manuals.online logo
Brands
  1. Home
  2. •
  3. Brands
  4. •
  5. NordicTrack
  6. •
  7. Treadmill
  8. •
  9. NordicTrack 17.0 Treadmill System manual

NordicTrack 17.0 Treadmill System manual

OPGELET
Lees voor gebruik van dit appa-
raat alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding. Bewaar deze handlei-
ding voor verdere raadpleging.
Sticker met
serienummer
odelnr. NETL14710.0
Serienr.
Noteer het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
VRAGEN?
Als u nog vragen hebt of er zijn on-
derdelen die ontbreken of bescha-
digd zijn, neem dan contact op met
de winkel waar u dit product hebt
gekocht.
Bezoek onze website:
www.iconsupport.eu
GEBRUIKSAANWIJZING
www.iconeurope.com
INHOUD
DESTCKERSMETWAARSCHUWNG ........................................................2
BELANGRJKEVOORZORGSMAATREGELEN ..................................................3
VOORDATUBEGNT ......................................................................5
MONTAGE ...............................................................................6
HOEDEBORSTKAS-POLSSENSORTEGEBRUKEN ...........................................12
GEBRUKENBJSTELLEN .................................................................13
DELOOPBAND NKLAPPENENVERPLAATSEN ...............................................23
PROBLEMENOPLOSSEN..................................................................24
RCHTLJNENVOORHETOEFENEN.........................................................27
LJSTMETONDERDELEN .................................................................29
GEDETALLEERDETEKENNG..............................................................31
HETBESTELLENVANONDERDELEN ..............................................Laatstepagina
RECYCLNG NFORMATE .......................................................Laatstepagina
2
De hier getoonde sticker(s) met waarschuwing is/zijn
op de aangegeven plaats(en) geplakt. Bel, wanneer
een sticker ontbreekt of niet leesbaar is, het num-
mer op de omslag van deze handleiding en vraag
om een vervangende sticker. Plak de sticker op
de aangegeven plaats. Opmerking: de sticker(s)
worden niet op ware grootte weergegeven.
DE STICKERS ET WAARSCHUWING
NordicTrack is een merk van CON P, nc.
3
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is
vooral belangrijk voor personen boven de 35
jaar, of personen met bestaande gezondheid-
sproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Plaats de loopband op een vlakke onder-
grond met minstens 2,4 m ruimte rondom,
ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte
aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor
dat de loopband geen luchtopeningen of
luchtroosters blokkeert. Leg een matje onder
de loopband om uw vloer of de vloerbe-
dekking te beschermen.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
7. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 12
jaar en huisdieren bij de loopband vandaan.
8. De loopband kan alleen door mensen die 159
kg of minder wegen worden gebruikt.
9. Laat nooit meer dan één persoon de loop-
band gebruiken.
10. Draag de juiste kleding bij gebruik van de
loopband. Draag geen losse kleding die ver-
strikt kan raken in de loopband. Atletisch on-
dersteunende kleding wordt aanbevolen voor
zowel mannen als vrouwen. Draag altijd train-
ingsschoenen. Gebruik de loopband nooit
met blote voeten, sokken of met sandalen.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie pagina 13). Geen enkel ander ap-
paraat moet zich op dezelfde groep bevinden.
12. Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik
dan alleen een 3-aansluiting, 1 mm2(maat 14)
snoer dan niet langer is dan 1,5 meter.
13. Houd de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
14. Loop nooit op de loopband wanneer de elek-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop-
band niet wanneer het elektrische snoer of de
stekker beschadigd is. Gebruik de loopband
niet als hij niet goed werkt. (Zie PROBLE EN
OPLOSSEN op pagina 24 als de loopband
niet goed werkt.)
15. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge-
bruikt (raadpleeg DE ELEKTRICITEIT IN-
SCHAKELEN op pagina 15).
16. Start de loopband nooit wanneer u op de
loopband staat. Houd u altijd vast aan de
handleuningen wanneer u de loopband ge-
bruikt.
17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk af om schokkende
versnellingen te voorkomen.
18. De polssensor is geen medisch instrument.
Bepaalde factoren zoals bewegingen, kunnen
de juistheid van de metingen aantasten. De
polssensor dient slechts om een algemene
hartslag te meten, als hulpmiddel bij uw oe-
feningen.
WAARSCHUWING: lees, om het risico van ernstig letsel te verminderen, alle be-
langrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in deze handleiding en alle waarschuwingen op uw
loopband voordat u deze gebruikt. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade
door het gebruik van dit product.
BELANGRIJKE VOORZORGS AATREGELEN
4
19. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond-
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker uit het stopcontact, en zet de schake-
laar in de uitstand wanneer u de loopband
niet gebruikt. (Zie de tekening op pagina 5
voor de locatie van de schakelaar.)
20. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst.
(Zie ONTAGE op pagina 6 en DE LOOP-
BAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op
