ETNA SMV620 User manual

HANDLEIDING
INSTRUCTIONS FOR USE
MAGNETRON
MICROWAVE
SMV620

NL Handleiding NL 3 - NL 25
EN Instructions for use EN 3 - EN 25
Gebruikte pictogrammen - Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important information
Tip

NL 3
INHOUD
Uw magnetron
Inleiding 4
Toestelbeschrijving 5
Bedieningspaneel 6
Eerste gebruik
Vóór het eerste gebruik 8
Plaatsing 8
De magnetron gebruiken 8
Richtlijnen voor magnetronkookgerei 9
Bediening
Let op! 11
De klok instellen 11
Snelle start 12
Einde 12
Het vermogen instellen 13
Ontdooien 14
Automatische programma’s 15
Uitgestelde start 16
Fase koken 17
Kinderslot 18
Kooktips
Opwarmen en koken / Ontdooien 19
Factoren die van invloed zijn op het kookproces 20
Basistechnieken 20
Koken van groente / Koken van vis 21
Onderhoud
Het toestel reinigen 22
Storingen
Problemen oplossen 23
Vonken in de magnetron 23
Technische specificaties
Productspecificaties 24
Milieuaspecten
Afvoer van het apparaat en de verpakking 25

NL 4
UW MAGNETRON
Inleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor deze Etna magnetron. In het ontwerp van dit product heeft
eenvoudige bediening en optimale gebruiksvriendelijkheid centraal gestaan.
In deze handleiding leest u hoe u deze magnetron het best kunt gebruiken. Naast informatie over
de bediening, vindt u hier ook achtergrondinformatie die u tijdens het gebruik van het apparaat
van pas kan komen.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies voordat u
het apparaat gaat gebruiken!
Lees deze gebruikershandleiding door voordat u het apparaat in gebruik neemt, en berg de
handleiding daarna veilig op voor toekomstig gebruik.

NL 5
UW MAGNETRON
Toestelbeschrijving
1. Deur
2. Handgreep deur
3. Bedieningspaneel
4. Deurvergrendelingshaken
5. Binnenruit
6. Glazen draaiplateau
7. Geleidering
8. Aandrijving
Let op!
De magnetron mag niet gebruikt worden zonder geleidering en draaiplateau. Het
draaiplateau moet met de uitsparing voor de aandrijving naar beneden geplaatst worden.
4 5 6 7 8
1 32

NL 6
Bedieningspaneel
1. Display met alle symbolen
2. Vermogentoets
3. ‘Uitgestelde start’ toets / Kloktoets /
Ontdooitoets
4. Sneltoets / Starttoets
5. Pauzetoets / Stoptoets
6. Instelknop (Auto/Enter/Tijd/Gewicht)
Vermogentoets
Druk (meerdere keren) op de toets om het vermogen in te stellen.
‘Uitgestelde start’ toets / Kloktoets / Ontdooitoets
• Een uitgestelde start instellen.
• De klok instellen.
• Druk eenmaal/tweemaal/driemaal op de toets om ontdooiprogramma d1/d2/d3 in te stellen.
UW MAGNETRON
1
2
3
4
5
6

