Zehnder Rittling ComfoControl Luxe User guide

ComfoControl Luxe
Installateurshandleiding
Installers manual
Installations Anleitung

NL I
Alle rechten voorbehouden.
Bij de samenstelling van deze handleiding is uiterste zorg betracht, de uitgever kan echter
niet verantwoordelijk worden gehouden voor enige schade ontstaan door het ontbreken of
onjuist vermelden van informatie in deze handleiding.

II NL
Inhoudsopgave
VOORWOORD
1. Inleiding en Veiligheid ................................................................................... 1
2. Controle van levering .................................................................................... 2
3. Installatievoorwaarden................................................................................... 2
4. Installatie ........................................................................................................ 3
4.1 Montage aan de wand ............................................................................... 3
4.2 Bedrading .................................................................................................. 3
5. In bedrijf nemen ............................................................................................. 4
5.1 Gebruik van de ComfoControl Luxe .......................................................... 5
5.2 P-menu’s ventilatie-unit ........................................................................... 11
5.3 P-menu’s Artic ......................................................................................... 19
6. Onderhoud ................................................................................................... 20
7. Storingen ...................................................................................................... 20
8. Garantie en aansprakelijkheid ................................................................... 23

NL 1
VOORWOORD
Leest u de handleiding vóór ge-
bruik zorgvuldig door.
De handleiding bevat alle informatie
die bijdraagt aan een veilige en opti-
male installatie, bediening en onder-
houd van de CC Luxe. Het apparaat
is onderworpen aan voortdurende
ontwikkeling en verbetering. Hierdoor
bestaat er de mogelijkheid dat de
ComfoControl Luxe enigszins afwijkt
van de omschrijvingen. Deze handlei-
ding is gebaseerd op softwareversie
3.07.
Toegepaste pictogrammen
In deze handleiding komen de navol-
gende pictogrammen voor:
Punt van aandacht.
Gevaar voor:
- schade aan het apparaat;
- niet optimale werking van het ap-
paraat bij het niet zorgvuldig uit-
voeren van de instructies.
Vragen
Voor vragen kan er contact worden
opgenomen met de leverancier.
Achterin deze handleiding bevindt
zich een lijst met contactgegevens
van de belangrijkste leveranciers.
1 Inleiding en veiligheid
Waarvoor dient deze bediening?
Met de ComfoControl Luxe, verder
te noemen CC Luxe, kan een balans-
ventilatiesysteem met warmteterug-
winning op een makkelijke en comfor-
tabele manier bediend worden.
De CC Luxe wordt meestal in de
woonkamer aan de muur geplaatst.
De CC Luxe geeft alle belangrijke in-
formatie weer over de ventilatie-unit
dat ermee wordt bedient.
In de installateurs handleiding van de
ventilatie-unit is meer terug te vinden
over ventileren en de werking van de
ventilatie-unit. Een kopie van deze
handleiding is te verkrijgen bij de le-
verancier van de ventilatie-unit.
Veiligheidsvoorschriften
Neem steeds de veiligheidsvoor-
schriften in deze handleiding in acht.
Indien de veiligheidsvoorschriften,
waarschuwingen, opmerkingen en
instructies niet worden opgevolgd
kan dit leiden tot persoonlijk letsel of
schade aan de CC Luxe.
mag de CC Luxe monteren, in-
stalleren en in bedrijf nemen.
dient uitgevoerd te worden over-
eenkomstig de algemene en
plaatselijk geldende bouw-, vei-
ligheids- en installatievoorschrif-
ten van gemeente, elektriciteits-
en waterleidingsbedrijf.
-
rende de gehele levensduur in de
nabijheid van de CC Luxe.