pagina 23.) U moet op veilige wijze in staat
zijn om 20 kg te kunnen optillen, of om de
loopband te verplaatsen.
21. Verander de hellingstand van de loopband
niet door voorwerpen onder de loopband te
plaatsen.
22. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
23. Steek nooit iets in een opening en laat niets
vallen in openingen op de loopband.
24. GEVAAR: trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Doe dit ook bij het schoonmaken van de
loopband, voor het plegen van onderhoud en
voor het afstellen zoals staat beschreven in
deze handleiding. Verwijder nooit de mo-
torkap tenzij een technicus dat aangeeft.
Onderhoud, anders dan de procedures in
deze handleiding moeten uitsluitend worden
uitgevoerd door een erkende onder-
houdsvertegenwoordiger.
25. Te veel oefeningen doen kan leiden tot ern-
stig letsel of de dood. Als u pijn voelt of
duizelig wordt tijdens het oefenen, dient u
onmiddellijk te stoppen en af te koelen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Dank u dat u hebt gekozen voor de revolutionaire
NordicTrack®T17.0 loopband. Deze T17.0 loopband
biedt een reeks aan indrukwekkende functies die zijn
ontwikkeld om uw oefeningen effectiever en leuker te
maken. Als u geen oefeningen doet, kunt u deze unieke
loopband opvouwen, waardoor deze minder dan de
helft van de ruimte inneemt van andere loopbanden.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voor gebruik van de loopband. Raadpleeg de
omslag van deze handleiding als u nog vragen hebt.
Noteer het productnummer en het serienummer voor-
dat u met ons contact opneemt. De plaats waar u de
stickers met het productnummer en het serienummer
kunt vinden wordt op de omslag van de handleiding
aangegeven.
Bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de
verschillende onderdelen, voordat u verder leest.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Bedieningspaneel Boekenhouder
Sleutel/Clip
Schakelaar
Loopband
Voetleuning
nstelbaar kussen
Bijstelbouten van
de Ruststandrol
Accessoireshouder
Polssensor
6
ONTAGE
ontage moet door twee personen worden uitgevoerd. Plaats de loopband op een open plek en verwijder het
verpakkingsmateriaal. Gooi het verpakkingsmateriaal niet weg totdat u de loopband volledig hebt gemon-
teerd. Opmerking: de onderkant van de loopriem van de loopband is voor een goede werking bedekt met een
smeermiddel. Tijdens het vervoer kan een klein beetje smeermiddel aan de bovenkant van de loopriem of de ver-
pakkingsmateriaal terecht zijn gekomen. Dit is normaal en heeft geen invloed op de werking van de loopband. Als
er zich smeermiddel op de bovenkant van de loopriem bevindt, kunt u deze eenvoudigweg afvegen met een
zachte doek en een reiniger zonder schuurmiddel.
Tijdens het monteren hebt u een inbussleutel , een kruiskopschroevendraaier en een
Engelse sleutel nodig.
Gebruik de onderstaande tekeningen om te weten hoe u de metalen onderdelen moet monteren. Het nummer tus-
sen haakjes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de L JST MET ONDERDELEN achterin
deze handleiding. Het getal achter de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Opmerking: som-
mige kleine onderdelen zijn al vooraf gemonteerd. Om schade aan onderdelen te vermijden, moet u geen
elektrisch gereedschap bij het monteren gebruiken. Er zijn mogelijk extra metalen onderdelen meegele-
verd.
3/8" Sterring
(6)–10
3/8" x 3 3/4" Bout (5)–4
3/8" Klemmoer
(7)–2
#8 x 3/4"
Tekschroef (24)–4
3/8" x 2" Bout (4)–1
3/8" x 1 3/4" Bout (3)–1
3/8" x 1 1/4"
Bout (2)–6
7
2. Zoek de Rechter Staander (92) die staat
aangegeven met een “Right”-sticker (Lof Left
geeft links aan; Rof Right geeft rechts aan).
Laat een tweede persoon de Rechter Staander
(92) naast de Rechter Basiskap vasthouden
(102). Raadpleeg de inzet-tekening. Maak de
draadband onderin in de Rechter Staander ste-
vig vast rond het eind van de Draad van de
Staander (93). Steek de draadband door de
bovenkant van de Rechter Staander tot aan de
bovenkant tot de Draad van de Staander geheel
door de Rechter Staander is geleid.
Trek voorzichtig aan de Draad van de Staander
(93) als u de Rechter Staander (92) op de Basis
(103) zet in de Rechter Basiskap (102). Zorg er-
voor dat de Draad van de Staander niet
bekneld raakt.
Bevestig de Rechter Staander (92) op de Basis
(103) met twee 3/8" x 3 3/4" Bouten (5) en twee
3/8" Sterringen (6). Opmerking: Waarschijnlijk
moet u de Rechter Staander iets naar voren
hellen om de Bouten van de Staander in de
Rechter Staander te draaien. aak de bouten
nog niet vast.
Bevestig de Linker Staander (91) op dezelfde
wijze. Opmerking: Er is geen draden aan de
linkerkant.
103
93
102
2
92
6
5
91
93
92
Draad-
band
Draad-
band
103
Kartonnen
staander
1. Zorg dat het stroomsnoer niet op het stop-
contact is aangesloten.
Breng de voorkant van de loopband met behulp
van een tweede persoon omhoog en plaats de
Dwarstang in de Basis (103) in de uitsnede op
de kartonnen standaard zoals is aangegeven.
Laat de tweede persoon de loopband tot
montagestap 3 vasthouden om te
voorkomen dat deze naar voren of naar
achteren schuift.
WAARSCHUWING:U
kunt ernstig letsel oplopen wanneer de
loopband naar voren of achteren beweegt
of van de stellingen valt. Een tweede per-
soon moet de loopband vasthouden tot
stap 3 om te voorkomen dat de loopband
beweegt, kantelt, of valt.
1
8
4. Laat een tweede persoon het Bedieningspaneel
