Ontluchtingsklep branderkop

Benzine vuldop

Bedieningspaneel

Display

(V/Hz/W)

Motorschakelaar

Starthendel

Zijdeksel

Trekstang

luchtblokkerende

klep

Bougiedop

Geluiddemper

Output indicator Overbelastings-

indicator

Laag oliepeil

indicator

Schakelaar intelligente

brandstofbesparingsklep

Gelijkstroom

stopcontact

DC lusbeschermer Wisselstroom

stopcontact

Aardaansluiting Display

(V/Hz/W)

6

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

Intelligente brandstofbesparingsklep

Wanneer de motor wordt losgekoppeld van de elektrische apparatuur, vertraagt de snelheid van de generator automatisch.

Wanneer de generator is aangesloten, zorgt de elektrische belasting ervoor dat de generator weer op de juiste draaisnelheid

komt. Deze voorziening dient om het brandstofverbruik tijdens het bedrijfsproces te verminderen.

WAARSCHUWING!

• Wanneer de elektrische apparatuur moet worden losgekoppeld van de stroomvoorziening, kan het intelligente

brandstofbesparingssysteem niet effectief werken.

• Wanneer de generator tegelijkertijd op een hoge elektrische belasting is aangesloten, sluit u de intelligente

brandstofbesparingsklep om de verandering van de gemiddelde druk te minimaliseren.

• Wanneer de generator op gelijkstroom werkt, sluit u de intelligente brandstofbesparingsklep.

Gesloten:

Dit betekent dat het intelligente brandstofbesparingssysteem is gesloten en dat de snelheid van de generator hoger wordt

gehouden dan de standaardsnelheid.

generator

4 Controle voor gebruik

WAARSCHUWING!

Controleer de generator, plaats hem op een horizontaal oppervlak en zorg ervoor dat de motor is uitgeschakeld.

4�1 Het oliepeil controleren

WAARSCHUWING!

Het gebruik van machineolie zonder reinigingsmiddel of 2-takt machineolie kan de levensduur van de generator

verkorten.

Gebruik een machineolie met een hoogwaardig reinigingsmiddel of een hoogwaardige 4-takt machineolie, en het niveau moet

ten minste voldoen aan het door de fabrikant vereiste SG, SF-niveau zoals gedenieerd door het American Petroleum Institute.

Kies machineolie met een geschikte viscositeit volgens de gemiddelde temperatuur van het gebied waar u woont.

generator,

generator's

SAE viscositeitsgraad

Kamertemperatuur

Monograde olie

Multigrade olie

7

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

Haal de peilstok uit de machine, veeg hem af met een schone doek en steek hem in de olievulopening om het peil te

controleren. Pas op dat u de peilstok niet in de olietank laat vallen.

Als het oliepeil lager is dan de onderkant van de peilstok, vul dan olie bij via de vulopening.

WAARSCHUWING!

Als de motor draait met een laag oliepeil, kan deze ernstige schade oplopen.

Opmerking:

Het alarmsysteem voor lage oliestand stopt de motor voordat het oliepeil de veiligheidslijn bereikt. Om echter te voorkomen dat

de machine onverwachts stopt, adviseren wij u het oliepeil regelmatig te controleren.

generator,

4�2 De inlaat van de verbrandingskamer controleren

Gebruik autobenzine (bij voorkeur loodvrije of loodarme benzine om de opbouw van koolstof in de verbrandingskamer te

verminderen).

Als het brandstofpeil te laag is, vul de tank dan aan tot het vereiste niveau.

Gebruik nooit een mengsel van machineolie en benzine of vuile benzine.

Voorkom dat vuil, stof en water in de brandstoftank komen.

Schroef de tankdop na het tanken vast.

WAARSCHUWING!

• Benzine is onder bepaalde omstandigheden licht ontvlambaar en explosief.

• Tank benzine buitenshuis en zet de motor af voordat u gaat tanken. Dampen en vuur zijn niet toegestaan in de

tank- en opslagruimten.