NL 7
Sneltoets / Starttoets
• Druk eenmaal op de toets om meteen 1 minuut op vol vermogen de magnetron in te
schakelen.
• Druk, na het maken van een gewenste instelling, eenmaal op de toets om de magnetron te
starten met de vooraf gemaakte instelling.
Pauzetoets / Stoptoets
• Druk eenmaal op de toets om het koken te pauzeren (om bijvoorbeeld het voedsel om te
draaien). Druk daarna op de starttoets om het koken weer te starten.
▷In de display blijft tijdens de pauze de resterende tijd en de gekozen instelling zichtbaar.
• Druk tweemaal op de toets om het koken te stoppen.
▷In de display wordt de tijd en het kloksymbool weergegeven.
Instelknop
• Draaien; een automatisch programma selecteren.
• Draaien; de tijd instellen.
▷Linksom draaien; meteen naar 60 minuten.
▷Rechtom draaien; stappen van 10 seconden.
• Draaien; het gewicht instellen bij de ontdooiprogramma’s en de automatische programma’s.
▷Het in te stellen gewicht is afhankelijk van de gewichtsmarge behorende bij het gekozen
ontdooiprogramma.
▷Het in te stellen gewicht is afhankelijk van de voorgeprogrammeerde gewichten
behorende bij het gekozen automatische programma.
• Indrukken (Enter); de keuze bevestigen na het kiezen van een automatisch programma.
▷De knop indrukken ter bevestiging werkt alleen bij de automatische programma’s. Drukt
u op een ander moment de knop in, dan hoort een geluidssignaal en gebeurt er verder
niets.
Tip
Gedurende het koken is de tijd is aan te passen door aan de instelknop te draaien. Bij de
ontdooiprogramma’s en de automatische programma’s is dit niet mogelijk; hier staat de
tijd vast.
UW MAGNETRON

NL 8
EERSTE GEBRUIK
Vóór het eerste gebruik
• Open de deur, verwijder al het verpakkingsmateriaal en controleer de magnetron op
beschadigingen.
• Gebruik de magnetron niet als deze beschadigd is, maar neem contact op met uw
leverancier.
• Verwijder de beschermfolie van de ommanteling.
• Reinig de ovenruimte en het toebehoren met een vochtige doek. Gebruik geen schuurmiddel
of sterk geurende schoonmaakmiddelen.
• Leg eerst de geleidering en daarna het draaiplateau in het midden van de ovenruimte met
de uitsparing voor de aandrijving naar beneden.
Let op!
De magnetron mag niet gebruikt worden zonder geleidering en draaiplateau.
Plaatsing
• Plaats de magnetron op een stevige en vlakke ondergrond.
• Zorg voor voldoende ventilatie rondom de magnetron. Houd aan de bovenzijde minimaal
20 cm ruimte vrij. Houd aan de achterzijde minimaal 10 cm en aan de zijkanten minimaal
5 cm ruimte vrij.
• Dek de ventilatieopeningen niet af.
De magnetron gebruiken
Microgolven zijn hoogfrequente elektromagnetische golven. De energie maakt het mogelijk om
een gerecht te garen of op te warmen zonder de vorm of kleur aan te tasten.
Kookprincipe
• De microgolven die door de magnetron worden gegenereerd, worden gelijkmatig verspreid
door middel van een distributiesysteem. Het gerecht wordt zo gelijkmatig gegaard.
• De microgolven worden tot een diepte van ongeveer 2,5 cm door het gerecht geabsorbeerd.
Het garen gaat dan door, omdat de warmte in het gerecht wordt verspreid.
• De bereidingstijden variëren en hangen af van de schaal die u gebruikt en de
eigenschappen van het gerecht:
▷Hoeveelheid en dichtheid
▷Watergehalte
▷Begintemperatuur (wel of niet gekoeld)

NL 9
EERSTE GEBRUIK
Let op!
Het gerecht wordt van binnen gegaard door middel van warmteverspreiding. Het garen
gaat door, zelfs als u het gerecht uit de oven hebt gehaald. Rusttijden in recepten en in
dit boekje moeten daarom worden aangehouden om te zorgen voor:
• Gelijkmatige verwarming tot binnen in het gerecht.
• Gelijke temperaturen in alle delen van het gerecht.
Richtlijnen voor magnetronkookgerei
Kookgerei dat u voor de magnetronfunctie gebruikt, mag de microgolven niet blokkeren. Metalen
zoals roestvrij staal, aluminium en koper weerkaatsen microgolven. Gebruik daarom geen
metalen kookgerei. Kookgerei waarop staat aangegeven dat het magnetronbestendig is, kan
veilig worden gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie over geschikt kookgerei de volgende
richtlijnen.
Aanbevolen
Voorzichtig
Onveilig
Kookgerei Magnetron-
bestendig
Opmerkingen
Aluminiumfolie Kan in kleine hoeveelheden worden gebruikt
om te voorkomen dat bepaalde delen van het
voedsel te gaar worden. Vonkontlading kan
voorkomen als de folie zich te dicht bij de
ovenwand bevindt of als er te veel folie wordt
gebruikt.
Porselein en aardewerk Porselein, aardewerk, geglazuurd aardewerk
en ivoorporselein zijn doorgaans geschikt,
tenzij ze zijn voorzien van een metalen randje.
Wegwerpservies van
polyester of karton
Soms worden diepvriesmaaltijden verpakt in
wegwerpservies.

