JUNO JGIN605E2 User manual

JGIN605E2
Gebruik‐
saanwijzing
Afwasauto‐
maat
User Manual
Dishwasher

INHOUDSOPGAVE
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 4
Productbeschrijving 5
Bedieningspaneel 6
Programma’s 7
Instellingen 9
Voor het eerste gebruik 12
Dagelijks gebruik 14
Aanwijzingen en tips 15
Onderhoud en reinigen 17
Probleemoplossing 20
Technische informatie 24
Wijzigingen voorbehouden.
GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, service- en
reparatie-informatie:
www.juno.de/support
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie
en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor verwondingen of schade die voortvloeit
uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de
instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor
toekomstig gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
•Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met een beperkt lichamelijk,
zintuiglijk of verstandelijk vermogen of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de gevaren begrijpen.
•Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt
van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
•Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, tenzij zij voortdurend
onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te
worden gehouden.
•Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
•Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
2

•Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als de deur open staat.
•Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Algemene veiligheid
•Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en
soortgelijke toepassingen, zoals:
–boerderijen; personeelskeukens in winkels, kantoren of
andere werkomgevingen;
–door gasten in hotels, motels, bed & breakfast en
andere woonomgevingen.
•De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
•De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen tussen
0.5 (0.05) / 8 (0.8) bar (MPa)
•Volg het maximale aantal 13 plaatsen.
•Indien het netsnoer beschadigd is, moet het worden
vervangen door de fabrikant, een erkende serviceverlener
of vergelijkbaar gekwalificeerde personen om gevaar te
voorkomen.
•WAARSCHUWING: Messen en andere
gebruiksvoorwerpen met scherpe punten moeten met hun
punt naar beneden of horizontaal in de mand geplaatst
worden.
•Laat het apparaat niet onbeheerd achter met de geopende
deur om te voorkomen dat u er per ongeluk op stapt.
•Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat je onderhoudshandelingen verricht.
•Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom om het
apparaat te reinigen.
•Als het apparaat is voorzien van ventilatieopeningen in de
basis, mogen deze niet worden afgedekt met bijv. een
vloerkleed.
•Het apparaat moet met de nieuwe meegeleverde slangset
worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen
niet opnieuw worden gebruikt.
3

VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Installatie
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus
mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Gebruik het apparaat niet voordat u het
in de ingebouwde structuur installeert
omwille van veiligheidsredenen.
• Volg de installatie-instructies die zijn
meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
• Installeer of gebruik het apparaat niet
op een plek waar de temperatuur onder
de 0 °C komt.
• Installeer het apparaat op een veilige
en geschikte plaats die aan alle
installatie-eisen voldoet.
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brand en elektrische
schokken.
• Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen adapters met meerdere
stekkers en verlengkabels.
• Zorg dat u de netstekker en het
netsnoer niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren door
onze Klantenservice.
• Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Dit apparaat is voorzien van een 13 A
stekker. Als de zekering van de stekker
vervangen moet worden, moet een
ASTA (BS 1362)-zekering van 13-
ampère worden gebruikt (uitsluitend VK
en Ierland).
Wateraansluiting
• Beschadig de waterslangen niet.
• Indien buizen lang niet zijn gebruikt, er
reparaties hebben plaatsgevonden of
er nieuwe apparaten zijn geplaatst
(watermeters, enz.), moet je, voordat
de nieuwe buizen worden aangesloten,
het water laten stromen totdat het
schoon en helder is.
• Zorg ervoor dat er geen zichtbare
waterlekken zijn tijdens en na het
eerste gebruik van het apparaat.
• De watertoevoerslang heeft een
veiligheidsventiel en een omhulsel met
een hoofdkabel aan de binnenkant.
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning.
• Als de watertoevoerslang beschadigd
is, sluit dan onmiddellijk de waterkraan
en haal de stekker uit het stopcontact.
Neem contact op met de service-
afdeling om de watertoevoerslang te
vervangen.
Gebruik
• Plaats geen ontvlambare producten of
artikelen die vochtig zijn met
4

