
8
1. Juist gebruik
De trolleys kunnen gebruikt worden voor I-balken met gewone enzen (zoals IPE-, HEA- of HEB-types) of balken met hellende enzen (zoals
INP-balken).
De mogelijke breedtebereiken worden weergegeven in de gegevenstabellen.
De loopkat is een verplaatsbaar en aangedreven toestel om vast te maken aan een hijswerktuig voor gebruik binnen.
Hij is niet geschikt voor permanent gebruik.
Hij is niet geschikt voor gebruik in kamers waar er een potentieel risico op explosie bestaat.
Hij is niet geschikt voor gebruik in agressieve atmosferen.
Indien mogelijk moet de eenheid geïnstalleerd worden in een overdekte ruimte. Indien hij buiten geïnstalleerd wordt, moet er een dak voorzien
worden of moet de eenheid overdekt worden.
Wijzigingen aan het hijswerktuig zijn enkel toegelaten met onze uitdrukkelijke schriftelijke toestemming.
Raadpleeg de technische gegevens en functiebeschrijving.
Veiligheidsinstructies
Bediening en onderhoud mag alleen overgelaten worden aan: bevoegd, opgeleid personeel.
• Installeer de trolley enkel op balken waarvan het laadvermogen op voorhand gecontroleerd werd.
• Installeer de trolley niet op balken met hoeken.
• Stoppers aan het uiteinde van de balk mogen niet verplaatst of verwijderd worden.
• Vervoer geen personeel of laat geen personeel toe tot de gevarenzone.
• Laat de lading niet schommelen.
• Ga niet onder een gehesen lading staan.
• Reik nooit naar bewegende delen.
• Defecten moeten onmiddellijk gecorrigeerd worden door opgeleid personeel.
• Laat de lading nooit boven de grond stijgen zonder toezicht.
• Ladingen mogen enkel verticaal gehesen worden. Hijs ladingen nooit onder een hoek.
• Gebruik de loopkat niet om items uit andere items te trekken, ze vrij te maken of zijdelings te verslepen.
• De loopkat mag enkel gebruikt worden om de lading te duwen of te trekken.
• Overschrijd het laadvermogen dat vermeld is in de technische gegevens niet.
• Controleer de breedte van het loopvlak en pas de afstand tussen de enzen van het chassis aan door middel van de cijfers in de tabel.
• De handketting werd enkel ontworpen om de lading die vasthangt aan het hijswerktuig te verplaatsen en mag niet gebruikt worden voor andere
doeleinden.
• Onderdelen met hoge sterkte zoals de ketting, haak en tandwielonderdelen mogen niet in contact komen met vrije waterstof, zuren, alkaliën,
damp of zeer agressieve reinigingsproducten. Hierdoor kunnen ze broos worden en breken.
• Voer een risicoanalyse uit voor gebruik en controleer de EG-conformiteitsverklaring.
• Bedrijfstemperatuur: -10°C tot +50°C.
De handketting
• Werd enkel ontworpen om de loopkat te verplaatsen en mag niet gebruikt worden voor andere doeleinden.
• Mag niet gebruikt worden om een lading aan te bevestigen.
• Mag niet over scherpe hoeken getrokken worden.
• Mag niet verdraaid worden.
• Controleer alvorens u gebruik maakt van de trolley of deze juist gemonteerd is op de balk.
• Voer elke dag een visuele inspectie van de rolwielen uit. Let vooral ook op de zijwaartse speling tussen het loopvlak van de balk en de rolwie-
len.
• Controleer of de bouten veilig zijn en of de dwarsbalk veilig is.
Ingebruikname
Functiebeschrijving
Het rolchassis mag enkel vertrokken worden aan de last, de lasthaak of de lastketting van het hijswerktuig.
Het rolchassis moet bevestigd worden aan een balk met horizontaal loopvlak.
Het loopvlak van de balk moet vlak en horizontaal zijn.
De breedte van het chassis kan aangepast worden door de betrokken breedte van de balk op te vullen.
Het chassis werd ontworpen zonder rem.
De bevestigde lading kan verplaatst worden door tegen de lading te duwen of eraan te trekken (duwloopkat of door aan de handketting mechani-
sche loopkat te trekken.
De verplaatsingssnelheid moet zodanig zijn dat de lading op eender welk moment geremd kan worden door de gebruiker. Houd rekening met de
massa van de draaibare lading.
Montage en installatie van de loopkat op de balk
De loopkatten kunnen aangepast worden aan verschillende breedtes van de balkens.
1. Bepaal de afmetingen van de balk (M) (ensbreedte)
2. Controleer de overeenstemming met het gegevensblad.
Instructie voor de installatie
1. Meet de breedte van het proel op.
2. Monteer de kat met het benodigde aantal afstandsringen op de draagas, tussen de zijplaten van de loopkat, zodat er een kleine ruimte van F
mm is tussen de wielenzen van de loopkat en de breedte van het proel. Zorg ervoor dat hetzelfde aantal afstandsringen langs beide zijden van
het hijsoog wordt geplaatst zodat de last gecentreerd is. Er moet altijd minstens één afstandsring geplaatst worden aan de binnenkant en aan de
buitenkant van elke zijplaat van de loopkat.
3. Het overblijvende aantal afstandsringen moet aan de buitenkant van de zijplaat van de loopkat worden geplaatst, tegenover de montageplaat
of het kettingwiel.
4. Plaats de loopkat op het proel en draai de montageplaat aan met de hand. Zorg ervoor dat alle wielen over het proel rollen. Draai de moeren
van de montageplaat aan met een moersleutel.
5. Belast de loopkat en beweeg ze over het proel om na te gaan of ze vlot over het proel loopt. Wanneer de wielenzen zich te ver van het
proel bevinden of wanneer ze er tegenaan schuren moet de loopkat opnieuw ingesteld worden door afstandsringen tussen de zijplaten van de
loopkat te verwijderen of toe te voegen.