Vetus Meteo Liner User manual

vetus®
Handleiding / Manual / Anleitung
Nederlands / English / Deutsch
Baroscoop
Baroscope
Baroscope
Copyright © 2001 Vetus den Ouden n.v. Schiedam Holland

Inhoud
1 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
2 Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
3 Elektrische installatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
4 Opstelling van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5 Inbedrijfstelling en bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
6 Gebruik boven zeeniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
7 Storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
8 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
9 Weer en wind beter begrijpen met de baroscoop . . . . 14
Contents
1 General . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
2 Precautionary measures . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
3 Electrical connection. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
4 Installing the unit. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
5 Initial start . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
6 Use above sea level . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
7 Troubleshooting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
8 Technical data. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
9 Understanding wind and weather better
with your baroscope . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
210.0801 Baroscope

10.0801 3
Baroscope
Inhalt
1 Allgemeines . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
2 Vorsichtsmaßnahmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
3 Elektrischer Anschluß . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
4 Geräteaufstellung . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
5 Inbetriebnahme u. Bedienung. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
6 Einsatz über Meeresniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
7 Störungsbehebung . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
8 Technische Daten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
9 Wetter und wind besser verstehen
mit dem Baroscope. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Hoofdafmetingen
Principal dimensions
Hauptabmessungen

1 Algemeen
1.1 De elektronische baroscoop
De Vetus baroscoop is een precisie instrument voor het meten en
registreren van de atmosferische luchtdruk. Door het volledig
elektronische concept van de baroscoop heeft de baroscoop
eigenschappen die traditionele, mechanische meetmethoden ver
overtreffen.
Enkele belangrijke eigenschappen:
• Luchtdrukmeting zonder mechanische componenten
• Hysteresis-vrije drukregistratie door elektronische sensoren,
daardoor de hoogste resolutie en nauwkeurigheid
• Elektronisch filter voor demping van onbelangrijke drukveran-
deringen (golfbeweging van het water)
• Nauwkeurige tijdschaal (24 uur of 8 dagen)
• Optische en akoestische stormwaarschuwing bij kritische
drukveranderingen (stijgend of dalend)
• Voeding door middel van batterijen is mogelijk
• Compact, licht en onderhoudsvrij
1.2 Waar in te zetten
De baroscoop dient als instrument voor de prognose van de loka-
le wind- en weerssituatie en is een aanvulling op het weerbericht,
dat vaak slechts een algemeen beeld van de weerssituatie geeft.
De waarde van de luchtdruk op een bepaald moment zegt weinig
over de wind en het weer. Wat wel enige meteorologische bete-
kenis heeft is het verloop van de luchtdruk binnen een bepaalde
tijd. Daarom zegt de baroscoop zoveel meer dan traditionele
barometers, want maar weinig mensen nemen de moeite om een
barometer op regelmatige tijdstippen af te lezen en aan de hand
hiervan een curve uit te zetten.
Door middel van het automatische stormwaarschuwingssysteem
kan een naderende orkaan sneller en beter herkend worden (voor
bijvoorbeeld jachten die ‘s nachts voor anker liggen, boerenbe-
drijf, bergbeklimmen).
De inzetmogelijkheden van dit apparaat zijn door zijn innovatieve
techniek en zijn ontwerp veelomvattend.
Naast de typische toepassingsgebieden van de baroscoop op
schepen, bij meteorologische instituten en bij weerstations in
berggebied, is de baroscoop natuurlijk ook gewoon in de woon-
kamer thuis op zijn plaats.
Over de juiste interpretatie van de curven vindt u in het stuk ‘Weer
en wind beter begrijpen met de baroscoop’ waardevolle aanwij-
zingen.
410.0801 Baroscoop

