ETNA AFI8591ZT User manual

GUIDE FOR USING THE DISHWASHER AND THE WASHING PROGRAMS
GUIDE À L’UTILISATION DU LAVE-VAISSELLE
ET AUX PROGRAMMES DE LAVAGE
LEITFADEN ZUM GEBRAUCH DES GESCHIRRSPÜLERS
UND ZU DEN SPÜLPROGRAMMEN
LEIDRAAD VOOR HET GEBRUIK VAN DE VAATWASSER
EN DE WASPROGRAMMA'S
INSTRUCTION MANUAL
NOTICE D’UTILISATION
GEBRAUCHSANWEISUNG
GEBRUIKSAANWIJZING


Inhoudsopgave
1
1.
Beschrijving van het bedieningspaneel_______________________2
2.
Gebruiksinstructies_____________________________________ 10
3.
Schoonmak en onderhoud _______________________________ 22
4.
Oplossingen voor storingen in de werking ___________________ 26
Wij wensen u van harte te bedanken voor uw keuze voor dit product van
ons.
Wij bevelen aan om alle instructies in deze gebruiksaanwijzing
aandachtig door te lezen om op de hoogte te zijn van de meest
geschikte voorwaarden voor een correct en veilig gebruik van uw
vaatwasser.
De volgorde van de afzonderlijke paragrafen is erop gebaseerd dat u
stap voor stap alle functies van het apparaat leert kennen, de teksten
zijn gemakkelijk te begrijpen en worden geïllustreerd met gedetailleerde
afbeeldingen.
U zult hier tevens praktische aanbevelingen vinden voor het gebruik van
korven, sproeiarmen, bakjes, filters, wasprogramma's en de juiste
instelling van de bedieningsorganen.
De hier verstrekte reinigingsadviezen stellen u in staat om de prestaties
van uw vaatwasser altijd optimaal te houden.
In deze eenvoudig te raadplegen gebruiksaanwijzing zult u de
antwoorden kunnen vinden op al uw vragen met betrekking tot het
gebruik van de vaatwasser.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER: deze instructies omvatten de
gebruiksinstructies, de beschrijving van de bedieningsorganen en de
juiste schoonmaak- en onderhoudshandelingen van het apparaat.

Instructies Voor de Gebruiker
2
1. Beschrijving van het bedieningspaneel
1.1 Het bedieningspaneel
Alle bedieningsorganen en controle-instrumenten van de vaatwasser
zijn aanwezig op het bedieningspaneel aan de bovenzijde. De
handelingen voor het inschakelen, programmeren, uitschakelen enz.
kunnen uitsluitend bij een geopende deur plaatsvinden.
1 AAN/UIT TOETS
Door deze toets in te drukken wordt de machine onder spanning gezet.
2 CONTROLELAMPJE GESELECTEERD PROGRAMMA
Het verlichte controlelampje verwijst naar het geselecteerde programma en
eventuele storingen (oplossingen voor destoringen).
3 DRUKKNOP PROGRAMMAKEUZE
Druk deze knop meerdere malen in om het gewenste programmate selecteren.
4
INDICATOR REGELING HARDHEID WATER GEACTIVEERD
Het knipperende controlelampje wijst erop dat de machine in de “regeling
hardheid water” modus staat.
CONTROLELAMPJE ZOUT BIJVULLEN
Bij aanwezigheid van het symbool zal het brandende controlelampje
wijzen op het onbreken van regeneratiezout.
5 CONTROLELAMPJE GLANSPOELMIDDEL BIJVULLEN
Hetverlichtecontrolelampje geeftaandathetglansspoelmiddelin demachineopis.
6 DRUKKNOP OPTIE "3in1"
Wanneer u deze drukknop indrukt wordt de optie voor het gebruik van de
producten 3/1 ingeschakeld.
7 CONTROLELAMPJE OPTIE "3in1”
Het brandende controlelampje geeft aan dat de functie is ingeschakeld.
8 DRUKKNOP GEPROGRAMMEERDE START
Door deze drukknop meerdere malen achter elkaar in te drukken kunt u het
begin van het programma met 3, 6 of 9 uur uitstellen.
9 CONTROLELAMPJE GEPROGRAMMEERDE START
Wanneer dit controlelampje brandt is
de geprogrammeerde start van 3, 6 of
9 uur ingesteld.