ontvlambare producten in, bij of op het
apparaat.
• Vaatwasmiddelen zijn gevaarlijk. Volg
de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het vaatwasmiddel op.
• Drink en speel niet met het water in het
apparaat.
• Verwijder de vaat pas uit het apparaat
als het programma is voltooid. Er kan
wat vaatwasmiddel op de vaat
achterblijven.
• Oefen geen druk uit op de open deur
van het apparaat en leg er ook geen
voorwerpen op.
• Er kan hete stoom uit het apparaat
komen als u de deur opent terwijl een
programma bezig is.
Service
• Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat. Gebruik alleen originele
reserveonderdelen.
• Houd er rekening mee dat zelfreparatie
of niet-professionele reparatie gevolgen
kan hebben voor de veiligheid en de
garantie kan doen vervallen.
• De volgende reserveonderdelen zijn
beschikbaar gedurende 7 jaar nadat
het model is stopgezet: motor,
circulatie- en afvoerpomp,
verwarmingstoestellen en
verwarmingselementen, inclusief
warmtepompen, leidingen en
aanverwante apparatuur, waaronder
slangen, kleppen, filters en aquastops,
structurele en interne onderdelen met
betrekking tot deurconstructies,
printplaten, elektronische displays,
drukschakelaars, thermostaten en
sensoren, software en firmware,
inclusief resetsoftware. Houd er
rekening mee dat sommige van deze
reserveonderdelen alleen beschikbaar
zijn voor professionele reparateurs en
dat niet alle reserveonderdelen relevant
zijn voor alle modellen.
• De volgende reserveonderdelen zullen
gedurende 10 jaar nadat het model is
stopgezet beschikbaar zijn:
deurscharnieren en -afdichtingen,
andere afdichtingen, spuitarmen,
afvoerfilters, binnenrekken en plastic
randapparatuur zoals manden en
deksels.
• Met betrekking tot de lamp(en) in dit
product en reservelampen die
afzonderlijk worden verkocht: Deze
lampen zijn bedoeld om bestand te zijn
tegen extreme fysieke omstandigheden
in huishoudelijke apparaten, zoals
temperatuur, trillingen, vochtigheid, of
zijn bedoeld om informatie te geven
over de operationele status van het
apparaat. Ze zijn niet bedoeld voor
gebruik in andere toepassingen en zijn
niet geschikt voor verlichting in
huishoudelijke ruimten.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te
voorkomen dat kinderen en huisdieren
opgesloten raken in het apparaat.
PRODUCTBESCHRIJVING
De afbeeldingen hieronder
geven alleen een algemeen
productoverzicht. Raadpleeg
voor meer gedetailleerde
informatie andere hoofdstukken
en/of documenten die bij het
apparaat zijn meegeleverd.
5

43
7
9 8
10 56
11
12
1Bovenste sproeiarm
2Onderste sproeiarm
3Filters
4Typeplaatje
5Zoutreservoir
6Luchtventilatie
7Glansmiddeldoseerbakje
8Afwasmiddeldoseerbakje
9Bestekmand
10 Onderste korf
11 Bovenste korf
BEDIENINGSPANEEL
1 2 3
5 46
6

1Controlelampje Aan/uit
2Programmawijzer
3Controlelampjes
4Toets startuitstel
5Startknop
6Programmaknop
Indicatielampjes
Indicatie‐
lampje
Beschrijving
Indicatielampje droogfase. Dit is aan wanneer u een programma selecteert
met de droogfase. Het gaat knipperen wanneer de droogfase loopt.
Indicatielampje zout. Dit is aan als het zoutreservoir bijgevuld dient te wor‐
den. Het is altijd uit als het programma in werking is.
Indicatielampje glansspoelmiddel. Dit is aan als het glansspoelmiddeldoseer‐
bakje bijgevuld dient te worden. Het is altijd uit als het programma in werking
is.
Indicatielampje van wasfase. Dit is aan wanneer de wasfase loopt.
Indicatielampje spoelfase. Dit is aan wanneer de spoelfase loopt.
PROGRAMMA’S
De volgorde van de programma´s in de tabel geven mogelijk hun volgorde op het
bedieningspaneel niet weer.
Programma Type lading Mate van vervui‐
ling
Programmafasen
1)
• Vaatwerk
• Bestek
• Potten
• Pannen
• Normaal
• Licht aange‐
koekt
• Voorspoelen
• Wassen 50 °C
• Tussentijdse spoeling
• Laatste spoeling 60 °C
• Drogen
• AirDry
• Vaatwerk
• Bestek
• Potten
• Pannen
• Normaal tot
zwaar
• aangekoekt
• Voorspoelen
• Wassen 60 °C
• Tussentijdse spoeling
• Laatste spoeling 60 °C
• Drogen
• AirDry
• Vaatwerk
• Bestek
• Potten
• Pannen
• Normaal
• Licht aange‐
koekt
• Wassen 60 °C
• Tussentijdse spoeling
• Laatste spoeling 55 °C
• Drogen
• AirDry
7

