PROFECO 77406 User manual

1
Tuinhakselaar 2000w
77406
NL Gebruiksaanwijzing
EN Instruction manual
FR Mode d’emploi
DE Gebrauchsanleitung

2
Content
Nederlands pagina 3
English page 21
Français page 38
Deutsch Seite 57

3
Hakselaar 2000W
1. Apparaat
Deze hakselaar is ontworpen voor het composteren/snijden
van vezelig en houtachtig tuinafval. Niet geschikt voor
professioneel gebruik.
Waarschuwing! Lees voor uw eigen veiligheid deze
handleiding en de algemene veiligheidsvoorschriften
zorgvuldig door voordat u de machine in gebruik neemt.
Bewaar deze handleiding voor toekomstig gebruik.
2. Beschrijving (Fig. A)
1) Vultrechter
2) Veiligheidsschroef
3) Verzamel zak
4) Wielen
5) Aan/uit-schakelaar
6) Stekker (aansluiting voor verlengkabel)
7) Hakselaarbak
8) Overbelastingsbeveiliging
9) Duwstok
10) Wielas
11) Voet

4
3. Inhoud van de verpakking
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Verwijder de rest van de verpakking en de bijsluiters (indien
meegeleverd).
Controleer of de inhoud van de verpakking volledig is.
Controleer het apparaat, het netsnoer, de stekker en alle
toebehoren op transportschade.
Bewaar het verpakkingsmateriaal zo lang mogelijk tot het
einde van de garantieperiode. Voer het daarna af naar uw
plaatselijke afvalverwerkingssysteem.
WAARSCHUWING: Verpakkingsmateriaal is geen
speelgoed! Kinderen mogen niet met plastic zakken
spelen! Verstikkingsgevaar!
4. Symbolen
Waarschuwing /
Gevaar!
Waarschuwing! Vliegende
voorwerpen.
Lees voor gebruik
de
gebruiksaanwijzing.
Draag handschoenen.
Gevaar - draaiende
messen!
Schakel de hakselaar altijd
uit, trek de stekker uit het
stopcontact en wacht tot
de snijschijf stilstaat
voordat u onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden.
Houd handen en
voeten uit de
openingen terwijl de
machine draait.
Draag
gehoorbescherming.
Houd omstanders
uit de buurt.
Draag oogbescherming.
Houd handen en
voeten uit de buurt
van scherpe delen.
Gebruik het apparaat nooit
in de regen of in vochtige
of natte omstandigheden.
Vocht vormt een gevaar
voor elektrische schokken.

5
5. Algemene veiligheidswaarschuwingen voor elektrisch
gereedschap
Lees alle veiligheidswaarschuwingen en instructies. Het niet in
acht nemen van waarschuwingen en het niet opvolgen van
instructies kan resulteren in elektrische schokken, brand en/of
ernstig letsel. Bewaar de veiligheidswaarschuwingen en
instructies voor toekomstig gebruik. De term "elektrisch
apparaat" in de veiligheidswaarschuwingen verwijst naar uw
op netstroom (met snoer) werkende elektrisch apparaat of op
accu (zonder snoer) werkend elektrisch apparaat.
5.1 Werkgebied
Houd de werkruimte schoon en goed verlicht. Onopgeruimde
en donkere zones kunnen tot ongevallen leiden.
Gebruik elektrische gereedschappen niet in een omgeving met
explosiegevaar, bijvoorbeeld in de aanwezigheid van
ontvlambare vloeistoffen, gassen of stof. Elektrisch
gereedschap veroorzaakt vonken die het stof of de dampen
kunnen doen ontbranden.
Houd kinderen en omstanders op een afstand wanneer u een
elektrisch apparaat bedient. Afleiding kan ertoe leiden dat u de
controle over het apparaat verliest.
5.2 Elektrische veiligheid
Controleer altijd of de voeding overeenkomt met de spanning
op het typeplaatje.
De stekkers van elektrisch gereedschap moeten
overeenstemmen met die van het stopcontact. Wijzig de
stekker op geen enkele manier. Gebruik geen adapterstekkers
met geaard elektrisch gereedschap. Niet-aangepaste stekkers
en passende stopcontacten zullen het risico van een
elektrische schok verminderen.
Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken zoals
leidingen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. Er is een
verhoogd risico op een elektrische schok als uw lichaam
geaard is.
Stel elektrische apparaten niet bloot aan regen of natte
omstandigheden. Als er water in een elektrisch apparaat komt,
neemt het risico van een elektrische schok toe.

