Velleman-Kit High-Q K6703 User manual

H6703
-
ED2
-
1
0
K6703
REMOTE CODELOCK
RECEIVER
NEDERLANDS
4
FRANCAIS
10
ENGLISH
16
GERMAN
22

H6703
-
ED2
-
2

H6703
-
ED2
-
3
INDEX
-GEBRUIKSAANWIJZING 4
-MODE D'EMPLOI 10
-OPERATING INSTRUCTIONS16
-GEBRAUCHSANWEISUNG 22

H6703
-
ED2
-
4
KODESLOT ONTVANGER
Samen met de kodeslot zender K6702 vormt deze kit de basis van
een systeem voor het op grote afstand bedienen van allerlei zaken
zoals:
Garagepoort, deurslot, auto-alarm (vb. K3504) eventueel samen
met de centrale deurvergrendeling, het draadloos bedienen van
verlichting zowel binnen als buiten, enz... .
Men kan zelf de keuze maken uit meer dan 4000 kode's, zodanig
dat ongewenste bezoekers geen kans maken.
Het is ook mogelijk verschillende ontvangers met één zender te
gebruiken of omgekeerd.
TECHNISCHE GEGEVENS
-Werkt samen met K6702 kodeslot zender
-4.096 mogelijke kodes
-Bereik zender/ontvanger: +/-40m
-LED aan/uit indicatie
-LED aanduiding voor ontvangststerkte
-Relais uitgang: 10A omschakel contact of puls contact
-Afzonderlijke uitgang om auto alarm in of uit te schakelen
-Voeding: 2 X 9VAC of 12 tot 16VDC / 100mA max.
Wijzigingen voorbehouden
BOUW
De ontvanger kan men instellen voor twee uitgangsmogelijkheden:
1) De uitgang is aan zolang men op de zender drukt (MOMENT.),
dit wordt meestal gebruikt om een elektrisch deurslot te
bekrachtigen, en garagepoort te bedienen enz... .

H6703
-
ED2
-
5
2) De uitgang schakelt om (AAN/UIT) iedere keer als men op de
zender drukt (TOGGLE), deze instelling wordt meestal gebruikt
voor in of uitschakelen van alarmen, voor het bedienen van
centrale deurvergrendeling, voor het AAN/UIT doen van een lamp
enz... . Voor gebruik samen met ons auto alarm K3504 moet men
deze stand gebruiken.
AANDACHT: gebruik NIET het bijgeleverde stukje koperdraad om
de draadbruggen te maken!
Monteer draadbrug TOGGLE voor een AAN/UIT of omschakel
contact.
Monteer draadbrug MOMENT voor een puls contact.
Monteer de draadbruggen gemerkt met J op de print.
Monteer de weerstanden:
R21, 100 ohm (bruin, zwart, bruin)
R22, 12K (bruin, rood, oranje)
R23 en R24, 47K (geel, paars, oranje)
R25, 470 ohm (geel, paars, bruin)
R26, 470K (geel, paars, geel)
R27 tot R29, 10K (bruin, zwart, oranje)
R30, 220K (rood, rood, geel)
R31, 680 ohm (blauw, grijs, bruin)
Monteer de dioden: Let op de polariteit!
D1 tot D5, diode uit de 1N4148 reeks of gelijkwaardig
D6 en D7, diode uit de 1N4000 reeks.
Monteer de IC voetjes voor IC1 tot IC3
Monteer de transistoren:
T1, BF199
T2, BF959
T3, BC547C soms gemerkt met C BC547
T4 tot T8, BC547Bsoms gemerkt met B BC547

H6703
-
ED2
-
6
Monteer de condensators:
C1 en C2, 2pF (2p2) ceramisch
C3, 22pF ceramisch
C4, (naast L1) 1nF ceramisch (soms gemerkt 102)
C5 tot C9 en C16, 1nF ceramisch (soms gemerkt 102)
C10, 4n7 ceramisch (soms gemerkt 472)
C11 tot C13, 10nF ceramisch (soms gemerkt 103)
C17 en C18, 100nF (soms gemerkt 104 of 100nS)
Monteer de volgende weerstanden vertikaal:
R1 en R2, 47K (geel, paars, oranje)
R3 en R4, 100K (bruin, zwart, geel)
R5, 470 ohm (geel, paars, bruin)
R6, 270 ohm (rood, paars, bruin)
R7 en R8, 22K (rood, rood, oranje)
R9, 1K (bruin, zwart, rood)
R10, 100K (bruin, zwart, geel)
R11, 33K (oranje, oranje, oranje)
R12, 6K8 (blauw, grijs, rood)
R13, 4K7 (geel, paars, rood)
R14, 2K7 (rood, paars, rood)
R15, 680K (blauw, grijs, geel)
R16, 8K2 (grijs, rood, rood)
R17, 82K (grijs, rood, oranje)
R18, 1M (bruin, zwart, groen)
R19, 10K (bruin, zwart, oranje)
R20, 330 ohm (oranje, oranje, bruin)
Monteer de spoel L3 1uH (bruin, zwart, goud, zilver) ook vertikaal
Monteer de LED LD2. Let op de polariteit, de afgeplatte kant van
de LED (kathode of kortste aansluiting) komt overeen met de
printopdruk.
Monteer de trimcondensator CV1 (1.5 -5pF)