• Er mag geen benzine uit de brandstoftank worden gemorst (er mag geen benzine op de vulopening zijn). Schroef

de tankdop na het tanken vast.

• Pas op dat u geen benzine morst wanneer u de generator bijtankt, want gemorste benzine of benzinedamp kan

ontvlammen. Als u benzine morst, droogt u het gebied grondig af voordat u de motor start.

• Vermijd langdurige of herhaalde blootstelling van uw huid aan benzine. Laat kinderen niet in contact komen met

benzine.

Inhoud van de benzinetank: 3,2 liter

Vloeistofoppervlak

Benzine

vuldop

Vloeistofoppervlak

Benzine vulopening

Benzine vuldop

Openen

8

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

Alcoholhoudende benzine

Als u besluit benzine te gebruiken die alcohol bevat (benzine op alcoholbasis), mag het octaangehalte daarvan niet lager zijn

dan de aanbevolen waarde. Er zijn twee soorten alcoholhoudende benzine: de ene bevat ethanol en de andere methanol.

Gebruik geen benzine met meer dan 10% ethanol, of benzine zonder een hulpoplosmiddel of antisepticum in de methanol.

Ook al bevat methanol een hulpoplosmiddel en een antisepticum, gebruik geen alcoholische benzine die meer dan 5%

methanol bevat.

AANDACHT!

• Schade aan het brandstofverbrandingssysteem en problemen met de motorprestaties als gevolg van het gebruik

van alcoholische benzine vallen niet onder de garantie. De fabrikant garandeert niet het gebruik van benzine die

methanol bevat, aangezien de toepasbaarheid ervan niet is bevestigd.

• Probeer voordat u benzine koopt bij een onbekend tankstation eerst uit te zoeken of de benzine alcohol bevat

of niet. Zo ja, vraag dan bevestiging van het type en het aandeel alcohol dat het bevat. Indien de benzine die u

gebruikt alcohol bevat of u denkt dat dit het geval is, en er zich tijdens de werking onverwachte situaties voordoen,

schakel dan over op alcoholvrije benzine.

4.3 Het luchtlter controleren

Controleer of het luchtlterelement schoon en efciënt is. Verwijder het zijdeksel, draai de schroef van het luchtlterdeksel los en

verwijder het om het lterelement te controleren.

Reinig of vervang het lterelement indien nodig.

AANDACHT!

Gebruik de motor niet zonder luchtlter, anders komt er vuil in de motor via de carburator, met voortijdige motorslijtage

als gevolg.

Zijdeksel

Zijdekselschroef

Luchtlter

Luchtlterdeksel

Luchtlterschroef

Filterelement

9

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

d. Trek lichtjes aan de starthendel tot u weerstand voelt en laat de hendel dan langzaam met uw hand los.

AANDACHT!

Laat de starthendel niet springen, maar laat hem langzaam los.

5 De motor starten

Voordat u de motor start, moet u de lading uit het stopcontact van de motor halen.

a. Draai de klep volledig rechtsom naar de “open” positie.

Opmerking: Als u de motor vervoert, moet u de ontluchtingsklep van de tankdop in de “gesloten” stand zetten.

b. Draai de motorschakelaar naar de «open» positie.

c. Draai de trekstang van de luchtblokkerende klep naar de «ON» positie.

Opmerking: Wanneer de motor heet is of de omgevingstemperatuur relatief hoog is, mag u de luchtblokkerende klep

niet gebruiken.

Ontluchtingsklep vuldop

benzinetank

Open

I open

O gesloten

Motorschakelaar

Trekstang

luchtblokkerende klep

Start

10

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

e. Wanneer de motor warmloopt, draait u de trekstang van de luchtblokkerende klep in de “start”positie.

Starthendel

AANDACHT!

Als de motor na een stop niet opnieuw kan worden gestart, dient u het oliepeil te controleren voordat u verder gaat.