NL 10
Kookgerei Magnetron-
bestendig
Opmerkingen
Fastfoodverpakkingen
• Polystyreenbekers
• Papieren zakken of
krantenpapier
• Gerecycled papier of
metalen randjes
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van
voedsel. Bij oververhitting kan het polystyreen
smelten.
Kan vlam vatten.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Glaswerk
• Ovenschalen
• Fijn glaswerk
• Glazen potten
Kan worden gebruikt, tenzij voorzien van een
metalen randje.
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van
voedsel of vloeistoffen. Dun glas kan breken
of barsten bij plotselinge verhitting.
Het deksel moet worden verwijderd. Alleen
geschikt voor verwarmen.
Metaal Kan vonkontlading of brand veroorzaken.
Papier
• Borden, bekers,
keukenpapier
• Gerecycled papier
Voor korte bereidingstijden en verwarmen.
Voor het absorberen van overtollig vocht.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Kunststof Met name hittebestendig thermoplastisch
materiaal. Andere soorten plastic kunnen
kromtrekken of verkleuren bij hoge
temperaturen. Gebruik geen melamine plastic.
Kan worden gebruikt om vocht vast te
houden. Mag het voedsel niet aanraken. Wees
voorzichtig wanneer u de folie verwijdert; er
kan hete stoom ontsnappen. Alleen indien
kook- of ovenbestendig. Mag niet luchtdicht
zijn. Indien nodig inprikken met een vork.
EERSTE GEBRUIK

NL 11
Let op
Waarschuwing!
Verhitting van vloeistoffen in de magnetron kan resulteren in kookpuntvertraging. Dit
houdt in dat de vloeistof pas na verwijdering uit de magnetron heftig kan gaan koken met
het risico dat u zich brandt. Het effect van kookpuntvertraging kunt u opheffen door een
kunststof of glazen lepeltje in de vloeistof te zetten alvorens de vloeistof op te warmen in
de magnetron.
Waarschuwing!
Let op met babyvoeding:
• Schud of roer de inhoud van babyflesjes of potjes babyvoeding na verwarming.
• Controleer de temperatuur van de voeding zorgvuldig vóór consumptie om
brandwonden te voorkomen.
Waarschuwing!
Bestek en serviesgoed kunnen heet zijn na gebruik van de magnetron.
De klok instellen
1. Sluit de magnetron aan op de netspanning.
▷In de display knipperen drie keer alle symbolen. Daarna
verschijnt een knipperende ‘:’ en hoort u een geluidssignaal.
2. Houd de kloktoets even ingedrukt.
▷In de display verschijnt ‘0:00’ met een kloksymbool, de ‘0’
knippert.
3. Draai aan de instelknop om de uren in te stellen.
4. Druk weer op de kloktoets.
▷In de display knippert ‘00’.
5. Draai aan de instelknop om de minuten in te stellen.
6. Druk weer op de kloktoets of wacht 5 seconden; de tijd is
ingesteld.
▷De ingestelde tijd staat in de display.
BEDIENING