Programma Type lading Mate van vervui‐
ling
Programmafasen
• Vaatwerk
• Bestek
• Fris • Wassen 50 °C
• Tussentijdse spoeling
• Laatste spoeling 50 °C
• AirDry
2)
• Alle soorten
vaat
• Alle vuilgraden • Voorspoelen
1) Dit programma heeft het meest efficiënte water- en energieverbruik voor normaal vervuild serviesgoed en be‐
stek. Dit is het standaardprogramma voor testinstituten. Dit programma wordt gebruikt voor de beoordeling van
de naleving van Verordening (EU) 2019/2022 van de Commissie inzake ecologisch ontwerp.
2) Met dit programma kunt u voedselresten snel van de vaat afspoelen om zo geurvorming in het apparaat te
voorkomen. Gebruik geen vaatwasmiddel bij dit programma.
Verbruikswaarden
Programma
1)
2)
Water
(l)
Energie
(kWh)
Duur
(min)
9.9 0.936 227
11.1 - 13.6 1.052 - 1.285 160
9.6 - 11.7 0.886 - 1.083 90
9.2 - 11.2 0.556 - 0.680 30
3.4 - 4.2 0.012 - 0.015 15
1) De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer, de opties, de hoeveelheid vaat en mate
van vervuiling kunnen de verbruikswaarden veranderen.
2) De waarden voor andere programma's dan ECO zijn slechts indicatief.
Informatie voor testinstituten
Om de nodige informatie te ontvangen over het uitvoeren van prestatietesten (bijv.
volgens EN60436), stuurt u een e-mail naar:
Voeg in je aanvraag de productnummercode (PNC) van het typeplaatje toe.
Raadpleeg voor andere vragen betreffende je vaatwasmachine het serviceboekje dat
met je apparaat is meegeleverd.
8

INSTELLINGEN
Programmakeuzemodus en
gebruikersmodus
Als het apparaat in de
programmakeuzemodus staat, kan een
programma worden ingesteld en de
gebruikersmodus worden ingevoerd.
Instellingen beschikbaar in de
gebruikersmodus:
• Het niveau van de waterverzachter
afgestemd op de waterhardheid.
• De activering of deactivering van de
aanduiding leeg glansmiddelreservoir.
• De activering of deactivering van de
AirDry.
Het apparaat slaat de instellingen op,
dus u hoeft deze niet voor iedere
cyclus te configureren.
De programmakeuzemodus
instellen
Het apparaat staat in de
programmakeuzemodus als het
indicatielampje aan/uit gaat branden en
het -lampje gaat knipperen.
Na de activering bevindt het apparaat zich
standaard in de programmakeuzemodus.
Als dit niet zo is, stelt u de
programmakeuzemodus als volgt in:
Houd ingedrukt tot het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
De waterontharder
De waterontharder verwijdert mineralen
van de watertoevoer die een nadelige
invloed hebben op de wasresultaten en
het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze
mineralen, des te harder is het water. De
waterhardheid wordt gemeten in de
volgende gelijkwaardige schalen.
De waterontharder moet worden afgesteld
op de hardheid van het water in uw
woonplaats. Uw waterleidingbedrijf kan u
informeren over de hardheid van het water
in uw woonplaats. Het is belangrijk om het
correcte niveau voor de waterontharder in
te stellen voor goede wasresultaten.
Waterhardheid
Duitse hard‐
heid (°dH)
Franse hard‐
heid (°fH)
mmol/l Clarke-
hardheid
Wateronthard‐
ingsniveau
47 - 50 84 - 90 8,4 - 9,0 58 - 63 10
43 - 46 76 - 83 7,6 - 8,3 53 - 57 9
37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 46 - 52 8
29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 36 - 45 7
23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 28 - 35 6
19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 23 - 27 5
1)
15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 18 - 22 4
11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 13 - 17 3
4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 5 - 12 2
9

Duitse hard‐
heid (°dH)
Franse hard‐
heid (°fH)
mmol/l Clarke-
hardheid
Wateronthard‐
ingsniveau
<4 <7 <0,7 < 5 1
2)
1) Fabrieksinstelling.
2) Gebruik geen zout op dit niveau.
Stel ongeacht het gebruikte soort
wasmiddel het juiste
waterhardheidniveau in om de
bijvulindicator voor zout geactiveerd te
houden.
Multivaatwastabletten die zout
bevatten zijn niet effectief
genoeg als waterontharder.
Regeneratieproces
Voor de juiste werking van de
waterontharder moet de hars van de
ontharder regelmatig worden
geregenereerd. Dit proces is automatisch
en maakt deel uit van de normale
vaatwasmachinewerking.
Wanneer de voorgeschreven hoeveelheid
water (zie waarden in de tabel) is gebruikt
sinds het vorige regeneratieproces, wordt
een nieuw regeneratieproces gestart
tussen de laatste spoeling en het einde
van het programma.
Wateronthard‐
ingsniveau
Hoeveelheid wa‐
ter (l)
1 250
2 100
3 62
4 47
5 25
6 17
7 10
8 5
9 3
10 3
In het geval van de hoge
wateronthardersinstelling kan dit ook in
het midden van het programma gebeuren,
vóór het spoelen (tweemaal tijdens een
programma). De start van de regeneratie
heeft geen invloed op de cyclusduur,
tenzij deze plaatsvindt in het midden van
een programma of aan het einde van een
programma met een korte droogfase. In
dat geval verlengt de regeneratie de totale
duur van een programma met nog eens 5
minuten.
Vervolgens kan het spoelen van de
waterontharder wat 5 minuten duurt,
beginnen in dezelfde cyclus of aan het
begin van het volgende programma. Deze
activiteit verhoogt het totale waterverbruik
van een programma met 4 liter en het
totale energieverbruik van een programma
met 2 Wh. Het spoelen van de
waterontharder eindigt met een volledige
afvoer.
Elke uitgevoerde waterontharderspoeling
(mogelijk meer dan één in dezelfde
cyclus) kan de programmaduur met nog
eens 5 minuten verlengen wanneer deze
op enig moment aan het begin of in het
midden van een programma plaatsvindt.
Alle in deze paragraaf
genoemde verbruikswaarden
worden bepaald volgens de
huidige geldende norm in
laboratoriumomstandigheden
met waterhardheid 2,5 mmol/l
volgens de verordening
2019/2022 (waterontharder:
niveau 3).
De druk en de temperatuur van
het water en de variaties van
de netvoeding kunnen de
waarden veranderen.
10