Instructies Voor de Gebruiker
3
INSTELLING VAN HET WASPROGRAMMA EN INSCHAKELEN VAN
DE MACHINE
Om het voor de te wassen vaat meest geschikte programma te
selecteren verwijzen wij naar de onderstaande tabel, waar u het meest
geschikte wasprogramma kunt vinden afhankelijk van de aard en de
mate van bevuiling van de vaat.
Druk, als via de voorgestelde tabel, het meest geschikte programma
bepaald is:
•de toets AAN/UIT (1) in en wacht tot het
PROGRAMMACONTROLELAMPJE (2) gaat branden;
•toets de PROGRAMMAKEUZE (3) drukknop meerdere malen in tot
het controlelampje van het gewenste programma gaat branden;
•de deur sluiten; na ongeveer 2" zal het programma starten, tijdens
het verloop ervan zal het betreffende CONTROLELAMPJE
knipperen (signalering programma in uitvoering).

Instructies Voor de Gebruiker
4
PROGRAMMA
NUMMER EN
SYMBOOL
LADEN VAN VAAT EN
BESTEK
PROGRAMMA’S
DUUR
VERBRUIK
MINUTEN
(1)
WATER
LITER
ENERGIE
KWh (1)
1
WEKEN
Pannen en vaatwerk in
afwatching van de
voltooiingvan de belading
Koud voorwassen
15 3,5 0,02
2 DELICAAT
Delicate, normaal vieze
vaat.
Wassen op 45°C
Koud spoelen
Spoelen op 65°C
Drogen
65
9,5 1,10
3 ECO (*)
EN 50242
Normaal vieze vaat, die
onmiddellijk na het
gebruik gewassen.
Wassen op 50°C
Koud spoelen
Spoelen op 65°C
Drogen
**
** **
4 NORMAAL
*** IEC/DIN
Beperkte belading van
normaal vieze vaat, ook
met opgedroogde resten.
Koud voorwassen
Wassen op 65°C
Koud spoelen
Spoelen op 70°C
Drogen
115
13,5 1,35
5 SUPER
****
Zeer vieze pannen en
vaat, ook met
opgedroogde resten.
Heet voorwassen
Wassen op 70°C
Koud spoelen (2)
Spoelen op 70°C
Drogen
135
15,5 1,60
BELANGRIJK: lees de tabel “OPMERKINGEN EN VERWIJZINGEN” op de
volgende pagina’s.
De wascyclus zal niet worden gestart als de deur van de vaatwasser niet
of niet op de juiste manier gesloten is.

Instructies Voor de Gebruiker
5
OPMERKINGEN EN VERWIJZINGEN
I
Gebruik het
weken
uitsluitend bij een gedeeltelijke belading.
De opties kunnen niet met het weken programma worden gebruikt.
* Standaard wasprogramma volgens de
EN 50242
norm.
** Zie bijgevoegd blad
*** Referentieprogramma
IEC/DIN.
**** Referentieprogramma voor de laboratoria. Wasmiddel:
20g
in het
doseerbakje
+
10g op de deur of als tablet. Indeling: zie de foto in de paragraaf “gebruik van de
manden”.
(1) De duur van de cyclus en het energieverbruik kunnen varëren afhankelijk van
de temperatuur van het water en de omgeving en van het type en de
hoeveelheid vaat.
(2) 1 of 2 koude spoelbeurten, afhankelijk van het model.
VERWIJZINGEN naar de ENERGY LABEL die met de vaatwasser wordt
geleverd:
- Het jaarlijkse energieverbruik is gebaseerd op 280 cycli van het standaard
wasprogramma met koud water en verbruik van de laag-energieverbruik
modi. Het werkelijke verbruik is afhankelijk van de wijze waarop het apparaat
wordt gebruikt.
- Het waterverbruik is gebaseerd op 280 cycli van het standaard
wasprogramma. Het werkelijke verbruik is afhankelijk van de wijzen waarop
het apparaat wordt gebruikt.
- De informatie verwijst naar het EN 50242 STANDAARDPROGRAMMA
(aangegeven in de programmatabel); het meest doeltreffende programma
voor wat betreft het gecombineerde energie- en waterverbruik. Het
programma is geschikt voor normaal vieze vaat.
- Energieverbruik in de “uit” modus = 0,02 W.
- Energieverbruik in de “aan” modus = 1,5 W.Efficiëntieklasse van het drogen
uitgedrukt op een schaal vanaf “G” (minimale efficiëntie) tot “A” (maximale
efficiëntie)

