Simco Sensor IQ Easy User manual

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0
Sensor IQ Easy
SIMCO (Nederland) B.V.
Postbus 71
7240 AB Lochem - The Netherlands
Telephone+31-(0)573-288333
Fax +31-(0)573-257319
E-mail general@simco-ion.nl
Internet http://www.simco-ion.nl
Traderegister Apeldoorn No. 08046136
NL Gebruikershandleiding
D Bedienungsanleitung
GB User Manual
1
21
42

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 1
NL
INHOUDSOPGAVE
Woord vooraf..................................................................................................................................... 2
Verklaring gebruikte symbolen ........................................................................................................... 2
1 Inleiding .......................................................................................................................................... 3
2 Beschrijving en werking ................................................................................................................... 4
3 Veiligheid ........................................................................................................................................ 6
4 Technische specificaties ................................................................................................................... 7
5 Installatie ........................................................................................................................................ 8
5.1 Controle.................................................................................................................................................8
5.2 Segment-units in Sensor IQ Easy bar plaatsen ........................................................................................8
5.3 Sensor IQ Easy plaatsen..........................................................................................................................9
5.4 Montagebeugel (Bracket Bars)..............................................................................................................10
5.5 Montage Sensor IQ Easy (slide bracket) ................................................................................................11
5.6 De-montage Sensor IQ Easy (slide bracket) ...........................................................................................12
5.7 Sensor IQ Easy aansluiten.....................................................................................................................12
5.8 Luchtaansluiting aansluiten ..................................................................................................................12
6 Ingebruikneming ........................................................................................................................... 13
6.1 Sensor in gebruik nemen via het IQ Easy Platform.................................................................................13
6.2 Selecteren EXPERT mode om parameters instellen of maintenance mogelijk te maken ..........................13
6.3 Mounting distance Sensor selecteren (expert mode).............................................................................14
6.4 Warning setpoint instellen (expert mode).............................................................................................14
6.5 Alarm setpoint instellen (expert mode).................................................................................................15
6.6 Warning/alarm error delay instellen (expert mode) ..............................................................................15
6.7 Sensor Stand-by & Actief......................................................................................................................15
6.8 Staaf Information parameters instellen (expert mode) ..........................................................................15
6.9 Active segmenten (de-)activeren (expert mode)....................................................................................16
6.10 Datalogging (de-)activeren (expert mode)...........................................................................................16
6.11 Remote on/off schakelen van de staaf via de remote on/off ingang op de manager of via fieldbus
(expert mode) (wordt later in de software geïmplementeerd) ....................................................................16
6.12 Sensor (ont) koppelen aan een ander device (expert mode) ................................................................16
7 Controle op de werking.................................................................................................................. 17
7.1 Controle op de werking ........................................................................................................................17
7.2 Controle op de werking via de Manager IQ Easy....................................................................................17
7.2.1 Information tab..........................................................................................................................................................17
7.2.2 Graphics tab...............................................................................................................................................................18
7.2.3 Action log tab.............................................................................................................................................................18
7.2.4 Data log tab ...............................................................................................................................................................18
8 Onderhoud .................................................................................................................................... 18
8.1 Reinigen van de Sensor ........................................................................................................................18
8.2 Reinigen van een sterk vervuilde Sensor ...............................................................................................18
9 Storingen....................................................................................................................................... 19
10 Reparaties ................................................................................................................................... 19
11 Afdanken ..................................................................................................................................... 20
Reserveonderdelen ........................................................................................................................... 20

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 2
Woord vooraf
Deze handleiding is bedoeld voor installatie en gebruik van de Sensor IQ Easy.
Deze handleiding moet altijd toegankelijk zijn voor het bedieningspersoneel.
Lees deze handleiding geheel door voordat u dit product installeert en in gebruik neemt.
Instructies in deze handleiding moeten worden opgevolgd om een goede werking van het
product te waarborgen en om aanspraak te kunnen maken op garantie.
De garantiebepalingen zijn omschreven in de Algemene Verkoopvoorwaarden van
Simco (Nederland) B.V.
Verklaring gebruikte symbolen
Waarschuwing
Verwijst naar speciale informatie ter voorkoming van letsel of
aanzienlijke schade aan het product of het milieu.
