ETNA FGV150 Series User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
INSTRUCTIONS FOR USE
FORNUIS
FGV150---
FGV160---
FGV360---
FGV460---
COOKER

NL Handleiding NL 3 - NL 24
EN Manual EN 3 - EN 24
Gebruikte pictogrammen - Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important information
Tip - Tip

NL 3
INHOUD
Uw fornuis
Inleiding 4
Beschrijving van het apparaat 5
Bedieningspaneel 6
Eerste gebruik
Oven gebruiken 7
Klok instellen 8
Sierdeksel 9
Gebruik
Ovenfuncties 10
Gaskookplaat gebruiken 11
Bediening
Oven bedienen 12
Kookplaat bedienen 13
Onderhoud
Apparaat reinigen 14
Ovenlamp vervangen 14
Storingen
Tabel met storingen 15
Installatie
Algemeen 18
Gasaansluiting 18
Elektrische aansluiting 19
Installatie 19
Technische gegevens 21
Milieuaspecten
Afvoeren apparaat en verpakking 24

NL 4
UW FORNUIS
Inleiding
Gefeliciteerd met de aankoop van dit fornuis. Dit product is ontworpen voor optimale
gebruiksvriendelijkheid. Het fornuis heeft vele verschillende standen, waardoor u telkens de juiste
bereidingswijze kunt kiezen.
In deze handleiding leest u hoe u het fornuis optimaal kunt gebruiken. Naast informatie over de
bediening van de oven vindt u hier ook achtergrondinformatie die van pas kan komen als u het
apparaat gebruikt.
Lees vóór gebruik van het apparaat de afzonderlijk
meegeleverde veiligheidsinstructies!
Lees deze handleiding vóór gebruik van het apparaat en berg de handleiding daarna veilig
op voor toekomstig gebruik.
Op onze website kunt u de meest recente versie van de gebruiksaanwijzing vinden.

NL 5
UW FORNUIS
Beschrijving van het apparaat
1. Normaalbrander
2. Normaalbrander
3. Sterkbrander
4. Sudderbrander
5. Kookrooster
6. Vangschaal
A. Sierdeksel
B. Bedieningspaneel
C. Oven
D. Opbergvak (FGV360, FGV460)
E. Stelvoeten
A
B
C
D
E
1
3 4 65
2

NL 6
UW FORNUIS
Bedieningspaneel
FGV150/160
FGV360/460
1. Functieknop oven
2. Lampje oventhermostaat
3. Temperatuurknop oven
4. Elektronische klok/kookwekker
4a '−' toets
4b '+' toets
5. Regelknop normaalbrander linksachter
6. Regelknop sterkbrander linksvoor
7. Regelknop sudderbrander rechtsvoor
8. Regelknop normaalbrander rechtsachter
9. Knop voor handmatige vonkontsteking (FGV150)
1 32 5 6 7 8 9
1 32 4 5 6 7 8
4a 4b

NL 7
EERSTE GEBRUIK
Oven gebruiken
• Verwijder alle losse toebehoren uit de oven en reinig ze met warm zeepsop.
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen.
• Zet de oven een uur lang op de hoogste stand met onder- en bovenwarmte (zie 'Oven
bedienen'). Hierdoor wordt het beschermende vet verwijderd dat in de fabriek is aangebracht.
• Als de oven voor de eerste keer wordt gebruikt, zult u een 'nieuwigheidsluchtje' ruiken. Dit is
normaal. Zet indien nodig de afzuigkap aan.
• Nadat de oven is afgekoeld, reinigt u de oven met warm water.
• Verwarm de oven alleen voor als dit volgens het recept of volgens de tabellen in deze
handleiding nodig is.
Waarschuwing!
Plaats het ovenrooster in de rail en schuif het zo ver mogelijk in de oven.
Energiebewust gebruik van de oven
• Maak de ovendeur zo weinig mogelijk open.
• Bereid gerechten met dezelfde bereidingstemperatuur (bijvoorbeeld een appeltaart en
een ovenschotel) tegelijk en op hetzelfde rooster, of onder elkaar met gebruik van de
heteluchtfunctie. U kunt tegelijkertijd vlees laten stoven.
• Bereid verschillende gerechten na elkaar, bijvoorbeeld een ovenmaaltijd na een cake. Vaak is
de bereidingstijd van het tweede gerecht dan 10 minuten korter, doordat de oven al heet is.
• Doordat de oven geïsoleerd is, kunnen met de restwarmte gerechten worden bereid die
langer in de oven moeten blijven (vanaf 1 uur). Zet de oven 10 minuten eerder uit dan
aangegeven, maar laat de deur dicht.
• Voorverwarmen is meestal niet nodig, behalve voor gerechten met een bereidingstijd korter
dan 30 minuten of wanneer dit in het recept is aangegeven.
• Haal alles uit de oven wat u voor het gerecht niet nodig hebt.
• Zet na de bereiding de oven uit voordat u het gerecht uit de oven haalt.

NL 8
EERSTE GEBRUIK
Klok instellen
Wanneer het fornuis voor het eerst wordt aangesloten, knippert de tijd '0·00'. De huidige tijd
moet nog juist worden ingesteld.
1. Druk tegelijk op de '+' en '-' toetsen.
Op de display verschijnt een bereidingssymbool. De stip in het midden van de tijdweergave
knippert ook. U kunt nu de huidige tijd instellen.
2. Stel de juiste tijd in met de '+' en '-' toetsen (terwijl de stip knippert).
Wacht nu 5 seconden; de huidige tijd wordt automatisch bevestigd.
Op de display verschijnt de huidige tijd en de stip stopt met knipperen.
Ovengerei
• In principe kunt u elk type ovengerei gebruiken dat hittebestendig is.
• Reinig glazen ovengerei niet direct na gebruik met koud water. Door het plotselinge
temperatuurverschil kan het glas breken.
• Gebruik zwarte of donkere bakblikken. Deze geleiden de warmte beter, zodat het voedsel
gelijkmatiger wordt gebakken.
Dek de bodem van de oven niet af
• Wanneer u de bodem van de oven afdekt, bijvoorbeeld met aluminiumfolie of een bakplaat,
kan de oven oververhit raken, met beschadiging van het email tot gevolg.
• U kunt voorkomen dat springvormen op de bodem van de oven lekken door van
aluminiumfolie een bak te vouwen en deze op het rooster onder de vorm te plaatsen of door
er bakpapier onder te leggen.
Voedsel warm houden
• U kunt de oven gebruiken om reeds bereide gerechten warm te houden. Daarvoor kiest ude
heteluchtstand en een temperatuur van 75 °C. Dek het gerecht dat u warm wilt houden af
om uitdrogen te voorkomen.

NL 9
Vlees braden
• Grote stukken vlees, met een gewicht vanaf 1 kg, zijn hiervoor het meest geschikt. Het vlees
krijgt een regelmatige, krokante korst en er treedt vrijwel geen gewichtsverlies op.
• Wrijf het vlees vijftien minuten vooraf in met zout en kruiden. Gebruik voor het braden
80tot100 g boter of vet (of een mengsel van beide) per 500gvlees.
Bereidingstijd
• Voor dunne, platte stukken vlees is de bereidingstijd ongeveer 5 minuten korter dan voor
dikke stukken vlees of een lap vlees die is opgerold. Bij het braden van grotere stukken
vlees is de bereidingstijd per extra 500 gram 15 tot 20 minuten langer.
Smeer het vlees met boter of vet in en leg het in de braadslede. Leg het vlees met de vette
kant naar boven in de braadslede. Bedruip vlees zonder vette kant elke 15 minuten met het
braadvocht. Vlees met een vette kant moet elke 30 minuten worden bedropen.
• Als de jus te donker is, voegt u tijdens het braden af en toe een paar eetlepels water toe.
• Dek het vlees losjes af met aluminiumfolie en laat het vlees voor het serveren 10 minuten rusten.
Geleiders
• Aan de ovenwanden bevinden zich geleiders waarmee het ovenrooster of de bakplaat op
verschillende niveaus kan worden geplaatst. Voor de juiste hoogte raadpleegt u een bakgids
of de instructies op de verpakking van het voedsel.
Lade
• Het apparaat heeft een lade waarin u toebehoren zoals platen, roosters en kleine potten
enpannen kunt bewaren.
Waarschuwing!
Tijdens gebruik kan het binnenoppervlak van de lade heet worden.
Bewaar geen voedsel, plastic of ontvlambare materialen in de lade.
Sierdeksel
• Open het sierdeksel altijd voordat u de kookplaat gebruikt. Controleer of het sierdeksel
droog is voordat u het deksel opent.
• Het sierdeksel kan door hitte breken. Zorg ervoor dat alle branders/kookzones
uitgeschakeld en afgekoeld zijn voordat u het sierdeksel sluit.
• Wanneer er water op het sierdeksel staat, maakt u het deksel eerst droog voordat u het
opent. Anders kan er vocht in de eenheid komen.
• Gebruik het sierdeksel niet als kookoppervlak.
EERSTE GEBRUIK

NL 10
Ovenfuncties
Het apparaat beschikt over een aantal ovenfuncties die per model verschillen.
Raadpleeg de tabel voor de gewenste functie. Raadpleeg ook de bereidingsinstructies
opdeverpakking van het gerecht.
Ovenfuncties
Ontdooien
• U kunt ontdooien met de ventilator van de oven. De ventilator blaast koude lucht.
• Haal de diepvriesprodukten uit de verpakking en leg ze in een schaal op het
ovenrooster. Plaats het ovenrooster op niveau 3.
Bovenwarmte + onderwarmte
• Verwarming door middel van de elementen voor boven- en onderwarmte.
• Deze modus kan worden gebruikt voor traditioneel bakken en braden.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
• Voorverwarmen wordt aanbevolen.
Onderwarmte
• Verwarming alleen door middel van het element voor onderwarmte.
• Deze modus kan worden gebruikt voor schotels en gebakken gerechten
dieeenechte bodemkorst of bruining nodig hebben.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
• Gebruik deze modus net voor het einde van de bak- of braadtijd.
Bovenwarmte
• Verwarming alleen door middel van het element voor bovenwarmte.
• Deze modus kan worden gebruikt wanneer u de bovenlaag van uw gerecht
wiltbakken/braden.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
Bovenwarmte + onderwarmte + ventilator
• De lucht in de oven wordt verwarmd met de elementen voor boven- en
onderwarmte.
• De ventilator in de achterwand van de oven zorgt voor circulatie van de hete lucht.
Hierdoor worden de gerechten verwarmd.
Grill
• Verwarming door middel van het grillelement.
• Deze modus kan worden gebruikt voor het grillen van een aantal belegde
boterhammen en saucijsjes, en voor het roosteren van brood.
• Plaats het ovenrooster op niveau 4 en de bakplaat op niveau 2.
• Houd het bereidingsproces steeds in de gaten. Door de hoge temperatuur kan
hetgerecht snel aanbranden.
Grill + ventilator
• U kunt grillen met heteluchtcirculatie. De stralingswarmte wordt door de ventilator
verspreid rond het gerecht. Het gecombineerde effect van de grill en de ventilator geeft
uw voedsel een perfecte knapperigheid en is ideaal voor grillgerechten.
• Warm de oven 5 minuten voor. Schuif het rooster in de bovenste roosterpositie. Plaats
vervolgens een bakplaat op roosterpositie 3 om het vet van het gerecht op te vangen.
GEBRUIK

NL 11
Gaskookplaat gebruiken
• Controleer regelmatig of de kappen en ringen van de brander goed op de basis zitten.
Bijonjuiste plaatsing werkt de ontbranding niet goed en door onregelmatige vlammen kan
de kap beschadigd raken.
• Na verloop van tijd kan het email van de steunpunten inbranden doordat de pandragers erg
warm worden. Dit is onvermijdelijk en het valt daarom niet onder de garantie.
• Zorg ervoor dat de vlammen altijd onder de pan blijven. Als er vlammen onder de pan
uitkomen, gaat er veel energie verloren. De handvatten worden ook te warm. Gebruik geen
pannen met een diameter die kleiner is dan 12 cm. Kleinere pannen staan niet stabiel.
Fout Goed
• Voor bakken, roerbakken, verhitten van grote hoeveelheden of frituren is het beter om
desterkbrander te gebruiken.
• De sudderbrander is het meest geschikt voor het bereiden van sauzen, voor sudderen en
voor koken. Bij de hoge stand is deze brander groot genoeg om voedsel volledig te garen.
• Houd tijdens de bereiding het deksel op de pan. Op deze manier bespaart u tot wel 50% energie.
• Gebruik altijd pannen met een vlakke, schone, droge bodem. Pannen met een vlakke bodem
staan stabiel en een schone bodem zorgt voor een effectievere verwarming van het voedsel.
• Laat tijdens het koken het deksel op de pan om energie te besparen. Schone pannen
nemen de warmte efficiënter op.
Pannen
De aanbevolen diameters van de panbodem zijn:
▷voor de sterkbrander minimaal 22-26 cm;
▷voor de normaalbrander minimaal 14-22 cm;
▷voor de sudderbrander minimaal 12-18 cm.
Vlambeveiliging
• Als de vlam tijdens het koken uitgaat, wordt de gastoevoer door de vlambeveiliging afgesloten.
• Houd de regelknop ongeveer 5 seconden in de hoge stand ingedrukt.
De vlambeveiliging wordt ingeschakeld.
GEBRUIK

NL 12
Oven bedienen
1. Kies de gewenste ovenfunctie met de ovenfunctieknop.
Kies aan de hand van de tabel in het hoofdstuk 'Ovenfuncties' de gewenste functie.
Raadpleeg ook de bereidingsinstructies op de verpakking van het gerecht.
2. Stel met de temperatuurknop de oventemperatuur in (tussen 50 en 270 ºC).
Het lampje van de oventhermostaat licht op.
Verwarm indien nodig de oven voor voordat u het gerecht in de oven plaatst.
Kookwekker
Het geluidssignaal van de kookwekker klinkt alleen wanneer de ingestelde tijd is verstreken.
Deoven wordt niet uitgeschakeld met de kookwekker.
1. Druk op de '+' of '-' toets.
Op de display knippert een kloksymbooltje en er verschijnt een '0'.
2. Stel de gewenste kooktijd in met de '+' en '-' toetsen (terwijl het kloksymbool knippert).
▷Wacht nu 5 seconden; de ingestelde tijd wordt automatisch bevestigd.
▷De display toont weer de huidige tijd en het kloksymbool stopt met knipperen.
▷De tijd begint nu automatisch af te tellen.
▷Wanneer de tijd is verstreken, hoort u een geluidssignaal en knippert het kloksymbool.
3. Druk op een willekeurige toets om het alarmsignaal uit te schakelen.
U kunt de resterende tijd van de kookwekker op elk moment zien en/of aanpassen op
de display: wanneer u op de '+' of '-' toets drukt, verschijnt de resterende tijd van de
timer op de display en gaat het kloksymbool knipperen. Pas de tijd aan met de '+' en '-'
toetsen (terwijl het kloksymbool knippert).
Geluidssignaal instellen (kookwekker)
U kunt een van de drie verschillende geluidssignalen kiezen. Zorg ervoor dat de huidige tijd op
de display wordt weergegeven.
1. Houd de '-' toets ingedrukt totdat u een geluidssignaal hoort.
Wanneer u de ‘-‘ toets nogmaals indrukt, hoort u een ander geluidssignaal.
Wacht na het gewenste signaal 5 seconden; het ingestelde signaal wordt automatisch bevestigd.
BEDIENING

NL 13
Kookplaat bedienen
1. Druk de regelknop in en draai de knop linksom naar de hoge stand.
2. Voor FGV150: druk op de knop voor handmatige vonkontsteking totdat de brander
ontsteekt.
De brander ontsteekt.
▷U moet de regelknop ongeveer 10 seconden ingedrukt houden vanwege de vlambeveiliging.
▷U kunt de gasvlam traploos instellen van hoog naar laag. Wanneer de brander na
herhaalde pogingen niet aangaat, controleert u of de kap van de brander goed op
zijnplaats zit.
0-stand
Hoge stand
Lage stand
Branderzone
Wanneer de vlam per ongeluk uitgaat, draait u de knop naar de stand 'uit' en wacht
u60seconden voordat u de brander op de beschreven manier opnieuw ontsteekt.
Als de brander niet ontsteekt of steeds uitgaat, controleert u het volgende:
• de kap en de ring van de brander zijn correct in de branderbehuizing geplaatst;
• de vonkontsteker van de brander en het thermokoppel zijn schoon en droog.
Ac: vonkontsteker van de brander
Tc: thermokoppel
BEDIENING

NL 14
Apparaat reinigen
Maak het apparaat na gebruik schoon. Zo voorkomt u dat voedselresten zich aan het
oppervlak hechten en hardnekkige vlekken vormen.
Fornuis reinigen
• Maak het apparaat dagelijks schoon met water en een schoonmaakmiddel of allesreiniger.
• Verwijder hardnekkige vlekken op het email met een niet-schurend middel of met
eenzachtespons.
• Gebruik nooit schuurpoeder, agressieve schoonmaakmiddelen of een schuurspons.
• Verwijder hardnekkige aanslag met een speciaal reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
Veegaltijd in de richting van de structuur van het staal, om glansplekken te voorkomen.
Veeg na met een onderhoudsproduct voor roestvrij staal.
• Dompel de hete kap van een brander niet in koud water. Door de sterke afkoeling zou de
kap beschadigd kunnen raken. Dergelijke schade valt niet onder de garantie.
• Schade aan de belettering of de pandragers valt niet onder de garantie.
Oven reinigen
Het apparaat moet spanningsloos worden gemaakt vóór reiniging of reparatie. Trek bij
voorkeur de stekker uit het stopcontact of schakel de netschakelaar uit.
• De binnenkant van de ovendeur, de bodem van de oven, de bakplaat en braadslede zijn
volledig geëmailleerd. Deze delen kunt u het best schoonmaken met warm zeepsop of een
beetje vloeibaar schoonmaakmiddel. Spoel goed na met schoon water.
• Maak de buitenkant van de oven schoon met warm zeepsop of vloeibare zeep.
Spoeldaarna met schoon water na.
• Maak het glas van de ovendeur schoon met zeepsop of een glasreiniger.
Ovenlamp vervangen
Maak voor vervangen van de lamp eerst het toestel spanningsloos; trek de stekker
uit de stopcontact of schakel de zekering in de meterkast uit! Laat het toestel
afkoelen. Draag handbescherming wanneer u de lampverwijdert.
Het toestel bevat een lichtbron met energie-efficiëntieklasse G.
1. Draai het glazen afdekkapje linksom los en vervang de ovenlamp.
Plaats een nieuwe lamp met dezelfde specificaties (230 V, 15-25 Watt, type E14, bestand
tegen 300 °C).
2. Draai het glazen afdekkapje weer vast.
De lamp in dit huishoudelijk apparaat is alleen geschikt voor de verlichting van het
apparaat. De lamp is niet geschikt voor het verlichten van een kamer. De lamp is
verbruiksmateriaal en valt niet onder de garantie.
ONDERHOUD

NL 15
Ovendeur demonteren
Als u de binnenkant van de oven wilt reinigen, kunt u de ovendeur demonteren.
1. Open de ovendeur volledig en draai de pallen zo ver mogelijk terug.
2. Sluit de deur langzaam zodat de klemmen in de flenzen vallen (waarin de pallen passen).
3. Til de deur enigszins op onder een hoek van ongeveer 15° (ten opzichte van de positie van
de gesloten deur) en hef deze uit de beide scharnierhouders.
Voer de bovenstaande procedure in omgekeerde volgorde uit om de deur terug
teplaatsen.
1. Plaats de deur onder een hoek van 15° in de scharnieren aan de voorkant van het apparaat.
Druk de deur naar voren en naar beneden zodat de scharnieren in de uitsparingen schuiven.
Controleer of de scharnieruitsparingen goed zijn geplaatst.
2. Open de ovendeur vervolgens volledig en draai de pallen terug naar hun beginpositie.
3. Sluit de deur langzaam en controleer of deze goed sluit.
Als de deur niet goed opent of sluit, controleert u of de scharnieruitsparingen goed in de
scharnierhouders zijn geplaatst.
ONDERHOUD

NL 16
Tabel met storingen
Als u niet zeker weet of het apparaat goed werkt, betekent dit niet automatisch dat er sprake
isvan een defect. Controleer daarom eerst de punten in de onderstaande
tabel of ga naar de website 'www.Etna.nl' voor meer informatie.
Problemen met de
kookplaat
Mogelijke oorzaak Oplossing
U ruikt gas in de
buurt van het apparaat.
De aansluiting van het
apparaat lekt.
Draai de hoofdgaskraan
dicht. Neem contact op
metde installateur.
Een brander ontsteekt niet. De stekker zit niet in het
stopcontact.
Steek de stekker in het
stopcontact.
Defecte zekering/
zekering in de meterkast
isuitgeschakeld.
Vervang de zekering of
schakel de zekering in
dezekeringkast in.
De vonkontsteker is vuil
ofvochtig.
Maak de vonkontsteker
schoon of droog.
Onderdelen van de brander
zijn onjuist geplaatst.
Plaats de onderdelen van de
brander met behulp van de
centreerrichels.
Onderdelen van de brander
zijn vuil of vochtig.
Maak de onderdelen van de
brander schoon of droog.
Controleer of de openingen
niet dicht zitten.
De hoofdgaskraan
isdichtgedraaid.
Draai de hoofdgaskraan
open.
Storing in de gasleiding. Neem contact op met
degasleverancier.
De gasfles of -tank is leeg. Sluit een nieuwe gasfles
aan of laat de tank opnieuw
vullen.
Er is een verkeerd
gastypegebruikt.
Controleer of het gas geschikt
is voor het apparaat. Neem
contact op met de installateur
indien onjuist.
U hebt de regelknop niet ver
genoeg ingedrukt.
Houd de regelknop ver
genoeg ingedrukt tussen
hoog en laag. Dit kan de
eerste keer langer duren,
vanwege de gastoevoer.
STORINGEN

NL 17
STORINGEN
Problemen met de
kookplaat
Mogelijke oorzaak Oplossing
De brander brandt
nietgelijkmatig.
Onderdelen van de brander
zijn onjuist geplaatst.
Plaats de onderdelen van
de brander met behulp van
decentreerrichels.
Onderdelen van de brander
zijn vuil of vochtig.
Maak de onderdelen van
debrander schoon of droog.
Controleer of de openingen
niet dicht zitten.
Er is een verkeerd
gastypegebruikt.
Controleer of het gas geschikt
is voor het apparaat. Neem
contact op met de installateur
indien onjuist.
De brander gaat na
ontsteking uit.
U hebt de regelknop niet lang
genoeg ingedrukt.
Houd de regelknop ten
minste 10 seconden
ingedrukt.
Problemen met de oven Mogelijke oorzaak Oplossing
De ovenlamp werkt niet. De ovenlamp is defect. Vervang de ovenlamp.
De oven wordt niet warm. Er is geen temperatuur
ingesteld.
Stel de temperatuur in met
detemperatuurknop.
Wanneer bij service door onze monteur tijdens de garantieperiode blijkt dat het apparaat
niet goed werkt als gevolg van onjuist gebruik, worden kosten in rekening gebracht!

NL 18
INSTALLATIE
Algemeen
Dit apparaat mag uitsluitend worden aangesloten door een erkende monteur. De gasaansluiting
en de elektrische aansluiting moeten voldoen aan de nationale en lokale voorschriften.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies!
Let op!
• Het apparaat moet altijd geaard zijn.
• De installatie, het onderhoud en reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door
monteurs die daartoe zijn gemachtigd door de fabrikant, omdat anders de garantie komt
tevervallen.
• Het apparaat moet spanningsloos worden gemaakt vóór installatie, onderhoud of reparaties.
Het apparaat is spanningsloos gemaakt als:
▷de hoofdschakelaar van de elektrische huisinstallatie is uitgeschakeld;
▷de zekering van de elektrische huisinstallatie volledig is verwijderd;
▷de stekker van het apparaat is verwijderd uit het stopcontact.
• Defecte onderdelen mogen alleen worden vervangen door originele Etna-onderdelen.
Alleenvan deze onderdelen garandeert Etna dat ze voldoen aan de veiligheidsvoorschriften.
• Om gevaarlijke situaties te voorkomen, mag een beschadigd elektriciteitssnoer alleen
worden vervangen door de fabrikant, de serviceorganisatie van de fabrikant of door een
erkend vakman.
Gasaansluiting
Gasaansluiting: RC 1/2 inch (ISO 7/1-RC 1/2)
• De gasaansluiting moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften. Voor Nederland
omvat dit de GAVO-richtlijn (NEN 1078). Deze richtlijn schrijft onder meer voor dat alleen
goedgekeurde materialen mogen worden gebruikt.
Het type gas en het land waarvoor het apparaat is ontworpen, staan vermeld op het
typeplaatje. Het apparaat is in de fabriek ingesteld voor G25.3 (aardgas) met een druk
van 25 mbar. Apparaatcategorie I II2EK3B/P.
• Aanbevolen wordt om de kookplaat met een vaste pijp op de gasleiding aan te sluiten.
Aansluiting met een speciaal hiervoor gemaakte veiligheidsslang is ook toegestaan.
• De pijp achter de oven moet geheel van metaal zijn.

NL 19
Let op!
▷De veiligheidsslang mag niet verbogen worden en mag niet in contact komen met
bewegende delen van de keuken.
▷De aansluitkraan van het apparaat moet altijd makkelijk toegankelijk zijn.
▷Het type gas en het land waarvoor het apparaat is ontworpen, staan vermeld op
deidentificatiekaart van het apparaat.
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt, controleert u de aansluitingen met
gebruik van water en afwasmiddel op gaslekkage.
Elektrische aansluiting
230 V~ / 50/60 Hz
De elektrische aansluiting moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften.
VoorNederland omvat dit onder meer de norm NEN 1010.
• U moet altijd bij de stekker en het stopcontact kunnen komen.
• Voorkom dat het netsnoer in contact komt met delen van de oven die heet kunnen worden.
• Als u een vaste aansluiting wilt maken, moet in het netsnoer een omnipolaire schakelaar met
een contactafstand van ten minste 3 mm worden geplaatst.
• Het apparaat mag niet via een stekkerdoos of verlengsnoer op netspanning worden aangesloten,
aangezien veilig gebruik van het apparaat dan niet langer kan worden gegarandeerd.
Installatie
• Wanneer u het fornuis naast een hoge kast of een wand van brandbaar materiaal plaatst,
moet de afstand tussen het fornuis en de wand ten minste 50 mm zijn.
• De afstand tussen de kookplaat en een afzuigkap boven het fornuis moet ten minste
650mm zijn.
• Wanneer het fornuis in een keukeneenheid wordt geplaatst, moet de minimumruimte in acht
worden genomen.
• Wanneer het fornuis wordt ingebouwd tussen keukenkasten, moet de bekleding van de
eenheden bestand zijn tegen temperaturen tot 90 °C.
INSTALLATIE

NL 20
Vlakstelling
• De hoogte van het fornuis is instelbaar met de stelvoeten.
• Wanneer het fornuis op een platform wordt geplaatst, moet u zorgen voor goede
bevestiging.
Na installatie van het apparaat controleert u of de branders goed werken.
Het vlammenpatroon moet bij de hoge stand regelmatig en stabiel zijn en de
branders mogen bij de lage stand niet uitgaan.
INSTALLATIE
This manual suits for next models
7
Table of contents
Languages:
Other ETNA Cooker manuals

ETNA
ETNA FKV760WIT User manual

ETNA
ETNA FIV560 Series User manual

ETNA
ETNA EFG659VWIT User manual

ETNA
ETNA FGV760 Series User manual

ETNA
ETNA FG860 Series User manual

ETNA
ETNA FGV561WIT User manual

ETNA
ETNA FIV760RVS User manual

ETNA
ETNA FIV560RVS User manual

ETNA
ETNA FIV760 Series User manual

ETNA
ETNA FG860ZT User manual

ETNA
ETNA EFG467HWIT User manual

ETNA
ETNA FFGV561 Series User manual

ETNA
ETNA FIV760RVS/E07 User manual

ETNA
ETNA EFG691BRCA User manual

ETNA
ETNA EFG607HWIT User manual

ETNA
ETNA EFG467HWITAD/E1 User manual

ETNA
ETNA FGV660WIT/E04 User manual

ETNA
ETNA FG890RVS User manual

ETNA
ETNA FGV150WIT User manual

ETNA
ETNA FGV160WIT User manual