THERMOBILE Bio Energy Series User manual

40.020.944 - rev. 05- 2015

240.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Bio Energy 1 /i
- 1 - - 2 -
- 3 -
- 4 -
- 5 -
THERMOBILE
Type.......................................................
Cap Max. Mj/h........................................
Prod. code.............................................
Volt/Hz/Amp...........................................
Cap Max. kW.........................................
104
41.906.150
230/50/1,2
29
Fabr.year 2006
Made by THERMOBILE Ind. B.V. Breda, Holland
Serial nr: 49.0051
BIO ENERGY 1
Airflow m3/h........................................... 1000
A B C D F G HE
O
PQ
N
M
L
C
B
A
K
D E
F G
H
I J
A
B
C
D
E
FG
H
I
J
C D
AB
AB
DE
C

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 3
/i
- 7 - - 8 -
B
A

440.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands ..................................................5
English.......................................................16
Deutsch......................................................26
Français.....................................................37
Español......................................................49
Русский язык.............................................61

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 5
Nederlands
Nederlands
Inhoud
Veiligheidsinstructies................................... 6
Introductie ................................................... 6
Voorbereidingen.......................................... 8
Gebruik ....................................................... 9
Onderhoud ................................................ 10
Storingen................................................... 12
Reserveonderdelen................................... 15
Technische informatie ............................... 15
Installatie van accessoires ........................ 15
EG-Verklaring van overeenstemming ....... 16
Voorwoord
Deze handleiding bevat de
gebruiksaanwijzing voor de op de kaft
vermelde kachels. De informatie in deze
handleiding is belangrijk voor een juist en
veilig gebruik van de kachel.
Identificatie van het product (fig. 1)
Het identificatieplaatje is bevestigd op de
zijkant van de kachel. Het identificatieplaatje
bevat de volgende gegevens:
A Jaar van fabricage
B Serie nummer
C Productie code
D Spanningsgegevens
E Luchtverplaatsing
F Capaciteit max (KW)
G Capaciteit max (MJ/h)
H Typenummer
Service en technische ondersteuning
Neem voor informatie over de kachel contact
op met uw dealer of met de fabrikant. Zorg
dat u de volgende gegevens bij de hand hebt:
type en serie nummer van de kachel.
Garantie en aansprakelijkheid
Voor garantie en aansprakelijkheid, zie
algemene garantiebepalingen.
Milieu
Let op
De kachel is gemaakt van diverse
metalen en kunststoffen. De kachel
bevat tevens elektronische
onderdelen, die als elektronisch afval
moeten worden behandeld. Neem
contact op met uw dealer voor
nadere informatie.
All
een van
t
oepass
i
ng
i
n
d
e
Europese Unie
Afvalverwijdering van elektrische
& elektronische apparatuur voor
zakelijk gebruik.
Voor nadere informatie aangaande
het wegwerpen van producten voor
zakelijke doeleinden aan het einde
van hun levensduur, wordt u verzocht
contact op te nemen met uw dealer
of distributeur in uw land. Dit product
mag niet samen met of in de vorm
van commercieel afval worden
weggegooid.