Let op
Belangrijke informatie over efficiënt gebruik en/of ter voorkoming van
schade aan het product of het milieu.
[ ] Indien er symbolen tussen [ ] staan kan het nodig zijn om eerst de tussen [ ]
aangegeven symbolen te selecteren voor men op de gewenste pagina met
vervolg instructie(s) komt.
Met de buttons kunt u door de verschillende pagina’s bladeren.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 3
NL
1 Inleiding
De Sensor IQ Easy is ontworpen om elektrostatische lading te monitoren.
In een Sensor IQ Easy kunnen tot maximaal 16 sensorkoppen geplaatst worden.
Elke sensorkop kan op een strategische positie boven de materiaalbaan geplaatst worden om
de elektrostatische lading te meten/monitoren. Alle gegevens van elke sensorkop worden
gecommuniceerd met de Manager IQ Easy en kunnen worden opgeslagen voor
procesbewaking. Simco levert ook een Segment-unit met een connector, waar de sensor d.m.v.
een kabel van 50 cm met de Segment-unit verbonden is, de z.g. externe Segment-unit with
external sensor (itemnr. 3231000030). Op plaatsen waar de Sensor IQ Easy i.v.m. de ruimte
niet toegepast kan worden, is deze sensor misschien wel toepasbaar.
Ionisatiestaven of oplaadgenerators kunnen reageren op de gegevens die zij ontvangen van de
Sensor via de Manager IQ Easy. Door continu feedback en continu aanpassing is het mogelijk
om de statische lading op de materiaalbaan te beheersen.
De sensor meet de waarde van de elektrostatische lading op een materiaalbaan. Deze waarde
wordt doorgegeven aan de ionisatiestaaf of een oplaadgenerator via de Manager IQ Easy. De
ionisatiestaaf of oplaadgenerator regelt de uitgangsspanning zelfstandig bij om de lading op de
materiaalbaan zo dicht mogelijk bij de gewenste waarde te krijgen.
Gegevens ontvangen van de sensorkop(pen) kunnen ook gebruikt worden voor
kwaliteitscontrole en procesbeheersing.
Datalog gegevens worden opgehaald uit de Manager IQ Easy via de standaard Ethernet-poort
of op een aangesloten USB-stick.
De Sensor is voorzien van een persluchtaansluiting om de sensorkoppen te beschermen in
vuile omgevingen. Met een zeer lage druk en weinig luchtvolume wordt voorkomen dat vuil in
de opening van de sensor terecht komt.
De Sensor IQ Easy is voorzien van een geïntegreerde voeding en wordt via een standaard 5
polige M12-connector voorzien van 24 V DC voedingsspanning.
Ook is de Sensor IQ Easy voorzien van 3 LED’s (voeding, waarschuwing en alarm).
De Sensor IQ Easy is optimaal inzetbaar tussen 50 en 300 mm materiaalafstand en is
verkrijgbaar in lengtes van 366 mm (bij 1 sensor) tot 3885 (bij max. 16 sensors) in 23 stappen
van 153 mm.
3 Status-LEDs
Voedingsaansluiting
M12 male 5 polig
M12-Connector
female 5 polig
Afbeelding 1:
Aansluiting Sensor
IQ Easy
Luchtaansluiting
Ø6 mm

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 4
2 Beschrijving en werking
De Sensor IQ Easy bestaat uit een staafvormig kunststof profiel. Aan één zijde van dit profiel is
een voedingsaansluiting geplaatst (zie afb. 1). Ook zijn op een aantal klant specifieke posities
een Docking-station geplaatst. Elk Docking-station is voorzien van een dummy. Deze dummy’s
kunnen eenvoudig vervangen worden door een Segment-unit. Elke Segment-unit is voorzien
van een sensor.
Bij de voedingsaansluiting zijn 3 Status-LED’s aanwezig.
Aan de status-LED’s is te zien of de Sensor IQ Easy stand-by staat, in bedrijf is, een
waarschuwings- of alarm status heeft.
Afbeelding 2: Opbouw Sensor IQ Easy
De eindkappen en afdekkappen van de staaf, de dummy(s) en segment unit(s) zijn van een
speciaal geleidende kunststof die ervoor zorgt dat de statische lading correct gemeten wordt.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 5
NL
Het instellen van de Sensor IQ Easy gebeurt via de Manager IQ Easy.