2 NL
2 Controle van levering
Neem direct contact op met de leve-
rancier bij constatering van schade of
het niet compleet zijn van de levering.
Tot de levering behoren:
Transport en uitpakken
Neem de nodige voorzichtigheid in
acht tijdens het transporteren en uit-
pakken van de CC Luxe.
Zorg dat het verpakkingsmateriaal
op een milieuvriendelijke manier
wordt afgevoerd.
3 Installatievoorwaarden
de CC Luxe in een bepaalde ruimte
mogelijk is, moet er rekening gehou-
den worden met de volgende aspec-
ten:
-
ven de vloer in een verblijfsruimte
geplaatst worden en toegankelijk
zijn voor de gebruiker.
-
plaatst worden, dat er voldoende
luchtcirculatie is. Met andere
woorden, niet achter een kast of
in een hoek, enzovoorts.
-
bijheid van warmtebronnen, zoals
radiatoren, TV-toestellen, lampen,
enzovoorts, geplaatst worden.
-
den.
-
bijheid van koudebronnen, zoals
koude waterleidingen of onver-
-
derverwarmde verblijfsruimten in
de woning aan de andere kant
van deze wanden), enzovoorts,
geplaatst worden.
volgende voorzieningen aanwezig
te zijn:
– 12Vdc voedingsspanning
vanuit de ventilatie-unit.
– A/B communicatie kabel van-
uit de ventilatie-unit.
moet worden aangesloten moet
minimaal voldoen aan de volgen-
de eisen:
– Kabel lengte: maximaal 40 m
– Kabeltype: afgeschermd
YST-Y 2x2x0,34 mm2

NL 3
4 Installatie
4.1 Montage aan de wand
De CC Luxe kan met behulp van zijn
ophangbeugel worden gemonteerd
aan een wand of inbouwdoos in de
wand.
3
1
2
1. Bevestig de ophangbeugel aan
de wand.
In de ophangbeugel zitten 5 gaten
voor de bevestiging.
2. Sluit de CC Luxe aan op de venti-
latie-unit.
3. Hang de CC Luxe op de ophang-
beugel door deze erop te schui-
ven.
4. Zet de CC Luxe aan de onderkant
vast met de schroef.
4.2 Bedrading
Voor het aansluiten of afkoppelen
van de CC Luxe moet de ventilatie-
unit volledig worden uit gescha-
keld. Dit zodat er geen spanning
meer kan komen te staan op de in
en uitgang van de CC Luxe.
Aansluiting op de ventilatie-
unit
De CC Luxe moet worden aangeslo-
ten op de luxe connectorprint van de
ventilatie-unit. Deze connectorprint
bevindt zich aan de bovenzijde van
de ventilatie-unit.
De kabelspecificatie is:
minimaal afgeschermd YST-Y 2x2x0,34
mm2van maximaal 40 m.
De CC Luxe dient als volgt te worden
aangesloten op de ventilatie-unit:
1. Bevestig de ‘CCa’ connector van
de ventilatie-unit op de ‘Comm -
RS485 - A’ connector van de CC
Luxe.
2. Bevestig de ‘CCb’ connector van
de ventilatie-unit op de ‘Comm -
RS485 - B’ connector van de CC
Luxe.
3. Bevestig de ‘GND’ connector van
de ventilatie-unit op de ‘Power -
12Vdc - Negatieve pool’ connec-
tor van de CC Luxe.
4. Bevestig de ‘12V’ connector van
de ventilatie-unit op de ‘Power -
12Vdc - Positieve pool’ connector
van de CC Luxe.
Open Comm Power Relay Relay Temp.
Sens
Therm RS 485 12Vdc 1 2
* * A B - + * * * *
CC Luxe Ventilatieunit