Het waterontharderniveau
instellen
Het apparaat moet in de
programmakeuzemodus staan.
Zorg ervoor dat de programma-aanwijzer
op de knop op de aan/uit-stand staat.
1. Houd om naar de gebruikersmodus te
gaan ingedrukt. Draai tegelijkertijd
de programmaschakelaar linksom,
totdat de programma-aanwijzer het
eerste programma aanduidt. Laat
los als de indicatielampjes en
aan/uit gaan knipperen.
Het met tussenpozen knipperen van
duidt op de huidige instelling, bijv. 5
knipperingen + pauze + 5 knipperingen =
niveau 5.
2. Druk herhaaldelijk op om de
instelling te wijzigen. Bij iedere druk op
gaat het niveaunummer omhoog.
Als u niveau 10 bereikt, begint het
tellen waar vanaf niveau 1.
3. Draai om de instelling te bevestigen,
de programmaschakelaar totdat de
programma-aanwijzer weer op de aan/
uit-stand staat.
De aanduiding van leeg
glansmiddelreservoir
Het glansmiddel zorgt dat het serviesgoed
zonder vlekken of strepen droogt. Het
wordt automatisch vrijgegeven tijdens de
hete spoelfase.
Als het glansmiddelreservoir leeg is, gaat
de glansmiddelindicator branden om aan
te geven dat je glansmiddel moet bijvullen.
Als je tevreden bent met de
droogresultaten bij het gebruik van alleen
multitabletten, kun je de aanduiding voor
het bijvullen van glansmiddel deactiveren.
Voor de beste droogprestaties dien je
echter altijd glansmiddel te gebruiken.
Schakel de aanduiding in om de
glansmiddelindicator actief te houden als
je standaard wasmiddel of multitabletten
zonder glansmiddel gebruikt.
Het uitschakelen van de
melding van een leeg
glansmiddeldoseerbakje
Het apparaat moet in de
programmakeuzemodus staan.
Zorg ervoor dat de programma-aanwijzer
op de knop op de aan/uit-stand staat.
1. Houd om naar de gebruikersmodus te
gaan ingedrukt. Draai tegelijkertijd
de programmaschakelaar linksom,
totdat de programma-aanwijzer het
eerste programma aanduidt. Laat
los als de indicatielampjes en
aan/uit gaan knipperen.
2. Draai de knop linksom, totdat de
programma-aanwijzer het tweede
programma aanduidt.
Het indicatielampje geeft de huidige
instelling aan:
• is aan = de melding van leeg
glansmiddeldoseerbakje is
ingeschakeld.
• is uit = de melding van leeg
glansmiddeldoseerbakje is
uitgeschakeld.
3. Druk op om de instelling te
wijzigen.
4. Draai om de instelling te bevestigen,
de programmaschakelaar totdat de
programma-aanwijzer weer op de aan/
uit-stand staat.
AirDry
AirDry biedt goede droogresultaten met
minder energieverbruik. Tijdens de
droogfase opent de deur van het apparaat
automatisch en blijft deze op een kier
staan.
11