H6703
-
ED2
-
7
Monteer de electrolytische condensators: Let op de polariteit!
C14, 10uF
C15, 47uF
C19 tot C21 1uF
C22, 470uF
Monteer de spanningsregulator VR1 type 7809. Let erop dat de
metalen kant van de regulator overeenkomt met de vette lijn van
de printopdruk.
Monteer de schroefconnectors J1 tot J3, de drie
schroefconnectors moet men vooraf in elkaar schuiven.
Monteer het relais RY1.
Bouw en montage van de spoel L1:
-Knip 15cm van het bijgeleverde stukje koperdraad.
-Leg 10 windingen (tegen elkaar) op een boortje met een
diameter van 2mm (zie fig. 1.0).
-Verkort de aansluitingen en verwijder de vernis met een mesje
(zie fig. 1.1).
-Monteer de spoel op de plaats L1.
Bouw en montage van de spoel L2:
-Zoek een rond voorwerp of neem een boor met diameter 14 of
15mm
-Maak één winding zoals in figuur 2.1 .
-Verkort de aansluitingen en verwijder de vernis zoals in figuur 2.2
.
-Monteer de spoel op de plaats L2.
Verbind een stukje geïsoleerde draad van +/-27cm met de
aansluiting ANT (dit is de ontvangstantenne)
Monteer de IC's in hun voetje:
-IC1 type MM53200 met de nok naar T6 gericht.

H6703
-
ED2
-
8
-IC2 type 4013 met de nok naar de printrand gericht.
-IC3 type 40106 met de nok naar de printrand gericht.
TEST EN AANSLUITING
Verbind voorlopig LED LD1 met de punten C (kortste aansluiting)
en A van de schroefconnector.
Verbind een voeding van 12 tot 16VDC met de punten GND (-) en
VA (+).
Of verbind een transformator van 2 X 9 tot 12VAC / 100mA met de
punten GND (0) en VA en VB. (zie figuur 3.0)
Na het inschakelen van de voeding moet normaal de LED LD1
oplichten, en moet de afstem LED LD2 eventjes oplichten.
Indien de LED LD2 blijft branden of onregelmatig oplicht, dan moet
men de afstemcondensator CV1 verdraaien (met een kunststof
schroevendraaier). Normaal moet de afstemcondensator
ongeveer in de middenstand (vaste en beweegbare platen voor de
helft overlappen) geplaatst zijn.
De afstem LED wordt gebruikt om de zender optimaal af te
stemmen op de ontvanger, hoe sterker de LED brandt hoe beter
de ontvangst.
Zie de handleiding van de zender voor verdere afregeling.
Test de zender ontvanger combinatie met de standaard code
(d.w.z. alle code-eilanden open)
Nadien kan men de gewenste code leggen voor de zender en de
ontvanger door de code-eilanden van IC1 met de naast liggende
massa eilandjes te verbinden (zie fig. 4.0)
Indien de code van zender en ontvanger gelijk zijn dan moet na
het bedienen van de zender het relais aantrekken alsook moet de
LED LD1 knipperen.
Na controle van de werking kan men de schakeling een vaste
plaats geven.