Alle gegevens van elke sensor worden gecommuniceerd met de Manager IQ Easy en worden
opgeslagen voor procesbewaking.
De achtergrondkleur van het sensor symbool geeft de status van de Sensor weer:
Niet actief of geen communicatie
Actief & functioneert Ok, zonder waarschuwingen of alarmen
Staat Stand-by, wacht op commando om te starten
Actief maar er is een waarschuwing
Actief maar er is een alarm
Afbeelding 3: Manager IQ Easy
Menu
IQ Easy
sensor

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 6
3 Veiligheid
De volgende veiligheidsrichtlijnen moeten worden opgevolgd om verwondingen en
beschadigingen van voorwerpen of de Sensor IQ Easy zelf te voorkomen.
Waarschuwing:
- De Sensor IQ Easy is uitsluitend bestemd voor het meten van elektrostatisch lading.
- Elektrische installatie en reparatie moeten gebeuren door een elektrotechnisch
vakbekwaam persoon en volgens de nationaal en plaatselijk geldende voorschriften.
- De Sensor IQ Easy mag alleen door een Manager IQ Easy of gelijkwaardig Simco-Ion
IQ voeding worden gevoed.
- De apparatuur moet via de Manager IQ Easy goed geaard zijn. Aarding is nodig voor een
goede en veilige werking en voorkomt elektrische schokken bij aanraking.
- Bij werkzaamheden aan de apparatuur moet de apparatuur spanningsloos zijn.
- De Sensor IQ Easy is niet bedoeld als veiligheidscomponent in machines.
- De Sensor IQ Easy mag niet gebruikt worden in een Explosiegevoelige omgeving.
Let op:
- Het apparaat verliest zijn garantie indien zonder schriftelijke goedkeuring vooraf, wijzigingen,
aanpassingen, etc. zijn aangebracht of bij reparatie niet originele onderdelen zijn gebruikt.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 7
NL
4 Technische specificaties
Benodigde voeding
Voedingsspanning
21 – 27 V DC
Max. Kabellengte
30 m bij 0,34 mm2(@ 16 sensor segmenten)
Aansluiting
M12-connector, 5-polig, male
Detectie specificaties
Aantal detectie posities
Max. 24 (onderlinge afstand 153 mm)
Aantal sensor posities
Max. 16
Detectie bereik
0 – 1 kV @ 10 mm
0 – 20 kV @ 50 mm
0 – 30 kV @ 100 mm
0 – 80 kV @ 300 mm
Uitgang
Manager IQ Easy
RS485 spanningsniveaus
Omgeving
Gebruik
Industrieel, binnen gebruik
Dichtheidsklasse
IP40
Temperatuur
0 - 55°C
Werkafstand
10 – 300 mm
Lokale signalering
3-Kleuren LED’s
Groen, Continu = In bedrijf
Groen, Knipperen = Stand-by
Rood, = Alarm
Oranje, = Tenminste 1 sensor zit boven
waarschuwingswaarde
Zie hoofdstuk 7 voor alle indicaties
Functies
(met IQ Easy Platform)
Via de Manager IQ Easy kan de Sensor gemonitord worden
(zie ook handleiding Manager IQ Easy)
Mechanisch
Lengte
366 – 3885 mm
Afmetingen
exclusief montagebeugels
inclusief montagebeugels
Breedte
30,5 mm,
Hoogte
43,5 mm
Breedte
50 mm,
Hoogte
57,5 mm
Luchttoevoer
6 mm, Quick Connect
Advies druk
Maximale druk
0,5 bar
1 bar,
Gewicht
1,5 kg/m
Behuizing
Glasvezelversterkte kunststof
Montagemateriaal
Montagebeugels

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 8
Afbeelding 4: Afmetingen Sensor IQ Easy en optionele connectoren
5 Installatie
Waarschuwing:
- Elektrische installatie en reparatie moeten gebeuren door een elektrotechnisch
vakbekwaam persoon en volgens de nationaal en plaatselijk geldende voorschriften.
- De apparatuur moet goed geaard zijn. Aarding is nodig voor een goede en veilige
werking en voorkomt elektrische schokken bij aanraking. Via de Manager IQ Easy is
dit gewaarborgd.