Instructies Voor de Gebruiker
6
1.2 Wasprogramma's
Alvorens een wasprogramma te starten moet u
controleren of:
•de waterkraan geopend is;
•er regeneratiezout in het reservoir aanwezig is;
•er voldoende afwasmiddel in het bakje is gedaan;
•de korven op de juiste wijze zijn beladen;
•de sproeiarmen vrij, onbelemmerd kunnen draaien;
•de deur van de vaatwasser goed is gesloten.
3 in 1
GECOMBINEERDE AFWASMIDDELEN PRODUCTEN
Deze optie is ideaal voor gecombineerde afwasmiddelen; hij garandeert
een optimale wasbeurt en een maximale benutting van de
eigenschappen van de multifunctionele tabletten. Bij activering van deze
optie zullen de eventueel reeds in hun bakjes aanwezige zouten en
glansmiddelen niet worden gebruikt.
Opmerking:
Wanneer de zout- en glansmiddelbakjes leeg zijn zullen ook bij een
geselecteerde optie, de bijbehorende controlelampjes blijven branden.
BELANGRIJK:
wanneer de optie niet meer is vereist moet u hem desactiveren door het
bijbehorende drukknopje in te drukken (het controlelampje gaat uit).
Wanneer de hardheid van het water is ingesteld op een waarde van
meer dan H3 en de optie wordt geactiveerd, zal het bijbehorende
controlelampje gaan knipperen, en op een onjuiste instelling wijzen.
Gecombineerde afwasmiddelen producten zijn niet geschikt voor gebruik
met al te “hard“ water; dit zal het gebruik van de optie niet verhinderen,
maar de wasresultaten zouden niet optimaal kunnen zijn.

Instructies Voor de Gebruiker
7
GEPROGRAMMEERDE START
(afhankelijk van de modellen)
(beschikbaar in alle programma's met uitzondering van het weken
programma)
U kunt het begin van het programma met 3, 6of 9 uur uitstellen.
Op deze wijze kunt u de vaatwasser op het voor u meest geschikte tijdstip
laten werken.
Na het gewenste programma te hebben ingesteld moet u de
GEPROGRAMMEERDE START drukknop indrukken om het geschikte
uitstel te selecteren. Het bijbehorende GEPROGRAMMEERDE START
controlelampje zal gaan branden.
Wanneer u de procedure wenst te verlaten zonder de geprogrammeerde
start in te stellen moet u de drukknop meerdere malen indrukken tot alle
drie de controlelampjes uit zijn.
Op het eind van de cyclus wordt de procedure automatisch afgesloten en,
indien u dit wenst, zult u hem voor het volgende programma weer opnieuw
moeten instellen.
ANNULERING
VAN HET LOPENDE PROGRAMMA
•Om het lopende programma te annuleren moet u, na de deur te
hebben geopend, de drukknop PROGRAMMAKEUZE (3) een paar
seconden lang ingedrukt houden tot de controlelampjes van de
programma's 4en 5gelijktijdig gaan branden (gekenmerkt met "end").
•De deur vervolgens weer sluiten.
•Na ongeveer 1 minuut zal de vaatwasser naar de einde cyclus stand
gaan.
WIJZIGING VAN HET PROGRAMMA
Om een programma waar de machine mee bezig is, te wijzigen, hoeft u
alleen maar de deur te openen en het nieuwe programma te selecteren.
Als u de deur weer sluit zal de vaatwasser automatisch het nieuwe
programma uitvoeren.