H6703
-
ED2
-
9
PLAATSING
OPGELET: Het verbuigen van spoel L2 zal tot gevolg hebben dat
de afstemming niet meer optimaal is, let dus op bij het behandelen
van de schakeling.
Eventueel kan men de schakeling inbouwen in een kunststof
behuizing, let wel op dat de antenne buiten de behuizing hangt.
Voor inbouw in de auto kan men de schakeling ergens onder de
boordplank monteren en liefst op een plaats waar weinig metalen
onderdelen aanwezig zijn. Het kan gebeuren dat na montage in de
wagen de schakeling moet herafgeregeld worden, dit komt door
de invloed van het metaal rond de schakeling. Door de
afschermende aard van een auto zal het bereik van zender-
ontvanger ongeveer gehalveerd worden, wat in de meeste
gevallen nog meer dan ruim voldoende is.
VERDERE AANSLUITING
Bij gebruik van de relais uitgangen heeft men de keuze tussen een
normaal gesloten contact (NC) en een normaal open contact (NO)
de gemeenschappelijke komt aan COM.
Voor aansluiting aan ons auto alarm K3504 moet men de punten
DIS van beide schakelingen met elkaar verbinden. De aansluiting
dis van het auto alarm moet men in dit geval niet met het
contactslot verbinden.
Bij gebruik van de afstandsbediening voor het auto alarm kan men
de IN en UITSTAPTIJD van deze laatste op minimum zetten.
Het relais kan men vrij gebruiken voor het aansturen van b.v. een
centrale deurvergrendeling.
Ter indicatie kan men LED LD1 met de bijgeleverde LED-houder
ergens in de boordplank monteren.

H6703
-
ED2
-
10
RÉCEPTEUR POUR SERRURE CODÉE
Ensemble avec l'émetteur pour serrure codée K6702, ce kit con-
stitue la base d'un système de télécommande à utiliser dans
diverses applications, telles que:
la commande d'une porte de garage, d'une serrure de porte, la
commande d'un dispositif d'alarme de voiture p.ex. le K3504)
éventuellement combinée avec la condamnation centrale des por-
tières, la commande sans fil d'éclairages intérieurs et extérieurs,
etc...
On peut choisir soi-même parmi plus de 4000 codes, si bien que
des visiteurs non souhaités n'ont pas l'occasion de pénétrer chez
vous.
Il est également possible d'utiliser plusieurs émetteurs avec un
seul récepteur ou vice versa.
DONNÉES TECHNIQUES
-Se combine avec le K6702, émetteur pour serrure codée
-4.096 possibilités de code
-Portée émetteur/récepteur ± 40 m
-Indication LED allumé/éteint
-Indication LED pour la puissance de réception
-Sortie de relais: contact à inversion ou à impulsions de 10 A
-Sortie distincte pour brancher/débrancher l'alarme de voiture
-Alimentation: 2 x 9 VAC ou 12 à 16 VDC / max. 100 mA
Sous réserve de modifications
MONTAGE
Le récepteur peut être réglé pour deux possibilités de sortie:
1) La sortie est branchée aussi longtemps qu'on appuie sur le
récepteur (MOMENT). Cette possibilité s'utilise généralement pour
commander une serrure de porte électrique, une porte de garage,

H6703
-
ED2
-
11
etc...
2) La sortie est commutée (branchée/débranchée) à chaque fois
qu'on appuie sur le récepteur (TOGGLE). Cette possibilité s'utilise
généralement pour brancher/couper des alarmes, pour la
commande de la condamnation centrale des portières, pour allu-
mer/éteindre une lampe, etc... Cette position doit être sélectionnée
dans le cas d'une utilisation avec notre dispositif d'alarme de
voiture K3504.
ATTENTION: N'EMPLOYEZ PAS le petit fil de cuivre livré avec le
kit pour faire les pontages!
Montez le pontage TOGGLE pour un contact ALLUMÉ/ÉTEINT.
Montez le pontage MOMENT pour un contact à impulsions.
Montez les pontages portant la marque J sur la plaquette.
Montez les résistances:
R21, 100 Ohm (brun, noir, brun);
R22, 12K (brun, rouge, orange);
R23 et R24, 47K (jaune, violet, orange);
R25, 470 Ohm (jaune, violet, brun);
R26, 470K (jaune, violet, jaune);
R27 à R29, 10K (brun, noir, orange);
R30, 220K (rouge, rouge, jaune);
R31, 680 Ohm (bleu, gris, brun).
Montez les diodes: Attention à la polarité!
D1 à D5, diodes de la série 1N4148 ou de type équivalent;
D6 et D7, diodes de la série 1N4000.
Montez les supports IC pour IC1 à IC3.
Montez les transistors:
T1, BF199;
T2, BF959;
T3, BC547C, portant parfois l'indication C BC547;
T4 à T8, BC547B, portant parfois l'indication B BC547.