Gebruik op grote hoogte

Op grote hoogten wordt het lucht/brandstofmengsel in de carburator te dicht, waardoor de motor minder goed werkt en

meer brandstof verbruikt. Om de motorprestaties op grote hoogte te verbeteren, kunt u de carburator speciaal afstellen. Als

u de motor gebruikt op hoogtes boven 5000 voet (1500 meter), vraag dan een door de fabrikant erkende verdeler om de

carburator aan te passen.

Zelfs als u de juiste straalpijp gebruikt, zal het motorvermogen met 3,5% afnemen telkens als de hoogte met 300 meter (1000

voet) toeneemt. Als deze aanpassingen aan de carburator niet worden gedaan, zal de hoogte een grote invloed hebben op

het motorvermogen.

AANDACHT!

De sproeier van de motor is ontworpen voor gebieden op grote hoogte. Bij gebruik op lage hoogte kan het

uitgangsvermogen afnemen en te heet worden, en zelfs de motor ernstig beschadigd raken omdat de verhouding tussen

de lucht en de brandende benzine te laag is.

Trekstang

luchtblokkerende klep

Bedienen Start

11

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

5�1 Brandstoftankdop onder druk

Doelstelling

Om het probleem op te lossen van de moeilijkheid om de generator voor het eerst starten in een koude omgeving.

Principes

Dit apparaat voegt druk toe aan het brandstofsysteem via de druktankdop, zodat de brandstof de carburateur snel kan

bereiken om het startproces van de generator te versnellen.

Te volgen stappen:

1. Controleer of de brandstof en de smering van de motor toereikend zijn en of de schakelaar in de

positie ON staat.

2. Zet de tankdop vast totdat de knop in de OFF-positie staat.

3. Trek de zuigerstang er helemaal uit, en duw hem dan 3-4 keer naar beneden.

4. Start de generator 1-2 keer kort, dan kan hij starten.

5. Als de generator start, zet u de indicator op de tankdop weer op ON.

Voorzorgmaatregelen

• Controleer na het starten van de generator of de indicator op de tankdop in de positie ON staat. Anders zal er na een

lange werking van de generator een gebrek aan lucht zijn, waardoor de generator zal stoppen.

• Voor toekomstige operaties herhaalt u de bovenstaande stappen.

6 Gebruik van de motor

Controleer zodra alle apparaten aangesloten en geaard zijn dat de motor geaard is.

WAARSCHUWING!

• Om het risico van elektrische schokken door verkeerd gebruik te voorkomen, moet de motor geaard zijn. De

massapoort van de motor en de externe massabron zijn verbonden door een dikke kabel.

• Als noodstroombron voor gebouwen moet de aansluiting tussen de generator en andere

stroomvoorzieningssystemen worden uitgevoerd door professionele elektriciens. En de werking moet in

overeenstemming zijn met de geldende elektrische wetten en voorschriften. Anders kan de stroom van de motor

worden teruggevoerd naar het openbare circuit. Als de werknemers van het energiebedrijf of andere mensen de

draad aanraken bij het doorgeven van elektriciteit, kunnen zij een dodelijke stroomschok krijgen. Anderzijds kan

de motor bij opslag in het openbaar branden, exploderen of brand veroorzaken in het elektrische systeem van het

gebouw.

12

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

AANDACHT!

• Overschrijd het nominale vermogen niet en houd rekening met het totale aantal watt van de aangesloten elektrische

apparatuur.

• Overschrijd de stroomgrens van het stopcontact niet.

• Sluit de motor niet aan op het huishoudelijk circuit, omdat dit de motor of het huishoudelijk circuit kan beschadigen.

• Wijzig de motor niet voor andere doeleinden dan waarvoor hij bestemd is.

Neem de volgende regels in acht:

• Verleng het ventilatiekanaal niet naar believen.

• Als u de kabel moet verlengen, gebruik dan een exibele kabel met rubberen coating (volgens IEC245 of relevante

vereisten).

• De vereiste lengte van de verlengde kabel is 60 meter voor 1,5 mm² en 100 meter voor 2,5 mm². Als de kabel te

lang is, wordt de weerstand zo hoog dat het toepasbare elektrische vermogen afneemt.

• Houd de generator uit de buurt van andere draden en kabels, zoals de voedingscircuits van bedrijven.