2 Voorzorgsmaatregelen
• Temperatuur:
Voorkom directe zonnestraling op het instrument.
• Vocht:
Wanneer de baroscoop op schepen wordt toegepast, monteer
de baropscoop dan op een tegen spatwater beschermende
plaats.
• Stroomvoorziening:
Zorg ervoor dat de elektrische aansluitingen juist zijn, en zorg
altijd voor een correcte accuspanning (zie technische gege-
vens).
• Trillingen:
Zorg er altijd voor dat het instrument geen schokken te voor-
duren krijgt. Dit kan leiden tot een onjuiste instelling van de
druksensor.
• Display:
Druk nooit op het display. Dit kan onherstelbare schade ver-
oorzaken. Gebruik nooit oplosmiddelen om het display te rei-
nigen.
3 Elektrische installatie
3.1 Gebruik met ingebouwde batterijen
De baroscoop kan onafhankelijk van een externe voedingsbron
werken, namelijk op vier 1,5 V batterijen (type R6). Deze dienen
in het batterij gedeelte aan de achterzijde van de baroscoop
geplaatst te worden.
Plaatsen van de batterijen:
Verwijder het batterij deksel aan de achterzijde van het apparaat
door de twee schroeven los te draaien. Plaats vier 1,5 V batterij-
en (type R6) in de batterijhouder. Let er op dat de batterijen op de
juiste manier (polariteit!) in de batterijhouder worden geplaatst.
Sluit het deksel.
Vervangen van batterijen:
Wanneer op het display ‘LoBat’ verschijnt, dienen de batterijen
vervangen te worden. Vervang altijd alle vier de batterijen tegelijk.
Om de reeds opgeslagen gegevens en de instellingen te behou-
den tijdens het vervangen van de batterijen, let op het volgende:
• Wanneer de baroscoop tevens gevoed wordt door een exter-
ne voedingbron (scheepsaccu of netadapter) moet tijdens het
verwisselen van de batterijen deze externe voedingsbron
gehandhaafd blijven.
• Wanneer de baroscoop allleen door batterijen gevoed wordt,
let er op dat het display ‘uit’ staat. Vervang snel alle batterijen
om zo de tijd van stroomonderbreking zo kort mogelijk te hou-
den. Wanneer er toch data verloren is gegaan, handel dan vol-
gens hoofdstuk 5.2 tot en met 5.4.
10.0801 5
Baroscoop
NEDERLANDS

Om de batterijen zo lang mogelijk mee te laten gaan zal het dis-
play alleen verschijnen wanneer er op de rechter druktoets wordt
gedrukt. Het display gaat uit na 60 seconden of wanneer de rech-
ter druktoets weer wordt ingedrukt.
Indien het automatische stormwaarschuwingssysteem ingescha-
keld is, werkt dit ook wanneer wanneer het display niet aanstaat.
De levensduur van de batterijen hangt sterk af van de duur en van
de frequentie van raadplegen van het display. Wanneer het dis-
play vijf maal per dag wordt geraadpleegd, zal de levensduur van
de batterijen circa één maand zijn.
Stroomverbuik van de batterijen:
Met display ‘aan’: 98 mA
Met display ‘uit’: 0,064 mA
3.2 Gebruik met externe voedingsbron (bijv. scheeps-
accu)
De externe voeding geschiedt door middel van de extra meege-
leverde kabel, aangesloten aan de achterzijde van de baroscoop.
Het spanningsbereik bedraagt 10 V tot 30 V. Bij deze wijze van
voeden kan het display door middel van de rechter druktoets per-
manent aan en uit gezet worden.
Wanneer ook batterijen in de baroscoop zijn geplaatst zoals in
hoofdstuk 3.1 beschreven, zal bij een eventuele uitval van de
externe voedingsbron worden overgeschakeld op de batterijen,
zonder data te verliezen of de functie te onderbreken.
Stroomverbuik van de externe voedingsbron (12 V of 24 V accu):
12 V Met display ‘aan’: 95 mA
Met display ‘uit’: 21 mA
24 V Met display ‘aan’: 55 mA
Met display ‘uit’: 8 mA
Wanneer de baroscoop werkt op een externe voedingsbron, zul-
len de batterijen niet leeggetrokken worden.
Aansluitschema:
610.0801 Baroscoop
1 Accu
2 Schakelaar
3 Baroscoop
A Wit (+)
B Geel
(niet gebruikt)
C Bruin (-)

3.3 Gebruik met net-adapter
De baroscoop kan aangesloten worden op het 230 V - 50/60 Hz
net met behulp van de (niet meegeleverde) adapter (Vetus art.
code METEO220). De adapter levert 12 V gelijkspanning, zodat
de bediening is zoals in hoofdstuk 3.2 beschreven is.
NB.: Het kan handig zijn om in dit geval de baroscoop ook te
voorzien van batterijen, om zo gegevensverlies te voorkomen
wanneer de netspanning wegvalt.
Wanneer de baroscoop werkt op de netspanning, zullen de bat-
terijen niet leeggetrokken worden.
4 Opstelling van het apparaat
4.1 Staand:
Voor alle toepassingen op het vaste land kan de baroscoop
gewoon staand gebruikt worden.
4.2 Wandbevestiging:
Voor toepassing van de baroscoop op een schip is de baroscoop
voorzien van een bevestigingsmogelijkheid aan een wand.
De ideale plaats voor de baroscoop is in het gebied van de navi-
gatie-apparatuur, waarbij de baroscoop zowel opgehangen als
neergezet kan worden.
Aan de achterzijde van de baroscoop bevinden zich twee sleuven
waarin de twee meegeleverde haken invallen bij wandbevesti-
ging.
10.0801 7
Baroscoop
Boren: 2x 2,3 mm
NEDERLANDS