bij de Staanders (91, 92) vasthouden.
Verbind de Draad van de Staander (93) met de
Draad van het Bedieningspaneel (114).
Raadpleeg de inzet-tekening. De connec-
toren zouden makkelijk samen moeten glij-
den en op hun plaats moeten klikken. Als dit
niet gebeurt, dient u een van de verbind-
ingsstukken te draaien en het nog eens te
proberen. ALS U DE VERBINDINGSSTUKKEN
NIET GOED VERBINDT, KAN HET BEDIEN-
INGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN ALS DE
STROO WORDT AANGEZET. Verwijder de
draadband uit de Draad van de Staander. Steek
de connectors omlaag in de Rechter Staander
(92).
114
Bedienings-
paneelmodule
4
92
93
91
114 Draad
band
93
3. Breng de loopband naar beneden van de kar-
tonnen staander af met behulp van een tweede
persoon. De staander wordt in montagestap 9
gebruikt.
Zoek de Beschermhuls van de Rechter
Staander (90) en de Beschermhuls van de
Linker Staander (89); De Beschermhulsen van
de Staander zijn gemerkt met "Right" en "Left"
(Lof Left geeft links aan; Rof Right geeft rechts
aan). Schuif de Beschermhuls van de Rechter
Staander op de Rechter Staander (92) en de
Beschermhuls van de Linker Staander op de
Linker Staander (91).
89
“Right”
Kartonnen
staander
“Left”
90
3
92
91
9
6. Plaats drie 3/8" x 1 1/4" Bouten (2) gedeeltelijk
met drie 3/8" Sterringen (6) in de Rechter
Staander (92); draai de Bouten nog niet
volledig vast.
Herhaal deze stap voor de Linker Staander
(91). Draai dan alle zes de 3/8" x 1 1/4" Bouten
(2) goed vast.
91
92
2
2
6
6
6
5. Voeg de beugels op de Handleuning (110) in de
Staanders (91, 92). Zorg dat bedrading niet
beklemd raakt.
5
92
91
110
Bedienings-
paneelmodule
110
10
8. Breng daarna het Onderstel (67) omhoog, tot de
positie die is afgebeeld. Zorg dat een tweede
persoon het Onderstel vasthoudt tot deze
stap is voltooid.
Richt de Opbergvergrendeling (87) zo dat de
grote loop en de vergrendelingsknop zich in de
afgebeelde posities bevinden.
Verwijder de riem van het bovenste uiteinde van
de Opbergvergrendeling (87). Maak het boven-
ste eind van de Opbergvergrendeling vast aan
de beugel van de dwarsstang van het Onderstel
(67) met een 3/8" x 1 3/4" Bout (3) en een 3/8"
Klemmoer (7).
Verwijder de riem van het onderste uiteinde van
de Opbergvergrendeling (87). Houd de gaten in
het Kapje van de Vergrendeling uitgelijnd met
de gaten in de Opbergvergrendeling. Zorg dat u
het kapje van de Vergrendeling binnen de
Opbergvergrendeling houdt. Bevestig de op-
bergvergrendeling aan de beugel op de Basis
(103) met een 3/8" x 2" Bout (4) en een 3/8"
Klemmoer (7). Opmerking: het kan nodig zijn
om het Onderstel heen en weer te schuiven om
de Opbergvergrendeling uit te lijnen met de
beugel.
Breng het Onderstel (67) naar beneden (zie DE
LOOPBAND OMLAAG BRENGEN VOOR
GEBRU K op pagina 23).
7
7
Grote
Loop
Vergrendel-
knop
103
Vergrendel-
kap
4
67
3
87
8
7. Schuif de Beschermhuls van de Rechter
Staander (90) tegen de module van het bedien-
ingspaneel. Maak de Beschermhuls van de
Rechter Staander vast met twee #8 x 3/4"
Tekschroeven (24).
aak de Beschermhuls van de Linker
Staander (niet getoond) op dezelfde manier
aan het bedieningspaneel vast.
24
90
24
7
Bedienings-
paneelmodule
11
10. Zorg dat alle delen goed vastzitten voordat u de loopband gebruikt. Berg de meegeleverde inbussleutels
goed op; een van de inbussleutels wordt gebruikt om de loopband mee af te stellen (zie paginaʼs 25 en 26).
Leg een matje onder de loopband om uw vloer of de vloerbedekking te beschermen. Er kunnen extra
onderdelen zijn meegeleverd.
9. Breng de voorkant van de loopband met behulp
van een tweede persoon omhoog en plaats de
dwarstang in de Basis (103) in de uitsnede op
de kartonnen standaard zoals is aangegeven.
Laat de tweede persoon de loopband
vasthouden om te voorkomen dat deze naar
voren of naar achteren schuift.
Draai de vier 3/8" x 3 3/4" Bouten (5) goed
vast.
Breng de loopband naar beneden van de kar-
tonnen staander af met behulp van een tweede
persoon.
Kartonnen
staander
5
103
5
9
12
DE BORSTKAS-POLSSENSOR DRAGEN
De borstkas-polssensor bestaat uit twee delen: de
borstkas-band en de sensor. Steek de flap van de
borstkas-band in het ene uiteinde van de sensor, zoals
afgebeeld in de tekening. Druk het uiteinde van de
sensor onder de gesp van de borstkas-band. De flap
moet gelijk zijn met de voorkant van de sensor.
Doe vervolgens de
borstkas-polssensor
om uw borstkas en
maak het andere eind
van de borstkas-band
vast aan de sensor.
Mocht het nodig zijn,
stel dan de lengte van
de band bij. De borst-
kas-polssensor moet onder uw kleding gedragen wor-
den, strak tegen uw huid en hoog onder uw borstspie-
ren of borsten. Zorg ervoor dat het logo van de sensor
naar voren wijst en rechtop staat.
Trek de sensor een paar centimeter van uw lichaam
en zoek naar de twee elektrodes aan de binnenkant
(de elektrodes hebben kleine randjes). Maak beide
elektrodes nat met een zoute vloeistof, zoals wat
speeksel of vloeistof voor contact lenzen. Plaats de
sensor terug tegen uw huid.
VERZORGING EN ONDERHOUD
• Droog de borstkas-polssensor goed af na ieder ge-
bruik. De borstkas-polssensor wordt ingeschakeld
wanneer u de elektrodes nat maakt en de borstkas-
polssensor draagt. De borstkas-polssensor gaat uit
wanneer deze wordt afgedaan en de elektrodes ge-
droogd worden. De sensor blijft langer dan nodig
branden en zodoende zullen de batterijen leeg lopen