AirDry wordt bij alle programma's
automatisch geactiveerd, behalve bij
(indien van toepassing).
De duur van de droogfase en de
openingstijd van de deur variëren
afhankelijk van het geselecteerde
programma en de opties.
LET OP! Probeer de deur van
het apparaat niet binnen 2
minuten na automatisch
openen te sluiten. Dit kan het
apparaat beschadigen.
Als hierna de deur gedurende
ten minste 3 minuten wordt
gesloten, eindigt het draaiende
programma.
LET OP! Als kinderen toegang
tot het apparaat hebben,
adviseren we AirDry om te
deactiveren. Het automatisch
openen van de deur kan een
gevaar vormen.
Het deactiveren van AirDry
Het apparaat moet in de
programmakeuzemodus staan.
Zorg ervoor dat de programma-aanwijzer
op de knop op de aan/uit-stand staat.
1. Houd om naar de gebruikersmodus te
gaan ingedrukt. Draai tegelijkertijd
de programmaschakelaar linksom,
totdat de programma-aanwijzer het
eerste programma aanduidt. Laat
los als de indicatielampjes en
aan/uit gaan knipperen.
2. Draai de knop linksom, totdat de
programma-aanwijzer het derde
programma aanduidt.
Het indicatielampje geeft de huidige
instelling aan:
• is aan = AirDry is geactiveerd.
• is uit = AirDry is gedeactiveerd.
3. Druk op om de instelling te
wijzigen.
4. Draai om de instelling te bevestigen,
de programmaschakelaar totdat de
programma-aanwijzer weer op de aan/
uit-stand staat.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Controleer of het ingestelde stand
van de waterontharder juist is voor
de waterhardheid in uw omgeving.
Indien niet, stel dan de stand van de
waterontharder juist in.
2. Vul het zoutreservoir.
3. Vul het glansspoelmiddeldoseerbakje.
4. Draai de waterkraan open.
5. Start een programma om resten te
verwijderen die misschien nog in het
apparaat zijn achtergebleven. Gebruik
geen afwasmiddel en plaats geen vaat
in de korven.
Na het starten van het programma laadt
het apparaat de hars in de
waterverzachter maximaal 5 minuten op.
De wasfase start pas nadat deze
procedure voltooid is. De procedure wordt
regelmatig herhaald.
12

Het zoutreservoir
LET OP! Gebruik uitsluitend
grof zout dat voor vaatwassers
is gemaakt. Fijn zout verhoogt
het risico op corrosie.
Het zout wordt gebruikt om de hars in de
waterontharder te herladen en voor goede
wasresultaten voor dagelijks gebruik.
Het zoutreservoir vullen
1. Draai de dop linksom om het
zoutreservoir te openen.
2. Doe 1 liter water in het zoutreservoir
(alleen de eerste keer).
3. Vul het zoutreservoir met 1 kg zout
(totdat het vol is).
4. Schud de trechter voorzichtig bij het
handvat om de laatste korrels erin te
krijgen.
5. Verwijder het zout rond de opening
van het zoutreservoir.
6. Draai de dop van het zoutreservoir
rechtsom om het zoutreservoir te
sluiten.
LET OP! Water en zout kunnen
uit het zoutreservoir stromen
als u het bijvult. Start na het
bijvullen van het zoutreservoir
onmiddellijk een programma
om corrosie te voorkomen.
Het glansspoelmiddelreservoir
vullen
M
A
X
1
2
3
4
+
-
A B
D
C
LET OP! Het compartiment (A)
is alleen voor glansmiddel. Vul
het niet met vaatwasmiddel.
LET OP! Gebruik alleen
glansspoelmiddel dat speciaal
is ontworpen voor vaatwassers.
1. Druk op de ontgrendelingsknop (D) om
het deksel te openen (C).
2. Vul het doseerbakje (A) met het
glansspoelmiddel niet verder dan de
aanduiding ''MAX''.
3. Verwijder gemorst glansspoelmiddel
met een absorberend doekje om te
voorkomen dat er te veel schuim
ontstaat.
4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat de
ontgrendelknop op zijn plaats
vergrendelt.
U kunt de
programmakeuzeknop kiezen
(B) tussen stand 1 (laagste
hoeveelheid) en stand 4 of 6
(hoogste hoeveelheid).
13

DAGELIJKS GEBRUIK
1. Draai de waterkraan open.
2. Draai de programmaschakelaar tot de
programmamarkering op één lijn staat
met het programma dat u wilt instellen.
U dient het juiste programma in te
stellen voor het type lading en de mate
van vervuiling.
• Vul het zoutreservoir als het
zoutindicatielampje brandt.
• Vul het glansmiddeldoseerbakje als
het indicatielampje van het
glansmiddel brandt.
3. Ruim de korven in.
4. Voeg vaatwasmiddel toe.
5. Het programma starten.
Gebruik van het vaatwasmiddel
20
30
AB
C
LET OP! Gebruik uitsluitend
vaatwasmiddelen die specifiek
zijn bedoeld voor vaatwassers.
1. Druk op de ontgrendelingsknop (B) om
het deksel (C) te openen.
2. Doe vaatwasmiddel als poeder of
tabletten in het vakje (A).
3. Als het programma een voorspoelfase
heeft, plaats dan een kleine
hoeveelheid vaatwasmiddel aan de
binnenkant van de deur van het
apparaat.
4. Sluit de deur. Zorg ervoor dat de
ontgrendelknop op zijn plaats
vergrendelt.
Raadpleeg de instructies van
de fabrikant op de verpakking
van het product voor informatie
over de dosering van het
vaatwasmiddel. Doorgaans is
20 - 25 ml gelvaatwasmiddel
geschikt voor het wassen van
een lading met normaal
vervuild serviesgoed.
Vul het compartiment (A) niet
met meer dan 30 ml
gelvaatwasmiddel.
Een programma instellen en
starten
Een programma starten
1. Draai de waterkraan open.
2. Sluit de deur van het apparaat.
3. Draai de programmaschakelaar tot de
programmamarkering op één lijn staat
met het programma dat u wilt instellen.
• Het indicatielampje aan/uit brandt.
• Het indicatielampje start begint te
knipperen.
4. Druk op .
• Het programma wordt gestart.
• Het indicatielampje van de wasfase
is aan.
• Het indicatielampje aan/uit en het
indicatielampje start zijn aan.
Een programma starten met een
uitgestelde start
1. Stel een programma in.
2. Druk op om de start van het
programma met drie uur uit te stellen.
Het lampje van de knop gaat aan.
3. Druk op om het aftellen te starten.
Het lampje van de knop gaat aan.
Tijdens het aftellen is het niet mogelijk het
programma te wijzigen.
Nadat het aftelproces voltooid is, wordt
het programma gestart.
14