AANDACHT!

• Zowel de AC- als de DC-bronnen kunnen tegelijkertijd worden gebruikt. Als u zowel het wissel- als het

gelijkstroomstopcontact tegelijkertijd wilt gebruiken, moet u ervoor zorgen dat het totale elektrische vermogen niet

groter is dan de som van het wissel- en gelijkstroomvermogen.

• Het startvermogen van de meeste elektrische apparatuur is hoger dan het nominale vermogen.

6�1 Gebruik van wisselstroom

1. Start de motor en controleer of het controlelampje (groen) brandt.

2. Controleer of de schakelaar van de te gebruiken elektrische apparatuur is uitgeschakeld en sluit vervolgens de generator

aan op de elektrische apparatuur.

generator

generator,

generator

Aarde

symbool

Aarde aansluiting

Overbelastingslampje

Uitgangslampje

Stopcontact

13

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

AANDACHT!

Alvorens de elektrische apparatuur op de generator aan te sluiten, dient u zich ervan te vergewissen dat de apparatuur

goed werkt. Als de werking van het apparaat abnormaal is, als de snelheid toeneemt of als het apparaat plotseling

stopt met werken, moet u de motor onmiddellijk stoppen, het circuit uitschakelen en het apparaat onderzoeken om de

fout te vinden.

Uitgangs- en overbelastingslampjes

Als de generator in orde is, brandt het uitgangslampje (groen).

Als de generator overbelast is (meer dan 2 kVA), of als er kortsluiting is in de elektrische machine waarop hij is aangesloten,

dooft het uitgangslampje (groen) en gaat het overbelastingslampje (rood) branden. Op dat moment wordt de stroom naar de

aangesloten elektrische apparatuur afgesloten. Als het rode lampje gaat branden, moet u de motor stoppen en de oorzaak van

de overbelasting onderzoeken.

• Voordat u de kabel op de generator aansluit, moet u eerst controleren of de kabel in goede staat verkeert en of het

elektrische vermogen van de kabel al dan niet hoger is dan dat van de generator. Sluit vervolgens de kabel aan op de

elektrische apparatuur en start de generator.

generator

generator,

generator.

AANDACHT!

Na het starten van de generator kunnen het rode en groene lampje tegelijkertijd gaan branden. Als het rode lampje

uitgaat, is dat normaal. Als het rode lampje blijft branden, neem dan contact op met uw erkende verdeler.

6�2 Gebruik van gelijkstroom

De gelijkstroomaansluiting kan alleen worden gebruikt om de automatische accu (12 V) op te laden.

AANDACHT!

Draai tijdens het gebruik van gelijkstroom de intelligente brandstofbesparingsklep in de “gesloten” positie.

1. Sluit eerst de laadkabel aan op de DC-aansluiting van de generator en vervolgens op de aansluitzijde van de batterij.

generator,

Overbelastingslampje

(rood) Uitganslampje

(groen)

Oplaadkabel

(kan apart worden verkocht)

14

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

WAARSCHUWING!

• Om vonken rond de batterij te voorkomen, sluit u de laaddraad eerst aan op de generator en daarna op de

batterij. De demontage moet beginnen bij de batterij.

• Voordat u de laadkabel op de in de auto geïnstalleerde batterij aansluit, moet u eerst de massakabel van de

batterij loskoppelen. Sluit de massakabel van de batterij niet aan voordat de laadkabel is verwijderd. Dit voorkomt

kortsluiting of vonken bij onzorgvuldig contact van de kant van de batterijverbinding met het chassis of de

carrosserie van de auto.

AANDACHT!

• Probeer de motor niet te starten terwijl de generator nog op de batterijen is aangesloten.

• De positieve pool van de laadkabel moet worden aangesloten op de negatieve pool van de batterij. Haal de

polariteit van de laadkabel niet door elkaar, anders kunt u de generator en de batterij beschadigen.

WAARSCHUWING!

• De batterij geeft explosieve gassen af, dus moet hij uit de buurt worden gehouden van vonken, vlammen of

sigaretten. Laad het op in de open lucht.

