
NL - 10
GEBRUIK
TIPS
De bediening van het apparaat bevindt zich aan de binnenkant. Controleer of de thermostaat uit staat, op 0. Controleer of de
spanning overeenkomt met de spanning die vermeld is op het typeplaatje en steek de stekker in het stopcontact.
Stel de temperatuur in met de thermostaat en kies een stand tussen de 1 en 7. Wij adviseren u het apparaat in te stellen op
stand 3 of 4. Het apparaat zal nu connue koelen tot de ingestelde temperatuur is bereikt. Laat het apparaat op temperatuur
komen zonder levensmiddelen. Dit duurt meestal 2 tot 3 uur. Daarna kunt u de thermostaat op de gewenste stand zeen en het
apparaat vullen met levensmiddelen.
Stand 0 - OFF, apparaat uit
Stand 1 - maximale temperatuur, minst koud
Stand 4 - opmale temperatuur, kouder
Stand 7 - minimale temperatuur, meest koud
Indien de omgevingstemperatuur sjgt, zet u het apparaat op een hogere stand om de binnentemperatuur te kunnen waarborgen.
Zet de thermostaat op 0 om het apparaat uit te zeen.
Aene:
De omgevingstemperatuur, de frequene van het openen van de deur en de posie van het apparaat hebben invloed op de
temperatuur in het apparaat. Houd hier rekening mee met het instellen van de thermostaat.
• Plaats geen heet voedsel in het apparaat.
• Plaats nooit gevaarlijke, licht ontvlambare of explosieve stoen zoals alcohol, aceton of benzine in het apparaat
omdat er een kans op explosiegevaar is.
• Pak vlees en vis goed in om nare geuren te voorkomen.
• Laat voldoende ruimte tussen de verschillende levensmiddelen om de lucht goed te kunnen laten circuleren.
• Plaats geen voedsel tegen de achterwand van het apparaat. De schappen hebben een stop om dit te vermijden.
• Laat de deur niet langer open dan noodzakelijk.
• Een hoge omgevingstemperatuur beïnvloedt het energieverbruik nadelig. Ook direct zonlicht en andere warmtebronnen
in de buurt van het apparaat hebben een ongunsge invloed.
• Houd de venlaeopeningen vrij. Afgedekte en vervuilde openingen veroorzaken een hoger energieverbruik. Zorg voor
voldoende ruimte rondom de koelkast zodat een goede venlae en luchtstroming rondom het apparaat mogelijk is.
• Open de deur van het apparaat niet vaker dan nodig is en laat de deur zo kort mogelijk open.
• De afstand tussen de schappen en de achterwand zorgt voor een vrije luchtcirculae. Plaats dus geen levensmiddelen tegen
de achterwand.
• Zet de thermostaat op een lagere stand als de omstandigheden dat toelaten.
• Laat gekookt voedsel wat u in het apparaat wilt bewaren eerst aoelen tot kamertemperatuur voordat u het in het
apparaat legt.
• Rijp of ijs zorgen ervoor dat het stroomverbruik toeneemt. Verwijder deze daarom regelmag zodra ze 3 tot 5 mm dik zijn.
• Een deurrubber dat niet goed sluit kan het stroomverbruik verhogen. Laat het daarom op jd en door een vakman vervangen.
• Als de instruces niet worden nageleefd dan kan dat leiden tot een hoger stroomverbruik.
Houd u aan de volgende instruces om besmeng van voedsel te voorkomen
- Wanneer de deur langere jd open blij kan de temperatuur in de comparmenten van het apparaat signicant sjgen.
- Reinig oppervlakken die in contact met voedsel kunnen komen en toegankelijke afvoersystemen regelmag.
- Bewaar rauw vlees en rauwe vis in geschikte verpakkingen in de koelkast zodat deze niet in contact komen met ander
voedsel of vloeistof op ander voedsel kunnen lekken.
- Diepvriescomparmenten met twee sterren zijn geschikt voor het bewaren van reeds bevroren voedsel, het bewaren
of maken van ijs en het maken van ijsblokjes.
- Comparmenten met één, twee of drie sterren zijn niet geschikt voor het invriezen van vers voedsel.