Instructies Voor de Gebruiker
8
OM ENERGIE TE BESPAREN! … EN VOOR HET BEHOUD VAN HET
MILIEU
•Probeer om de vaatwasser altijd volledig gevuld te gebruiken.
•Was de vaat niet onder stromend water.
•Gebruik het voor de aard van de vaat meest geschikte programma.
•Spoel niet vooraf eerst af.
•Sluit, indien mogelijk, de vaatwasser aan op een warmwaterleiding
tot 60°C.
OM HET AFWASMIDDELVERBRUIK TE BEPERKEN! … EN VOOR
HET BEHOUD VAN HET MILIEU
De in de afwasmiddelen voor vaatwassers aanwezige fosfaten vormen
een probleem voor het milieu. Om een overmatig afwasmiddel- en
stroomverbruik te voorkomen, raden wij aan om:
•de delicate vaat te scheiden van vaat die beter bestand is tegen
agressieve afwasmiddelen en hoge temperaturen;
•het afwasmiddel niet rechtstreeks op de vaat te gieten.
Wanneer het nodig mocht blijken om tijdens het wassen de deur te
openen, zal het programma worden onderbroken, zal het betreffende
controlelampje blijven knipperen en zal een geluidssignaal erop wijzen
dat de cyclus nog niet is voltooid. U zult circa 1 minuut moeten wachten
voordat u de deur kunt sluiten om het programma weer te hervatten. Bij
het sluiten van de deur zal het programma weer worden hervat vanaf het
punt waarop het werd onderbroken. Het verdient aanbeveling om deze
handeling uitsluitend indien noodzakelijk uit te voeren, omdat het
onregelmatigheden in de afwerking van het programma zou kunnen
veroorzaken.
BEËINDIGING
Op het eind van het programma zendt de
vaatwasser een kort geluidssignaal uit en
zullen de programmacontrolelampjes nr.
4en 5(gekenmerkt met "end") knipperen.
Om de machine uit te schakelen moet de deur worden geopend en de
drukknop AAN/UIT (1) worden ingedrukt.

Instructies Voor de Gebruiker
9
ENERGIEBEHEER
Na 5 minuten van inactiviteit (wassen cyclus beëindigd, onderbroken,
of ingesteld maar niet gestart), komt de vaatwasser in de stand-by
modus te staan om het energieverbruik te verminderen.
In deze status zal de weergave van de vaatwasser (controlelampjes of
displays, afhankelijk van de modellen) vertraagd plaatsvinden (1
ontsteking om de 5 seconden).
VERWIJDEREN VAN DE VAAT
Na beëindiging van het wasprogramma moet u tenminste 20 minuten
wachten alvorens de vaat er uit te halen, om hem te laten afkoelen. Om
te voorkomen dat eventuele in de bovenste korf achtergebleven
waterdruppels op de nog in de onderste korf achtergebleven vaat vallen,
wordt het aangeraden om eerst de onderste korf en daarna pas de
bovenste korf leeg te halen.