4 NL
Aansluiting van externe
temperatuursensor
De temperatuursensor specificatie
is: NTC 10 KΩ(niet standaard gele-
verd).
De externe temperatuursensor is
optioneel. Normaliter wordt de bin-
nentemperatuur gemeten door een
Luxe). Het is echter ook mogelijk de
binnentemperatuur te meten met
een externe temperatuursensor. Dat
wordt met name gedaan als de CC
Luxe niet in de verblijfruimte komt te
hangen waar de binnentemperatuur
daadwerkelijk gemeten moet worden,
het voorkomen dat omgevingsvaria-
belen, denk aan de muurwarmte, een
goede temperatuurmeting beïnvloe-
den. Een externe temperatuursensor
in de woonkamer, die aangesloten
moet worden op de printplaat aan de
achterkant van de CC Luxe, biedt dan
uitkomst.
Een externe temperatuursensor dient
als volgt te worden aangesloten op de
ventilatie-unit:
1. Bevestig de temperatuursensor
op de ‘Relay 2’ connector van de
CC Luxe.
2. Plaats de beide jumpers op de
van de temperatuursensor) naar
5. In bedrijf nemen
Af-fabriek staan veel instellingen van
de CC Luxe al goed. Toch kan het
wenselijk zijn om een aantal zaken
aan te passen.
de ventilatie-unit waarop de CC Luxe
is aangesloten in bedrijf genomen
worden. Dit kan gedaan worden via
de P-menu’s in het menu Instellingen
> Service Login. In deze P-menu’s
kunnen diverse instellingen gekozen
worden voor de ventilatie-unit.
Hieronder wordt een overzicht gege-
ven van de mogelijk beschikbare P-
menu’s:
Menu Mogelijkheden
P1
P2 Instellen van tijdvertragingen
P3 Instellen van ventilatiestan-
den
P4
P5 Instellen van aanvullende
regelingen
P7
-
matie)
P8 Instellen van 0-10V ingangen
P9
Open Comm Power Relay Relay Temp.
Sens
Therm RS 485 12Vdc 1 2
* * A B - + * * * * CC Luxe
Temperatuursensor
Jumpers Links: Temp. Senso
Jumpers Rechts: Relay 2

NL 5
5.1 Gebruik van de CC Luxe
In het onderstaande overzicht wordt kort toegelicht welke zaken afgelezen kunnen
worden op de CC Luxe.
Indien de functie niet
omringt is door
is de functie niet actief
Naar SYSTEM STATUS
scherm (voor systeemge-
gevens en foutmeldingen)
Dag en tijd
ComfoHood
AAN (=donker) of
UIT (=licht) zetten
Naar schermen waar
overige instellingen
gemaakt kunnen worden
Systeemstatus
en storingsmeldingen
Actuele ventilatiestand
(instelbaar in MAN-bedrijf)
Klep EnergieWarmte
Terugwinning open
Bypass
OPEN [= ]
of bypass DICHT [= ]
Energie-
Warmte-Terug-
winning aangemeld
Indien de functie niet
omringt is door
is de functie niet actief
Automatische of (=AUTO)
handmatige (=MAN)
ventilatie ingeschakeld
Actuele binnentemperatuur
en knop voor instellen
van comforttemperatuur
en Artic aansturing
Actuele buitentemperatuur
Externe 0-10V analoge
regeling actief
A
Toevoer
van lucht OPEN (= )
of DICHT (= ) zetten
ComfoCool (= ),
naverwarmer (= ) en/of
ComfoHood(= ) ingeschakeld
Afvoer
van lucht OPEN (= ) of
DICHT (= ) zetten
Automatische of
handmatige ventilatie
AAN (=donker) of
UIT (=licht) zetten
ComfoHood
Het bedieningspaneel van de CC Luxe heeft een touch screen. Alle instellingen kunnen
dus door middel van vingeraanraking opgevraagd, doorgevoerd en bevestigd worden.
Als een functie of apparaat niet is
aangemeld zullen de bijbehorende
knoppen en/of symbolen niet wor-
den afgebeeld.
Zolang de openhaardregeling ge-
activeerd is of een Artic aangemeld
is kan de toevoer en afvoer venti-
lator niet handmatig worden uitge-
schakeld.
Als de CC Luxe 30 seconden lang
niet bedient wordt keert deze au-
tomatisch terug naar het hoofd-
scherm. Gemaakt instellingen wor-
den hierbij ook opgeslagen.
Met de CC Luxe kunnen de volgende
zaken ingesteld en afgelezen worden:
- Het instellen van een tijdvertra-
ging voor enkele ventilatierege-
- Het instellen van een tempera-
- Het instellen van weer te geven
- Het instellen van de P-menu’s
- Het instellen van een eigen venti-
- Het instellen van een eigen tem-
- Het in- en uitschakelen van de
- Het instellen van de comforttem-