Het programma annuleren
Houd ingedrukt totdat het lampje dat bij
de knop hoort, begint te knipperen.
Controleer of er vaatwasmiddel in het
vaatwasmiddelbakje aanwezig is voordat
u een nieuw programma start.
De uitgestelde start annuleren
tijdens het aftellen
1. Houd ingedrukt totdat het lampje
dat bij de knop hoort, begint te
knipperen.
2. Druk op om het programma te
starten.
De deur openen als het apparaat
in werking is
Als u de deur opent terwijl een programma
loopt, stopt het apparaat. Dit kan het
energieverbruik en de programmaduur
beïnvloeden. Als u de deur weer sluit,
gaat het apparaat verder vanaf het
moment van onderbreking.
Als de deur tijdens de
droogfase langer dan 30
seconden wordt geopend, stopt
het lopende programma. Dit
gebeurt niet als de deur wordt
geopend door de functie
AirDry.
Probeer de deur van het
apparaat niet binnen 2 minuten
nadat AirDry hem automatisch
opent te openen, want dit kan
schade aan het apparaat
veroorzaken.
Als hierna de deur gedurende
ten minste 3 minuten wordt
gesloten, beëindigt het
draaiende programma.
De Auto Off-functie
Deze functie verlaagt het energieverbruik
door het apparaat automatisch uit te
schakelen als het niet werkt.
De functie gaat werken:
• Als het wasprogramma is voltooid.
• Als er na 5 minuten nog geen
programma is gestart.
Einde van het programma
Wanneer het programma is voltooid,
schakelt de functie Auto Off het apparaat
uit.
Draai de waterkraan dicht.
AANWIJZINGEN EN TIPS
Algemeen
Volg de onderstaande tips om te zorgen
voor optimale schoonmaak- en
droogresultaten en ook het milieu te
helpen beschermen.
• Het afwassen in de vaatwasser volgens
de instructies in de
gebruikershandleiding verbruikt
meestal minder water en energie dan
het afwassen met de hand.
• Laad de vaatwasser volledig in om
water en energie te besparen. Voor de
beste reinigingsresultaten plaatst u
items in de korven volgens de
instructies in de gebruikershandleiding
en overbelast u de korven niet.
• Spoel de vaat niet eerst af. Het
verhoogt het water- en energieverbruik.
Kies indien nodig een programma met
voorwasfase.
• Verwijder grotere voedselresten van de
borden en lege bekers en glazen
voordat u ze in het apparaat plaatst.
• Week kookgerei met stevig
vastgekookt of vastgebakken voedsel
15