Instructies Voor de Gebruiker
10
2. Gebruiksinstructies
Na de vaatwasser op correcte wijze te hebben geïnstalleerd zijn de
volgende handelingen noodzakelijk om hem te kunnen gebruiken:
•Regeling van de ontharder;
•Vullen met het regeneratiezout;
•Vullen met glansspoelmiddel en afwasmiddel.
2.1 Gebruik van de waterontharder
De hoeveelheid kalk in het water
(hardheidsgraad van het water) is
verantwoordelijk voor de witte vlekken op
de opgedroogde vaat, die, na verloop van
tijd mat zullen worden. De vaatwasser is
uitgerust met een automatische ontharder
die met gebruikmaking van hiervoor
specifiek bestemd regeneratiezout, de
hardheids-elementen uit het water onttrekt.
De vaatwasser is in de fabriek afgesteld op
een hardheidsgraad van 3(gemiddelde
hardheid 41-60°dF – 24-31°dH).
Bij gebruik van gemiddeld hard water zal het zout na ongeveer
20
wasbeurten moeten worden bijgevuld. Het reservoir van de ontharder
heeft een capaciteit van ongeveer 1,7 Kg grof zout. Het reservoir
bevindt zich onderin de vaatwasser. Na de onderste korf te hebben
verwijderd moet u de dop van het reservoir linksom losdraaien en het
zout met behulp van de met de vaatwasser geleverde trechter
toevoegen. Alvorens de dop weer vast te draaien moet u eventuele
zoutresten bij de opening verwijderen.
•Bij de eerste inwerkingstelling van de vaatwasser dient u, afgezien
van het zout, tevens een liter water in het reservoir te gieten.
•Controleer altijd na het vullen van het reservoir of de dop goed is
afgesloten. Het mengsel van water en afwasmiddel mag het
reservoir niet binnendringen daar dit werking van het
regeneratiesysteem zal beïnvloeden. In dat geval is de garantie niet
meer geldig.
•Gebruik uitsluitend regeneratiezout voor vaatwassers voor
huishoudelijk gebruik. Vul, bij gebruik van zouttabletten, het
reservoir niet volledig af.
ZOUT

Instructies Voor de Gebruiker
11
•Gebruik geen keukenzout, omdat dit niet-oplosbare substanties
bevat die na verloop van tijd het onthardingssysteem kunnen
beschadigen.
•Vul, indien noodzakelijk, het zout bij vóór u het wasprogramma
start; op deze wijze zal de overtollige zoutoplossing onmiddellijk
door het water worden verwijderd; een langdurige aanwezigheid van
zout water in de waskuip kan tot corrosievorming leiden.
Let ervoor op dat u het zout niet met het afwasmiddel verwisselt: de
aanwezigheid van afwasmiddel in het zoutreservoir zal de ontharder
beschadigen.
REGELING VAN DE ONTHARDER
De vaatwasser is uitgerust met een inrichting waarmee de
waterontharder ingesteld kan worden afhankelijk van de hardheid van
het water. De hardheid van het water wordt geselecteerd met de
DRUKKNOP PROGRAMMAKEUZE (3).
Voor de regeling moet u de drukknop langer dan 15 seconden ingedrukt
houden; de INDICATOR REGELING HARDHEID WATER (4) zal
knipperen terwijl de CONTROLELAMPJES GESELECTEERD
PROGRAMMA (2) aangeven dat de regeling is ingesteld. Afzonderlijke
drukken op de knop zal de keuze wijzigen volgens de opeenvolging van
de onderstaande tabel:
>

Instructies Voor de Gebruiker
12
TABEL HARDHEID VAN HET WATER
HARDHEID VAN HET WATER
REGELING
Duitse graden
(°dH) Franse graden
(°dH)
0 - 4 0 - 7 Alle controlelampjes
uit
(geen zout)
5 - 15 8 - 25 Één controlelampje
aan
16 - 23 26 - 40 Twee
controlelampjes aan
24 - 31 41 - 60 Drie controlelampjes
aan
32 - 47 61 - 80 Vier controlelampjes
aan
48 - 58 81 - 100 Vijf controlelampjes
aan
Vraag het waterleidingbedrijf om de informatie betreffende de
hardheidsgraad van het water.
Na de regeling of weergave van de ingestelde waarde volstaat het de
knop slechts een paar seconden onberoerd te laten waarna de
vaatwasser automatisch de regelmodus zal verlaten om terug te keren in
de standaardstand.
2.2 Gebruik van de doseerbakjes voor het glansspoelmiddel
en het afwasmiddel
De doseerbakjes voor het
afwasmiddel en het glansspoelmiddel
bevinden zich aan de binnenkant van
de deur: links dat van het
afwasmiddel en rechts dat van het
glansspoelmiddel.
Uitgezonderd het WEEK programma, moet het afwasmiddelbakje vóór
iedere wasbeurt met een geschikte dosis afwasmiddel worden gevuld.
Het glansspoelmiddel hoeft alleen maar worden bijgevuld indien nodig.