H6703
-
ED2
-
12
Montez les condensateurs:
C1 et C2, 2pF (2p2) céramiques;
C3, 22 pF céramique;
C4 (à côté de L1), 1nF céramique (parfois l'indication 102);
C5 à C9 et C16, 1nF céramiques (portant parfois l'indication 102);
C10, 4n7 céramique (portant parfois l'indication 472);
C11 à C13, 10nF céramiques (portant parfois l'indication 103);
C17 et C18, 100nF (portant parfois l'indication 104 ou 100nS).
Montez les résistances suivantes à la verticale:
R1 et R2, 47K (jaune, violet, orange);
R3 et R4, 100K (brun, noir, jaune);
R5, 470 Ohm (jaune, violet, brun);
R6, 270 Ohm (rouge, violet, brun);
R7 et R8, 22K (rouge, rouge, orange);
R9, 1K (brun, noir, rouge);
R10, 100K (brun, noir, jaune);
R11, 33K (orange, orange, orange);
R12, 6K8 (bleu, gris, rouge);
R13, 4K7 (jaune, violet, rouge);
R14, 2K7 (rouge, violet, rouge);
R15, 680K (bleu, gris, jaune);
R16, 8K2 (gris, rouge, rouge);
R17, 82K (gris, rouge, orange);
R18, 1M (brun, noir, vert);
R19, 10K (brun, noir, orange);
R20, 330 Ohm (orange, orange, brun).
Montez également à la verticale la bobine L3 de 1 uH (brun, noir,
or, argent).
Montez la LED LD2. Attention à la polarité: le côté plat de la LED
(la cathode ou la connexion la plus courte) correspond aux
indications sur la plaquette.
Montez le condensateur de réglage CV1 (1.5 -5 pF).

H6703
-
ED2
-
13
Montez les condensateurs électrolytiques: Attention à la polarité!
C14, 10 uF;
C15, 47 uF;
C19 à C21, 1 uF;
C22, 470 uF.
Montez le régulateur de tension VR1, du type 7809. Veillez à ce
que le côté métallique du régulateur corresponde à la ligne en
gras des indications sur la plaquette.
Montez les connecteurs à visser J1 à J3; il faut d'abord les
emboîter les uns dans les autres.
Montez le relais RY1.
Construction et montage de la bobine L1:
-Coupez 15 cm du fil en cuivre livré avec le kit.
-Placez 10 enroulements (les uns contre les autres) sur une
mèche d'un diamètre de 2 mm (cf. fig. 1.0).
-Raccourcissez les connexions et enlevez le vernis avec un petit
couteau (cf. fig. 1.1).
-Montez la bobine à l'emplacement L1.
Construction et montage de la bobine L2:
-Cherchez un objet rond ou prenez une mèche d'un diamètre de
14 ou de 15 mm.
-Faites un enroulement comme illustré à la figure 2.1.
-Raccourcissez les connexions et enlevez le vernis comme illus-
tré à la fig. 2.2.
-Montez la bobine à l'emplacement L2.
Raccordez un petit bout de fil isolé de ± 27 cm à la connexion ANT
(il s'agit de l'antenne de réception).
Montez les IC dans leur support:
-IC1, du type MM53200, avec le repère dirigé vers T6;
-IC2, du type 4013, avec le repère dirigé vers le bord de la

H6703
-
ED2
-
14
plaquette;
-IC3, du type 40106, avec le repère dirigé vers le bord de la
plaquette.
TEST ET CONNEXION
Raccordez provisoirement la LED LD1 aux points C (la connexion
la plus courte) et A du connecteur à visser.
Raccordez une alimentation de 12 à 16 VDC aux points GND (-)
et VA (+), ou
raccordez un transformateur de 2 x 9 à 12 VAC / 100 mA aux
points GND (0) et VA et VB (cf. fig. 3.0).
Après le branchement de l'alimentation, la LED LD1 doit normale-
ment s'allumer et la LED de réglage LD2 doit s'allumer un bref
instant.
Si la LED LD2 reste allumée ou si elle s'allume de façon irrégu-
lière, il faut ajuster le condensateur de réglage CV1 (avec un
tournevis en matière plastique). Normalement le condensateur de
réglage doit se trouver environ en position médiane (les lames
fixes et mobiles se recouvrent pour la moitié).
La LED de réglage sert au réglage optimal de l'émetteur sur le
récepteur; plus la lumièe de la LED est forte, plus la réception sera
meilleure. Consultez la notice explicative de l'émetteur pour le
réglage ultérieur.
Testez la combinaison émetteur-récepteur avec le code standard
(c.-à-d. avec tous les îlots de code ouverts).
Vous pourrez définir par après le code souhaité pour l'émetteur et
le récepteur en raccordant les îlots de soudure de IC1 aux îlots de
masse situés à côté d'eux (cf. fig. 4.0).
Si le code de l'émetteur et du récepteur sont identiques, il faut que
le relais s'enclenche et que la LED LD1 clignote après que
l'émetteur a été activé.