NL 12
Tip
Als alleen de tijd en het kloksymbool in de display staan, kunt u de tijd aanpassen. Door
eenmaal of tweemaal op de kloktoets te drukken gaan de uren en de minuten knipperen.
Tijdens het knipperen kunt u met de instelknop de uren en de minuten aanpassen.
Let op!
Het is ook mogelijk om meteen de magnetron te gaan gebruiken zonder vooraf eerst de
huidige tijd in te stellen. In de display staat dan voor en na het kookproces alleen een
knipperende ‘:’.
Snelle start
Als u meteen de magnetron wilt starten, zonder dat u vooraf iets hoeft in te stellen, dan kunt u
dat doen met de sneltoets.
1. Druk op de sneltoets.
▷De magnetron start meteen op vol vermogen voor 1 minuut en
in de display is de aftellende tijd te zien.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen in
de display.
2. Na 1 minuut hoort u drie geluidssignalen.
▷‘End’ verschijnt in de display.
3. Druk op de stoptoets of open de deur.
Let op!
Zorg ervoor dat er van tevoren geen instellingen zijn gemaakt; in de display is vooraf
alleen de tijd en het kloksymbool zichtbaar!
Tip
Gedurende het koken is de tijd is aan te passen door aan de instelknop te draaien.
Einde
Na afloop van elk kookproces verschijnt ‘End’ in de display en de
magnetron schakelt uit. U hoort drie geluidssignalen, om u eraan te
herinneren het voedsel uit de magnetron te halen.
• Druk op de stoptoets of open de deur.
▷In de display verschijnt weer de tijd en het kloksymbool.
BEDIENING

NL 13
Let op!
Als u niet op de stoptoets drukt of de deur opent, hoort u om de drie minuten het
geluidssignaal.
Let op!
Als u het voedsel uit de magnetron haalt voordat de ingestelde tijd verstreken is, druk
dan eenmaal op de stoptoets om de vooraf gemaakte instelling te verwijderen.
▷In de display verschijnt de tijd en het kloksymbool.
Het vermogen instellen
In de tabel ziet u uit welke magnetronvermogens u kunt kiezen en waarvoor ze geschikt zijn.
Display Vermogen Toepassing
100P 100% / 800 Watt Snel koken
80P 80% / 640 Watt Normaal koken
60P 60% / 480 Watt Langzaam koken/stomen
40P 40% / 320 Watt Ontdooien
20P 20% / 160 Watt Warmhouden
1. Druk (meerdere keren) op de vermogentoets om het vermogen in
te stellen.
▷Het ingestelde vermogen verschijnt in de display.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen
in de display.
2. Draai aan de instelknop om de gewenste tijd in te stellen (max.
60 minuten).
▷De ingestelde tijd verschijnt in de display.
3. Druk op de starttoets.
▷De magnetron start en in de display is de aftellende tijd te zien.
4. Als de ingestelde tijd is verstreken, hoort u drie geluidssignalen.
▷‘End’ verschijnt in de display.
5. Druk op de stoptoets of open de deur.
Tip
Gedurende het koken is de tijd is aan te passen door aan de instelknop te draaien.
BEDIENING

NL 14
Ontdooien
Als u voedsel gaat ontdooien is het nodig om halverwege de ontdooitijd het voedsel om te
draaien om zo een beter resultaat te krijgen.
In de tabel ziet u uit welke ontdooiprogramma’s u kunt kiezen en waarvoor ze geschikt zijn.
Display Voedsel Gewichtsmarge
d.1 Vlees 0.1 - 2.0 kg
d.2 Gevogelte 0.2 - 3.0 kg
d.3 Zeevoedsel 0.1 - 0.9 kg
1. Druk eenmaal/tweemaal/driemaal op de ontdooitoets.
▷Het ingestelde ontdooiprogramma verschijnt in de display.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen in
de display.
2. Draai aan de instelknop om het gewicht in te stellen.
▷Het ingestelde gewicht verschijnt in de display.
3. Druk op de starttoets.
▷De magnetron start en in de display is de aftellende tijd te zien.
Let op!
Halverwege de ontdooitijd hoort u tweemaal drie geluids-
signalen om u eraan te herinneren het voedsel om te draaien.
4. Open de deur; de magnetron schakelt uit.
5. Draai het voedsel om en sluit de deur.
6. Druk op de starttoets.
▷De magnetron gaat verder met het ingestelde programma.
7. Als de ingestelde tijd is verstreken, hoort u drie geluidssignalen.
▷‘End’ verschijnt in de display.
8. Druk op de stoptoets of open de deur.
Let op!
Als u de deur niet opent na de geluidssignalen halverwege de ontdooitijd, dan zal de
magnetron gewoon verder gaan met het ingestelde programma.
BEDIENING