Instructies Voor de Gebruiker
13
TOEVOEGING VAN HET GLANSSPOELMIDDEL
Het glansspoelmiddel zal het opdrogen van de
vaat versnellen en de vorming van vlekken en
kalkafzettingen voorkomen; het wordt
automatisch tijdens de laatste spoelbeurt aan het
water toegevoegd vanuit het doseerbakje aan de
binnenkant van de deur.
Om het glansspoelmiddel toe te voegen:
•Open de deur.
•Draai de dop van het reservoir ¼ slag linksom en verwijder hem.
•Vul het glansspoelmiddel bij tot het bakje vol is (circa 140 c.c.). Het
venstertje naast de dop moet helemaal donker worden. Vul weer
glansspoelmiddel bij als het venster lichter wordt of het
controlelampje voor het ontbreken van het glansspoelmiddel gaat
branden.
•Plaats de dop weer terug en draai hem rechtsom.
•Veeg het gemorste glansspoelmiddel met een doek af omdat dit tot
schuimvorming kan leiden.
REGELING VAN DE DOSERING VAN HET GLANSSPOELMIDDEL
De vaatwasser wordt in de fabriek op een gemiddelde waarde afgesteld.
De dosering kan echter worden geregeld met behulp van de regelknop
op de doseerder, de dosis zal proportioneel zijn aan de stand van de
regelknop.
•Voor de regeling van de dosering moet de dop van het reservoir ¼
slag linksom worden gedraaid en verwijderd.
•Draai vervolgens met een schroevendraaier de regelaar van de
dosering in de gewenste stand.
•Plaats de dop weer terug en draai hem rechtsom vast.
•De hoeveelheid glansspoelmiddel moet worden verhoogd als de
gewassen vaat mat is of ronde vlekken vertoont.
•Als de vaat daarentegen plakkerig aanvoelt of witte strepen vertoont
moet de hoeveelheid glansspoelmiddel worden verminderd.

Instructies Voor de Gebruiker
14
VULLEN MET AFWASMIDDEL
Om het deksel van het bakje te openen moet u
drukknop Peen weinig indrukken. Voeg het
afwasmiddel toe en sluit het deksel zorgvuldig af. Tijdens
het wassen zal het bakje automatisch wordengeopend.
•Wanneer u een programma met warme voorwas kiest (zie de
programmatabel), moet u een extra hoeveelheid afwasmiddel in de
holte G/H (afhankelijk van de modellen) doen.
•Gebruik uitsluitend specifieke afwasmiddelen voor vaatwassers.
Het gebruik van afwasmiddelen van goede kwaliteit is van groot
belang voor optimale wasresultaten.
•Bewaar het afwasmiddel in een gesloten verpakking op een droge
plek om de vorming van klonten die de wasresultaten nadelig zullen
beïnvloeden, te voorkomen. Eenmaal geopend zullen de
afwasmiddelen niet al te lang bewaard kunnen blijven omdat het
afwasmiddel aan efficiëntie zal inboeten.
•Gebruik geen afwasmiddel voor de handafwas omdat de hoge
schuimproductie ervan de werking van de vaatwasser nadelig kan
beïnvloeden.
•Zorg voor een goede dosering van het afwasmiddel. Te weinig
afwasmiddel zal leiden tot een onvolledige verwijdering van het vuil,
terwijl een teveel ervan de efficiëntie niet zal verhogen, maar slechts
verspilling is.
•Er zijn vloeibare en afwasmiddelen in poedervorm in de handel, die
onderling verschillen voor wat betreft hun chemische samenstelling
en die fosfaten kunnen bevatten of niet, die in dat geval zijn
vervangen door natuurlijke enzymen.
-Fosfaathoudende afwasmiddelen zijn voornamelijk actief tegen
vetten en amide bij temperaturen van meer dan 60°C .
-De enzymen bevattende afwasmiddelen zijn ook al bij lagere
temperaturen actief (vanaf 40 tot 55°C ) en zijn biologisch beter
afbreekbaar. Met dit type afwasmiddel kunnen bij lagere
temperaturen dezelfde wasresultaten worden bereikt die anders
pas bij programma's van 65°C mogelijk zouden zijn.
Voor het behoud van het milieu bevelen wij het gebruik aan van
afwasmiddelen zonder fosfaten of chloor.