• De batterij bevat vitriool (elektrolytische cel). Als uw huid of ogen in direct contact komen met het vitriool, zullen ze

verbranden. Draag beschermende kleding en een masker.

- Als de elektrolyt op uw huid spat, spoel het dan onmiddellijk af met water.

- Als de elektrolyt in uw ogen spat, spoel ze dan onmiddellijk met water gedurende minstens 15 minuten, en ga

onmiddellijk naar de dokter.

• Elektrolyt is giftig!

- Als u het inslikt, drink dan onmiddellijk veel water of melk. Drink dan magnesia latex of plantaardige olie en ga

onmiddellijk naar de dokter.

• Laat kinderen er niet bij in de buurt.

2. Start de motor

AANDACHT!

• De DC-aansluiting kan worden gebruikt bij gebruik van wisselstroom.

• Overbelasting van het DC-circuit kan ertoe leiden dat de stroomonderbreker doorslaat (de ingedrukte schakelaar

gaat terug). Als dit gebeurt, wacht dan een paar minuten en druk dan opnieuw op de stroomonderbreker om

opnieuw te starten.

6�3 Alarmsysteem voor laag oliepeil

Het alarmsysteem voor lage oliedruk is ontworpen om motorschade door te weinig olie in het carter te voorkomen. Voordat

het oliepeil in het carter tot de veiligheidslijn daalt, schakelt het alarmsysteem voor lage oliedruk de motor automatisch uit. (De

motorschakelaar staat altijd in de “open” positie).

Wanneer het alarmsysteem voor lage oliedruk de motor heeft uitgeschakeld, gaat, als u de starter opnieuw bedient, het

waarschuwingslampje voor lage oliedruk branden en draait de motor niet. Voeg in dat geval machineolie toe.

（ｙｅｌｌｏｗ）

Stroomonderbreker

gelijkstroom Open Gesloten

15

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

（ｙｅｌｌｏｗ）

Waarschuwingslampje lage

oliepeil (geel)

7 De motor uitschakelen

Als u de motor snel wilt uitschakelen, zet u de motorschakelaar in de stand «gesloten».

Normaal gebruik:

1. Schakel alle aangesloten apparaten uit en haal de stekker eruit.

2. Zet de schakelaar van de stekker op de positie “OFF”.

I on

O off

Stekker

Motorschakelaar

16

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

AANDACHT!

Let er bij het uitschakelen, vervoeren en opbergen van de motor op dat de ontluchtingsklep van de tankdop en de

motorschakelaars in de “gesloten” positie staan.

8 Onderhoud

Het doel van dit onderhouds- en afstelplan is de generator in de beste bedrijfsconditie te houden.

Controleer en onderhoud de generator volgens het plan de volgende tabel.

WAARSCHUWING!

Schakel de motor uit voordat u reparaties uitvoert. Als de motor tijdens de reparatie moet draaien, zorg er dan voor dat

de werkruimte goed geventileerd is, want de uitlaatgassen bevatten giftig CO.

AANDACHT!

Gebruik alleen originele reserveonderdelen of andere onderdelen van dezelfde kwaliteit. Niet-conforme onderdelen

zullen de generatorset beschadigen.

Onderhoudsplan

Onderdeel

Onderhoudsintervallen (1)

Onderhoud de generator volgens de

gespeciceerde maanden of bedrijfsuren.

Voor elk

gebruik

Na het

eerste

maand of

20 uur

Elke 3

maand of

50 uur

Elke 6

maand of

100 uur

Eenmaal per

jaar of elke

200 uur

Machineolie Controleren O

Vervangen O O

Luchtlter Controleren O

Reinigen O (1)

Bougie Reinigen - Afstellen O

Vervangen O

Verbrandingskamer Reinigen Elke 300 uur (2)

Ventilatieopening O (2)

Brandstoftank en lter Reinigen O (2)

Benzinecircuit Controleren Om de 2 jaar - Vervangen indien nodig

Opmerkingen:

1. Bij gebruik in een vuil gebied, moet de generator vaker worden onderhouden.

2. Tenzij de gebruiker over een geschikt gereedschap beschikt of een expert is op het gebied van de machine, moet het

onderhoud van de bovengenoemde punten worden uitgevoerd door een door de fabrikant erkende agent. Raadpleeg de

handleiding.