4.3 Inbouw:
Er is een extra inbouwraam (Vetus art. code METEOFR) leverbaar,
waarmee de baroscoop als inbouwinstrument gebruikt kan wor-
den.
De twee gedeelten van het aluminium frame moeten in de groef
van de baroscoop geduwd worden. Schroef het frame vast.
5 Inbedrijfstelling en bediening
5.1 Elektrisch aansluiten (zie elektrische installatie, 3)
5.2 Set-up mode:
Druk op de rechter druktoets om het display aan te zetten.
De set-up mode verschijnt onmiddelijk op het scherm wanneer de
baroscoop voor de eerste maal gebruikt wordt.
Wanneer dit niet zo is, druk dan op de middelste druktoets om in
de SETUP-mode te komen.
In de SETUP-mode:
• Linker druktoets: Instellen/ wijzigen van de variabele
• Middelste druktoets: Verplaatsen van de cursor
• Rechter druktoets: Verlaten van SETUP-mode
810.0801 Baroscoop
Inbouwraam Paneel

5.2.1 Instellen van datum (DATE) en tijd (TIME):
Invoer datum: DD-MM-JJJJ
Invoer tijd: UU:MM:SS
5.2.2 Instellen van hoogte boven de zeespiegel (ALTITUDE):
De fabrieksinstelling is de luchtdruk op zee niveau. Het is moge-
lijk om de luchtdruk aan de passen aan het hoogteverschil ten
opzichte van de zeespiegel.
Invoer van hoogte boven de zeespiegel (ALTITUDE): 0000 m
(Invoer van 0 m tot 2000 m is mogelijk)
5.2.3 Instellen van de actuele luchtdruk (ATM.PRESS):
Door schokken en stoten is een verkeerde instelling van de lucht-
druk mogelijk. Deze kan gecorrigeerd worden.
Meestal is deze correctie echter niet noodzakelijk, want de abso-
lute waarde van de luchtdruk is meestal niet van belang, maar het
verloop van de luchtdruk in de tijd.
Deze correctie van de luchtdruk moet worden ingesteld nadat de
hoogte boven de zeespiegel is ingesteld, en is bedoeld als fijnin-
stelling.
Invoer van de luchtdruk (ATM.PRESS): 0000,0 hPa *
(Invoer van 950 - 1070 hPa is mogelijk)
Door een verandering in zee niveau of luchtdruk waarde van
meer dan 10 hPa wordt een reeds weergegeven curve verwij-
derd.
5.2.4 Activeren van stormwaarschuwing (GALEWARNING), en
het instellen van de aanspreekwaarde (DROPRATE):
Het automatische stormwaarschuwingssysteem kan ‘aan’ of ‘uit’
geschakeld zijn.
Wanneer het automatische stormwaarschuwingssysteem inge-
schakeld is, let dan op het volgende:
De waarde waarbij de stormwaarschuwing wordt ingeschakeld
(DROPRATE) hangt af van de plaats waar de baroscoop wordt
gebuikt en van persoonlijke ervaringen. De instelwaarde gaat
altijd over de drukverandering over de laatste drie uur. Als (niet-
bindende) richtwaarden gelden:
Op open zee: 1,3 - 3 hPa / 3 uur
Boven land dat is blootgesteld aan wind: 1,5 - 6 hPa / 3 uur
In bebouwde of heuvelachtige gebieden: 3 - 10 hPa / 3 uur
Beantwoorden van een stormwaarschuwing:
Een stormwaarschuwing geeft een hoorbaar en herhalend sig-
naal.
Wanneer de baroscoop op batterijen werkt (zoals in 3.1 beschre-
ven), zal het alarm elke 10 minuten 10 sec. lag te horen zijn,
zolang de stormverdenking blijft bestaan.
Wanneer de baroscoop een externe voeding heeft (zoals in 3.2 en
3.3 beschreven), zal het alarm continu te horen zijn, zolang de
stormverdenking blijft bestaan en deze niet beantwoord wordt.
10.0801 9
Baroscoop
NEDERLANDS
* 1 hPa = 1 mbar

Het akoestische signaal kan worden beantwoord door de rechter
druktoets in te drukken. Echter, wanneer de stormwaarschuwing
aanhoudt, zal na 10 minuten opnieuw een alarm te horen zijn.
De zichtbare ‘Gale’ indicator zal op het display te zien blijven tot-
dat de stormwaarschuwing voorbij is.
5.3 Weergave van curve van de laatste week
Door de linker druktoets in te drukken kan de curve van de laat-
ste week opgeroepen worden. Het drukbereik dat wordt weerge-
geven loopt van 950 - 1070 hPa
-7 -6 -5 -4 -3 -2 -1 vandaag
Door de linker druktoets opnieuw in te drukken zal de tijdschaal
met uren weer te zien zijn.
5.4 Initialiseren
Met deze procedure wordt alle data gewist, en worden alle begin-
waarden weer ingesteld. Dit dient te gebeuren wanneer zich een
storing voordoet.
Opmerking: Een reeds weergegeven curve zal worden gewist
tijdens initialisatie!
Druk eerst op de rechter druktoets totdat het display verschijnt.
Druk nu tegelijk op de linker druktoets. Er volgen nu drie hoorba-
re signalen die aangeven dat het stormwaarschuwingssysteem
‘aan’ staat. Handel nu weer volgens 5.2.
10 10.0801 Baroscoop