Instructies Voor de Gebruiker
15
De aanwezigheid van, ook vloeibaar afwasmiddel, in het
glansspoelmiddelreservoir zal de vaatwasser beschadigen.
2.3 Waarschuwingen en algemene aanbevelingen
Vóór de eerste ingebruikneming van de vaatwasser verdient het
aanbeveling om eerst de onderstaande aanbevelingen met betrekking tot
de aard van de te wassen vaat en de plaatsing ervan te lezen.
Over het algemeen bestaan er geen beperkingen voor het wassen van
de huishoudelijke vaat, maar in sommige gevallen moet met hun
eigenschappen rekening worden gehouden.
Alvorens de vaat in de korven te plaatsen moet u:
•de grootste etensresten, zoals bijvoorbeeld botjes, graten enz. die de
filter zouden kunnen verstoppen en de waspomp beschadigen,
verwijderen;
•de pannen of koekenpannen met op de bodem verbrande
etensresten laten weken om het vuil beter te laten loskomen; om ze
vervolgens in de ONDERSTE KORF te zetten.
Om niet onnodig water te verspillen moet u de vaat vooraf niet onder
stromend water wassen voordat u hem in de korven laadt.
Een correcte plaatsing van de vaat is een garantie voor goede
wasresultaten.

Instructies Voor de Gebruiker
16
LET OP!
•Controleer of de couverts goed stevig staan en niet kunnen omvallen
en de draaiing van de sproeiarmen tijdens de werking niet
belemmeren;
•plaats geen hele kleine voorwerpen in de korven die bij het vallen de
sproeiarmen of de waspomp zouden kunnen blokkeren;
•vaat zoals bijv. kopjes, schotels, glazen, bekers en pannen moeten
altijd met de opening naar beneden en met eventuele holle kanten
schuin worden gezet om het weglopen van het water te bevorderen;
•de verschillende delen van de vaat niet in elkaar zetten omdat ze
elkaar anders zouden afdekken;
•plaats glazen niet te dicht op elkaar omdat ze met elkaar in
aanraking zouden kunnen komen en breken. Ook kunnen zich
vlekken vormen.
CONTROLEER of de vaat met de vaatwasser kan worden gewassen.
Ongeschikte vaat voor het wassen in een vaatwasser:
•Houten pannen en couverts: kunnen beschadigd raken als
gevolg van de hoge wastemperaturen;
•handwerkproducten: zijn slechts zelden geschikt om te worden
gewassen in een vaatwasser. De relatief hoge watertemperaturen
en het afwasmiddel kunnen ze beschadigen;
•plastic couverts: eventueel hittebestendige plastic couverts
moeten in de bovenste korf worden gewassen;
•couverts en voorwerpen van koper, tin, zink en messing:
hebben de neiging om vlekken te vormen;
•aluminium vaat: vaat van geanodiseerd aluminium kan
verkleuren;
•glas en kristal: over het algemeen kunnen glazen en kristallen
voorwerpen in de vaatwasser worden gewassen. Er bestaan echter
glas- en kristalsoorten die na vele wasbeurten mat kunnen worden
en hun transparantie verliezen; voor dit soort materiaal raden wij
altijd aan om het minst agressieve programma van de
programmatabel te kiezen;
•vaat met decoraties: de in de handel verkrijgbare gedecoreerde
voorwerpen zijn over het algemeen goed tegen het wassen in de
vaatwasser bestand ook al is het mogelijk dat de kleuren na
frequente wasbeurten vervagen, Bij twijfel over de bestendigheid
van de kleuren verdient het aanbeveling om ongeveer een maand
lang een paar elementen per keer te wassen.