H6703
-
ED2
-
15
Donnez une place définitive au circuit après le contrôle du
fonctionnement.
EMPLACEMENT
Faites attention lors du maniement du circuit car le réglage peut ne
plus être optimal par suite du pliage de la bobine L2.
Vous pouvez éventuellement encastrer le circuit dans un boîtier en
matière plastique mais veillez à ce que l'antenne pende à
l'extérieur du boîtier.
En cas de logement du circuit dans une voiture, montez-le sous le
tableau de bord, et de préférence à un endroit où il y a peu de
pièces métalliques. Il se peut que l'on doive ajuster le réglage du
circuit après le montage dans la voiture par suite de l'influence du
métal à proximité du circuit. La portée de l'émetteur/récepteur sera
à peu près réduite de moitié en raison du caractère d'isolation
d'une voiture; dans la plupart des cas, cette portée est encore
amplement suffisante.
CONNEXION ULTÉRIEURE
Dans le cas de l'utilisation des sorties de relais, vous pouvez
choisir entre un contact normalement fermé (NC) et un contact
normalement ouvert (NO), l'élément commun se raccordant à
COM.
Dans le cas de la connexion à notre dispositif d'alarme de voiture
K3504, il faut raccorder entre eux les points DIS des deux circuits.
Dans ce cas, il ne faut pas raccorder la connexion DIS de l'alarme
de voiture à la serrure de contact.
En cas de télécommande du dispositif d'alarme de voiture, vous
pouvez sélectionner le temps minimal de MONTÉE EN
VOITURE/DESCENTE DE VOITURE. Le relais reste disponible
pour commander p.ex. la condamnation centrale des portières.
On peut monter, à titre d'indication, la LED LD1 avec le support de
LED, livré avec le kit, dans le tableau de bord.

H6703
-
ED2
-
16
CODELOCK RECEIVER
Together with the codelock transmitter K6702 this kit forms the
basis of a remote control system for a variety of applications, such
as:
Garage door, door lock, car alarm (e.g. K3504) perhaps in
combination with the central door lock, wireless operation of
lighting inside and outside, etc.
You can choose among more than 4000 codes, to give unwanted
visitors no chance.
It is also possible to use several transmitters on one receiver or
vice versa.
TECHNICAL SPECIFICATIONS
-Operates in conjunction with the K6702 codelock transmitter
-4.096 possible codes
-Range of the transmitter/receiver +/-40m
-LED on/off indication
-LED indication for receiving strength
-Relay output: 10A toggle or momentary contact
-Separate output to switch car alarm on or off
-Power supply: 2 x 9VAC or 12 to 16VDC / 100mA max.
Subject to alterations.
ASSEMBLY
The receiver may be set for two output possibilities:
1) The output is on as long as the transmitter push button is
pressed (MOMENT.). This setting is normally used to operate an
electrical door lock, to open a garage door, etc.
2) The output switches over (ON/OFF) each time the transmitter

H6703
-
ED2
-
17
push button is pressed (TOGGLE). This setting is normally used
for switching alarms on and off, to operate central door locks, to
switch a light ON/OFF, etc. In combination with our car alarm
K3504 this setting should be used.
ATTENTION: Do NOT use the supplied end of copper wire to
make jumpers!
Mount jumper TOGGLE for an ON/OFF or toggle contact.
Mount jumper MOMENT for a momentary contact.
Mount the jumpers marked with J on the print.
Mount the resistors:
R21, 100 ohm (brown, black, brown)
R22, 12K (brown, red, orange)
R23 and R24, 47K (yellow, purple, orange)
R25, 470 ohm (yellow, purple, brown)
R26, 470K (yellow, purple, yellow)
R27 to R29, 10K (brown, black, orange)
R30, 220K (red, red, yellow)
R31, 680 ohm (blue, grey, brown)
Mount the diodes. Watch the polarity!
D1 to D5, diodes of the 1N4148 series or equivalent
D6 and D7, diodes of the 1N4000 series.
Mount the IC sockets for IC1 to IC3.
Mount the transistors:
T1, BF199
T2, BF959
T3, BC547C, sometimes marked as C BC547
T4 to T8, BC547B, sometimes marked as B BC547
Mount the capacitors:
C1 and C2, 2pF (2p2) ceramic
C3, 22pF ceramic
C4, (next to L1) 1nF ceramic (sometimes marked as 102)