640.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands
1 VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
1.1 Pictogrammen in deze handleiding
1.3 Gebruik dit product waarvoor het
bestemd is
De stationaire plantaardige olie of biodiesel
gestookte heteluchtkachel is ontworpen voor
verwarming van werkplaatsen bij
mechanisatiebedrijven, verwarmen en
vorstvrij houden van hallen, opslagloodsen
en magazijnen en voor de verwarming van
garagewerkplaatsen.
1.4 Algemene instructies
2 INTRODUCTIE
2.1 Doel
Deze stationaire plantaardige olie of biodiesel
gestookte kachels zijn kachels met
thermische beveiliging en met aansluiting
voor een schoorsteen met regenkap.
De kachel is uitgevoerd met een
warmeluchtventilator.
De heteluchtkachels zijn getest op zeeniveau
bij een temperatuur van 20 °C.
2.2 Werkingsprincipe
De stationaire plantaardige olie of biodiesel
gestookte kachel is uitgevoerd met drie
elektromotoren.
De eerste elektromotor drijft een
branstofpomp aan, die de brandstof uit de
brandstoftank oppompt.
VOORZICHTIG
Wijst op gevaar voor beschadiging
van de apparatuur.
WAARSCHUWING
Wijst op een gevaarlijke situatie, die
de dood of ernstige verwondingen tot
gevolg kan hebben.
WAARSCHUWING
Schakel bij onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden aan de
kachel altijd de elektrische stroom uit!
Heet
Sommige vlakken kunnen heet zijn!
Wacht met onderhoud totdat deze
onderdelen voldoende zijn afgekoeld.
Suggesties en tips om de uitvoering
van de betreffende taken of
handelingen te vereenvoudigen.
WAARSCHUWING
• Lees deze handleiding
zorgvuldig door, alvorens de
heteluchtkachel te gebruiken.
• Bewaar dit document bij de
heteluchtkachel.
• Volg de beschreven procedures.
• Leun nooit op de
heteluchtkachel.
• Zorg dat er licht ontvlambaar
materiaal op voldoende afstand
van de heteluchtkachel blijft:
- bovenzijde 150 mm
- voor- en zijkanten 900 mm
- achterkant 450 mm
• Zorg dat er voldoende lucht is
voor een goede verbranding.
• Voer uitsluitend reparatie- en
onderhoudswerkzaamheden uit
als de heteluchtkachel
voldoende is afgekoeld, en nadat
de steker uit de contactdoos is
verwijderd.
1.2 Pictogrammen op de stationaire
afvaloliegestookte kachel (fig. 2)
A Informatie over de afvalolie.
B Waarschuwing voor oververhitting en
uitschakelen.
C Gebruiksinstructie.
D Instructie voor opnieuw ontsteken.

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 7
Nederlands
De tweede elektromotor drijft de
verbrandingslucht-ventilator aan, die de
verbrandingslucht in de verbrandingskamer
blaast.
De derde elektromotor drijft de warmelucht-
ventilator aan, die de warme lucht rond de
verbrandingskamer wegtrekt. De verwarmde
lucht wordt in de te verwarmen ruimte
geblazen.
Op een branderschaal wordt handmatig
plantaardige olie of biodiesel gegoten, die
met een brandende papierprop wordt
ontstoken. Zodra de branderschaal op
temperatuur is (stand 2 automatisch),
schakelt de pompthermostaat de
brandstofpomp in; de controlamp gaat
branden. De brandstofpomp pompt de
plantaardige olie of biodiesel op de
branderschaal. De plantaardige olie of
biodiesel verdampt door de temperatuur van
de branderschaal. De gevormde gasdamp
verbrandt. De ventilatorthermostaat schakelt
de motor van de warmeluchtventilator in,
waardoor de warme lucht uit de kachel in de
te verwarmen omgeving geblazen wordt.
De maximaalthermostaat schakelt de
brandstofpomp uit als de kachel te heet
wordt.
De brandstofpomp wordt uitgeschakeld als
de kachel wordt uitgeschakeld.
De warmeluchtventilator draait tot de
ventilatorthermostaat de ventilator uitschakelt
als deze voldoende is afgekoeld.
De brandstoftoevoer heeft een overloop
waardoor bij een verstopte brandstofleiding
de plantaardige olie of biodiesel terugvloeit in
de brandstoftank.
Een overloopbeveiliging schakelt de
brandstofpomp uit als de branderschaal
overloopt.
2.3 Hoofdcomponenten stationaire
plantaardige olie of biodiesel
kachel (fig. 3)
ADeksel
B Schoorsteenaansluiting
C Branderkamer
D Aansluiting voor warmeluchtventilator
E Identificatie plaatje
F Brandstoffilter
G Schakelkastje
H Brandstoftank
I Brandstofpomp
J Aftapkraan
K Vulfilter
L Brandstofopvoerpijp
M Retourleiding
N Inspectieluikje
O Brandstoftoevoerpijp
P Warmteverdeler met ventilator
Q Maximaal thermostaat
2.4 Hoofdcomponenten brander (fig.
4)
A Explosieluik
B Branderkamer
C Verdampingsring
D Verdampingsdeel
E Verbrandingsluchtventilator
F Branderschaal
G Overloopbeveiliging
H Ventilatorthermostaat
I Thermostaat pomp- en zuurstofmotor
J Schep
2.5 Schakelkast (fig. 5)
A Wipschakelaar:
- 0: De pomp is uitgeschakeld
- 1: Pomp laag
- 2: Pomp hoog
B Controlelamp pomp laag
C Controlelamp pomp hoog
D Overloopbeveiliging
E Aansluitsnoer

840.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands
2.6 Thermostaat
De Bio Energy kent de volgende
thermostaten:
•Als de pompthermostaat op
temperatuur is, schakelt de
brandstofpomp automatisch in.
• Maximaalthermostaat
De thermostaat stopt de brandstofpomp
als de verbrandingstemperatuur te hoog
wordt.
• Ventilatorthermostaat
De thermostaat start de
warmeluchtventilator zodra de kachel op
temperatuur is. Na uitschakelen van de
kachel zorgt de ventilatorthermostaat
ervoor dat de warmeluchtventilator blijft
draaien waardoor de kachel nakoelt.
Zodra de kachel voldoende is afgekoeld
schakelt de ventilatorthermostaat de
warmeluchtventilator uit.
2.7 Accessoires
• Schoorsteen met regenkap
3 VOORBEREIDINGEN
3.1 Verpakking verwijderen
1. Verwijder de verpakking van de kachel.
2. Verwijder de verpakking van de delen die
los in de verbrandingskamer liggen.
3.2 Installatie
1. Zorg ervoor dat de plantaardige olie of
biodiesel gestookte kachel horizontaal
staat.
2. Breng de onderdelen van de
verbrandingskamer op de juiste wijze
aan, zie fig. 4.
3. Open de vuldeksel en vul de tank met
brandstof.
4. Tap condens af uit de brandstoftank, zie
fig. 3 (J).
5. Zorg ervoor dat de verwarmde lucht
ongehinderd kan uitstromen.
6. Zorg dat brandbare stoffen voldoende ver
van de kachel verwijderd zijn, zie 1.4.
7. Zorg voor voldoende ventilatie: het
maximale luchtverbruik voor verbranding
is 46 m3/uur.
8. Zorg voor voldoende schoorsteenlengte:
deze moet minimaal 5 meter bedragen.
9. Controleer de vloeroppervlakte: deze
moet minimaal 36 m2 bedragen.
10. Installeer de schoorsteen (5.5 m en een
regenkap).
11. Zorg ervoor dat de wipschakelaar in de
stand 0 staat.
12. Controleer de voedingsspanning: zie het
identificatieplaatje.
13. Steek de steker in de contactdoos.
3.3 Voorbereiden voor opstarten
1.
2. Zet de warmteverdeler omhoog, zie fig.
3(P).
3. Open het hitte schild, zie fig. 4 (A).
4. Controleer of de branderschaal schoon
en afgekoeld is.
5. Maak de branderschaal en de bodem
van de verbrandingskamer eventueel
schoon.
VOORZICHTIG
In de stationaire plantaardige olie of
biodiesel gestookte kachels mogen
alleen de volgende oliesoorten
verbrand worden:
• Plantaardige olie
• Biodiesel
Zet de wipschakelaar van de
brandstofpomp in stand “1”, zie fig. 5 (A).
6. Giet 0.2 liter plantaardige olie of
biodiesel op de branderschaal, zie fig. 4
(F).
7. Maak een prop papier en steek deze aan.
8. Laat de brandende prop op de
branderschaal vallen.
9. Sluit het hitteschild.
10. Sluit de warmteverdeler.
WAARSCHUWING
Giet nooit plantaardige olie of
biodiesel op een warme
branderschaal.
De branderschaal moet afgekoeld
zijn!

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 9
Nederlands
3.4 Opstarten
Op automatische bediening:
1. Zet de wipschakelaar in stand “1”, zie fig.
5 (A).
De verbrandingsluchtventilator begint te
draaien.
Als de branderschaal de juiste
temperatuur heeft bereikt, begint de
brandstofpomp te draaien en de
controlelamp brandt.
2. Zet de pompregelaar gedurende de
eerste 20 tot 30 minuten in de
stand “1”, zie fig. 5(A).
3. Zet de pompregelaar op de stand “2”
als de maximale temperatuur is bereikt,
zie fig. 5 (A).
4 GEBRUIK
4.1 Tijdens bedrijf
4.2 Uitschakelen
Uitschakelen van verwarming:
1. Zet de wipschakelaar in de “0” stand.
De brandstofpomp stopt.
De controlamp gaat uit.
Heet
Raak de schoorsteen en
uitblaasopening niet aan!
De schoorsteen en de
uitblaasopening worden heet tijdens
bedrijf!!
VOORZICHTIG
Na het uitschakelen blijft de ventilator
van de warmteverdeler nog draaien.
Deze ventilator koelt de kachel tot
deze voldoende is afgekoeld (na 10
tot 30 minuten).
De verbrandingsluchtventilator blijft
net zo lang draaien tot de
verbranding beëindigd is.

10 40.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands
5 ONDERHOUD
5.1 Onderhoudstabel
Registreer na elk winterseizoen het
onderhoud in de tabel achterin dit boek.
WAARSCHUWING
Reinig de verbrandingskamer altijd
voor het opstarten van de kachel.
Beschrijving Periode
Elke 12
uur
Iedere
week
Iedere
maand
Ieder
jaar
Reinig de verbrandingskamer. X
Tap condens(water) af van de brandstoftank, als de
plantaardige olie of biodiesel water bevat.
X
Reinig de branderkamer en de verdamper met een
staalborstel.
X
Reinig de olieoverlooppijp in de bodem van de verbran-
dingskamer, zie fig. 4 (G) .
X
Reinig de olietoevoerpijp.
Vervang de olietoevoerpijp als deze ingebrand of
beschadigd is.
X
Controleer de olieleidingen op lekkage. X
Reinig de brandstoftank, het toevoerfilter en het brand-
stoffilter.
De brandstoftank kan eenvoudig verwijderd worden.
X
Controleer de warmeluchtventilator en reinig deze,
indien nodig.
X
Controleer de warmeluchtventilator en reinig deze,
indien nodig.
X
Reinig de schoorsteenklep in het T-stuk, zie fig. 7 (A).
De aanbevolen trek is 1.5 mmwk (0.06” water column).
Dealer
Reinig het T-stuk van de schoorsteen, zie “schoor-
steenklep reinigen”.
X
Controleer de bedrading van de kachel. X

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 11
Nederlands
5.2 Algemeen
Als de kachel voor langere tijd opgeslagen
wordt:
1. Schakel de kachel uit.
2. Neem de elektrische aansluiting los.
3. Reinig de kachel.
4. Reinig de verbrandingskamer met een
doek met olie, om de verbrandingskamer
te beschermen tegen corrosie.
5.3 Reinigen verbrandingskamer
(fig. 4)
1. Verwijder de deksel (A).
2. Reinig de verdampingsring (C) met een
staalborstel.
3. Verwijder de branderschaal (F) met de
haak van de schep (J).
4. Reinig de branderschaal met een
schraper.
5. Reinig de binnenkant van de
verbrandingskamer (B) en de
verdampingskamer (D) met de voorkant
van de schep.
6. Verwijder eventuele roetdeeltjes van de
bodem van de verdamper.
7. Reinig de brandstoftoevoerleiding met
een borstel (binnendiameter 8.5 mm
(0.33”), zie fig. 3 (O).
8. Breng alle delen in de omgekeerde
volgorde aan.
Heet
Raak de schoorsteen en de
branderkamer niet aan!
Wacht met onderhoud totdat de
schoorsteen en de branderkamer zijn
afgekoeld.
WAARSCHUWING
Sluit de elektrische stroom uit tijdens
onderhoud.
WAARSCHUWING
Laat de kachel bij warm weer niet
branden om olie te verbranden.
Zorg dat de gaten in de wand van de
verdamper open blijven voor
verbrandingslucht.

12 40.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands
5.4 Reinigen schoorsteenklep (fig. 7)
1. Verwijder het bodemdeksel (B) van het T-
stuk (A).
2. Reinig de schoorsteen van boven tot
onder met een draadster.
3. Controleer de aansluitingen op lekkage.
4. Controleer de schoorsteendelen op
roest.
5. Breng het bodemdeksel weer aan.
5.5 Wegnemen brandstoftank (fig. 8)
1. Verwijder de brandstoftoevoerleiding (A).
2. Neem het aansluitplaatje (B) los.
3. Neem de plug (C) van de chassisdeel af.
4. Trek de tankblokkering (D) omhoog.
5. Trek de brandstoftank (E) voorzichtig uit
de kachel.
Installeer de brandstoftank in de omgekeerde
volgorde.
6STORINGEN
Zorg dat de stroom is ingeschakeld
en de brandstoftank vol is, voordat u
begint met storingzoeken.
WAARSCHUWING
Sluit de elektrische stroom af tijdens
reparatie!

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 13
Nederlands
6.1 Tabel storingzoeken
/i
Storing Oorzaak Oplossing Actie
De vlam dooft direct
na het aansteken.
1 De kachel heeft geen
spanning.
Controleer de elektrische
aansluiting.
Gebruiker
2 Er is water of bezinksel
in de brandstoftank.
Reinig de tank en het brand-
stoffilter, zie fig. 3(F).
Gebruiker
3 De brandstofpomp is
niet ingeschakeld.
Zet de schakelaar in stand
“1”, zie fig. 5(A).
Gebruiker
4 De brandstof heeft een
te hoge viscositeit
Verwarm de brandstof (maxi-
maal 50 °C) of verdun deze
met biodiesel
Gebruiker
Controleer de pompthermos-
taat en vervang deze, indien
nodig.
Dealer
Controleer de pompmotor. Dealer
Controleer de brandstofpomp
op vuil.
Dealer
5 De brandstoftoevoerpijp
is verstopt: de brandstof
stroomt terug in de
brandstoftank via de
retourleiding.
Reinig de brandstoftoevoer-
pijp, zie fig. 3(O).
Gebruiker
6 De pompthermostaat
heeft de volledige tem-
peratuur nog niet
bereikt.
Laat de kachel afkoelen.
Start de kachel opnieuw op.
Gebruiker
Laat de kachel langer bran-
den met de schakelaar in de
stand “1”, zie fig. 5(A).
Gebruiker
Vervang de pompthermos-
taat.
Dealer
7 De warmeluchtthermos-
taat is defect.
Vervang de warmeluchtther-
mostaat.
Dealer
8 De verbrandingslucht-
ventilator werkt niet.
Test de motor en vervang
deze, indien nodig.
Dealer
9 Er is onvoldoende toe-
voer van verbran-dings-
lucht.
Reinig de gaten in de ver-
damper, zie fig. 4(D).
Gebruiker
Controleer de werking van de
verbrandingsluchtventilator.
Dealer

14 40.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands
De vlam dooft direct
na het aansteken.
10 De trek in de schoor-
steen in niet goed.
Controleer of de schoorsteen
aangebracht is volgens
opgave, zie “schoorsteen”.
Gebruiker
Controleer de schoorsteen
op lekkage.
Gebruiker
Reinig de schoorsteen, in-
dien nodig.
Gebruiker
11 De schoorsteen heeft
een te grote of onregel-
matige trek.
Breng een schoorsteenklep
aan, zie “schoorsteen”.
Stel de schoorsteen af op de
juiste trek (zie onderhoudsta-
bel 5.1) met het contrage-
wicht op de klep ((fig. 7)
Dealer
12 De trek in de schoor-
steen is te laag.
Controleer alle verbindingen
in de schoorsteen.
Gebruiker
Reduceer het aantal boch-
ten.
Gebruiker
Verhoog de schoorsteen. Gebruiker
Isoleer de schoorsteen bui-
ten het gebouw.
Gebruiker
12 De trek in de schoor-
steen is te laag.
Controleer de schoorsteen,
zie “schoorsteen”.
Gebruiker
13 De maximaal thermos-
taat is onjuist ingesteld
of defect.
Reset de thermostaat, zie fig.
3(Q).
Gebruiker
Vervang de thermostaat, zie
fig. 3(Q).
Dealer
14 De overloop beveiliging
is vol plantaardige olie
of biodiesel.
Reinig het schaaltje van de
overloopbeveiliging, de ver-
brandingsschaal en de
bodem van de verdamper.
Gebruiker
De brandstofpomp
draait niet en de con-
trolelamp brandt niet,
terwijl de kachel
voorverwarmd is en
de schakelaar in de
stand “1” of “2” staat.
Zie storingen: 3, 6 en 14.
Storing Oorzaak Oplossing Actie

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 15
Nederlands
Noteer de onderhoudsgegevens in tabel A in
de annex achterin dit boek.
7 RESERVEONDERDELEN
Voor het gebruik adviseren wij om
reserveonderdelen op voorraad te hebben,
zie tabel B in de annex achterin dit boek.
8 TECHNISCHE INFORMATIE
• Zie voor de technische specificaties tabel
C in de annex achterin dit boek.
9 INSTALLATIE VAN ACCESSOIRES
9.1 Schoorsteen
De kachel heeft een aansluiting voor een
schoorsteen.
1. Schuif een T-stuk (A) direct over de
aansluiting (B).
2. Schuif de schoorsteenpijp op het T-stuk.
3. Schroef de schoorsteenpijp met drie
schroeven vast op het T-stuk.
• De schoorsteen moet naar boven wijzen.
• De schoorsteen (of een deel daarvan)
mag nooit horizontaal lopen. Een hoek
van 45° is aanvaardbaar.
• Een horizontale verlenging van de
aansluiting aan de kachel is niet
toegestaan.
• Bij het gebruik van een pijp onder 45°,
moeten er pijpstukken met een lengte
van minimaal 1 m voor en na de
schuinlopende pijp toegepast worden.
• De schoorsteen moet minimaal 0.5 m
boven het hoogste punt van een gebouw
uitsteken.
• Houd het verticale deel, direct na de
kachel, zo lang mogelijk voordat de
schoorsteen door de wand heen naar
buiten gevoerd wordt.
4. Breng de volgende pijpstukken aan.
5. Plaats een hoed op het uiteinde van de
schoorsteen.
9.2 Diameter schoorsteen
/i
De vlam dooft terwijl
de brandstofpomp
nog draait.
Zie storingen: 2, 5, 7, 9, 10
en 12.
De kachel maakt een
brommend geluid.
15 Er is te veel koozaadolie
of biodiesel bij het
opstarten.
Verminder bij een nieuwe
start de hoeveelheid plant-
aardige olie of biodiesel.
Gebruiker
Zie storingen: 10, 11 en 12.
Er wordt roet
gevormd in de ver-
brandingskamer en
in de schoorsteen.
Zie storingen: 8, 9, 10, 11 en
12.
Er is onverbrande
brandstof op de ver-
brandingsschaal.
16 Er is te veel plantaar-
dige olie of biodiesel bij
het opstarten.
Verminder de hoeveelheid
plantaardige olie of biodiesel.
Zie storingen: 8, 9, 11 en 12.
Storing Oorzaak Oplossing Actie
VOORZICHTIG
De schoorsteen moet aan de
onderstaande eisen voldoen.
Bio Energy 1
150 mm

16 40.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
Nederlands
10 EG-VERKLARING VAN
OVEREENSTEMMING
De EG-Verklaring van overeenstemming kunt
u vinden op www.thermobile.nl.

Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 17
English
English
Contents
Safety instructions..................................... 17
Introduction ............................................... 17
Preparations.............................................. 19
Use............................................................ 20
Maintenance ............................................. 21
Faults ........................................................ 22
Spare parts................................................ 25
Technical information ................................ 25
Installing accessories................................ 26
EC Declaration of conformity .................... 26
Preface
This manual contains instructions for use of
the heaters as shown on the cover. The
information in this manual is important for the
correct and safe use of the heater.
Identification of the product (fig. 1)
The identification plate is attached to the side
of the heater. The identification plate contains
the following data:
A Year of manufacture
B Serial number
C Production code
D Voltage data
E Air displacement
F Capacity max (kW)
G Capacity max (MJ/h)
H Type number
Service and technical support
Please contact your dealer or the
manufacturer for information about the
heater. Make sure you have the following
data at hand: type and serial number of the
heater.
Warranty and liability
For warranty and liability, see general
warranty regulations.
Environment
Note
The heater is made of various metals
and synthetic materials. The heater
also contains electronic parts, which
must be treated as electronic waste.
Please contact your dealer for further
information.
O
n
l
y app
li
ca
bl
e
t
o
th
e
E
uropean
Union
Waste disposal of electric &
electronic equipment for business
use.
For further information regarding the
disposal of products for business use
at the end of their life span, please
contact your dealer or distributor in
your country. This product may not
be disposed of together with
commercial waste or as commercial
waste.

18 40.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
English
1 SAFETY INSTRUCTIONS
1.1 Pictograms in this manual
1.3 Use this product for its intended
use
The stationary used oil fired hot air heater
has been designed for heating of workshops
at mechanization companies, heating and
frost protection of halls, transit sheds and
warehouses and heating of garage
workshops.
1.4 General instructions
2 INTRODUCTION
2.1 Purpose
These stationary used heaters (vegetable oil
or biodiesel) are direct fired heaters with
thermal protection and connections for a flue
with rain cap and optional room thermostat.
The heater is equipped with a hot air fan.
The hot air heaters have been tested at sea
level at a temperature of 20 °C.
Caution
Indicates risk of damage to the
appliance.
Warning
Indicates a dangerous situation, that
can lead to death or serious injuries.
Warning
Always switch off power when
performing maintenance or repairs on
the hot air heater!
Hot
Some surfaces may be hot! Wait until
these parts have sufficiently cooled
down before performing
maintenance.
Suggestions and tips to simplify the
carrying out of the specified tasks or
actions.
Warning
• Read this manual carefully
before using the hot air heater.
• Keep this document with the hot
air heater.
• Follow the described procedures.
• Never lean against the hot air
heater.
• Keep highly inflammable
materials at adequate distance
from the hot air heater:
- top side 150 mm
- front and sides 900 mm
- back 450 mm
• Make sure there is enough air for
good combustion.
• Only perform repair and
maintance work when the hot air
heater has sufficiently cooled
down, and after removing the
plug from the socket.
1.2 Pictograms on the stationary used
oil fired heater (fig. 2)
A Information about the used oil.
Warning for overheating and switch off.
Instruction for use.
Instruction for re-ignition.
B


Bio Energy series 40.020.944 - rev. 05 - 2015 19
English
2.2 Working principle
The stationary used heater (vegetable or
biodiesel) is equipped with three electric
motors.
The first electric motor drives a fuel pump,
which pumps up the fuel from the fuel tank.
The second electric motor drives the
combustion air fan, which blows the
combustion air into the combustion chamber.
The third electric motor drives the hot air fan,
which extracts the hot air around the
combustion chamber. The hot air is blown
into the space to be heated.
Vegetable oil or biodiesel is poured manually
on a burner dish, which is ignited with a
burning paper pellet. As soon as the burner
dish is at the right temperature (position 2,
automatic) the pump thermostat activates the
fuel pump; the control light flashes on. The
fuel pump pumps the vegetable oil or
biodiesel onto the burner dish. The vegetable
oil or biodiesel evaporates due to the
temperature of the burner dish. The gas
vapour burns. The fan thermostat switches
on the motor of the hot air fan, which causes
the hot air to be blown from the heater into
the space to be heated.
The pump thermostat switches off the fuel
pump when a failure causes the heater to
overheat.
The fuel pump is switched off when the
heater is switched off.
The hot air fan runs until the fan thermostat
switches off the fan when it has sufficiently
cooled down.
The fuel supply has an overflow that ensures
that the vegetable oil or biodiesel flows back
into the fuel tank when the fuel pipe is
blocked.
The overflow protection switches off the fuel
pump when the burner dish overflows.

20 40.020.944 - rev. 05 - 2015 Bio Energy series
English
2.3 Main components stationary used
heater (vegetable oil or biodiesel
(fig. 3)
A Cover
B Flue connection
C Combustion chamber
D Connection for hot air fan
E Identification plate
F Fuel filter
G Switch box
H Fuel tank
I Fuel pump
J Drain cock
K Fill filter
L Fuel pipe
M Return line
N Inspection window
O Fuel supply pipe
P Heat distributor with fan
Q Maximum thermostat
2.4 Main components of the burner
(fig. 4)
A Explosion window
B Combustion chamber
C Vaporisation ring
D Vaporisation section
E Combustion air ventilator
F Burner dish
G Overflow protection
H Fan thermostat
I Thermostat pump - and oxygen motor
JShovel
2.6 Thermostat
The Bio Energy has the following thermostats:
•
• Maximum thermostat
The thermostat stops the fuel pump when
the combustion temperature gets too
high.
• Fan thermostat
The thermostat starts up the hot air fan
as soon as the heater reaches the right
temperature. After switching off the
heater, the fan thermostat ensures that
the hot air fan keeps running, which cools
the heater. As soon as the heater has
cooled down, the fan thermostat switches
off the hot air fan.
2.7 Accessories
• Flue with rain cap
3 PREPARATIONS
3.1 Removing the packaging
1. Remove packaging from the heater.
2. Remove packaging from the loose parts
in the combustion chamber.
3.2 Installation
1. Ensure that the used heater (vegetable
oil or biodiesel) is positioned horizontally.
2. Correctly attach the parts of the
combustion chamber, see fig. 4.
3. Open the filling cover and fill the tank with
fuel.
Caution
Only the following oil types may be
used in the stationary used
(vegetable oil or biodiesel) heaters:
• Vegetable oil
• Biodiesel
2.5Switch box (fig. 5)
- 0: The pump is switched off
- 1: Low pump speed
- 2: High pump speed
A.Switch control
B Control light Low pump speed
C Control light High pump speed
D Pump regulator
E Connection cable
When the pumpthermostat is sufficiently pre-
heated, the fuel pump automatically starts up.