- Bij werkzaamheden aan de apparatuur moet de apparatuur spanningsloos zijn.
De Sensor IQ Easy wordt uitsluitend gevoed en bediend via een Manager IQ Easy.
5.1 Controle
- Controleer of de apparatuur onbeschadigd en in de juiste uitvoering ontvangen is.
De Segment-units worden in een aparte verpakking meegeleverd, omdat de sensoren erg
gevoelig zijn voor vallen en stoten.
- Controleer of de pakbongegevens overeenkomen met de gegevens van het
ontvangen product.
Neem bij problemen en/of onduidelijkheden contact op met Simco-Ion of met de agent in
uw regio.
5.2 Segment-units in Sensor IQ Easy bar plaatsen
-Haal de Segment-unit / Segment-unit met externe sensor uit de verpakking en plaats deze in
het gewenste docking station van de Sensor IQ Easy bar. De Segment-unit past maar op één
manier in het docking station. Plaats de opening in de pcb over het luchtbuisje (snorkel) en
duw de Segment-unit voorzichtig in het docking station. De twee uitsparingen aan de zijkant
zijn verschillend. Samen met de plaats van de opening in de pcb maakt dit dat de Segment-
unit niet verkeerd om gemonteerd kan worden. Draai daarna de beide boutjes aan de zijkant
van de Segment-unit vast.Gebruik hiervoor een kleine schroevendraaier, en geen
schroefmachine of accuboormachine!
-Wanneer meerdere Segment-units met externe sensors (zie afbeelding 2) geplaatst worden,
en de externe sensoren zijn losgekoppeld van de Segment-units, let er dan op dat bij het
aansluiten de Segment-units en externe sensoren hetzelfde serienummer hebben, deze zijn
nl. als set gekalibreerd.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 9
NL
5.3 Sensor IQ Easy plaatsen
Let op:
- Geleidende machinedelen in de buurt van een Sensor IQ Easy kunnen de werking
nadelig beïnvloeden. Voor een optimaal resultaat moet de Sensor gemonteerd worden
volgens afbeelding 6.
- Monteer de Sensor IQ Easy:
•met de sensor(s) in de richting van het te meten materiaal.
•na de ionisatiestaaf. Op minimaal 2x de operating distance van de ionisatiestaaf.
•op 10 mm (0-1000 V), tot 50 mm (0-20 kV), tot 100 mm (0-30kV), tot 300 mm (0-80 kV)
afstand van het te meten materiaal.
(Montage afstand moet via de Manager IQ in de parameters worden ingevoerd zie H6.3.
* Bij Segment-units met externe sensoren dezelfde afstanden aanhouden voor de sensoren
t.o.v. het te meten materiaal. De positie van de staaf t.o.v. het meetoppervlak is niet
belangrijk.
Afbeelding 6: Positie Sensor IQ Easy t.o.v. Ionisatiestaaf
opening in pcb
luchtbuisje (snorkel)
Afbeelding 5: Plaatsen Segment-unit in docking station

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 10
5.4 Montagebeugel (Bracket Bars)
Bij de Sensor IQ Easy worden minimaal twee montagebeugels meegeleverd waarmee de
Sensor op verschillende manieren kan worden bevestigd.
Afbeelding 7: Montagebeugel afmetingen en montage-opties

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 11
NL
5.5 Montage Sensor IQ Easy (slide bracket)
Afbeelding 8: Bevestiging Sensor met montagebeugels
- Monteer de montagevoeten (1) op de machine, met de driehoeken (2) wijzend in de
zelfde richting. Gebruik hiervoor passend M5-montagemateriaal (3).
- Schuif de brackets (4) op de Sensor (5).
Houd onderlinge afstand(-en) van de brackets (4) en montagevoet (1) gelijk en vergrendel de
bracket (2) met stelschroef (6).
- Plaats de Sensor met brackets op de montagevoeten en schuif het geheel tegen de richting
in van de driehoeken.
- Vergrendel de Sensor in de montagevoeten door de twee stelschroeven (7) in de brackets te
draaien. Bij meer dan twee brackets hoeven alleen de twee buitenste brackets vergrendeld
te worden.