als de borstkas-polssensor elektrodes niet goed ge-
droogd worden.
• Bewaar de borstkas-polssensor op een warme en
droge plaats. Bewaar de borstkas-polssensor niet in
een plastic zak of andere verpakking die vocht kan
vasthouden.
• Stel de borstkas-polssensor niet langdurig bloot aan
direct zonlicht, niet aan een temperatuur lager dan
-10° C of aan een temperatuur hoger dan 50° C.
• Buig en rek de sensor tijdens het gebruik of het op-
bergen van de borstkas-polssensor niet te veel.
• Maak de borstkas-polssensor schoon met een
zachte doek en een beetje niet agressief schoon-
maakmiddel. Gebruik nooit schuurmiddelen, alcohol
of chemische producten. U kunt de borstkas-band
met de hand wassen en dan laten drogen.
PROBLE EN OPLOSSEN
De instructies op de volgende paginaʼs leggen uit
hoe u de borstkas-polssensor met het bediening-
spaneel kunt gebruiken. Loop de hieronder ge-
noemde procedures door wanneer de borstkas-
polssensor niet goed werkt.
• Zorg ervoor dat u de borstkas-polssensor goed
draagt zoals hier links is beschreven. Opmerking:
Verplaats de sensor wat naar boven of naar bene-
den wanneer de borstkas-polssensor niet goed
werkt.
• Gebruik wat zoute vloeistof zoals speeksel of vloei-
stof voor contact lenzen om de elektrodes van de
sensor nat te maken. Maak de elektrodes opnieuw
wat nat wanneer de hartslag metingen pas verschij-
nen nadat u begint te transpireren.
• Loop of ren zo goed mogelijk op het midden van de
loopband. Voor de goede weergave van de hart-
slag metingen moet de gebruiker zich op minder
dan een armslengte van het bedieningspaneel
bevinden.
• De borstkas-polssensor is ontwikkeld voor mensen
met een normale hartslag. Problemen met de hart-
slagmeting kunnen een medische oorzaak hebben
zoals vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hart-
kloppingen, of aritmie.
• De werking van de borstkas-polssensor kan beïn-
vloed worden door magnetische storingen die ver-
oorzaakt worden door hoogspanningsdraden en an-
dere elektromagnetische bronnen. Verplaats de
loopband als u vermoedt dat dit de oorzaak is.
HOE DE BORSTKAS-POLSSENSOR TE GEBRUIKEN
Borstkas-band
Flappen
Sensor
Flap
Sensor Gesp
13
DE REEDS INGES EERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een
hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANG-
RIJK: behandel de band of het loopplatform nooit
met siliconen spray of ander middel. Als u dat
doet, zult u de loopband beschadigen.
HOE DE STROO SNOER IN STOPCONTACT TE
STEKEN
De snoer moet geaard zijn. Als het niet goed functio-
neert geeft de aarding de laagste weerstandspad voor
de elektriciteit om zodoende het risico van elektrische
schok te verminderen. Een stroomsnoer en een ge-
aarde stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: als het
stroomsnoer beschadigd is moet u het vervangen
voor een door de fabrikant aanbevolen stroom-
snoer.
Volg deze stappen om de stroomsnoer in stopcon-
tact te steken.
1. Steek het aangegeven uiteinde van het stroomsnoer
in het stopcontact van de loopband.
2. Steek het stroomsnoer in een goed geinstalleerd en
geaard stopcontact die overeenkomt met alle plaat-
selijke regelingen.
Stopcontact van
de Loopband
Stroomsnoer
Stopcontact
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: een verkeerd stopcon-
tact (zonder aarde) kan tot een elektrische
schok leiden. Laat een elektriciën de aarding
nakijken als u niet zeker weet of het stopcon-
tact goed geaard is. Breng geen wijzigingen
aan de stekker van het apparaat aan. Laat een
elektriciën een nieuwe stekker monteren als
de stekker niet in het stopcontact past.
14
DE WAARSCHUWINGSSTICKER OPPLAKKEN
Zoek de Engelse waarschuwingen op het bediening-
spaneel. U vindt dezelfde waarschuwingen in andere
talen op het meegeleverde stickervel. Plak de
Nederlandse waarschuwingssticker op het bediening-
spaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend en
prettig te oefenen. U kunt wanneer u de handmatige
instelling gebruikt de snelheid en de hellingstand van
de loopband veranderen door een druk op een toets.
Tijdens de oefening zal het bedieningspaneel doorlo-
pende feedback over uw oefening geven. U kunt uw
hartslag zelfs meten met gebruik van de handgreep
polssensor of de optionele borstkas polssensor (zie
pagina 12 voor informatie over de borstkas polssen-
sor).
Aanvullend biedt het bedieningspaneel achtentwintig
prestatie-oefeningen- veertien tijdoefeningen, zes af-
standoefeningen en acht calorie-oefeningen. Elke
prestatieoefening beheert automatisch de snelheid en
de helling van de loopband als het u door een effec-
tieve oefeningsessie begeleidt. U kunt zelfs uw eigen
oefeningen creëren en deze opslaan voor toekomstig
gebruik.
Het bedieningspaneel heeft een iFit Live module zodat
de loopband op uw draadloos netwerk aangesloten
kan worden door middel van een optionele iFit Live
module. Met de iFit-trainingsmodus, kunt u persoon-
lijke oefeningen downloaden, eigen oefeningen creë-
ren, uw oefeningsresultaten bijhouden en toegang krij-
gen tot andere functies. Voor aankoop van de iFit
Live module gaat u naar www.ifit.com of belt u met
het telefoonnummer op de voorkant van deze
handleiding.
U kunt tevens naar uw favoriete muziek of audioboek
luisteren door gebruik van het stereo geluidssysteem
van het bedieningspaneel.
Om het apparaat aan te zetten, raadpleeg pagina 15.
Raadpleeg pagina 15 om de handmatige instelling te