6 NL
- Het in- en uitschakelen van de
- Het in- en uitschakelen van de
In de volgende paragrafen worden de
belangrijkste van de bovengenoemde
zaken kort toegelicht. De zaken die
niet toegelicht worden zijn terug te
vinden in de gebruikers handleiding.
Systeeminstellingen
In het 1e scherm van menu systeem-
instellingen kunnen de volgende in-
stellingen worden gemaakt:
- Scherm instellingen van de CC
- Dag en tijd instellingen van de
- Tijdvertragingen.
In het 2e scherm van menu systeem-
instellingen kunnen de volgende in-
stellingen worden gemaakt:
voor de installateur via de Service
Login).
3
Het systeeminstellingen menu is op
de volgende manier bereikbaar:
1. Druk op Instellingen.
2. Druk op Systeem.
3. Druk op ‘ ‘ om te schakelen
tussen de twee schermen.
Door op de «DAG en TIJD» in de
rechter bovenhoek van het scherm
te drukken kom je direct in het
menu Tijdinstelling en hiermee dus
in het 1e scherm van menu sys-
teeminstellingen.
Met de aanwezige pijltjes in de rech-
terhelft van het menu scherm kunnen
instellingen worden gewijzigd. Gewij-
zigde instellingen worden altijd direct
opgeslagen.
Het menu kan worden verlaten door
op ‘ ’ in de rechter bovenhoek van
het scherm te drukken.
Temperatuurcorrectie instellen
Het is mogelijk om de afgebeelde bin-
nentemperatuur op het hoofdscherm
-
ken van de daadwerkelijk gemeten
temperatuur. Hiermee kan de CC Luxe
zo worden ingesteld dat deze de-
zelfde temperatuur weergeeft als de
kamerthermostaat. Hiervoor moet in
het menu Instellingen > Systeem > T
Correctie de gewenste afwijking in ºC
-
de afwijking wordt in een rechthoekje
de temperatuur weergegeven die zal
verschijnen op het hoofdscherm.
Temperatuur
Show All

NL 7
Temperaturen weergeven
-
creen worden twee temperaturen
weergegeven:
Er kan ook voor worden gekozen om
geen temperaturen weer te geven of
om alleen de binnentemperatuur weer
te geven. Hiervoor bevindt zich een
knop onderaan het scherm van het T
Systeem > T Correctie). Deze knop
kan als volgt worden ingesteld:
zichtbaar.
-
peratuur is zichtbaar.
onzichtbaar.
Ventilatieprogramma instellen
Het ingestelde ventilatieprogram-
ma werkt alleen als de CC Luxe in
AUTO modes is ingesteld.
Af-fabriek heeft de ventilatie-unit een
zijn ventilatieprogramma.
Indien gewenst kan het standaard
ventilatieprogramma worden aange-
past aan de bewoners ventilatiebe-
hoeften. Denk bijvoorbeeld aan een
week- en weekendprogramma.
Het ventilatieprogramma kan in menu
Instellingen > Ventilatie worden inge-
steld.
Het ventilatieprogramma is op de vol-
gende manier bereikbaar:
1. Druk op Instellingen.
2. Druk op Ventilatie.
Elke dag moet afzonderlijk worden
geprogrammeerd. Aan de linker kant
van het scherm kan een dag worden
gekozen. Aan de rechterkant kant van
het scherm kan de gewenste ventila-
tieprogramma worden ingesteld met
behulp van de aanwezige pijltjes.
De gewenste tijden kunnen ook op de
minuut nauwkeurig worden ingesteld.
Druk hiervoor op de ingestelde tijd
bovenin het scherm. Er verschijnt nu
een nieuw scherm waarin de gewens-
te minuut met behulp van de pijltjes
kan worden ingesteld.
om een ingestelde dag naar een an-
dere dag te kopiëren:
1. Kies de dag die gekopieerd moet
worden.
3. Kies de dag waar de kopie heen
moet.
Het menu kan worden verlaten door
op ‘ ’ in de rechter bovenhoek van
het scherm te drukken.
Als het minuten instelscherm open
staat moet deze altijd eerst geslo-
ten worden voordat het ventilati-
einstellingen menu afgesloten kan
worden met ‘ ’.
Bij een Fabrieksreset zal het stan-
daard ventilatieprogramma (stand
2) weer worden ingeladen.