NL 15
Automatische programma’s
Met deze functie kunt u heel eenvoudig populaire gerechten bereiden. Kies het geschikte
programma uit de tabel, passend bij het soort voedsel en het gewicht.
In de tabel ziet u uit welke automatische programma’s met bijbehorende gewichten u kunt kiezen.
Display Voedsel Gewichtsinstellingen
A-01 Popcorn 3.0 / 3.5 (een zakje van 85 / 100 gram).
A-02 Aardappel 0.45 / 0.65 kg.
A-03 Groenten 0.1 / 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 kg.
A-04 Vlees 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 / 0.6 / 0.7 kg.
A-05 Vis 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 / 0.6 / 0.7 kg.
A-06 Gevogelte 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 / 0.6 / 0.7 kg.
A-07 Verwarmen 0.2 / 0.4 / 0.6 / 0.8 / 1.0 kg.
A-08 Drinken 250 / 500 ml
A-09 Rijst 0.1 / 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 kg.
A-10 Pasta 0.1 / 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 kg.
A-11 Brood 0.1 / 0.2 / 0.3 / 0.4 / 0.5 kg.
A-12 Pizza 1 / 2 pizzapunten.
De temperatuur, het gewicht en de vorm van het voedsel zullen het kookproces beïnvloeden.
Voor het beste resultaat kunt u altijd na afloop van het automatische programma de magnetron
weer inschakelen om het kookproces te verlengen.
1. Draai aan de instelknop om het gewenste automatische
programma te kiezen.
▷Het ingestelde programma verschijnt in de display.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen
in de display.
2. Druk op de instelknop om de gemaakte instelling te bevestigen.
3. Draai aan de instelknop om het gewenste gewicht te kiezen.
▷Het ingestelde gewicht verschijnt in de display.
4. Druk op de starttoets.
▷De magnetron start en in de display is de aftellende tijd te zien.
5. Als de ingestelde tijd is verstreken, hoort u drie geluidssignalen.
▷‘End’ verschijnt in de display.
6. Druk op de stoptoets of open de deur.
BEDIENING

NL 16
Uitgestelde start
U kunt een uitgestelde start instellen als u niet wilt dat de magnetron meteen start.
Let op!
Als u een uitgestelde start wilt instellen moet eerst de huidige tijd ingesteld zijn!
Voorbeeld
Het is nu 12:30 uur. U wilt dat de magnetron start om 14:20 uur, met een tijdsduur van 9 minuten
en 30 seconden op vol vermogen.
1. Stel de klok in op de huidige tijd (zie ‘De klok instellen’).
▷In dit voorbeeld: ‘12:30’.
2. Druk (meerdere keren) op de vermogentoets om het vermogen in
te stellen.
▷Het ingestelde vermogen verschijnt in de display.
▷In dit voorbeeld: ‘100P’.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen
in de display.
3. Draai aan de instelknop om de gewenste tijd in te stellen (max.
60 minuten).
▷De ingestelde tijd verschijnt in de display.
▷In dit voorbeeld: ‘9:30’.
4. Houd de ‘uitgestelde start’ toets drie seconden ingedrukt.
▷Het kloksymbool verschijnt in de display. Dit symbool knippert
en zal blijven knipperen totdat de uitgestelde starttijd is bereikt
en de magnetron start.
▷De huidige tijd is weer in de display te zien; de uren knipperen.
5. Draai aan de instelknop om de uren in te stellen.
▷In dit voorbeeld: ‘14’.
6. Druk weer op de ‘uitgestelde start’ toets.
▷In de display knipperen de minuten.
7. Draai aan de instelknop om de minuten in te stellen.
▷In dit voorbeeld: ‘20’.
8. Druk weer op de ‘uitgestelde start’ toets om de instelling te
bevestigen; de uitgestelde starttijd is ingesteld.
▷U hoort een lang geluidssignaal, de huidige tijd verschijnt weer
in de display en het kloksymbool knippert.
▷Het knipperende kloksymbool geeft aan dat er een uitgestelde
start is ingesteld.
BEDIENING