3. Bij professioneel gebruik moet u de bedrijfsuren van de generator bijhouden om de juiste onderhoudscyclus te bepalen.

Ontluchtingsklep van de

tankdop

3. Zodra de motor volledig afgekoeld is, draait u de ontluchtingsklep van de tankdop naar de positie “ON” (tegen de klok

in).

17

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

8�1 Olieverversing

Laat de olie snel et voorzichtig uit de machine lopen terwijl de motor nog warm is.

AANDACHT!

Voordat u de olie aftapt, moet u ervoor zorgen dat de schakelaars voor de ventilatieklep van de branderdop en de

motor in de “gesloten” positie staan.

1. Draai de schroef los en verwijder het zijdeksel.

2. Verwijder de tankdop.

3. Giet alle gebruikte olie in een geschikte bak.

4. Vul met de aanbevolen olie en controleer het peil.

5. Plaats het zijdeksel terug en draai de schroef vast.

Inhoud olietank: 0,4 liter

Was uw handen grondig met zeep na het hanteren van machineolie.

AANDACHT!

Om te voldoen aan de eisen inzake milieubescherming raden wij u aan de gebruikte olie in verzegelde containers te

doen en naar een plaatselijk reparatiestation of recyclingcentrum te brengen. Giet de olie niet op de grond of in het

huishoudelijk afval.

8.2 Onderhoud van het luchtlter

Een vuil luchtlter blokkeert de luchtstroom naar de carburator. Om defecten aan de carburator te voorkomen, moet u het

luchtlter regelmatig onderhouden. Als de generator in een zeer vuile omgeving wordt gebruikt, zult u hem vaker moeten

onderhouden.

WAARSCHUWING!

Gebruik geen benzine of oplosmiddelen met een laag vlampunt om de motor te reinigen, aangezien deze onder

bepaalde omstandigheden gemakkelijk kunnen ontbranden of exploderen.

AANDACHT!

Gebruik de generator niet zonder luchtlter, om voortijdige slijtage van de motor te voorkomen.

1. Draai de zijdekselschroef los en verwijder het deksel.

2. Draai de schroef van het luchtlterdeksel los en verwijder het deksel.

3. Reinig het lterelement met een niet-ontvlambaar oplosmiddel of met een oplosmiddel met hoog vlampunt, en ventileer

vervolgens het lterelement.

4. Reinig het lterelement met schone machineolie en knijp de overtollige olie eruit.

5. Plaats het lterelement van het luchtlter en het deksel terug en draai de schroef van het deksel vast.

6. Plaats het zijdeksel terug en draai de schroef vast.

Zijdeksel

Zijdekselschroef Vloeistof-

oppervlak

Benzine vuldop

Olieverdeler

18

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

generator

Zijdeksel

Zijdekselschroef

8�3 Onderhoud van de bougie

Aanbevolen type bougie: A7RC

Voor een goede werking van de motor moet de elektrodeafstand van de bougie correct zijn, en er mag zich geen koolaanslag

voordoen.

1. Verwijder het bougiedeksel.

2. Verwijder de bougiedop.

3. Verwijder het vuil rond de basis van de bougie.

Bougiedeksel

Starterhendel

Filteronderdelen

Filterdeksel

Filterschroef

FilterelementFilterelement

Bougiedop

Bougiedeksel

4. Demonteer de bougie met een sleutel.

5. Controleer de bougie met het blote oog. Als de isolatie gebarsten of versplinterd is, moet u de bougie weggooien. Als u

deze moet blijven gebruiken, maak ze dan met een borstel schoon.