gebruiken. Raadpleeg pagina 17 om een prestatie-
oefening te gebruiken. Raadpleeg pagina's 19 en 20
voor een geheugenoefening. Raadpleeg pagina 21
om een iFit-oefening te gebruiken. Raadpleeg pa-
gina 21 voor de informatiemodus. Raadpleeg pagina
22 om het stereogeluidssysteem te gebruiken.
BELANGRIJK: als er een laagje plastic op het be-
dieningspaneel ligt, moet u dat verwijderen. Draag
alleen schone schoenen wanneer u de loopband
gebruikt om beschadiging aan het loopplatform te
voorkomen. Inspecteer af en toe de ligging van de
band wanneer de loopband voor het eerst wordt
gebruikt. Centreer deze mocht het nodig zijn (zie
pagina 26).
DIAGRA
BEDIENINGS-
PANEEL
Audio-
aansluiting
15
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u
het bedieningspaneel of andere elektrische com-
ponenten beschadigen.
Steek het stroomsnoer in
het stopcontact (zie pagina
13). Zoek vervolgens naar
de schakelaar op het onder-
stel van de loopband bij het
stroomsnoer. Zorg dat de
schakelaar in de resetstand
staat.
BELANGRIJK: het bedieningspaneel toont een
demostand, die ontwikkeld is voor gebruik als de
loopband wordt geëtaleerd in een winkel. Als de
displays oplichten als het stroomsnoer wordt in-
gestoken en de schakelaar in de resetstand is
gezet, gaat de demostand aan. Om de demo-
modus uit te schakelen, houdt u de Stop-knop
[STOP] enkele seconden ingedrukt. Raadpleeg DE
INFOR ATIE ODUS op pagina 21 om de demo-in-
stelling uit te schakelen wanneer de displays bli-
jven branden.
Ga op de voetenkussentjes
van de loopband staan.
Zoek naar de clip die aan
de sleutel vastzit en schuif
de klip aan de tailleband
van uw kleding. Plaats de
sleutel in het bedieningspa-
neel. Kort daarna zal de
display oplichten. BELANGRIJK: bij een noodsitu-
atie kunt u aan de sleutel van het bedieningspa-
neel trekken, zodat de loopband vertraagt en tot
stilstand komt. Test de clip door voorzichtig een
paar stappen achteruit te zetten totdat de sleutel
uit het bedieningspaneel wordt getrokken. Als de
sleutel niet uit het bedieningspaneel komt, stel dan
de lengte van de clip bij.
Opmerking: het bedieningspaneel kan de snelheid en
de afstand in kilometers of mijlen weergeven. Ontdek
welke meeteenheid is geselecteerd, zie de NFOR-
MAT E-MODUS op pagina 21. Voor de eenvoud zijn
alle instructies in deze handleiding in kilometers
aangegeven.
DE HAND ATIGE ODUS GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN aan
de linkerkant.
2. Kies de handmatige instelling.
Elke keer als u de sleu-
tel invoert, verschijnt het
hoofdmenu. Om de
handmatige modus te
selecteren gebruikt u de
toetsen verhogen en
verlagen naast de toest
Enter [ENTER] en gaat START branden. Druk dan
op de toets Enter. Als u een oefening of de iFit-
trainingsmodus heeft geselecteerd, drukt u op de
toets Menu [MENU] om terug te keren naar het
hoofdscherm.
3. Start de loopband en stel de snelheid bij.
Om met de loopband te beginnen drukt u op de
toets Start [START], de toets Snelheid [SPEED]
verhogen of op een van de genummerde 1-staps
snelheidtoetsen [1 STEP SPEED].
Als de Starttoets of de Versnellingstoets wordt
ingedrukt dan zal de loopband beginnen te bewe-
gen met een snelheid van 2 Km/u [KM/H]. Als u
een oefening doet, kunt u de snelheid van de loop-
band naar wens aanpassen door de snelheidstoe-
name en afname toetsen in te drukken. Steeds als
u een van de toetsen indrukt zal de snelheidsin-
stelling met 0,1 Km/u aanpassen; als u een toets
ingedrukt houdt verandert de snelheid met stapjes
van 0,5 Km/u.
ndien u drukt op een van de genummerde 1 Stap
sneltoetsen, zal de snelheid van de loopband
gradueel aangepast worden tot het de gewenste
snelheidsinstelling bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stoptoets
[STOP]. Om de loopband opnieuw te starten drukt
u op de toets Start, de toets Snelheid verhogen of
op een van de genummerde 1-staps snelheidtoet-
sen.
Sleutel
Resetten
Clip
16
4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van de loopband te veran-
deren, op de toets Helling [ NCL NE] verhogen of
verlagen of een van de genummerde 1 Stap
hellings-toetsen [1 STEP NCL NE]. Elke keer als u
op een van de toetsen drukt zal de helling gelei-
delijk veranderen tot het de geselecteerde hellin-
ginstelling bereikt.
5. Selecteer een weergavemodus en controleer de
vooruitgang op het display.
Het bedieningspaneel biedt verschillende display-
opties. De gekozen display mode zal aangeven
welke informatie wordt weergegeven. Door her-
haaldelijk te drukken op de toets Weergave [D S-
PLAY] of de toetsen verhogen en verlagen naast
de toets Enter kunt u de gewenste weergave-
modus selecteren.
De middelste display zal de volgende oefening-in-
formatie tonen als u op de loopband loopt of rent:
• De hellingstand [ NCL NE] van de loopband.
• De snelheid [SPEED] van de loopband.
• De afstand [D STANCE] die u hebt gewandeld of
gelopen.
• De verlopen tijd [T ME].
• Uw snelheid in minuten per kilometer [PACE].
• Het aantal bij benadering verbrande calorieën
[CALOR ES].
• Uw hartslag [PULSE] (zie stap 6 op deze
pagina).
Ongeacht welke weergavemodus u selecteert, ver-
schijnen de snelheid en hellingsinstellingen in de
snelheid en hellingdisplays.
6. eet desgewenst uw hartslag.
Opmerking: Indien u de Handgreep polssensor
en de Borstkas-polssensor tegelijkertijd ge-
bruikt, zal het bedieningspaneel uw hartslag
niet nauwkeurig weergeven. Zie pagina 12 voor