- Schroef de M12-connector aan de Sensor.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 12
5.6 De-montage Sensor IQ Easy (slide bracket)
- Koppel de M12-connector los van de ionisatiestaaf.
- Schroef de stelschroeven (nr. 7) uit de brackets (zie afbeelding 7).
- Schuif de Sensor met brackets van de montagevoeten af, in de richting van de driehoeken tot
aan de aanslag, trek de Sensor loodrecht van de montagevoeten af.
5.7 Sensor IQ Easy aansluiten
Waarschuwing:
- Houd de waarschuwingen aan het begin van dit hoofdstuk in acht.
- De Manager IQ Easy moet goed geaard zijn, dan is automatisch de GND goed geaard.
Hiermee zijn ook de afdekkappen met de aarde verbonden.
- Sluit de Sensor via een 1:1 M12 aansluitkabel, Male-Female, 5 polig, aan op één van de
uitgangen van de Manager IQ Easy.
De standaard M12 connector kan worden aangesloten terwijl de Manager IQ Easy aan staat.
Deze hoeft dus niet uitgezet te worden!
Afbeelding 9: Bedrading
5.8 Luchtaansluiting aansluiten
Waarschuwing:
- Maximale druk 1bar
- Gebruik schone vocht- en vetvrije lucht. Monteer een vocht- en olie afscheider voor de
luchtaansluiting.
Indien er kans is dat de sensor opening vervuild wordt door stof of andere deeltjes die in de
omgeving aanwezig zijn is het aangeraden om een kleine overdruk bij de sensor kop te hebben.
Sluit hiertoe een luchtslang met buiten diameter 6 mm aan op de quick connect luchtaansluiting.
bruin
blauw (GND)
geel/groen of grijs
bruin
zwart
wit
wit
geel/groen of grijs
zwart
blauw
Sensor IQ Easy
(aanzicht kabelzijde)
Manager IQ Easy
(aanzicht kabelzijde)

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 13
NL
6 Ingebruikneming
Let op:
- De Sensor IQ Easy werkt niet als de sensoren afgedekt zijn.
6.1 Sensor in gebruik nemen via het IQ Easy Platform
Indien in de infoschermen van de Sensor een ”Undefined param” op de
Manager verschijnt, moet de Manager van de nieuwste software worden voorzien.
Download de laatste software-versie via www.simco-ion.nl/software
en volg de "Upgrade" instructie zoals beschreven in de manual van de Manager.
-Als de M12 aansluitkabel tussen de Sensor en de Manager IQ Easy is aangebracht zal
communicatie automatisch tot stand worden gebracht, dit is te zien aan een knipperende
status led en een groene achtergrond kleur achter het zichtbaar wordende sensor symbool.
Standaard zal de staaf actief worden nadat alle informatie door de manager is verzameld.
Dit is te zien doordat de achtergrond kleur van het sensor display vak veranderd naar blauw.
Zie ook de handleiding van de Manager IQ Easy voor algemene uitleg.
6.2 Selecteren EXPERT mode om parameters instellen of maintenance mogelijk te maken
Om alle parameters in te kunnen stellen en maintenance te kunnen plegen moet u expert
gebruikersmogelijkheden te hebben. Het kan zijn dat hiervoor een password nodig is. Zie voor
uitgebreide beschrijving H6.4 van de handleiding Manager IQ Easy.
Eenmaal op dit niveau ingelogd blijft u op dit niveau totdat een u ander niveau selecteert.
-Ga naar het hoofdscherm selecteer settings en kies expert
-Geef het password in en bevestig met , of u keert direct terug in de system settings
pagina van de manager als geen password ingegeven hoeft te worden
-Klik op en ga naar het device om de parameters te controleren en of te wijzigen door op
te klikken achter de parameter of de gewenste actie.
-Door op te klikken keert u terug in het hoofdscherm.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 14
6.3 Mounting distance Sensor selecteren (expert mode)
Voor een juiste meetwaarde moet de montage afstand waarop de Sensor is gemonteerd in de
parameters setting worden ingegeven. Standaard is deze op 50mm ingesteld. Indien de waarde
in deze parameter afwijkt van de werkelijke montageafstand zal de weergegeven meetwaarde
niet overeenkomen met de werkelijke waarde.
Selecteer de Sensor
De Information Tab van de Sensor wordt nu weergegeven.