6
Beschadig het snoer niet. Gebruik het snoer nooit om het
elektrische apparaat te dragen, eraan te trekken of het los te
koppelen. Houd het snoer uit de buurt van hitte, olie, scherpe
randen of bewegende delen. Beschadigde of in de war
geraakte snoeren verhogen het risico op een elektrische
schok.
Wanneer u een elektrisch apparaat buitenshuis gebruikt,
gebruik dan een verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik
buitenshuis. Het gebruik van een snoer dat geschikt is voor
gebruik buitenshuis vermindert het risico van een elektrische
schok.
Als het gebruik van een elektrisch apparaat in een vochtige
omgeving onvermijdelijk is, gebruik dan een
stroomvoorziening die beveiligd is met een aardlekschakelaar
(RCD). Het gebruik van een aardlekschakelaar vermindert het
risico van een elektrische schok.
5.3 Persoonlijke veiligheid
Blijf alert, kijk uit wat u doet en gebruik uw gezonde verstand
wanneer u een elektrisch apparaat bedient. Gebruik geen
elektrisch gereedschap als u moe bent of onder invloed van
drugs, alcohol of medicijnen. Een moment van
onoplettendheid bij het bedienen van een elektrisch apparaat
kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
Gebruik veiligheidsuitrusting. Draag altijd oogbescherming.
Het gebruik van veiligheidsuitrusting zoals een stofmasker,
veiligheidsschoenen met antislipzool, een veiligheidshelm of
gehoorbescherming wanneer dat nodig is, vermindert het
risico op persoonlijk letsel.
Voorkom onbedoeld starten. Zorg ervoor dat de schakelaar in
de uit-stand staat voordat u de stekker in het stopcontact
steekt. Het dragen van elektrisch gereedschap met uw vinger
op de schakelaar of het insteken van de stekker in elektrisch
gereedschap terwijl de schakelaar in de aan-stand staat,
maakt ongelukken waarschijnlijker.
Verwijder eventuele stelsleutels of moersleutels voordat u het
elektrische apparaat inschakelt. Als een sleutel of moersleutel
aan een draaiend deel van het elektrische apparaat blijft
hangen, kan dit persoonlijk letsel tot gevolg hebben.

7
Strek niet te ver uit. Houd uw voeten te allen tijde stevig op de
grond. Zo behoudt u in onverwachte situaties de controle over
het motorapparaat.
Kleed u goed. Draag geen losse kleding of juwelen. Houd uw
haar, kleding en handschoenen uit de buurt van het
elektrische apparaat. Loszittende kleding, sieraden of lang
haar kunnen verstrikt raken in de bewegende delen.
Als er voorzieningen zijn om stof af te zuigen en op te vangen,
zorg er dan voor dat deze correct worden bevestigd en
gebruikt. Het gebruik van dergelijke voorzieningen kan stof
gerelateerde gevaren verminderen.
5.4 Gebruik en onderhoud van elektrisch gereedschap
Verwacht niet dat het elektrische gereedschap meer doet dan
het kan. Gebruik het juiste elektrische gereedschap voor wat u
wilt doen. Een elektrisch apparaat zal betere resultaten
bereiken en veiliger zijn als het wordt gebruikt in de context
waarvoor het is ontworpen.
Gebruik het elektrische apparaat niet als de schakelaar het
apparaat niet aan en uit kan zetten. Een elektrisch apparaat
met een kapotte schakelaar is gevaarlijk en moet gerepareerd
worden.
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat
aanpast, toebehoren verwisselt of het opbergt. Dergelijke
preventieve veiligheidsmaatregelen verminderen het risico dat
het elektrische apparaat per ongeluk wordt ingeschakeld.
Bewaar elektrische gereedschappen buiten het bereik van
kinderen, wanneer ze niet worden gebruikt en sta niet toe dat
ze worden bediend door personen die niet bekend zijn met het
elektrische apparaat of met deze instructies. Elektrisch
gereedschap kan gevaarlijk zijn in de handen van ongetrainde
gebruikers.
Onderhoud elektrisch gereedschap. Controleer op verkeerd
uitgelijnde of vastgelopen bewegende delen, breuken of
andere zaken die de werking van het elektrische apparaat
kunnen beïnvloeden. Als het beschadigd is, moet het
elektrische apparaat gerepareerd worden. Veel ongelukken
worden veroorzaakt door het gebruik van slecht onderhouden
elektrisch gereedschap.