8 NL
Temperatuurprogramma
instellen
Het ingestelde temperatuurpro-
gramma werkt alleen als de CC
Luxe in AUTO modes is ingesteld.
Af-fabriek heeft de ventilatie-unit een
in zijn temperatuurprogramma.
Indien gewenst kan het standaard
temperatuurprogramma worden aan-
gepast aan de bewoners tempera-
tuurbehoeften. Denk bijvoorbeeld aan
een week- en weekendprogramma.
Het temperatuurprogramma kan in
menu Instellingen > Temperatuur wor-
den ingesteld.
Het temperatuurprogramma is op de
volgende manier bereikbaar:
1. Druk op Instellingen.
2. Druk op Temperatuur.
Elke dag moet afzonderlijk worden
geprogrammeerd.
Aan de linker kant van het scherm
kan een dag worden gekozen. Aan de
rechterkant kant van het scherm kan
de gewenste temperatuurprogramma
worden ingesteld met behulp van de
aanwezige pijltjes.
De gewenste tijden kunnen ook op de
minuut nauwkeurig worden ingesteld.
Druk hiervoor op de ingestelde tijd
bovenin het scherm. Er verschijnt nu
een nieuw scherm waarin de gewens-
te minuut met behulp van de pijltjes
kan worden ingesteld.
om een ingestelde dag naar een an-
dere dag te kopiëren:
1. Kies de dag die gekopieerd moet
worden.
3. Kies de dag waar de kopie heen
moet.
Het menu kan worden verlaten door
op ‘ ’ in de rechter bovenhoek van
het scherm te drukken.
Als het minuten instelscherm open
staat moet deze altijd eerst geslo-
ten worden voordat het tempera-
tuurinstellingen menu afgesloten
kan worden met ‘ ’.
Bij een Fabrieksreset zal de stan-
daard comforttemperatuur (20ºC)
weer worden ingeladen.
Service login
Toegang krijgen tot P-menu’s
De P-menu’s zijn beveiligd met een in-
logcode zodat deze alleen toeganke-
lijk zijn voor de installateur. P-menu’s
die wel voor de gebruiker zijn bedoeld
worden ongemerkt ingesteld door het
normale gebruik van de CC Luxe.

NL 9
De inlogcode is “3520” en kan wor-
den ingetoetst in het menu Instellin-
gen > Systeem > Service login.
Instellingen maken in P-menu’s
Na het succesvol inloggen in de Ser-
vice login verschijnt het Installatie
menu welke toegang geeft tot de ver-
schillende P-menu’s.
1
2
1. Bovenaan het scherm staat de
naam van het afgebeelde menu.
2. De geselecteerde optie is altijd wit
omkaderd.
3. Met “ ” en “ ”kan een an-
dere optie/instelling worden ge-
selecteerd.
-
teerde optie geactiveerd.
5. Met “ ” worden gemaakt instel-
lingen opgeslagen en verschijnt
het voorgaande menu.
deze functioneel is. Bij uitleesmenu’s
aanwezig zijn aangezien hier geen
waardes ingesteld kunnen worden.
“Installatie Artic” wordt geselecteerd.
Terugkeren naar hoofdscherm
1. Ga met “ ” terug naar het Instal-
latie Menu.
2. Druk daar nogmaals op “ ”.
- De CC Luxe keert vrijwel met-
een terug naar het hoofdscherm.
Echter, na een Fabrieksreset
systeem opnieuw moet initialise-
ren.
De CC Luxe keert na 5 minuten
automatisch terug naar het hoofd-
scherm.