meer informatie over de borstkas-sensor.
Voordat u de
handgreep
polssensoren
gebruikt, ver-
wijdert u het
plastic laagje
van de met-
alen contact-
punten. Zorg
er ook voor dat
uw handen schoon zijn.
Om uw hartslag te meten, gaat u op de voetleun-
ing staan en houdt u de contactpunten vast –
beweeg uw handen niet. Elke keer als uw hart
klopt, verschijnen er verschillende streepjes en
daarna wordt uw hartslag getoond. Voor de meest
nauwkeurige hartslagwaarde, dient u de con-
tactpunten gedurende 15 seconden vast te
houden.
7. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets [STOP] en stel de hellingstand van de
loopband in de laagste positie. De helling moet
op de laagste instelling staan als u de loop-
band vouwt in de opslagstand, anders kunt u
de loopband beschadigen. Haal vervolgens de
sleutel uit het bedieningspaneel en bewaar deze
op een veilige plek.
Wanneer u klaar bent met de loopband te ge-
bruiken, zet de aan/uitschakelaar in de uitstand en
neemt u het snoer uit het stopcontact. BELAN-
GRIJK: Als u dit niet doet, kunnen de elek-
trische onderdelen van de loopband voortijdig
slijten.
Contactpunten
17
PRESTATIE-OEFENINGEN GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
pagina 15.
2. Selecteer een prestatieoefening.
Als u de handmatige modus of de iFit-train-
ingsmodus heeft geselecteerd, drukt u op de toets
Menu [MENU] om terug te keren naar het hoofd-
scherm.
Om een prestatieoefening te selecteren gebruikt u
de toetsen verhogen en verlagen naast de toets
Enter [ENTER] en gaat WORKOUTS branden.
Druk dan op de toets Enter. Verlicht de optie PER-
FORMANCE (prestatie) en druk op de toets Enter.
Verlicht dan de gewenste oefeningcategorie en
druk op de toets Enter. U kunt ook drukken op de
toetsen Tijd [T ME], Afstand [D STANCE] of
Calorieën [CALOR ES].
Kies dan de gewenste oefening. De display zal de
naam, de totale tijd, de maximale hellinginstelling,
de maximale snelheidsinstelling en een profiel van
de snelheidsinstelling van de oefening weergeven.
Opmerking: als u een afstandsoefening heeft gese-
lecteerd, verschijnt de duur van de oefening niet in
het display.
3. Begin met de oefening.
Druk op de Entertoets om de oefening te laten be-
ginnen. Even nadat u op de toets heeft gedrukt, zal
de loopband zich automatisch aanpassen aan de
eerste snelheid en hellingsinstelling van de oefen-
ing. Houd de handleuningen vast en begin met
wandelen.
Elke prestatieoefening is in onderdelen ingedeeld.
Er is één hellinginstelling en één tempo-instelling
geprogrammeerd voor elk segment. Opmerking:
dezelfde snelheid en/of hellingsinstelling kan wor-
den geprogrammeerd voor opeenvolgende seg-
menten.
Tijdens de oefen-
ing, wordt uw
profiel weerg-
egeven zodat u uw
vorderingen kunt
volgen. Druk her-
haaldelijk op de
toets Weergave [D SPLAY] om het profiel te zien.
De knipperende balk van het profiel stelt het
huidige oefeningsegment voor. De hoogte van het
knipperende segment geeft de weerstandsinstellin-
gen voor het huidige segment weer. Aan het einde
van elk segment zal een reeks geluidjes te horen
zijn. Als een nieuwe snelheid en/of hellinginstelling
is geprogrammeerd voor het volgende onderdeel,
dan zal de loopband automatisch de nieuwe snel-
heid of hellinginstelling aanpassen.
De oefening gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het profiel knippert in de display en
het laatste onderdeel stopt. De loopband zal ver-
tragen tot deze halt houdt.
Huidig segment
18
Opmerking: het caloriedoel voor elke calorie-
oefening is een schatting van het aantal calo-
rieën dat u zult verbranden tijdens de oefening.
Het feitelijke aantal calorieën dat u verbrandt
hangt af van uw gewicht. Daarnaast heeft een
handmatige wijziging van de snelheid of de
helling van de loopband tijdens de oefening ef-
fect op het aantal calorieën dat u zult verbran-
den.
ndien de snelheids- of hellingsinstelling tijdens de
oefening te hoog of te laag staat, dan kunt u de in-
stelling handmatig overschrijven door te drukken
op de toetsen Snelheid [SPEED] en Helling [ N-
CL NE], als het volgende segment van de oe-
fening begint, dan zal de loopband zich au-
tomatisch aanpassen aan de snelheid en hellin-
ginstellingen voor het volgende segment.
Om op elk mogelijk ogenblik met de oefening te
stoppen drukt u op de toets Stop [STOP]. Om de
oefening weer te starten, drukt u op de toets Start
of op de toets Snelheidstoename. De loopband be-
gint bij ongeveer 2 km/uur te bewegen, Als het vol-
gende onderdeel van de oefening begint, zal de
loopband zich automatisch aanpassen aan de
snelheid en hellinginstelling voor dat volgende on-
derdeel.
4. Selecteer een weergavemodus en controleer de
vooruitgang op het display.
Zie stap 5 op pagina 16.
5. eet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op pagina 16.
6. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Zie stap 7 op pagina 16.
19
EEN GEHEUGENOEFENING CREËREN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
pagina 15.
2. Selecteer een geheugenoefening.
Om een mijn geheugenoefening te selecteren ge-
bruikt u de toetsen verhogen en verlagen naast de
toest Enter [ENTER] en gaat WORKOUTS bran-
den. Druk dan op de toets Enter. Verlicht de optie
MEMORY (geheugen) en druk op de toets Enter. U
kunt ook de toetsen Geheugen [MEMORY]
drukken.
Gebruik de toetsen verhogen en verlaten om de
gewenste oefening te selecteren. As u een oefen-