of poets het lichtjes voordat u het in het
apparaat wast.
• Zorg ervoor dat de vaat in de manden
elkaar niet raakt of overlapt. Alleen dan
kan het water de vaat volledig bereiken
en wassen.
• U kunt apart vaatwasmiddel,
glansmiddel en zout gebruiken of
kiezen voor het gebruik van
multitabletten (bijv. ''alles-in-1''). Volg
de instructies op de verpakking.
• Kies een programma op basis van het
type lading en de mate van bevuiling.
biedt het meest efficiënte
gebruik van water en energieverbruik.
• Om kalkaanslag in het apparaat te
voorkomen:
– Vul de zoutcontainer indien nodig
bij.
– Gebruik de aanbevolen dosering
van het wasmiddel en
spoelglansmiddel.
– Controleer of het ingestelde stand
van de waterontharder juist is voor
de waterhardheid in uw omgeving.
– Volg de instructies in het hoofdstuk
"Onderhoud en reiniging".
Gebruik van zout, glansmiddel
en vaatwasmiddel
• Gebruik enkel zout, glansmiddel en
vaatwasmiddel voor vaatwassers.
Overige producten kunnen het
apparaat beschadigen.
• Maar in gebieden met hard en erg hard
water raden we het gebruik aan van
standaard vaatwasmiddel (poeder, gel,
tabletten zonder extra middelen), met
afzonderlijk glansmiddel en zout voor
optimale reinigings- en droogresultaten.
• Vaatwasmiddeltabletten lossen bij korte
programma's niet geheel op. Om te
voorkomen dat vaatwasmiddelresten
op het servies achterblijven, raden we
u aan om tabletten enkel bij lange
programma's te gebruiken.
• Gebruik altijd de juiste hoeveelheid
wasmiddel. Onvoldoende dosering van
het wasmiddel kan leiden tot slechte
reinigingsresultaten en hardwaterfilmen
of vlekken op de voorwerpen. Het
gebruik van te veel wasmiddel met
zacht of verzacht water resulteert in
wasmiddelresten op de borden. Pas de
hoeveelheid wasmiddel aan op basis
van de waterhardheid. Zie de
instructies van de
vaatwasmiddelfabrikant.
• Gebruik altijd de juiste hoeveelheid
spoelglansmiddel. Onvoldoende
dosering van spoelglansmiddel
vermindert de droogresultaten. Het
gebruik van te veel spoelglansmiddel
resulteert in blauwachtige lagen op de
items.
• Controleer of het
wateronthardersniveau correct is. Als
het niveau te hoog is, kan de
verhoogde hoeveelheid zout in het
water leiden tot roest op bestek.
Wat te doen als u wilt stoppen
met het gebruik van
multitabletten
Voer de volgende procedure uit voordat je
afzonderlijk wasmiddel, zout en
glansmiddel gebruikt.
1. Stel het hoogste niveau van de
waterontharder in.
2. Zorg ervoor dat het zout- en
glansmiddeldoseerbakje gevuld zijn.
3. Start het kortste programma met een
spoelfase. Voeg geen afwasmiddel toe
en plaats geen vaat in de korven.
4. Wijzig de waterontharder in de
waterhardheid van je omgeving zodra
het programma is voltooid.
5. Pas de vrijgegeven hoeveelheid
glansmiddel aan.
De korven inruimen
• Gebruik altijd de hele ruimte van de
korven.
• Gebruik het apparaat alleen om voor
het reinigen van vaatwasserbestendige
artikelen.
• Was de volgende materialen niet in de
vaatwasser: hout, hoorn, tin, koper,
aluminium, delicaat geëmailleerd
porselein en onbeschermd
16

koolstofstaal. Hierdoor kunnen ze
barsten, kromtrekken, verkleuren,
kuiltjes krijgen of roesten.
• Reinig geen voorwerpen in het
apparaat die water kunnen absorberen
(sponzen, keukenhanddoeken).
• Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes,
glazen en pannen) met de opening
naar beneden.
• Zorg ervoor dat glazen elkaar niet
aanraken.
• Plaats lichte of plastic voorwerpen in
het bovenrek. Zorg ervoor dat de
voorwerpen niet kunnen verschuiven.
• Plaats bestek en kleine voorwerpen in
de bestekmand.
• Zorg dat de sproeiarmen vrij kunnen
ronddraaien voordat u een programma
start.
Voordat u een programma start
Zorg vóór het starten van het gekozen
programma dat:
• De filters schoon zijn en correct zijn
geïnstalleerd.
• De dop van het zoutreservoir vastzit.
• De sproeiarmen niet verstopt zijn.
• Er regenereerzout en glansmiddel is
toegevoegd (tenzij u gecombineerde
afwastabletten gebruikt).
• De positie van de voorwerpen in de
korven correct is.
• Het programma geschikt is voor het
type lading en de mate van bevuiling.
• De juiste hoeveelheid afwasmiddel
wordt gebruikt.
De rekken uitruimen
1. Laat de borden afkoelen voordat u
deze uit het apparaat neemt. Hete
borden zijn gevoelig voor
beschadigingen.
2. Ruim eerst het onderrek en dan het
bovenrek uit.
Na voltooiing van het
programma kan er zich aan de
binnenkant van het apparaat
nog water bevinden.
ONDERHOUD EN REINIGEN
WAARSCHUWING! Schakel
het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact
voordat je
onderhoudshandelingen
verricht.
Vuile filters en een verstopte
sproeiarm verminderen de
wasresultaten. Controleer
regelmatig en reinig deze
indien nodig.
De binnenkant van de machine
reinigen
• Reinig het apparaat zorgvuldig,
inclusief de rubberen afdichting van de
deur, met een zachte, vochtige doek.
• Gebruik om de prestaties van uw
apparaat te onderhouden minstens
elke twee maanden een
reinigingsproduct dat specifiek is
ontwikkeld voor vaatwassers. Volg de
instructies op de verpakking van de
producten zorgvuldig op.
• Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, scherpe voorwerpen,
sterke chemicaliën, pannensponsjes of
oplosmiddelen.
• Het regelmatig gebruiken van korte
programma´s kan ophoping van vet en
kalk in het apparaat tot gevolg hebben.
Draai minstens tweemaal per maand
lange programma´s om deze ophoping
te voorkomen.
Vreemde voorwerpen
verwijderen
Controleer de filters en de opvangbak na
elk gebruik van de vaatwasser. Vreemde
voorwerpen (zoals stukjes glas, plastic,
botten of tandenstokers ) verminderen de
17