Selecteer dat u settings wilt wijzigen door de settings button te selecteren
De information Tab bestaat uit verschillende pagina’s. Met de buttons kunt u door de
verschillende pagina’s bladeren.
Zoek de parameter Mounting distance sensor en selecteer
Geef de montage afstand in.
Bevestig de ingegeven waarde via .Wanneer de sensor op korte afstand wordt gebruikt en
de parameter Mounting distance op een waarde kleiner dan 50 mm wordt ingesteld, worden de
Web voltage parameters extra nauwkeurig weergegeven met 3 cijfers achter de komma.
6.4 Warning setpoint instellen (expert mode)
De Sensor IQ Easy staaf zal een waarschuwing genereren als de gemiddelde meetwaarde
boven het Warning setpoint komt (gedurende warning/error delay zie 6.6 ).
Standaard staat deze waarde op 5kV ingesteld maar kan eenvoudig aangepast worden:
- [ (n)x “Clean bar warning level”
schuif met de slider of met tot de gewenste waarde en bevestig met ].

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 15
NL
6.5 Alarm setpoint instellen (expert mode)
De sensor IQ Easy staaf zal een alarm genereren als de gemiddelde meetwaarde boven het
Alarm setpoint (peak) komt (gedurende warning/error delay zie 6.6 ).
Standaard staat deze waarde op 15kV ingesteld maar kan eenvoudig aangepast worden:
- [ (n)x “Alarm setpoint (peak)”
schuif met de slider of met tot de gewenste waarde en bevestig met ].
6.6 Warning/alarm error delay instellen (expert mode)
De Sensor IQ Easy staaf zal een warning of een alarm genereren als de gemiddelde
meetwaarde continu boven het setpoint komt gedurende warning/error delay.
Standaard staat deze waarde op 10 Seconden ingesteld maar kan eenvoudig aangepast
worden (minimum waarde 2 sec):
- [ (n)x “Alarm setpoint (peak)”
geef de gewenste in en bevestig met ].
6.7 Sensor Stand-by & Actief
Standaard zal de staaf actief worden nadat alle informatie door de manager is verzameld.
Op elk tabblad is het mogelijk het apparaat stand-by te zetten of weer actief te maken.
De status wordt linksboven weergegeven door een kleur achter het symbool:
Groen = stand-by, blauw = running, oranje = warning, rood = alarm.
6.8 Staaf Information parameters instellen (expert mode)
Indien gewenst kunnen diverse informatie parameters naar eigen wens ingevuld worden om
verschillende apparaten duidelijker herkenbaar te maken.
Verander indien gewenst de parameters: Device name, Machine position.
Dit zijn informatie parameters waar verder door staaf en manager niet mee wordt gerekend.
- Selecteer de informatie pagina met de te wijzigen parameter door:
- [ (n)x “parameter ” typ naam of waarde in” bevestig met ].

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 16
6.9 Active segmenten (de-)activeren (expert mode)
Indien gewenst kunnen de sensor segmenten geactiveerd of gedeactiveerd worden.
Standaard staan de aanwezige sensor segmenten actief zodat deze allemaal een bijdrage
leveren aan de gemiddelde waarde berekening.
Indien een segment zich niet meer voor het te meten object of folie bevindt dan moet dat
segment gedeactiveerd worden omdat anders de gemiddelde waarde berekening onjuist is.
- [ (n)x “Active segments”
Door op het betreffende segment te klikken wordt deze achtereenvolgens ge-de-selecteert of
geselecteerd. Maak keuze uit de segmenten bevestig met ]
De nummering loopt op vanaf de M12 connector zijde.
6.10 Datalogging (de-)activeren (expert mode)
Indien gewenst kan de manager de meetwaarden en gegevens over de werking van de staaf
loggen.
Om deze logging te (de-)activeren moet de parameter Data logging gewijzigd worden.
Voor uitgebreide informatie over datalogging zie de manual van de Manager IQ Easy
- [ (n)x “Data logging” selecteer On of Off ]
6.11 Remote on/off schakelen van de staaf via de remote on/off ingang op de manager of
via fieldbus (expert mode) (wordt later in de software geïmplementeerd)
Indien gewenst kan de staaf aan uit worden geschakeld met de remote on/off ingang van de
Manager of door een instructie van de optionele Fieldbus.