8
Houd snijgereedschap scherp en schoon. Goed onderhouden
snijwerktuigen met scherpe snijkanten lopen minder kans om
vast te lopen en zijn gemakkelijker te controleren.
Gebruik het motorapparaat, toebehoren, snijgereedschap enz.
overeenkomstig deze handleiding en op de manier die voor
het betreffende type motorapparaat bedoeld is, waarbij
rekening wordt gehouden met de werkomstandigheden en de
werkzaamheden die verricht moeten worden. Het gebruik van
een elektrisch apparaat op een manier waarvoor het niet
bestemd is, kan tot potentieel gevaarlijke situaties leiden.
Uw elektrische apparaat moet worden onderhouden door een
gekwalificeerde specialist die uitsluitend standaard
reserveonderdelen gebruikt. Dit zal ervoor zorgen dat het aan
de vereiste veiligheidsnormen voldoet.
6. Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor hakselaars
Draag beschermende handschoenen, een veiligheidsbril en
gehoorbeschermers. Vermijd losse kleding.
Sta altijd stabiel en in evenwicht. Strek u niet uit naar de
machine.
Tijdens het gebruik moet het apparaat waterpas en op een
stevige ondergrond staan.
Zorg ervoor dat alle schroeven en moeren vóór gebruik goed
zijn aangedraaid.
Gebruik het apparaat alleen in droge omstandigheden en nooit
buiten als het regent.
Gebruik de machine nooit met beschadigde
veiligheidsinrichtingen of zonder bescherming.
Houd handen, andere lichaamsdelen en kleding uit de buurt
van de vultrechter en de uitvoertrechter.
Houd uw gezicht en de rest van uw lichaam uit de buurt van
de vultrechter.
Laat de machine niet onbeheerd achter, schakel de motor uit
en trek de stekker uit het stopcontact.
Harde voorwerpen zoals stenen, flessen, blikjes of stukken
metaal mogen niet in de inlaattrechter worden gevoerd. Dit
kan schade aan de machine veroorzaken.

9
Als de machine geblokkeerd raakt, stop dan de motor en trek
de stekker uit het stopcontact. Trek voorwerpen naar buiten en
controleer op beschadigingen.
Als de zekering doorbrandt of als de overbelastingsbeveiliging
in werking treedt, is dit een teken dat het apparaat overbelast
is en/of dat er te veel apparaten op hetzelfde verlengsnoer zijn
aangesloten. Controleer de oorzaak en verhelp deze.
Installeer geen krachtigere zekering.
Trek niet aan de verlengkabel. Houd de kabel niet strak. Dit
kan schade veroorzaken in de stekkers of in de isolatie van de
kabels. Dergelijke schade is onzichtbaar, maar kan gevaarlijk
zijn.
Houd het verlengsnoer altijd uit de buurt van de machine. Trek
de stekker uit het stopcontact en controleer het snoer
regelmatig op tekenen van beschadiging of veroudering.
Gebruik de machine niet met een beschadigd verlengsnoer.
Als de kabel beschadigd is, moet hij door een erkend
servicecentrum worden vervangen om gevaar te voorkomen.
Verplaats de machine nooit door aan de kabel te trekken. De
machine mag niet worden verplaatst terwijl de motor draait.
De hakselaar moet voor gebruik correct gemonteerd zijn.
Waarschuwing! Dit toestel moet geaard zijn!
Waarschuwing! Gebruik alleen verlengkabels met drie
draden en de aardingsdraad aangesloten.
Gebruik alleen verlengkabels die zijn goedgekeurd voor
gebruik buitenshuis en controleer voor gebruik of ze in goede
staat zijn.
Voordat u de stekker in het stopcontact steekt, moet u
controleren of de nominale waarden van het stopcontact
overeenkomen met de waarden op het typeplaatje op de
papierversnipperaar.
Schakel de hakselaar altijd uit voordat u een stekker of
verlengsnoer loskoppelt.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt. Alle toeschouwers
moeten op een veilige afstand van de hakselaar blijven
wanneer deze in gebruik is.