Instructies Voor de Gebruiker
17
2.4 Gebruik van de korven
De vaatwasser heeft een capaciteit van 12 couverts inclusief het
opdienservies.
DE ONDERSTE KORF
De onderste korf ontvangt de maximale intensiteit van de werking van de
onderste sproeiarm en is daarom bestemd voor de "moeilijkste" en
vuilste vaat.
Alle mogelijke beladingscombinaties zijn
toegestaan, op voorwaarde dat er bij de
plaatsing van het servies, de pannen en de
koekenpannen voor wordt gezorgd dat alle
vuile oppervlakken worden blootgesteld aan
de van onderen afkomstige waterstralen.
Met vaste supports
Om bij het laden van vaat van grote
afmetingen de ruimte in de korf zo goed
mogelijk te benutten zijn sommige modellen
in 2 of 4 sectoren uitgerust met wegklapbare
bordensupports.
Met wegklapbare supports
ACCESSOIRES ONDERSTE KORF
Sommige modellen hebben praktische accessoires voor de onderste
korf die een betere droging van de borden verzekeren. U vindt deze
accessoires in het daarvoor bestemde zakje; om ze te gebruiken hoeft u
ze alleen maar in de speciale openingen te steken zoals afgebeeld in de
tekening.

Instructies Voor de Gebruiker
18
BELADING VAN DE ONDERSTE KORF
Plaats de platte, diepe, dessert- en dienborden zorgvuldig rechtop. De
pannen, koekenpannen en bijbehorende deksels moet ondersteboven
worden geplaatst. Zorg er bij het plaatsen van de diepe en
dessertborden altijd voor dat er vrije ruimte tussen blijft.
Laadvoorbeelden:
BESTEKCONTAINER
De korf is uitgerust met verwijderbare roosters aan de bovenkant, waarin
u het bestek kunt plaatsen omdat ze onderling op voldoende afstand
blijven en een optimale passage van het water garanderen. U vindt de
losse bestekcontainers en het centrale dekseltje in het zakje met
accessoires. Het centrale dekseltje dient uitsluitend ter afderkking, u
moet er geen bestek instoppen. De vormen van de roosters zijn
afhankelijk van de modellen. Het bestek moet gelijkmatig over de
container worden verdeeld, met het handvat naar beneden gericht
waarbij u goed moet opletten dat u zich niet bezeert aan de lemmetten
van de messen. De containers is bestemd voor alle soorten bestek,
uitgezonderd bestek waarvan de lengte de bovenste sproeiarm hindert.
Spanen, houten lepels en keukenmessen kunnen in de bovenste korf
worden gelegd, waarbij u ervoor moet opletten dat de punt van de
messen niet buiten de korf uitsteekt.
This manual suits for next models
1
Table of contents
Languages:
Other ETNA Dishwasher manuals

ETNA
ETNA TFI8014ZT/E02 User manual

ETNA
ETNA VW249M User manual

ETNA
ETNA EVW8262 User manual

ETNA
ETNA VW844M/E03 User manual

ETNA
ETNA AFI8529ZT User manual

ETNA
ETNA TFI8028ZT User manual

ETNA
ETNA VW339M/E02 User manual

ETNA
ETNA VW547ZT User manual

ETNA
ETNA TFI7005ZT User manual

ETNA
ETNA VWV240CRVS User manual