Hierdoor kan een machine besturing diverse devices, waaronder deze staaf, tegelijk aan / uit
zetten zonder dat de operator hiervoor een handeling moet verrichten.
Om dit te selecteren moet de parameter Remote on/off source veranderd worden van
Continous naar Remote of Fieldbus.
- [ (n)x “Remote on/off source” selecteer Remote of Fieldbus ]
6.12 Sensor (ont) koppelen aan een ander device (expert mode)
Als de sensordata gebruikt wordt door andere apparatuur wordt de koppeling weergegeven als
deze al bij het andere device gekoppeld is zodat een operator ziet dat er een ander device
gekoppeld is en wijzigingen direct invloed zullen hebben op de gekoppelde device(s).
Indien dit niet gewenst is kan deze gewist worden
- Selecteer de informatie pagina met de te wijzigen parameter door:
- [ (n)x “Paired device” selecteer ”none”

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 17
NL
7 Controle op de werking
7.1 Controle op de werking
De indicatie Led's op de Sensor en het display van de Manager IQ Easy geeft informatie over
de status van de Sensor.
Tabel 1, overzicht statusindicatie Display Manager IQ Easy en Sensor IQ Easy
Display-indicatie
Manager IQ Easy
LED-indicatie Sensor
Status
Sensor
Groen
Groen Knipperen 1 Hz
Stand-by
Blauw
Groen aan
In bedrijf geen alarm geen warning
Oranje
Oranje
1 actief segment heeft waarde boven de
waarschuwingssetting
Rood
Rood aan
1 actief segment heeft waarde boven het alarm
setting
Grijs / geen verbinding
Rood knipperen 5 Hz
Geen communicatie (IQ)
7.2 Controle op de werking via de Manager IQ Easy
Het display van de Manager IQ Easy geeft informatie over de status van de ionisatiestaaf.
Zowel in het hoofdscherm als in de device schermen zal men via de achtergrond kleur achter
het symbool altijd de status van de staaf kunnen zien:
Groen = stand-by, blauw = running OK, oranje = warning, rood = alarm.
Detail informatie wordt gegeven in de Information, Graphics, Action log en Data log Tab.
7.2.1 Information tab
Met de buttons kunt u door de verschillende pagina’s bladeren.
Gegevens over de werking die u hier kunt vinden:
- Last warning: geeft de datum en tijd weer van het moment dat de laatste keer het warning
setpoint overschreden is (gedurende minimaal de delay time)
- Last alarm: geeft de datum en tijd weer van het moment dat de laatste keer het alarm
setpoint overschreden is (gedurende minimaal de delay time)
- Web voltage average (all) [kV]: hier zal de actuele gemiddelde waarde van alle active
segmenten worden weergegeven.
- Web voltage peak (all) [kV]: hier zal de hoogste negatieve en positieve piek waarde van alle
active segmenten worden weergegeven (gedurende de laatste logfile refresh time).
Iedere keer als de logfile geschreven wordt zal deze waarde op 0 gezet worden.
- Web voltage seg x [kV]: hier zal de actuele waarde van segment x worden weergegeven.
- Web voltage peak seg x [kV]: hier zal de hoogste negatieve en positieve piek waarde van
segment x worden weergegeven (gedurende de laatste logfile refresh time).
Iedere keer als de logfile geschreven wordt zal deze waarde op 0 gezet worden.
- Indien een ander device zoals een Performax Easy IQ is gekoppeld aan de Sensor zal deze
te zien zijn achter Paired device.
- Last Calibration date seg x. De datum dat het segment bij Simco-Ion voor het laatst
gekalibreerd is.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 18
7.2.2 Graphics tab
In de Graphics tab wordt grafisch de werking weergegeven in de vorm van staafdiagrammen.
Elk segment wordt met een verticale balk weergegeven en als laatste zal het gemiddelde (avg)
van alle active segmenten worden getoond.
- rood: actuele waarde van de meetwaarde
- geel: maximum piek waarde gedurende de laatste logfile refresh time.
Iedere keer als de logfile geschreven wordt zal deze waarde op 0 gezet worden
Indien ergens op het scherm geklikt wordt zal het scherm ”bevroren” worden; On hold wordt
getoond. Nog een keer klikken geeft weer de actuele waarde.