10
Laat het apparaat niet bedienen door kinderen of personen die
deze gebruiksaanwijzing niet hebben gelezen of die niet
vertrouwd zijn met het apparaat.
De bediener is verantwoordelijk voor derden tijdens het
werken met de hakselaar.
Gebruik de hakselaar alleen voor het beoogde doel.
Voorzichtig! Er zitten draaiende messen op deze machine.
Voorzichtig! De bladen stoppen niet onmiddellijk na het
uitschakelen.
Schakel de hakselaar altijd uit, trek de stekker uit het
stopcontact en wacht tot de snijschijf stilstaat voordat u
onderhouds- of reinigingswerkzaamheden uitvoert.
Het is verboden de elektrische en mechanische
veiligheidsinrichtingen te verplaatsen of te wijzigen.
Alleen gebruiken bij daglicht of goed kunstlicht.
Steek uw handen niet in de invoertrechter of de
uitwerpopening.
Als de hakselaar abnormaal begint te trillen, schakel dan de
motor uit en ga onmiddellijk na wat de oorzaak is. Trillen is
meestal een waarschuwing voor problemen.
Controleer of de messen goed vastzitten voordat u gaat
versnipperen. Gebruik de hakselaar niet als de messen niet
goed vastzitten.
De hakselaar moet voor gebruik zorgvuldig worden
gecontroleerd. U mag alleen werken met een hakselaar die in
goede staat verkeert. Als u een defect aan het apparaat
opmerkt dat gevaar voor de bediener kan opleveren, mag u
het apparaat niet gebruiken totdat de defecten zijn verholpen.
Vervang versleten of beschadigde onderdelen voor de
veiligheid. Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Onderdelen die niet door de fabrikant zijn gemaakt, kunnen
slecht passen en mogelijk letsel veroorzaken.
Gebruik de hakselaar alleen op plaatsen waar hij beschermd
is tegen water en gebruik hem nooit buiten bij regenachtig
weer.
Bewaren op een droge en veilige plaats buiten het bereik van
kinderen.

11
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen
(inclusief kinderen) met verminderde lichamelijke, zintuiglijke
of geestelijke vermogens, of met gebrek aan ervaring en
kennis, tenzij zij onder toezicht staan of instructies hebben
gekregen betreffende het gebruik van het apparaat van een
persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat
zij niet met het toestel spelen.
6.1 Voorbereiding
Sta niet toe dat kinderen dit apparaat bedienen.
Bedien dit apparaat niet in de nabijheid van omstanders.
Draag tijdens het werken te allen tijde gehoorbescherming en
een veiligheidsbril.
Vermijd het dragen van loszittende kleding of kleding met
hangende koorden en stropdassen.
Gebruik de machine alleen in de open ruimte (bijv. niet dicht
bij een muur of andere vaste voorwerpen) en op een stevige,
vlakke ondergrond.
Gebruik de machine niet op een verharde ondergrond of een
ondergrond met grind, waar uitgeworpen materiaal letsel kan
veroorzaken.
Controleer voordat u de machine start of alle schroeven,
moeren, bouten en andere bevestigingsmiddelen goed zijn
vastgezet en of de afschermingen en schermen op hun plaats
zitten. Vervang beschadigde en onleesbare etiketten.
6.2 Werking
Alvorens de machine te starten, kijk in de invoerkamer om er
zeker van te zijn dat deze leeg is.
Houd uw gezicht en lichaam uit de buurt van de
invoeropening.
Laat geen handen of andere lichaamsdelen of kledingstukken
in de voederruimte, de uitwerpsleuf of in de buurt van
bewegende delen komen.
Houd uw evenwicht en uw voeten te allen tijde goed. Strek u
niet te ver uit. Sta nooit hoger dan de basis van de machine,
wanneer u materiaal in de machine voert.