10 NL
5.2 P-Menu’s ventilatiesysteem
De CC Luxe wordt gezien als een digitale 3-standenschakelaar.
Menu’s zonder minimum en maximum waarde zijn uitleesmenu’s.
Menu P1 Status van regelingen
Status
Submenu Omschrijving Geactiveerd
P10 Menu 20 op dit moment actief?
P11 Menu 21 op dit moment actief?
P12 Menu 22 op dit moment actief?
P13 Menu 23 op dit moment actief?
P14 Menu 24 op dit moment actief?
P15 Menu 25 op dit moment actief?
P19 Menu 29 op dit moment actief?
Menu P2 Instellen van tijdvertragingen
Submenu Omschrijving Mini-
mum
Maximum Fabrieksreset
P20
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een bedrade
ComfoHood met
temperatuursensor.
Uitschakelvertraging voor de
ComfoHoodregeling.
de ComfoHoodschakelaar gaat de
ventilatie-unit terug naar de -
MAALSTAND.
0 Min. 180 Min. 0 Min.
P21
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een bedrade
schakelaar en als
deze voorzien zijn
van een 2escha-
kelaar in de bad-
kamer.
Inschakelvertraging voor de badkamer-
gaan).
badkamerschakelaar gaat de ventila-
tie-unit naar de .
- Laagspanningsingang
0 Min. 15 Min. 0 Min.

NL 11
Submenu Omschrijving Mini-
mum
Maximum Fabrieksreset
P22
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een bedrade
schakelaar en als
deze voorzien zijn
van een 2escha-
kelaar in de bad-
kamer.
Uitschakelvertraging voor de badkamer-
te gaan).
badkamerschakelaar gaat de ventila-
tie-unit terug naar de norm aalstand.
- Laagspanningsingang
0 Min. 120 Min. 30 Min.
P23
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een bedrade
3-standenschake-
laar.
Uitschakelvertraging voor ventilatie-
stand 3.
inschakelen van ventilatiestand
automatisch terug naar de normale
ventilatiestand.
Als binnen de nalooptijd een 3-standen-
schakelaar wordt bediend gaat de venti-
latie-unit onmiddellijk naar de ingestelde
ventilatiestand.
0 Min. 120 Min. 0 Min.
P24 Filterwaarschuwing
Hier kan de gebruiker aangeven
wanneer de “filter vuil” melding
moet verschijnen.
10 weken
P25
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een RF scha-
kelaar.
Uitschakelvertraging voor ventilatie-
D
minuten naar de en
schakelt dan automatisch terug naar
de normale ventilatiestand.
Als binnen de nalooptijd een 3-standen-
schakelaar wordt bediend gaat de venti-
latie-unit onmiddellijk naar de ingestelde
ventilatiestand.
1 Min. 20 Min. 10 Min.