ing selecteert, zal de display de naam, de totale
tijd, de maximale hellinginstelling, de maximale
snelheidsinstelling en een profiel van de snelhei-
dsinstelling van de oefening weergeven.
Als de mijn geheugenoefening als is gedefi-
neerd, toont de display een profiel met on-
derdelen van verschillende hoogtes. Zie EEN
GEHEUGENOEFENING GEBRUIKEN op pagina
20.
Elke geheugenoefening is verdeeld in 1-minuut
segmenten. Er kan één hellinginstelling en één
snelheidsinstelling worden geprogrammeerd voor
elk segment.
3. Start de loopband en programmeer de gewen-
ste snelheid en hellingsinstellingen.
Druk op de Entertoets om de oefening te laten be-
ginnen. Kort nadat u op de toets heeft gedrukt, be-
gint de loopband te bewegen. Houd de handleunin-
gen vast en begin met wandelen.
Om snelheids- en hellinginstellingen voor het
eerste één-minuutsegment te programmeren, dient
ueenvoudigweg de helling en de snelheid van de
loopband naar wens in te stellen door te drukken
op de snelheid- [SPEED] en hellingtoetsen [ N-
CL NE].
Als het eerste gedeelte is beëindigd, zal een reeks
geluidjes te horen zijn en de huidige snelheids- en
hellingsinstellingen worden opgeslagen in het
geheugen.
Programmeer een snelheids- en hellingsinstelling
voor het tweede segment zoals hierboven
beschreven. Blijf de snelheid- en hellinginstellingen
programmeren tot maximaal 40 segmenten.
Als u klaar bent met de oefening drukt u twee keer
op de Stoptoets. De mijn geheugenoefening zal
worden opgeslagen in het geheugen.
4. Selecteer een weergavemodus en controleer de
vooruitgang op het display.
Zie stap 5 op pagina 16.
5. eet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op pagina 16.
6. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Zie stap 7 op pagina 16.
20
EEN GEHEUGENOEFENING GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
pagina 15.
2. Selecteer een geheugenoefening.
Om een mijn geheugenoefening te selecteren ge-
bruikt u de toetsen verhogen en verlagen naast de
toest Enter [ENTER] en gaat WORKOUTS bran-
den. Druk dan op de toets Enter. Verlicht de optie
MEMORY (geheugen) en druk op de toets Enter. U
kunt ook de toetsen Geheugen drukken.
Gebruik de toetsen verhogen en verlaten om de
gewenste oefening te selecteren. As u een oefen-
ing selecteert, zal de display de naam, de totale
tijd, de maximale hellinginstelling, de maximale
snelheidsinstelling en een profiel van de snelhei-
dsinstelling van de oefening weergeven.
Opmerking: als de display een vlak profiel laat
zien, kijkt u bij EEN GEHEUGENOEFENING
CREËREN op pagina 19.
Elke geheugenoefening is verdeeld in 1-minuut
segmenten. Er is één hellinginstelling en één
tempo-instelling geprogrammeerd voor elk seg-
ment.
3. Start de loopband.
Druk op de Entertoets om de oefening te laten be-
ginnen. Even nadat u op de toets heeft gedrukt, zal
de loopband zich automatisch aanpassen aan de
eerste snelheid en hellingsinstelling die u eerder
heeft geprogrammeerd. Houd de handleuningen
vast en begin met wandelen.
Tijdens de oefening, wordt uw profiel weergegeven
zodat u uw vorderingen kunt volgen. Druk her-
haaldelijk op de toets Weergave [D SPLAY] om het
profiel te zien. De knipperende balk van het profiel
stelt het huidige oefeningsegment voor. De hoogte
van het knipperende segment geeft de weer-
standsinstellingen voor het huidige segment weer.
Aan het einde van het eerste één-minuutgedeelte,
zal een reeks geluidjes te horen zijn. Als een an-
dere tempo-instelling en/of hellinginstelling is ge-
programmeerd voor het tweede segment, dan zal
de tempo- en/of hellinginstelling eventjes in het dis-
play verschijnen om u te alarmeren en zal de loop-
band zich automatisch aanpassen aan de nieuwe
tempo- en/of hellinginstelling voor het tweede seg-
ment.
De oefening gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het profiel knippert in de display en
het laatste onderdeel stopt. De loopband zal ver-
tragen tot deze halt houdt.
ndien gewenst kunt u de oefening opnieuw in-
stellen terwijl u deze gebruikt. Om de snelheidsin-
stelling of de hellingsinstelling voor het huidige
segment te wijzigen dient u eenvoudigweg op de
toetsen Snelheid [SPEED] of Helling [ NCL NE] te
drukken. Als het huidige segment eindigt, zal de
nieuwe instelling worden opgeslagen in het
geheugen. Om de duur van de oefening te ver-
groten wacht u tot de oefening is afgelopen. Druk
dan op de Starttoets [START] en programmeer de
snelheid en hellinginstellingen voor zoveel aanvul-
lende segmenten als gewenst; mijn geheugenoe-
feningen kunnen tot 40 segmenten bevatten. Als u
zoveel segmenten als gewenst heeft toegevoegd,
drukt u twee keer op de stopknop. Om de lengte
van de oefening te verminderen drukt u twee
keer op de Stoptoets op het moment waarop u de
oefening wilt beëindigen.
Om op elk mogelijk ogenblik met de oefening te
stoppen drukt u op de toets Stop. Druk op de
Starttoets om de oefening te hervatten. De loop-
band begint bij ongeveer 2 km/uur te bewegen, Als
het volgende onderdeel van de oefening begint, zal
de loopband zich automatisch aanpassen aan de
snelheid en hellinginstelling voor dat volgende on-
derdeel.
4. Selecteer een weergavemodus en controleer de
vooruitgang op het display.
Zie stap 5 op pagina 16.
5. eet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op pagina 16.
6. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Zie stap 7 op pagina 16.