12
Blijf altijd uit de buurt van het uitwerpgebied wanneer u deze
machine bedient.
Wanneer u materiaal in de machine voert, moet u uiterst
voorzichtig zijn dat er geen stukken metaal, stenen, flessen,
blikjes of andere vreemde voorwerpen in terechtkomen.
Als het snijmechanisme vreemde voorwerpen raakt of als de
machine ongewone geluiden of trillingen begint te maken,
schakel dan de stroombron uit en laat de machine stoppen,
maak de bougiekabel los van de bougie (elektrische eenheid
loskoppelen van de voeding) en neem de volgende stappen:
1. Inspecteer op schade.
2. Controleer op losse onderdelen en zet ze vast.
3. Laat beschadigde onderdelen vervangen of repareren door
onderdelen met gelijkwaardige specificaties.
Zorg ervoor dat het verwerkte materiaal zich niet ophoopt in de
afvoerzone; dit kan een correcte afvoer verhinderen en kan
terugslag van materiaal door de invoeropening tot gevolg
hebben.
Als de machine verstopt raakt, moet u de stroombron
uitschakelen en de bougiekabel van de bougie loskoppelen
(elektrische eenheid loskoppelen van voeding) voordat u het
vuil opruimt. Houd de stroombron vrij van puin en andere
ophopingen om schade aan de stroombron of mogelijke brand
te voorkomen. Denk eraan dat het bedienen van het
startmechanisme op machines die door een motor worden
aangedreven, er nog steeds voor zal zorgen dat het
snijmechanisme in beweging komt.
Houd alle afschermingen en deflectoren op hun plaats en in
goede werkende staat.
Knoei niet met de instellingen van de regulateur van de
stroombron; de regulateur regelt de veilige maximum
bedrijfssnelheid en beschermt de stroombron en alle
bewegende onderdelen tegen schade veroorzaakt door te
hoge snelheid. Schakel de hulp in van een erkende
servicedienst als er een probleem is.
Transporteer dit apparaat niet terwijl de stroombron in werking
is.
Schakel de stroombron uit en koppel de bougiekabel los
(elektrische eenheid loskoppelen van de voeding) wanneer u
de werkruimte verlaat.

13
Kantel het apparaat niet terwijl de stroombron in werking is.
6.3 Onderhoud en opslag
Wanneer de machine wordt stilgezet voor onderhoud,
inspectie of opslag, of om een accessoire te verwisselen, dient
u de stroombron af te sluiten, de bougiedraad los te koppelen
van de bougie (elektrische eenheid loskoppelen van de
voeding), ervoor te zorgen dat alle bewegende delen volledig
tot stilstand zijn gekomen en, indien een sleutel is
gemonteerd, deze te verwijderen. Laat het apparaat afkoelen
alvorens het te inspecteren, af te stellen, enz.
Berg het apparaat op een plaats op waar geen open vuur of
vonken in de buurt kunnen komen van brandstofdampen. Bij
langdurige opslag moet de brandstof uit het apparaat worden
verwijderd. Laat het apparaat afkoelen voordat u het opbergt.
Bij onderhoud aan de snij-inrichting moet men zich ervan
bewust zijn dat, ook al start de krachtbron niet door de
vergrendeling van de afscherming, de snij-inrichting toch kan
worden bewogen door een manueel startmechanisme.
6.4 Aanvullende veiligheidsinstructies voor eenheden met
opzakhulpstukken
Schakel de voedingseenheid uit voordat u de zak bevestigt of
verwijdert.
7. Montage instructies
Waarschuwing! U kunt hulp nodig hebben bij het uit de
doos tillen en het in elkaar zetten van het apparaat.
Open de verpakking en haal de machine uit de verpakking;
Trek de opvangzak eruit en neem het hoofdgedeelte van de
machine en alle accessoires eruit.