12 NL
Submenu Omschrijving Mini-
mum
Maximum Fabrieksreset
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een RF scha-
kelaar.
Uitschakelvertraging voor ventilatie-
De ventilatie-unit gaat na het LANG
minuten naar de en
schakelt dan automatisch terug naar
de ingestelde stand.
Als binnen de nalooptijd een 3-standen-
schakelaar wordt bediend gaat de venti-
latie-unit onmiddellijk naar de ingestelde
ventilatiestand.
1 Min. 120 Min. 30 Min.
P27 Tijd voor de Tijdelijk Hoogstand.
van ventilatiestand 3 “ ” minu-
ten naar de hoogstand en schakelt
dan automatisch terug naar de nor-
male ventilatiestand.
Als binnen de nalooptijd een 3-standen-
schakelaar wordt bediend gaat de venti-
latie-unit onmiddellijk naar de ingestelde
ventilatiestand.
0 Min. 120 Min. 30 Min.
P29
Noot:
Alleen van toepas-
sing op installaties
met een bedrade
ComfoHood met
temperatuursensor.
Instelling van de ComfoHoodventila-
tiestanden.
wordt kunnen de ComfoHoodven-
tilatiestanden met een x-% hoger
ingesteld worden dan de overeenko-
mende ‘normale’ ventilatiestanden.
1% 99% 10%
Menu P3 Instellen van ventilatieregelingen
Waarden ventilatieregelingen
Submenu Omschrijving Minimum Maximum Fabrieksreset
P30
van de afvoerventilator in afwezig-
heidsstand.
0% of 15% 97% nL / HL
15% / 15%
P31
van de afvoerventilator in laag-
stand.
98% nL / HL
35% / 40%

NL 13
P32
%) van de afvoerventilator in mid-
denstand.
17% 99% nL / HL
50% / 70%
P33
van de afvoerventilator in hoog-
stand.
18% 100% nL / HL
70% / 90%
P34
van de toevoerventilator in afwe-
zigheidsstand.
0% of 15% 97% nL / HL
15% / 15%
P35
%) van de toevoerventilator in
laagstand.
98% nL / HL
35% / 40%
van de toevoerventilator in mid-
denstand.
17% 99% nL / HL
50% / 70%
P37
van de toevoerventilator in hoog-
stand.
18% 100% nL / HL
70% / 90%
P38
afvoerventilator.
- - Actuele %
P39
toevoerventilator.
- - Actuele %
Menu P4 Aflezen van temperaturen
Waarden temperaturen
Submenu Omschrijving Minimum Maximum Fabrieksreset
P40
(Optioneel)
Actuele waarde van tah
- - Actuele oC
P41 Comforttemperatuur 12 oC 28 oC 20 oC
P44
(Optioneel)
Actuele waarde van tCh
- - Actuele oC
P45 Actuele waarde van T1
- - Actuele oC
Actuele waarde van T2
- - Actuele oC
P47 Actuele waarde van T3
- - Actuele oC
P48 Actuele waarde van T4
- - Actuele oC
P49
(Optioneel)
Actuele waarde tge
t.b.v. bodemwisselaar)
- - Actuele oC

14 NL
Menu P5 Instellen van aanvullende regelingen
Waarden aanvullende regelingen
Submenu Omschrijving Minimum Maximum Fabrieksreset
P50 Activering van de
openhaardregeling.
0
P51
(Optioneel)
Aanwezigheid van
een vorstvrij element opgeven.
0
P52
(Optioneel)
Instelling van de
vorstvrij regeling.
•
•
•
•
0 3 2
Noot:
Bij EXTRA ZEKER REGELEN
deze stand biedt dus de meeste zekerheid voor het behoud van balansventila-
balansventilatie.
Bij de ingebruikname van de de ventilatie-unit kan de vorstvrij regeling meestal
op stand 2: -
°C of zelfs nog kouder) kan voor stand 1: zeker regelen of zelfs stand 0: extra
ZEKER REGELEN gekozen worden.
P53
(Optioneel)
Aanwezigheid van een ComfoHood
met aangesloten temperatuursensor
opgeven.
0
Noot:
kunnen de ComfoHoodventilatiestanden worden ingesteld in P29.
P54 Aanwezigheid van een bypass opge-
ven.
1
De ventilatie-unit is standaard uitgerust met een bypass. Laat de waar-
de dus op ‘1’ staan.
P55
(Optioneel)
Aanwezigheid van een naverwarmer
opgeven.
wordt gestuurd met een Pulse
-
naal.
0