Other manuals for 17.0 Treadmill

3

This manual suits for next models

2

Other NordicTrack Treadmill manuals

NordicTrack NTL15008.0 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL15008.0 User manual

NordicTrack T12 Si Cwl Treadmill System manual

NordicTrack

NordicTrack T12 Si Cwl Treadmill System manual

NordicTrack NCTL09993 User manual

NordicTrack

NordicTrack NCTL09993 User manual

NordicTrack COMMERCIAL X 22 i User manual

NordicTrack

NordicTrack COMMERCIAL X 22 i User manual

NordicTrack NTL12940 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL12940 User manual

NordicTrack C100 User manual

NordicTrack

NordicTrack C100 User manual

NordicTrack NTTL90081 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTTL90081 User manual

NordicTrack NTL11806.2 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL11806.2 User manual

NordicTrack T12 Si Cwl Treadmill User manual

NordicTrack

NordicTrack T12 Si Cwl Treadmill User manual

NordicTrack NTL23920 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL23920 User manual

NordicTrack NTL19010.1 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL19010.1 User manual

NordicTrack 831.25044.0 User manual

NordicTrack

NordicTrack 831.25044.0 User manual

NordicTrack C2500 Treadmill User manual

NordicTrack

NordicTrack C2500 Treadmill User manual

NordicTrack T15.0 Treadmill User manual

NordicTrack

NordicTrack T15.0 Treadmill User manual

NordicTrack NTTL11903 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTTL11903 User manual

NordicTrack APEX6100 NTTL24992 User manual

NordicTrack

NordicTrack APEX6100 NTTL24992 User manual

NordicTrack E 400 User manual

NordicTrack

NordicTrack E 400 User manual

NordicTrack NTL99115.1 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL99115.1 User manual

NordicTrack C 2300 NCTL12940 User manual

NordicTrack

NordicTrack C 2300 NCTL12940 User manual

NordicTrack NTTL11990 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTTL11990 User manual

NordicTrack NTL12941 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL12941 User manual

NordicTrack 831.29882 User manual

NordicTrack

NordicTrack 831.29882 User manual

NordicTrack NETL90716.0 User manual

NordicTrack

NordicTrack NETL90716.0 User manual

NordicTrack NTL60011.0 User manual

NordicTrack

NordicTrack NTL60011.0 User manual

Popular Treadmill manuals by other brands

Pro-Form Crosswalk 425 X PMTL32706.0 user manual

Pro-Form

Pro-Form Crosswalk 425 X PMTL32706.0 user manual

Pro-Form 3.6 Treadmill Manuel de l'utilisateur

Pro-Form

Pro-Form 3.6 Treadmill Manuel de l'utilisateur

cecotec DRUMFIT WAYHOME 1400 SPRINT instruction manual

cecotec

cecotec DRUMFIT WAYHOME 1400 SPRINT instruction manual

Pro-Form 700 Zlt Cwl Treadmill Bedienungsanleitung

Pro-Form

Pro-Form 700 Zlt Cwl Treadmill Bedienungsanleitung

Pro-Form TRAILRUNNER 2.0 user manual

Pro-Form

Pro-Form TRAILRUNNER 2.0 user manual

Pro-Form Pro 2000 user manual

Pro-Form

Pro-Form Pro 2000 user manual

Pro-Form 1050t Treadmill manual

Pro-Form

Pro-Form 1050t Treadmill manual

ICON Health & Fitness PRO-FORM PRO 2000 user manual

ICON Health & Fitness

ICON Health & Fitness PRO-FORM PRO 2000 user manual

Body Craft EXP Faq

Body Craft

Body Craft EXP Faq

Pro-Form 831.299263 user manual

Pro-Form

Pro-Form 831.299263 user manual

Pro-Form 7.15Q Manual Del Usuario

Pro-Form

Pro-Form 7.15Q Manual Del Usuario

Life Gear 98105 owner's manual

Life Gear

Life Gear 98105 owner's manual

Horizon Fitness T74 user guide

Horizon Fitness

Horizon Fitness T74 user guide

York Fitness t501 owner's manual

York Fitness

York Fitness t501 owner's manual

MuscleSquad P200 Assembly & user manual

MuscleSquad

MuscleSquad P200 Assembly & user manual

Salter PT-297 owner's manual

Salter

Salter PT-297 owner's manual

Precor M9.21i owner's manual

Precor

Precor M9.21i owner's manual

Reebok T3.2 user manual

Reebok

Reebok T3.2 user manual

manuals.online logo
manuals.online logoBrands
  • About & Mission
  • Contact us
  • Privacy Policy
  • Terms and Conditions

Copyright 2025 Manuals.Online. All Rights Reserved.