H6703
-
ED2
-
18
C5 to C9 and C16, 1nF ceramic (sometimes marked as 102)
C10, 4n7 ceramic (sometimes marked as 472)
C11 to C13, 10nF ceramic (sometimes marked as 103)
C17 and C18, 100nF (sometimes marked as 104 or 100nS)
Mount the following resistors in an upright position:
R1 and R2, 47K (yellow, purple, orange)
R3 and R4, 100K (brown, black, yellow)
R5, 470 ohm (yellow, purple, brown)
R6, 270 ohm (red, purple, brown)
R7 and R8, 22K (red, red, orange)
R9, 1K (brown, black, red)
R10, 100K (brown, black, yellow)
R11, 33K (orange, orange, orange)
R12, 6K8 (blue, grey, red)
R13, 4K7 (yellow, purple, red)
R14, 2K7 (red, purple, red)
R15, 680K (blue, grey, yellow)
R16, 8K2 (grey, red, red)
R17, 82K (grey, red, orange)
R18, 1M (brown, black, green)
R19, 10K (brown, black, orange)
R20, 330 ohm (orange, orange, brown)
Mount coil L3 1ìH (brown, black gold, silver) in an upright position
as well.
Mount LED LD2. Watch the polarity. The flat side of the LED
(cathode or shorter connection) corresponds to the side indicated
on the print.
Mount trimming capacitor CV1 (1.5 -5pF)
Mount the electrolytic capacitors: Watch the polarity!
C14, 10ìF
C15, 47ìF
C19 to C21, 1ìF

H6703
-
ED2
-
19
C22, 470ìF
Mount voltage regulator VR1 type 7809. Make sure that the metal
side of the regulator corresponds to the thick line on the print.
Mount screw connectors J1 to J3. First slide these three screw
connectors into one another.
Mount relay RY1.
Build and install coil L1:
-Cut off 15cm of the supplied end of copper wire.
-Make 10 windings (against each other) around a 2mm drill bit
(see Fig. 1.0).
-Shorten the connections and remove the varnish with a knife
(see Fig. 1.1).
-Mount the coil in position L1.
Build and install coil L2:
-Find a round object or use a 14 of 15mm drill bit.
-Make one winding as in Fig. 2.1.
-Shorten the connections and remove the varnish as in Fig. 2.2.
-Mount the coil in position L2.
Connect a piece of insulated wire (+/-27cm long) to the ANT
connection (this is the receiving antenna).
Mount the IC's in their sockets:
-IC1 type MM53200 with the stud towards T6.
-IC2 type 4013 with the stud towards the edge of the print.
-IC3 type 40106 with the stud towards the edge of the print.
TEST AND CONNECTION
Temporarily connect LED LD1 to points C (shorter connection)

H6703
-
ED2
-
20
and A of the screw connector.
Connect a power supply of 12 to 16VDC to the points GND (-) and
VA (+).
Or connect a transformer of 2 x 9 to 12VAC / 100mA to the points
GND (0) and VA and VB (see Fig. 3.0).
As soon as the power supply is switched on, LED LD1 should light
up and tuning LED LD2 should light up for a moment.
If LED LD2 remains lit or lights up irregularly, turn tuning capacitor
CV1 (with a plastic screw driver). Normally the tunning capacitor
should be more or less in the middle position (half of the fixed and
movable plates overlap each other).
The tuning LED is used to tune the transmitter perfectly to the
receiver. The stronger the LED is lit, the better the reception will
be.
See transmitter manual for further adjustment procedures.
Test the transmitter/receiver combination with the standard code
(i.e. all code isles are open).
Later the required code for the transmitter and the receiver can be
set by connecting the code isles of IC1 with the adjacent mass
isles (see Fig. 4.0).
When the codes of the transmitter and the receiver match, and
when the transmitter push button is pushed, the relay should
operate and LED LD1 should flash.
Once the proper operation has been verified, the circuit can be
installed in its fixed place.
INSTALLATION
ATTENTION: When coil L2 is bent, tuning will be affected. Take
care not to bend this coil when handling the circuit.
Table of contents
Languages:
Other Velleman-Kit Receiver manuals