NL 17
Tip
U kunt de uitgestelde starttijd in de display tonen door op de
‘uitgestelde start’ toets te drukken.
9. Als de uitgestelde starttijd is bereikt, start de magnetron
automatisch.
▷Het knipperende kloksymbool verdwijnt.
▷In de display is de aftellende tijd te zien.
10. Als de ingestelde tijd is verstreken, hoort u drie geluidssignalen.
▷‘End’ verschijnt in de display.
11. Druk op de stoptoets of open de deur.
Fase koken
Met deze functie kunt u maximaal 4 verschillende instellingen achter elkaar in één en hetzelfde
kookproces combineren. Kies verschillende instellingen om de bereidingswijze af te stemmen op
uw voorkeur. Herhaal de stappen voor elke fase.
Voorbeeld
U wilt 3 minuten op vol vermogen koken, daarna 9 minuten op laag vermogen.
1. Druk (meerdere keren) op de vermogentoets om het vermogen in
te stellen.
▷Het ingestelde vermogen verschijnt in de display.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen in
de display.
2. Draai aan de instelknop om de gewenste tijd in te stellen (max.
60 minuten).
▷De ingestelde tijd verschijnt in de display.
3. Druk nogmaals (meerdere keren) op de vermogentoets om het
vermogen in te stellen van de volgende fase.
▷Het ingestelde vermogen verschijnt in de display.
▷De symbolen die horen bij de gemaakte instelling verschijnen in
de display.
4. Draai nogmaals aan de instelknop om de gewenste tijd in te stellen
van de volgende fase (max. 60 minuten).
▷De ingestelde tijd verschijnt in de display.
BEDIENING

NL 18
Tip
Herhaal stap 3 en 4 om een derde fase of vierde fase toe te
voegen.
5. Druk op de starttoets.
▷De magnetron start met de eerste fase; in de display is de
aftellende tijd te zien van de eerste fase.
▷Als de eerste fase klaar is gaat de magnetron verder met de
tweede fase; in de display is de aftellende tijd te zien van de
tweede fase.
6. Als de ingestelde tijd van de laatste fase is verstreken, hoort u drie
geluidssignalen en de magnetron schakelt uit.
▷‘End’ verschijnt in de display.
7. Druk op de stoptoets of open de deur.
Kinderslot
U kunt uw magnetron ‘op slot’ zetten, zodat het ongewenst starten van de magnetron wordt
voorkomen (bijvoorbeeld voor het reinigen van het toestel).
Inschakelen
1. Houd de stoptoets drie seconden ingedrukt.
▷‘Off’ en een slotje verschijnen in de display en er klinkt een
geluidssignaal; het kinderslot is ingeschakeld.
Uitschakelen
1. Houd de stoptoets drie seconden ingedrukt.
▷De tijd verschijnt weer in de display en er klinkt een
geluidssignaal; het kinderslot is uitgeschakeld.
BEDIENING