14
7.1 Montage van de hakselaar
Draai de hakselaar ondersteboven.
Steek de wielas (10) door de voorgeboorde gaten in de voet
(Fig. 1).
Kies steun A en B die worden aangeduid met de letter die op
de steun zelf is gestempeld.
Plaats de voet (11) in het lichaam.
Monteer het wiel in dezelfde volgorde als aangegeven in fig. 2
en zorg ervoor dat de moer niet te strak aangedraaid wordt.
Draai de handschroef (2) vast. De handschroef heeft een
veiligheidsschakelaar. Zorg ervoor dat de knop goed vastzit,
anders zal de motor niet in werking treden.
OPMERKING: Het is gevaarlijk de machine te gebruiken
zonder de trechter (1).
8. Bediening
8.1 Aan/uit-schakelaar (Fig. 3)
Druk op de aan/uit-schakelaar om de machine te starten en/of
te stoppen. Opmerking: het apparaat is voorzien van een
veiligheidsschakelaar om te voorkomen dat het na een
stroomonderbreking per ongeluk weer wordt ingeschakeld.

15
8.2 Overbelastingsbeveiliging (Fig. 4)
Overbelasting (bijv. blokkeren van de snijmessen) leidt na
enkele seconden tot stilstand van de machine. Om de motor
tegen beschadiging te beschermen, zal de
overbelastingsschakelaar (8) de netspanning automatisch
uitschakelen. Wacht ten minste 1 minuut alvorens opnieuw op
te starten door eerst de resetknop in te drukken en vervolgens
de aan/uit-schakelaar. In geval van blokkering van het snijblad,
draai de draairichtingschakelaar in de juiste stand alvorens de
hakselaar weer in te schakelen.
Als de motor niet herstart, doe dan het volgende:
Haal de stekker uit het stopcontact.
Draai de handschroef (2) los en open het bovendeel naar
boven.
Maak de snij- en uitwerpdelen zorgvuldig schoon en verwijder
alle voorwerpen die de messen kunnen hinderen.
Plaats het bovenste deel terug en draai de handschroef stevig
aan.
Druk op de resetknop voordat u de aan/uit-schakelaar indrukt.
Opgelet! Draag altijd veiligheidshandschoenen bij het
uitvoeren van de bovenstaande stappen!
8.3 Veiligheidsvergrendeling
De hakselaar is uitgerust met een veiligheidsschakelaar bij de
vergrendeling tussen het boven- en onderstuk. Als het bovenstuk
niet perfect op het onderstuk past en vastzit, wordt de
VEILIGHEIDSSCHAKELAAR geactiveerd en zal de motor niet
werken. Indien dit gebeurt:
Haal de stekker uit het stopcontact.
Verwijder het bovenste deel, zoals beschreven in de vorige
paragraaf.
Maak de snij- en uitwerpdelen zorgvuldig schoon en verwijder
alle voorwerpen die de messen kunnen hinderen.
Zet ze weer in elkaar en draai de handschroef stevig aan.