reinigingsprestaties en kunnen schade
aan de afvoerpomp veroorzaken.
LET OP! Als u de voorwerpen
niet kunt verwijderen, neemt u
contact op met een erkende
servicedienst.
1. Demonteer het filtersysteem volgens
de instructies in dit hoofdstuk.
2. Verwijder eventuele vreemde
voorwerpen handmatig.
3. Monteer de filters opnieuw volgens de
instructies in dit hoofdstuk.
Buitenkant reinigen
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek.
• Gebruik alleen neutrale
schoonmaakmiddelen.
• Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes of oplosmiddelen.
De filters reinigen
Het filtersystem bestaat uit 3 delen.
C
B
A
1. Draai de filter (B) linksom en verwijder
het.
2. Verwijder de filter (C) uit de filter (B).
3. Verwijder de platte filter (A).
4. Was de filters.
5. Zorg ervoor dat er geen etensresten of
vuil in of rond de rand van de
opvangbak zitten.
6. Plaats de platte filter terug (A). Zorg
ervoor dat het goed onder de 2
geleidingen zit.
18

7. Plaats de filters (B) en (C) terug.
8. Plaats de filter (B) terug in de platte
filter (A). Rechtsom draaien tot het
vastzit.
LET OP! Een onjuiste plaatsing
van de filters kan leiden tot
slechte wasresultaten en het
apparaat beschadigen.
De onderste sproeiarm reinigen
We raden u aan om de onderste
sproeiarm regelmatig schoon te maken,
om te voorkomen dat de gaten verstopt
raken met vuil.
Verstopte gaten kunnen voor
onbevredigende wasresultaten zorgen.
1. Trek de onderste sproeiarm naar
boven om deze te verwijderen.
2. Was de sproeiarm onder stromend
water. Gebruik een smal en puntig
gereedschap, bijv. een tandenstoker,
om de vuildeeltjes uit de gaten te
verwijderen.
3. Duw de sproeiarm naar beneden om
deze weer terug te plaatsen.
De bovenste sproeiarm reinigen
Verwijder de bovenste sproeiarm niet. Als
de openingen in de sproeiarm verstopt
zijn, verwijder dan de resterende
vervuilingsdelen met een dun, puntig
voorwerp, bijv. een tandenstoker.
19

PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Onjuiste
reparatie van het apparaat kan
een gevaar voor de veiligheid
van de gebruiker vormen.
Reparaties moeten worden
uitgevoerd door gekwalificeerd
personeel.
Het merendeel van de problemen die
ontstaan, kan worden opgelost zonder
contact op te nemen met een erkende
servicedienst.
Zie de onderstaande tabel voor informatie
over mogelijke problemen.
Bij enkele problemen knippert het
toegewezen indicatielampje af en toe om
een storing en de alarmcode aan te
geven.
Probleem en alarmcode Mogelijke oorzaak en oplossing
U kunt het apparaat niet inschakelen. • Controleer of de stekker is aangesloten op het
stopcontact.
• Controleer of er geen beschadigde zekering in
het zekeringenkastje is.
Het programma start niet. • Controleer of de deur van het apparaat gesloten
is.
• Druk op de startknop.
• Als de optie uitgestelde start is ingesteld, annu‐
leert u de instelling of wacht u totdat het aftellen
voorbij is.
• Het apparaat herlaadt de hars uit de wateront‐
harder. De duur van de procedure is ongeveer 5
minuten.
Het apparaat wordt niet met water ge‐
vuld.
• Het indicatielampje knippert
herhaaldelijk een keer.
• Het lampje van de startknop knip‐
pert constant.
• Controleer of de waterkraan geopend is.
• Controleer of de druk van de watervoorziening
niet te laag is. Neem voor deze informatie con‐
tact op met uw plaatselijke waterleidingbedrijf.
• Controleer of de waterkraan niet verstopt is.
• Controleer of het filter in de toevoerslang niet
verstopt is.
• Controleer of de toevoerslang geen knikken of
bochten heeft.
De machine pompt geen water weg.
• Het indicatielampje knippert
herhaaldelijk twee keer.
• Het lampje van de startknop knip‐
pert constant.
• Controleer of de gootsteenafvoer niet verstopt
is.
• Controleer of het binnenfiltersysteem niet ver‐
stopt is.
• Controleer of de afvoerslang geen knikken of
bochten heeft.
20
Table of contents
Languages:
Other JUNO Dishwasher manuals