NL 19
Opwarmen en koken
• De magnetron verwarmt altijd met dezelfde intensiteit. Hoe meer u in de magnetron plaatst,
des te langer de kooktijd.
• Vlakke en platte gerechten zijn sneller warm dan smalle, hoge gerechten.
• Gerechten afdekken met magnetronfolie of een passende deksel voorkomt spetteren,
verkort de gaartijd en helpt de vochtigheidsgraad te behouden. Na afloop de folie of het
deksel voorzichtig verwijderen. Let op! De vrijkomende stoom kan zeer heet zijn!
• Gerechten die snel uitdrogen eventueel bevochtigen. Zet aardappels en groenten eerst even
in koud water voordat u ze in de magnetron plaatst. Hiermee voorkomt u dat er zich een
velletje op vormt.
• Voor een gelijkmatig resultaat kunt u het beste gerechten één- tot tweemaal roeren of keren.
• Kies voor het opwarmen van reeds bereide gerechten altijd de hoogste magnetronstand.
• Bij het koken hoeft u maar weinig water, zout en kruiden te gebruiken. Zout kunt u het beste
na afloop toevoegen. Hiermee voorkomt u dat het vocht aan het gerecht wordt onttrokken.
• Nadat de magnetron is uitgeschakeld gaart het gerecht nog enige tijd na. Houd hier rekening
mee door het gerecht niet te lang op te warmen.
Let op!
Plaats, bij het opwarmen van kleine hoeveelheden poedervormige producten (zoals bij
het drogen van kruiden), altijd een bekertje water in de magnetron. Anders bestaat er,
door de geringe hoeveelheid, kans op zelfontbranding.
Ontdooien
• Ontdooi grote compacte stukken altijd met behulp van het ontdooiprogramma. Doordat het
gerecht geleidelijk en gelijkmatig ontdooit, loopt u niet de kans dat de buitenkant uitdroogt
terwijl de kern nog bevroren is.
• Om het ontdooiproces sneller te laten verlopen, wordt aanbevolen om het gerecht na enige
tijd in stukken te verdelen.
• Las, bij grote stukken vlees en compacte gerechten, tweemaal een pauze in.
• Bij het ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten kunt u dunne delen na de helft van
de ontdooitijd afdekken of omwikkelen met aluminiumfolie.
KOOKTIPS

NL 20
Factoren die van invloed zijn op het kookproces
• De temperatuur van ingrediënten is van invloed op de bereidingstijd. Een koude maaltijd
heeft een langere kooktijd nodig dan een maaltijd op kamertemperatuur.
• Lichte gerechten garen sneller dan zware en massieve gerechten, zoals stoofgerechten of
rollades. Let op bij het bereiden van lichte, poreuze gerechten. De randen worden snel droog
en taai.
• Kleine gerechten worden gelijkmatiger verwarmd als u ze los van elkaar, liefst cirkelvormig,
in de magnetron plaatst.
• Botten en vet geleiden hitte beter dan vlees. Aluminiumfolie blokkeert de magnetrongolven.
Door dunnere gedeelten van gerechten (zoals kippenpoten en -vleugeltjes) af te dekken
voorkomt u dat ze te snel garen.
• Vetvrij papier voorkomt spetteren en helpt warmte vast te houden.
Basistechnieken
Plaatsen
Plaats dikkere stukken aan de buitenkant op het draaiplateau. Gerechten die aan de buitenkant
op het draaiplateau geplaatst worden ontvangen de meeste microgolven.
Roeren
Door gerechten regelmatig te roeren verspreidt u de opgeslagen warmte. Roer altijd van buiten
naar binnen, aangezien de buitenkant van het gerecht altijd het eerste warm wordt.
Omdraaien
Grote, dikke gerechten regelmatig omdraaien. Ze garen dan regelmatiger en sneller.
Prikken
Gerechten met een vel of schaal, zoals eierdooiers, schaaldieren en fruit, barsten open in de
magnetron. Voorkom dit door er van te voren enkele keren met een vork of satéprikker in te
prikken.
Controleren
Gerechten garen snel. Controleer ze daarom regelmatig. Haal gerechten net voordat ze gaar zijn
uit de magnetron.
KOOKTIPS
This manual suits for next models
4
Table of contents
Languages:
Other ETNA Microwave Oven manuals