16
ATTENTIE: Draai de handschroef nooit los voordat u eerst
de aan/uit-schakelaar hebt uitgezet en de stekker uit het
stopcontact hebt gehaald.
8.4 Demontage
In bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld bij opslag na gebruik,
kunt u de machine demonteren door de montagestappen in
omgekeerde volgorde uit te voeren, zoals eerder beschreven.
8.5 Gebruiksaanwijzingen
Plaats het te versnipperen materiaal in de opening aan de
rechterkant. Het zal dan automatisch in de machine worden
getrokken door de snijder die tegen de klok in draait.
Prop de opening niet helemaal vol om te voorkomen dat de
machine vastloopt.
Voer afwisselend takken en klein strooisel dat een beetje nat
en vergaan is. Dit zal ook helpen om vastlopen van de snijder
te voorkomen.
Keukenafval moet worden gecomposteerd, nooit door de
hakselaar doen!
Takken met bladeren moeten altijd volledig door de hakselaar
en uit de weg zijn voordat u nieuw materiaal in het apparaat
voert. Zorg ervoor dat het versnipperde materiaal ongehinderd
in de zak kan vallen zonder de uitlaat te blokkeren.
De ventilatieopening mag niet worden geblokkeerd door het
versnipperde materiaal.
Het continu versnipperen van dik hout of takken kan de
machine doen vastlopen.
Zacht materiaal zoals bladeren of takjes kunnen de inlaat
gemakkelijk blokkeren: gebruik een stokje om het erin te
prikken.
Controleer afval altijd op spijkers en stenen voordat u het
versnippert, want die kunnen de hakselaar ernstig
beschadigen.
Let op trillingen, trillingen wijzen op versleten of beschadigde
messen.
Vervang de messen indien nodig.

17
8.5.1 Hoe verzamel ik het versnipperde materiaal?
Schakel de voedingseenheid uit voordat u de zak bevestigt of
verwijdert.
U kunt de meegeleverde opvangzak gebruiken of de hakselaar
op een dekzeil plaatsen om het versnipperde materiaal op te
vangen.
Wanneer u de opvangzak gebruikt, moet u de haken van de
opvangzak aan de zijkanten van de uitstortgoot bevestigen.
Waarschuwing: De ventilatiesleuven op het
machinelichaam mogen nooit worden afgedekt door de
opvangzak of het versnipperde materiaal.
9. Technische gegevens
Nominale spanning AC
230-240 V
Nominale frequentie
50 Hz
Nominaal vermogen
2000 W (P40)
Maximale diameter
45 mm
Beschermingsklasse
II
Int. beschermingsgraad
IPX4
Verzamel zak
50 l
Kabellengte
0,35 m
Contact veiligheid
Ja
Overbelastingsbeveiliging
Ja
Draaibare & te openen behuizing
Ja
10. Geluid
Geluidsemissiewaarden gemeten volgens relevante norm. (K=3)
Geluidsdrukniveau LpA
99 dB(A)
Geluidsvermogensniveau LwA
110 dB(A)
ATTENTIE! Draag gehoorbescherming wanneer de
geluidsdruk hoger is dan 85 dB(A).

18
11. Reiniging en onderhoud
Alvorens met de reinigings- en onderhoudsprocedures te
beginnen, moet u ervoor zorgen dat de hakselaar uitgeschakeld
is en losgekoppeld is van het stroomnet. Draag altijd stevige
lederen handschoenen wanneer u de messen reinigt.
Om de beste prestaties van de hakselaar te garanderen, moet
hij schoon worden gehouden.
Maak de hakselaar altijd onmiddellijk na gebruik schoon.
Laat geen materiaal droog en hard worden op de
oppervlakken van de hakselaar. Dit zal de
versnipperingsprestaties direct beïnvloeden.
Zorg ervoor dat de inlaatgoot en de uitlaatgoot schoon en vrij
van alle afvalmateriaal worden gehouden.
Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en schroeven goed
vastzitten.
Laat beschadigde of versleten onderdelen altijd repareren of
vervangen door gekwalificeerd personeel.
Gebruik geen reinigingsmiddelen of oplosmiddelen, deze
kunnen uw machine onherstelbaar beschadigen. Chemicaliën
kunnen de plastic onderdelen vernielen.
Olie de trommel elke 4e of 5e keer (gebruik biologisch
afbreekbare olie om het milieu te beschermen).
11.1 Vervanging van de messen (Fig. 5 & Fig. 6)
Als de snijbladen moeten worden vervangen, doe dit dan altijd
per twee. Open de hakselaar, blokkeer de maaischijf met een
schroevendraaier. Draai met de bijgeleverde inbussleutel de
inbusbouten eruit. Monteer de nieuwe messen in omgekeerde
volgorde.
LET OP! Draai de instelschroef van de plaat niet te vast aan
en snijd niet te veel aluminium van de plaat af, dit zal de
levensduur van uw hakselaar verkorten.
WAARSCHUWING! Gebruik nooit een hogedrukreiniger of
stromend water om de hakselaar te reinigen! Borstel vuil en
plantenresten weg die in de spiraalsnijder terecht kunnen
komen. Veeg de buitenkant van de hakselaar schoon met
een doek die is bevochtigd met een mild reinigingsmiddel en
water.