NL 15
Waarden aanvullende regelingen
Submenu Omschrijving Minimum Maximum Fabrieksreset
Instelling van de benodigde
luchthoeveelheid voor de woning.
nL HL HL
Noot: Het instellen van de luchthoeveelheid is het vertrekpunt voor het
P57 Instelling van het type ventilatie-unit.
Li Re Li
Noot:
Af fabriek is de ventilatie-unit goed ingesteld.
Deze instelling gaat verloren bij een fabrieksreset en zal daarna dus op-
nieuw moeten worden ingesteld. De juiste instelling is terug te vinden
op het typeplaat van de ventilatie-unit.
P58 Prioriteiten van de regeling opgeven .
INCLUSIEF de signalen van de
EXCLUSIEF de signalen van de
0 1 0
P59
(Optioneel)
Aanwezigheid van een enthalpiewis-
selaar opgeven.
met RH sensor
zonder RH sensor.
0
Als wordt gekozen voor de enthalpiewisselaar zonder sensor wordt
de beveiligingsregeling niet toegepast en zullen de storingsmeldingen
EA1 & EA2 nooit optreden.

16 NL
Menu P6 Instellen van aanvullende regelingen (Optioneel)
Waarden aanvullende regelingen
Submenu Omschrijving Mini-
mum
Maximum Fabrieksreset
Aanwezigheid van een bodemwisselaar
aanwezig.
0
Bij een bodemwisselaar zonder klep moet worden gekozen voor de stand
ongeregelde bodemwisselaar zodat de bypass klep van de ventilatie-
unit blijft functioneren.
Instelling van percentage dat de toevoer-
ventilator moet optoeren bij een geopen-
0% 99% 0%
t.b.v. bodemwisselaar), laag
0% 15% 7%
Noot: De bodemwisselaar klep zal open gaan als de temperatuur onder de
ingestelde temperatuur is. De bodemwisselaar klep zal dicht gaan als de tem-
peratuur boven de ingestelde temperatuur is.
De bodemwisselaar klep zal alleen reageren als de ventilatie-unit in
t.b.v. bodemwisselaar), hoog
10% 25% 23%
Noot: De bodemwisselaar klep zal open gaan als de temperatuur boven de
ingestelde temperatuur is. De bodemwisselaar klep zal dicht gaan als de tem-
peratuur onder de ingestelde temperatuur is.
De bodemwisselaar klep zal alleen reageren als de ventilatie-unit in
Zomermode is.
gewenst
5% 40% 18%
Noot: De naverwarmer zal worden uitgeschakeld als de ingestelde temperatuur
is bereikt.

NL 17
Menu P7 Aflezen van storingen (en systeeminformatie)
Waarden (storings)informatie
Submenu Omschrijving Minimum Maximum Fabrieksreset
P70 Actuele softwareversie. Versienummer van software
P71 Laatste storing. Code conform alarm- en
storingsindicatie
P72 Eén na laatste storing Code conform alarm- en
storingsindicatie
P73 Twee na laatste storing. Code conform alarm- en
storingsindicatie
P74
”.
0 1
0
P75 Fabrieksreset
”.
Alle oorspronkelijke softwareinstellingen worden
na een fabrieksreset weer ingesteld.
0 1
0
Noot:
Na een algehele reset vraagt de ventilatie-unit om “nL / HL” (zie P56) en “Li / Re”
(zie P57) opnieuw in te stellen.
Na een algehele reset zullen alle instellingen en regelingen moeten worden ge-
controleerd en op de juiste waarde worden ingesteld.
Zelftest van de ventilatie-unit. 0 1
0
Noot:
P77 Reset Filtervuiltijd teller. 0 1
0
Noot:
de ventilatie-unit veroorzaakt. Zo kan de
Other manuals for ComfoControl Luxe
2
Table of contents
Languages:
Other Zehnder Rittling Thermostat manuals