19

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

6. Meet de elektrodeafstand van de bougie met een meter. De afstand moet 0,6 tot 0,7 mm bedragen.

7. Plaats de bougie zorgvuldig met de hand. Zorg ervoor dat de schroefdraad niet overlapt.

8. Nadat u de nieuwe bougie met de hand hebt geplaatst, schroeft u deze met een sleutel een halve slag in om de afdichting

stevig aan te drukken. Als een oude bougie wordt geïnstalleerd, schroeft u deze na het plaatsen gewoon een achtste tot

een kwartslag in.

9. Plaats de bougiedop terug.

10. Plaats het bougiedeksel terug.

AANDACHT!

• De bougie moet stevig vastzitten, anders wordt deze zeer heet en kan ze de generator beschadigen.

• Gebruik geen bougie met een ongeschikte thermisch bereik.

9 Transport en opslag

Om te voorkomen dat de generator tijdens vervoer of tijdelijke opslag olie lekt, moet u ervoor zorgen dat de generator tijdens

normaal bedrijf is uitgeschakeld en rechtop staat. Draai de ontluchtingsklep van de tankdop in de “gesloten” positie (linksom)

nadat de motor volledig is afgekoeld.

WAARSCHUWING!

Bij het vervoer van de generator:

• Laat geen benzine uit de tank overlopen. (Er mag geen benzine in de bovenkant van de benzinetank zitten).

• Wanneer de generator op een voertuig is geplaatst, mag de motor niet draaien. U moet de generator uit de auto

halen en in de open lucht laten draaien.

• Wanneer u de generator in een voertuig plaatst, moet u voorkomen dat ze aan de zon wordt blootgesteld. Als de

generator lange tijd in een gesloten voertuig blijft zitten, kan de temperatuur in het voertuig de benzine doen koken,

met brandwonden als gevolg.

Voertuigen geladen met een generator mogen niet langdurig op ruwe wegen rijden. Bij gebruik op dergelijke

wegen moet de brandstoftank vooraf worden geleegd.

Voordat u de generator voor langere tijd opslaat:

1. Zorg ervoor dat de opslagruimte schoon en droog is.

2. Maak de brandstoftank helemaal leeg.

WAARSCHUWING!

• Onder bepaalde omstandigheden is benzine licht ontvlambaar en explosief.

• Rook en open vuur zijn niet toegestaan in de nabijheid van benzine.

generator.

generator

generator:

generator

generator,

Schroevendraaier

20

NL

M1.1.BG20IM.NLFREN - 18102022

A. Maak de benzinetank helemaal leeg in een geschikte container.

B. Draai de motorschakelaar naar de “gesloten” positie. Verwijder de olieaftapschroef van de carburator en giet de brandstof

in een geschikte container.

C. Schroef de aftapplug op de bougiedop. Trek drie of vier keer aan de starthendel om het gas uit de oliepomp te laten

ontsnappen.

D. Draai de motorschakelaar naar de “gesloten” positie en draai vervolgens de olieaftapschroef stevig vast.

E. Plaats de bougiedop terug op de bougie.

3. Ververs de machineolie.

3. Demonteer de bougie en giet een inke lepel schone machineolie in de benzinetank. Laat de motor even draaien zodat de

olie gelijkmatig wordt verdeeld. Plaats de bougie terug.

4. Trek langzaam aan de starterhendel, totdat u weerstand voelt. Op dit punt bereikt de zuiger de compressieslag en zijn

de in-en uitlaatkleppen gesloten. Door de generator onder deze omstandigheden op te slaan wordt voorkomen dat de

binnenkant van het apparaat gaat roesten.

10 Storingen oplossen

Als de motor niet kan starten:

Is er benzine in de tank? Zo niet, vul de benzinetank in.

Is de generatorschakelaar in de “open” positie? Zo niet, bedien de schakelaar.

Is er genoeg olie in de motor? Zo niet, voeg olie bij.

Is er een vonk buiten de bougie? Zo niet, vervang de

bougie

Als de motor nog steeds

niet start, neem contact

op met uw verdeler.

↓Ja

→ →

→

Starterhendel

MW TOOLS BG20IM User manual

Popular Portable Generator manuals by other brands