19
12. Opslag
Behandel het snijblad met milieuvriendelijke olie om het te
beschermen tegen corrosie als het apparaat voor langere tijd
wordt opgeborgen.
13. Problemen oplossen
Probleem
Oorzaak
Actie
De motor draait niet
Vergrendeling
Draai de handschroef
stevig vast.
Stroomuitval
Controleer de
voedingskabel, de stekker
en de huiszekering.
Het te hakken
materiaal wordt niet
ingetrokken
Het materiaal
zit vast in de
vultrechter.
Schakel de hakselaar UIT.
Trek het materiaal uit de
invoertrechter. Schakel de
hakselaar weer AAN en
voer dikke takken opnieuw
in, zodat het mes niet
onmiddellijk weer in de
voorgesneden inkepingen
grijpt.
Hakselmateriaal
is te zacht.
Steek er hout in of
versnipper gedroogde
takken.
Het snijblad is
geblokkeerd.
Draai de handschroef los,
open de hakselaar en
verwijder het materiaal dat
de verstopping
veroorzaakt.

20
14. Garantie
Deze garantie dekt alle materiaal- of productiefouten met
uitzondering van: batterijen, opladers, defecte onderdelen die
aan normale slijtage onderhevig zijn zoals lagers, borstels,
kabels en stekkers, of accessoires zoals boren, boorkoppen,
zaagbladen, enz. ; schade of defecten die het gevolg zijn van
mishandeling, ongevallen of wijzigingen; noch de
transportkosten.
Schade en/of defecten die het gevolg zijn van oneigenlijk
gebruik vallen evenmin onder de garantiebepalingen.
Wij wijzen ook alle aansprakelijkheid af voor lichamelijk letsel
als gevolg van oneigenlijk gebruik van het gereedschap.
Tevens kan geen aanspraak worden gemaakt op de garantie
indien de schade aan het toestel het gevolg is van nalatig
onderhoud of overbelasting.
Absoluut uitgesloten van garantie is schade als gevolg van het
binnendringen van vloeistoffen, het binnendringen van
overmatig stof, opzettelijke beschadiging (met opzet of door
grove onachtzaamheid), oneigenlijk gebruik (gebruik voor
doeleinden waarvoor het apparaat niet geschikt is),
ondeskundig gebruik ( bijv. het niet opvolgen van de in de
handleiding gegeven aanwijzingen), ondeskundige montage,
blikseminslag, foutieve netspanning. Deze lijst is niet
uitputtend.
Aanvaarding van garantieclaims kan nooit leiden tot verlenging
van de garantietermijn, noch tot het ingaan van een nieuwe
garantietermijn in geval van vervanging van het apparaat.
Uw aankoopbewijs moet worden bewaard als bewijs van de
datum van aankoop.
15. Milieu
Als uw apparaat na langdurig gebruik aan vervanging toe is,
gooi het dan niet bij het huisvuil, maar op een milieuveilige
manier. Het afval van elektrische apparaten mag niet worden
verwerkt zoals het gewone huisvuil. Gelieve te recycleren
waar recyclagefaciliteiten bestaan. Neem contact op met uw
gemeente of dealer voor advies over recycling.