7.2.3 Action log tab
In de Action log tab wordt stap voor stap een veranderde status van de staaf gelogd. Dit wordt
aangegeven met datum en tijd dat de status verandering heeft plaatsgevonden. Belangrijkste
meldingen:
- HV TOO HIGH: de meetwaarde heeft het alarm setpoint overschreden
- HV PRE WARNING: de meetwaarde heeft het warning setpoint overschreden
- Errors Cleared: de meetwaarde is weer onder het alarm setpoint gekomen.
- Warnings cleared: de meetwaarde is weer onder het warning setpoint gekomen.
7.2.4 Data log tab
In de Data log tab wordt op vaste tijden de gemiddelde meetwaarde van de active segmenten
alle beschikbare meet data van de staaf gelogd (Uavg [kV]).
Deze waarden worden ook in de logfile van de Manager opgeslagen als de parameter Data
logging aan staat. De tussentijd tussen het loggen wordt bepaald door de instelling in de
Manager IQ Easy. Zie gebruiksaanwijzing van de Manager in H6.6.3
8 Onderhoud
Waarschuwing:
- Bij werkzaamheden aan de apparatuur moet de apparatuur spanningsloos zijn.
8.1 Reinigen van de Sensor
- De Sensor is voorzien van een persluchtaansluiting. Via deze aansluiting kan een continu
luchtstroom over de sensor(en) geblazen worden. Dit voorkomt ophoping van vuil.
8.2 Reinigen van een sterk vervuilde Sensor
- Reinig de Sensor met een droge reinigingsdoek. Geen vloeistof gebruiken.
- Mocht demontage van de Sensor nodig zijn voor reiniging/vervanging, zie punt 5.5.

SensorIQEasy_UM_9752023110_NL_D_GB_V2_0 19
NL
9 Storingen
Waarschuwing:
- Bij werkzaamheden aan de apparatuur moet de apparatuur spanningsloos zijn.
- Elektrische installatie moet gebeuren door een elektrotechnisch
vakbekwaam persoon.
Tabel 2, storingen
Signalering
Probleem
Oorzaak
Oplossing
LED’s op Sensor
lichten niet op
Geen verbinding
Geen
voedingsspanning
Aansluitkabel plaatsen
Zie 5.6
Bedradingsfout
Fout opsporen en verhelpen,
zie 5.6
LED op Sensor
knippert rood (5 Hz)
Geen communicatie
met IQ Easy platform
Indien aangesloten
aan uitgang 5 of 6:
deze staan in
analog I/O
Selecteer Serial mode in de
BP van de Manager. Zie
handleiding manager.
Bedradingsfout
Fout opsporen en verhelpen,
zie 5.6
communicatiefout
M12 Connector verwijderen
en opnieuw aansluiten.
LED op Sensor licht
oranje op
1 segment heeft
waarde boven de
waarschuwingssetting
Setpoint is te laag
Controleer
waarschuwingssetpoint
Ionisatie werkt niet
goed
Controleer werking ionisatie-
apparatuur
LED op Sensor
Licht continu rood op
1 segment heeft
waarde boven alarm
setpoint
Setpoint is te laag
Controleer alarm setpoint
Ionisatie werkt niet
goed
Controleer werking ionisatie-
apparatuur
10 Reparaties
Waarschuwing:
- Bij werkzaamheden aan de apparatuur moet de apparatuur spanningsloos zijn.
- Elektrische installatie en reparatie moeten gebeuren door een elektrotechnisch
vakbekwaam persoon en worden uitgevoerd volgens de nationaal en plaatselijk
geldende voorschriften.
Niet alle onderdelen van de Sensor IQ Easy kunnen worden gerepareerd.
Simco-Ion raadt u aan voor reparaties de Sensor retour te zenden.
Vraag hiervoor per e-mail een RMA-formulier aan via service@simco-ion.nl.
Verpak de Sensor deugdelijk en vermeld duidelijk de reden van retour.
Neem bij problemen en/of onduidelijkheden contact op met Simco-Ion of met de agent in
uw regio.
Voor bestelling van onderdelen zie lijst reserveonderdelen.
- Demontage ionisatiestaaf: zie punt 5.5
Table of contents
Languages: