EUROM MM3500 User manual

1
Gebruiksaanwijzing (NE) (2)
Instruction manaul (EN) (20)
Gebrauchsanweisung (DE) (39)
Manuel d’instruction (FR) (59)
MM3500-MM5500-MM6500
449235–449259-449266

2
Dank
Hartelijk dank dat u voor een EUROM apparaat hebt gekozen. U hebt daarmee een
goede keus gemaakt! Wij hopen dat hij tot uw volle tevredenheid zal functioneren.
Om het beste uit uw apparaat te halen is het belangrijk dat u deze
gebruiksaanwijzing vóór gebruik aandachtig en in zijn geheel doorleest en ook
begrijpt. Schenk daarbij speciaal aandacht aan de veiligheidsvoorschriften; die
worden vermeld ter bescherming van u en uw omgeving!
Bewaar de gebruiksaanwijzing vervolgens om het in de toekomst nog eens te
kunnen raadplegen. Bewaar ook de verpakking: dat is de beste bescherming voor
uw apparaat tijdens de opslag buiten het seizoen. En mocht u het apparaat ooit aan
iemand anders overdragen, lever er dan de gebruiksaanwijzing en de verpakking
bij.
Wij wensen u veel plezier met uw generator!
Eurom
Kokosstraat 20
8281 JC Genemuiden (NL)
www.eurom.nl
Deze gebruiksaanwijzing is met de grootste zorg samengesteld. Niettemin
behouden wij ons het recht voor deze gebruiksaanwijzing op elk moment te
optimaliseren en technisch aan te passen. De gebruikte afbeeldingen kunnen
afwijken.
___________________________________________________________

3
Technische gegevens
Type
MM3500
MM5500
MM6500
Generator:
Type/voltageregeling
Borstel / AVR
Borstel / AVR
Borstel / AVR
Frequentie
50Hz
50Hz
50Hz
Voltage
230/240V
230/240V
230/240V
Nominaal vermogen
2500W
3800W
5000W
Max. vermogen
2800W
4200W
5500W
Motor:
Merk
MITSUBISHI
MITSUBISHI
MITSUBISHI
Model
GT600
GT1000
GT1300
Type
OHV, 4takt,
luchtgekoeld
OHV, 4takt,
luchtgekoeld
OHV, 4takt,
luchtgekoeld
Cilinderinhoud
181 cc
296 cc
391cc
Brandstof
Loodvrije benzine
Loodvrije benzine
Loodvrije benzine
Inhoud
brandstoftank
15 liter
27 liter
27 liter
Looptijd 75% belast
10,3 uur per tank
11,4 uur per tank
8,4 uur per tank
Olietype
SAE 10W-30 of
SAE10W-40
SAE 10W-30 of
SAE10W-40
SAE 10W-30 of
SAE10W-40
Oliehoeveelheid
0,6 liter
1,2 liter
1,2 liter
Startsysteem
Handstart
(trekkoord)
Handstart
(trekkoord)
Handstart
(trekkoord)
Olie-alarm
Ja
Ja
Ja
Brandstofmeter
Ja
Ja
Ja
Controlepaneel
230/240 stopcontact
Ja (2x)
Ja (2x)
Ja (2x)
Voltmeter
Ja
Ja
Ja
Stroomonderbreker
Ja
Ja
Ja
Algemeen
Gewicht
45 kg
79 kg
85 kg
Afmetingen
575x440x480mm
725x505x570mm
725x505x570mm
Veiligheidsvoorschriften
GEVAARLIJK! duidt op een situatie die, als hij niet wordt voorkomen,
ernstig letsel of de dood tot gevolg heeft.
WAARSCHUWING! Duidt op een situatie die, als hij niet wordt voorkomen
ernstig letsel of de dood tot gevolg kan hebben.

4
VOORZICHTIG! Duidt op een situatie die, als hij niet wordt
voorkomen, letsel of schade kan veroorzaken.
GEVAARLIJK! Gebruik van een aggregaat binnenshuis doodt u binnen
enkele minuten.
Uitlaatgassen van een aggregaat bevatten het giftige koolmonoxide, dat u niet
kunt zien of ruiken. Gebruik het aggregaat dus nooit binnenshuis of in een
garage, schuur o.i.d., ook niet wanneer er deuren of ramen open staan.
Gebruik het aggregaat uitsluitend buiten, ver verwijderd van ramen, deuren en
ventilatieopeningen.
GEVAARLIJK! Brandstof is licht ontvlambaar en explosief.
Schakel de motor altijd uit en laat hem afkoelen voordat u brandstof bijvult.
Hete motoronderdelen, vonken of een sigaret kunnen de benzine ontsteken.
Bewaar de brandstof uit de buurt van het aggregaat.
Vul geen brandstof bij terwijl u rookt of in de nabijheid van open vuur.
Let erop tijdens het bijvullen geen brandstof te morsen op de motor of de
uitlaat.
Voordat u het aggregaat in een vervoermiddel transporteert dient u alle
brandstof af te tappen, om lekkage te voorkomen.
Sla het aggregaat op in een goed geventileerde ruimte, met een lege
brandstoftank.
GEVAARLIJK! Elektrische schok.
Gebruik het apparaat nooit in de regen of onder natte of vochtige condities.
Raak het ook niet met natte handen aan. Dat kan namelijk tot een elektrische
schok leiden die ernstig letsel veroorzaakt.
Het aggregaat mag niet worden opgeslagen of gebruikt onder vochtige of natte
omstandigheden of op zeer geleidende locaties als een metalen dek of stalen
constructie.
Zorg er altijd voor dat het aggregaat voor gebruik afdoende wordt geaard. Het
nalaten daarvan kan tot ernstig letsel veroorzaken!
WAARSCHUWING! Motor en uitlaat kunnen heet zijn.
Contact met de (omgeving van de) uitlaat en uitlaatgassen kan tot ernstige
brandwonden leiden. Raak dus nooit hete delen aan en vermijd uitlaatgassen.
Laat het apparaat afkoelen voor u het aanraakt.
Uitlaat, uitlaatgassen en de hitte daarvan kunnen brandstoffen en brandbare- en
explosieve materialen ontsteken, materialen vervormen of een brandstoftank
beschadigen en in brand zetten. Houd hen dus uit de buurt van brandbare
stoffen!

5
WAARSCHUWING! Voorwerpen kunnen verstrikt raken in bewegende
delen.
Handen, haar, kleding en accessoires kunnen verstrikt raken in de starter of
andere bewegende delen. Draag dus geen loshangende kleding, sieraden of enig
ander voorwerp dat door de starter of andere bewegende delen gevangen kan
worden.
Bind lange haren samen en zet ze vast wanneer u het aggregaat gebruikt.
WAARSCHUWING! Houd kinderen en huisdieren uit de buurt.
Houd omstanders, en in het bijzonder kinderen en huisdieren, minstens 15
meter bij het aggregaat vandaan. Laat kinderen het aggregaat niet aanraken.
Wanneer het aggregaat niet wordt gebruikt, dient het te worden opgeslagen in
een droge, afgesloten ruimte buiten het bereik van kinderen.
VOORZICHTIG! Zwaar en luidruchtig apparaat.
Gebruik passende til- en liftapparatuur wanneer u het aggregaat wilt
verplaatsen. Het aggregaat is zwaar; wanneer u geen of niet-passende til- en
liftapparatuur gebruikt kan dat persoonlijk letsel veroorzaken.
Onder normale omstandigheden brengt het aggregaat ongeveer 85 dB geluid
voort. De gebruiker dient gehoorbeschermers te dragen.
VOORZICHTIG! Onjuiste behandeling kan het apparaat beschadigen en
zijn levensduur verkorten.
Zorg ervoor dat een belast aggregaat altijd voldoende brandstof heeft.
Brandstofgebrek kan tot schommelingen leiden die de aangesloten apparatuur
kunnen beschadigen.
Steek nooit vingers of voorwerpen door de ventilatieopeningen het aggregaat in,
ook niet wanneer dat niet wordt gebruikt. Dat kan het aggregaat beschadigen en
tot letsel leiden.
Het aggregaat werkt het best en veiligst wanneer het werkt volgens de condities
waarop het is ontworpen. Belasting dient binnen de normen te blijven die
vermeld staan op het typeplaatje. Overbelasting beschadigt het apparaat en
verkort de levensduur.
De motor dient niet op buitensporige snelheid te draaien; dat levert gevaar op.
Knoei niet aan het apparaat om de ingestelde snelheid te verhogen of verlagen.
Verbind het aggregaat niet met een ander aggregaat om ze parallel te
gebruiken. Dit beschadigd inwendige componenten.
Verlengsnoeren, elektrokabels, stekkers en al het andere elektrische materiaal
dient in goede conditie te zijn. Gebruik nooit elektrische apparatuur met
beschadigde of defecte kabel/stekker enz.
VOORZICHTIG! Het apparaat mag nooit worden gebruikt onder de
volgende omstandigheden:
Ongecontroleerde verandering in de motorsnelheid
Verlies van elektrische output
Oververhitting in de aangesloten apparatuur
Vonken

6
Beschadigde stopcontacten
Ontstekingsfouten in de motor
Extreme trilling
Vlammen of rook
Afgesloten ruimte
Regen of guur weer. Laat het apparaat tijdens het gebruik niet nat worden!
Draag tijdens het gebruik van het aggregaat beschermende kleding.
VOORZICHTIG! Motorolie is gevaarlijk voor de omgeving.
Wees erg voorzichtig tijdens het verversen van de olie en voorkom morsen op de
grond. Ook als olie wegspoelt zal het niet met water mengen en het grondwater
verontreinigen, wat een negatief effect heeft op planten en dieren die ermee in
contact komen.
Als u olie ververst dient u de afgewerkte olie op te vangen. Wordt er toch wat
gemorst, laat dat dan opzuigen door zaagsel, kattenbakkorrels of zand. Voorkom
te allen tijde dat het in het riool terecht komt!
Breng de afgewerkte olie (en evt. een te vervangen filter) naar een daartoe
aangewezen inzamel- en recyclingpunt.
Waarschuwingslabel

7
Totaal wattage, voltage en installatie
Totaal wattage
Om overbelasting en mogelijke schade aan uw aggregaat te voorkomen is het nodig
het totale wattage te weten van de aangesloten belasting. Volg de onderstaande
stappen om te bepalen welke gereedschappen en/of apparatuur uw aggregaat kan
aandrijven:
1. Bepaal of u één dan wel meerdere items tegelijk wilt aansluiten.
2. Stel vast dat de apparatuur die u aan wilt sluiten, in goede conditie verkeert.
3. Stel van elk item vast hoeveel Watt het vraagt door het typeplaatje te
raadplegen of door dat uit te rekenen (A x Volt = Watt)
4. Tel alle wattages bij elkaar op. 1 kW = 1000Watt
5. Gereedschappen en toestellen met een motor vragen bij het starten een hogere
piekstroom. Reken daarvoor 2,5 tot 4 x het opgegeven wattage.
6. Het vermogen van het aggregaat moet overeenkomen met het totale wattage
dat door de aangesloten apparatuur wordt gevraagd, of dat overtreffen.
7. Sluit de zwaarste last altijd als eerste aan en vervolgens één voor één de
lichtere.
Voltage
WAARSCHUWING! Voordat u apparatuur op het aggregaat aansluit dient u
altijd eerst te controleren welk voltage en welke frequentie
dat apparaat vraagt. Wanneer het voltage meer dan 10%,
en de frequentie meer dan 3% afwijkt van wat het
typeplaatje van het aggregaat aangeeft, kan dat schade
veroorzaken. Wanneer u gevoelige elektronische apparatuur
op het aggregaat aansluit dient u daarbij ook altijd een
externe spanningsregelaar aan te sluiten om de spanning te
stabiliseren.
Een dergelijke spanningsregelaar is noodzakelijk wanneer u bijv.
garagedeuropeners, keukenapparatuur met een elektronisch display, televisies,
stereo-installaties, Pc’s, kwarts klokken, kopieerders, telefoonapparatuur enz.
aansluit.
Installatie
WAARSCHUWING! Om persoonlijk letsel of schade te voorkomen dient de
installatie en al het onderhoud aan het aggregaat te worden
uitgevoerd door een gecertificeerd elektricien of een daartoe
geautoriseerde servicemonteur. Niet-gekwalificeerde
personen mogen onder geen enkel beding werkzaamheden
uitvoeren aan bedrading en stroom circuit.
Wanneer u het aggregaat in geval van stroomuitval als noodstroomvoorziening wilt
gebruiken, dient het door een erkend elektricien conform de lokale regelgeving te
worden geïnstalleerd. Daarbij dient een omkeerschakelaar te worden aangebracht
die het mogelijk maakt over te schakelen van het elektriciteitsnet op het aggregaat.

8
Dit dient zodanig te gebeuren dat het terugvloeien van (generator)stroom naar het
net wordt voorkomen.
Beschrijving
1. Tankdop
2. Brandstoftank
3. Brandstofmeter
4. Choke
5. Brandstofkraan
6. Luchtfilter
7. Repeteerstarter
8. Oliepeilstok
9. Motorschakelaar
10. Stopcontacten
11. Stroomonderbreker
12. Display
13. Aardleidingpunt
14. Olie aftap plug
15. Uitlaat
16. Vonkenvanger
17. Bougie
Brandstofmeter (3)
Aardleidingpunt (13)
Uw aggregaat dient naar behoren te worden geaard, om een elektrische schok te
voorkomen. Daartoe is uw aggregaat uitgevoerd met een aardleidingpunt.
Een correcte aardleiding creëert u door een stevige koperdraad (minimaal 12 AWG)
aan te brengen tussen het aardleidingpunt van het aggregaat en een in de grond
gedreven koperen buis of pin. Zoek contact met uw plaatselijke elektricien om er
zeker van te zijn dat u hiermee ook aan alle lokale regels voldoet.

9
Stroomonderbreker (11)
Uw aggregaat wordt beschermd door een AC-beveiliging of een stroomonderbreker.
Als het aggregaat wordt overbelast, of er treedt ergens kortsluiting op dat zal de
beveiliging / stroomonderbreker het uitschakelen. Wanneer dit gebeurt, ontkoppel
dan alle aangesloten apparatuur en probeer de oorzaak te achterhalen en te
verhelpen voordat u het aggregaat weer gebruikt. Wanneer overbelasting de
oorzaak is, verminder dan de belasting.
VOORZICHTIG! Als de AC-beveiliging of de stroomonderbreker regelmatig in
werking treden, kan dat schade aan het aggregaat of aan de
aangesloten apparatuur veroorzaken.
De stroomonderbreker kan in twee uitvoeringen op uw aggregaat zitten:
1 is een drukknop; om te resetten
drukt u de knop weer in.
2 is een schakelaar; om te resetten
drukt u de ON-kant weer weg.
Bevestiging wielset (mm5500 en mm6500)
Voor ingebruikname
Controleer het oliepeil
WAARSCHUWING! Probeer de motor niet te starten zonder de het carter met
de juiste hoeveelheid van de juiste olie te hebben gevuld.
Uw aggregaat wordt van fabriekswege verstuurd zonder olie
in het carter; gebruik zonder olie kan de motor beschadigen.
Voor algemeen gebruik bij alle temperaturen wordt SAE
10W-30 of 10W-40 olie aanbevolen.
Controleer het oliepeil d.m.v. de oliepeilstok elke keer
voordat u het apparaat start. Peil altijd bij een
uitgeschakeld en afgekoeld apparaat! Vul het oliepeil bij
tot het maximumniveau van de peilstok of tot de olie uit
de opening loopt. Draai tenslotte de oliepeilstok weer
stevig vast in de opening.

10
Let op! Het apparaat is uitgevoerd met een sensor voor het oliepeil. Als het oliepeil
lager wordt dan wenselijk is, zal de sensor een waarschuwingssignaal afgeven of de
motor stoppen.
Als de motor stopt terwijl het oliepeil wel op niveau is, controleer dan of het
aggregaat wellicht scheef staat en plaats het op een horizontale ondergrond.
Als het aggregaat weigert te starten zou het oliepeil niet voldoende kunnen zijn om
de voorziening uit te schakelen. Vul dan olie bij tot het maximale niveau.
Controleer het brandstofpeil
WAARSCHUWING! Vul nooit brandstof bij terwijl u rook, in de buurt van open
vuur of onder andere potentieel brandgevaarlijke
omstandigheden. Dat kan tot ongelukken leiden!
- Vul de tank nooit bij met draaiende of nog hete motor.
- Draai het benzinekraantje dicht voordat u brandstof bijvult.
- Pas op dat er geen stof, vuil, water of wat voor vreemde stoffen dan ook in de
brandstof terechtkomen.
- Verwijder gemorste vloeistof zorgvuldig voordat u het aggregaat weer start.
- Houd open vuur uit de buurt van aggregaat en brandstof.
Wanneer controle van het brandstofpeil leert dat
dit laag is, dient er brandstof te worden
bijgevuld:
Schroef de dop van de tank
Het brandstoffilter dient zich in de hals van de
tank te bevinden en schoon te zijn
Vul de tank vervolgens met schone, verse,
ongelode benzine zoals die in auto’s wordt
gebruikt.
Schroef de dop weer stevig op de tank.
Controleer of het luchtfilter schoon is
Is dat niet het geval, zie dan onder ONDERHOUD hoe het gereinigd kan worden.
Controleer het aggregaat op loszittende of missende onderdelen en
beschadigingen.
Tijdens het transport kunnen er onderdelen los rammelen of beschadigen. Zet ze
weer stevig vast en neem bij beschadigingen contact op met uw leverancier. Neem
een beschadigd apparaat niet in gebruik!

11
Controleer of het aggregaat correct is geaard.
Ingebruikname
Het starten van het aggregaat
Zorg dat het aggregaat stevig en horizontaal staat, dat alle veiligheidsvoorschriften
en waarschuwingen in acht zijn genomen en alle voorgeschreven controles zijn
uitgevoerd.
1. Ontkoppel alle aangesloten elektrische apparatuur
van het aggregaat.
2. Zet de stroomonderbreker in de UIT-stand (OFF
ingedrukt)

12
3. Draai het brandstof kraantje open (op de stand ON)
4. Zet de motorschakelaar aan: I ingedrukt.
5. Zet het choke-hendeltje in de “choke”-stand. Als de
motor nog warm is kunt u deze stap overslaan.
6. Trek nu rustig aan het trekkoord tot u
weerstand voelt. Dit is het
compressiepunt. Laat het koord
teruglopen tot zijn originele positie en trek
nu snel en stevig tot de motor start.
Herhaal dit zo nodig enkele keren.
WAARSCHUWING! Om te voorkomen dat u per ongeluk mensen verwondt bij het
uittrekken van het trekkoord dient u ervoor te zorgen dat er zich geen omstanders
(i.h.b. kinderen) of huisdieren in uw buurt bevinden.
VOORZICHTIG! Laat de handgreep van het trekkoord niet terugspringen tegen de
motor, maar geleid is rustig terug naar de uitgangspositie om schade aan het
apparaat te voorkomen.

13
7. Zet de choke-hendel, als de motor eenmaal warm
is, terug naar de stand OPEN.
8. Laat de motor ongeveer drie minuten warm lopen en
sluit dan pas belasting aan. Het voltage wordt
geregeld middels het toerental van de motor, dat in
de fabriek correct is ingesteld. Aanpassingen daaraan
doen de garantie vervallen!
VOORZICHTIG! Als u belasting aansluit, zorg er dan voor in totaal niet het
maximaal aan te sluiten vermogen van het aggregaat te overschrijden. Houd
daarbij rekening met de piekstroomafname!
Overschrijd ook niet het maximale vermogen (Amp.) van elk van de stopcontacten
apart.
VOORZICHTIG! Sluit de eerste twee tot drie draaiuren (de inloopperiode) geen
zware elektrische belasting aan.
Het stoppen van het aggregaat
1. Ontkoppel alle aangesloten apparatuur
2. Laat het aggregaat nog twee minuten onbelast lopen.
3. Zet dan de motorschakelaar in de UIT-stand (Oingedrukt)
4. Blijf erop toezien dat het aggregaat volledig stopt.
5. Sluit de benzinekraan als u het aggregaat opruimt of verplaatst.
6. Als u het aggregaat wilt afdekken, wacht daar dan mee tot het volledig is
afgekoeld.
VOORZICHTIG! Zet de motorschakelaar onmiddellijk uit (O ingedrukt) om de
motor uit te schakelen in noodsituaties.

14
Onderhoud
Schakel het aggregaat altijd uit en laat het volledig afkoelen voordat u onderhoud
uitvoert.
Onderhoudsschema
Item
Opmerking
Voor
elk
gebruik
Eerste
keer
na 25
uur
Elke
50
uur
Elke
100
uur
Bougie
Conditie controleren,
afstand bijstellen en
schoonmaken. Zo
nodig vervangen.
*
Motor olie
Oliepeil controleren
*
Olie verversen
*
*
Luchtfilter
Schoonmaken en zo
nodig vervangen
*
Brandstoffilter
Schoonmaken en zo
nodig vervangen
*
Brandstofslang
Controleren op knikken
en beschadigingen. Zo
nodig vervangen
*
Uitlaatsysteem
Controleren op lekkage.
Zo nodig afdichting
hersluiten of vervangen.
*
Controleer uitlaatrooster.
Zo nodig schoonmaken of
vervangen.
*
Carburateur
Controleer werking choke
*
Koelsysteem
Controleer de ventilator
op beschadigingen
*
Startsysteem
Controleer de werking
van het trekkoord
*
Koppelingen
en afsluiters
Controleer alle
koppelingen,
aansluitingen en
afsluiters en corrigeer zo
nodig hun positie.
*

15
VOORZICHTIG! Om te voorkomen dat het aggregaat per ongeluk wordt gestart
tijdens het uitvoeren van onderhoud vooraf altijd de bougie verwijderen of het
bougiekabeltje loskoppelen.
Hoe voert u de onderhoudswerkzaamheden uit?
Motorolie verversen
1. Tap de olie af door de drainplug en de peilstok te
verwijderen terwijl de motor nog warm is. Vang
de afgetapte olie op en verwijder deze volgens de
voorschriften van de overheid.
2. Bevestig de drainplug weer op z’n plaats en vul
olie bij tot het bovenste niveau van de peilstok.
3. Verwijder alle gemorste olie zorgvuldig.
WAARSCHUWING! De motor kan nog heet zijn.
Laat hem minimaal twee minuten afkoelen voor u de peilstok losdraait. Doe dat
voorzichtig om evt. druk zachtjes te laten ontsnappen.
Bougie schoonmaken
Als de bougie vervuild is met koolstof dient dit te
worden verwijderd met een staalborsteltje. Stel zo
nodig de opening bij tot 0,7 `a 0,8 mm.
Luchtfilter schoonmaken
1. Schroef het dekseltje op het luchtfilter open.
2. Verwijder het filter en was het grondig schoon in
bijv. wasbenzine of een universeel
schoonmaakmiddel. Spoel het goed uit.
3. Druppel een klein beetje olie op het filter; knijp
een paar keer om de olie te verspreiden en
overmatige olie te verwijderen.
4. Plaats het filter terug en dek het weer af met het
dekseltje
5. Controleer of het dekseltje goed aansluit op de
afdichting en schroef het weer vast.

16
Koolborstels schoonmaken
De koolborstels glijden over de sleepring, daarom
dienen ze soepel te blijven. Wanneer de borstels erg
versleten raken verandert de druk waarmee ze over de
sleepring glijden. Dat kan het oppervlak van de
sleepring ruw maken en resulteren in onregelmatige
werking van het aggregaat. Controleer daarom de
koolborstels elke 300 draaiuren of wanneer het
aggregaat onregelmatig werkt, op slijtage. Wanneer de
borstels korter zijn dan 5 mm. dienen ze te worden
vervangen.
Opslag
Wanneer u het aggregaat voor een periode, langer
dan drie maanden wilt opslaan, dient u de volgende
maatregelen te nemen:
Tap de brandstof af. Draai daartoe het
benzinekraantje open en draai de drainschroef
los die op de zijkant van de carburateur
vlotterkamer zit. Tap de brandstof volledig af.
Let op! Er zitten twee schroeven op de
carburateur. De verticale bevestigt de
vlotterkamer van de carburateur. De andere, op
de zijkant van de van de vlotterkamer van de
carburateur, is de drainschroef.
Draai de drainschroef voorzichtig en zorgvuldig weer dicht, om beschadiging van
de brandstofruimte te voorkomen.

17
Verwijder de bougie en giet 2 tot 3 cc motorolie in de
cilinder. Draai de krukas een aantal malen rond.
Plaats nu de bougie terug. Trek vervolgens het
trekkoord enkele keren uit tot u weerstand voelt en
laat het rustig teruglopen.
Sla het aggregaat op in een goed geventileerde ruimte met een lage
luchtvochtigheid.
Problemen en oplossingen
Let op: als uw aggregaat constateert dat er weinig olie in de motor zit, slaat de
motor automatisch af. Controleer daarom altijd eerst de olie als het u niet lukt het
aggregaat te starten.
De motor start niet, of levert weinig vermogen, of loopt onregelmatig
Onvoldoende compressie
De bougie zit los; draai hem goed vast
De bout op de cilinderkop zit los; draai hem vast
Beschadigde pakking; vervang de pakking
Er komt geen brandstof in de verbrandingskamer
Geen brandstof in de tank; vul brandstof bij
Benzinekraantje staat dicht; draai het open
Onvoldoende treksnelheid aan het trekkoord. Trek fors aan het trekkoord
Vreemde stoffen in de brandstoftank. Maak de tank schoon
De brandstoftoevoer zit ergens verstopt. Maak de brandstofroute schoon
Verkeerd type brandstof in de tank
Controleer de brandstof en vervang deze zonodig
Het aggregaat is overbelast
Controleer de belasting en verminder deze zonodig.
Het aggregaat is oververhit
Het aggregaat is overbelast; controleer de belasting en verminder deze zonodig
De ventilator werkt niet of slecht. Controleer de ventilator en neem zonodig
contact op met uw servicepunt.
Oliepeil te laag
Vul olie bij

18
De motor draait maar het stopcontact geeft geen stroom
De stroomonderbreker is geactiveerd.
Reset hem door de schakelaar weer om te schakelen (ON ingedrukt).
Stekker zit niet goed in het stopcontact of er is een foutieve belasting
aangesloten
Controleer de aansluitingen en de typeplaatjes van aangesloten apparatuur.
Het stopcontact is kapot
Neem contact op met uw servicepunt
Er zit een fout in de stroomonderbreker
Neem contact op met uw servicepunt
Probleem in de generator
Neem contact op met uw servicepunt
Wend u met alle andere problemen tot uw leverancier of servicepunt
Let op! Voer nooit zelf reparaties uit aan uw aggregaat maar ga er mee naar uw
servicepunt of een op dit terrein gekwalificeerd monteur. Ondeskundig uitgevoerde
reparaties doen de garantie en aansprakelijkheid van leverancier, importeur en
fabrikant vervallen!
Verwijdering
Binnen de EU betekent dit symbool dat dit product niet met
het normale huishoudelijke afval mag worden afgevoerd.
Afgedankte apparaten bevatten waardevolle materialen die
hergebruikt kunnen en moeten worden, om het milieu en de
gezondheid niet te schaden door ongereguleerde
afvalinzameling. Breng afgedankte apparatuur daarom naar
een daarvoor aangewezen inzamelpunt of wend u tot het
bedrijf waar u het apparaat gekocht hebt. Zij kunnen er voor
zorgen dat zoveel mogelijk onderdelen van het apparaat
hergebruikt worden.
Bedradingdiagram
Zie bladzijdes 79.

19
CE-verklaring
Hierbij verklaart ondergetekende:
Eurom, Kokosstraat 20, 8281 JC Genemuiden
dat het product:
benzine-generator
bekend onder het merk:
EUROM
Types:
MM3500, MM5500, MM6500
voldoen aan de eisen van het LVD 2014/35/EU, het EMC Directive 2014/30/EU en
het MD 2006/42/EC en in overeenstemming zijn met de volgende normen:
EN 60204-1:2006+A1:2009
EN 61000-3-2:2014
EN 61000-3-3:2013
EN 61000-6-2 :2005
EN 61000-6-4 :2007+A1 :2011
EN 8528-13:2016
EN 12100:2010
Genemuiden, 05-12-2019
W.J. Bakker, alg. dir.

20
Thank you
Thank you for selecting a EUROM device. You have made a good choice! We hope
that you are completely satisfied with your purchase. To get the most out of your
device, it is important that you read this manual carefully in its entirety and
understand it before use. Pay close attention to the safety regulations; they are
given to protect you and your environment!
Ensure you keep the manual for future reference. Do not throw away the
packaging: it is the best protection you can give to your device while storing it out
of season. Should you wish to give the device to someone else, give the manual
and packaging with it.
We hope you enjoy using your generator!
Eurom
Kokosstraat 20
8281 JC Genemuiden (NL)
www.eurom.nl
This manual has been written with the utmost care. Nevertheless, we reserve the
right to optimise this manual and change it technically at any time. The images
used may deviate from the supplied product.
___________________________________________________________
Other manuals for MM3500
1
This manual suits for next models
5
Table of contents
Languages:
Other EUROM Portable Generator manuals