5.5 Samenvatting van de bediening:
10.0801 11
Baroscoop
NEDERLANDS

6 Gebruik boven zee niveau
Van de fabriek uit is de baroscoop ingesteld voor gebruik op zee
niveau. Wanneer de baroscoop aan land wordt gebruikt, wees er
dan zeker van dat de hoogte waarop de baroscoop gebuikt
wordt, wordt ingegeven in de SETUP mode (de luchtdruk neemt
ongeveer 1 hPa in waarde toe bij elke 8,8 m toename in hoogte).
Het is bovendien belangrijk om de baroscoop aan te passen aan
de relevante werkhoogte om zo te voorkomen dat bij lage lucht-
druk de onderste meetgrens (950 hPa) van de sensor bereikt
wordt, en daarmee de melding ’Range’ verschijnt.
De melding ‘Range’ verschijnt wanneer de druk lager is dan
950 hPa of groter dan 1070 hPa.
Instelling vindt plaats in de SETUP mode.
- ingeven van de hoogte waarop de baroscoop gebruikt wordt,
zoals is aangegeven bij 5.2.2, of
- ingeven van de actuele luchtdruk, of corrigeer de luchtdruk
met de fijninstelling volgens 5.2.3.
7 Storingen
7.1 Baroscoop werkt niet of werkt verkeerd na aanzet-
ten
• Externe stroomverzorging losnemen (wanneer de baroscoop
hiermee gevoed wordt). Batterijen uit het apparaat nemen
• Nieuwe batterijen plaatsen (let op plus en min!)
• Handel volgens 5.2 respectievelijk 5.4
• Externe stroomverzorging weer aansluiten (wanneer de baro-
scoop hiermee gevoed werd)
7.2 Apparaat laat zich niet initialiseren
• Handel volgens 7.1
• Handel volgens 5.4 (let op de volgorde waarin de druktoetsen
ingedrukt worden)
12 10.0801 Baroscoop

Spanning
Batterijen (intern) : 2,0 tot 6,3 Volt gelijkspanning
Accu / adapter (extern) : 10 tot 30 Volt gelijkspanning
Stroom
Batterijen (intern) : display ‘aan’ 98 mA
display ‘uit’ 0,064 mA
Accu 12 Volt / adapter : display ‘aan’ 95 mA
display ‘uit’ 21 mA
Accu 24 Volt : display ‘aan’ 55 mA
display ‘uit’ 8 mA
Toelaatbare omgevingstemperatuur
Gebruik : 0˚C tot +40˚C
Opslag : - 20˚C tot +60˚C
Druksensor
Bereik : 950 hPa - 1070 hPa
Lineariteit (ten op-
zichte van zee-niveau) : +/- 1 hPa
Temperatuur stabiliteit : +/- 2 hPa (bij 0˚C tot + 40˚C)
Tijdsafwijking : +/- 4 sec. per maand
Beeldscherm en curveweergave
Zichtbare gebied : 92 x 74 mm
Grafische resolutie
display : 160 x 128 pixels
Tijdschaal : 24 uur of 1 week
Drukschaal : 20 hPa over 24 uur
120 hPa over 1 week
Resolutie van curve : 0,2 hPa / pixel
Nauwkeurigheid van
luchtdruk in scherm
(digitale weergave) : 0,1 hPa
Gewicht : 0,5 kg
Afmetingen (B x H x D) : 155 x 135 x 81 mm
N.B. 1 hPa = 1 mbar
10.0801 13
Baroscoop
NEDERLANDS
8 Technische gegevens

In tegenstelling tot eenvoudige barometers toont de baroscoop
ook hoe de luchtdruk zich in de afgelopen uren ontwikkeld heeft.
Het voortdurende controleren, aflezen en noteren van de lucht-
druk is bij eenvoudige, verouderde barometers niet alleen
omslachtig, maar brengt ook onnauwkeurigheden met zich mee.
Dit leidt ertoe, dat zelfs de doorgewinterde schipper de ontwikke-
ling van de luchtdruk niet kan voorzien; en dit is juist de basis
voor het bevatten van de weerssituatie, en voor een betrouwbare
weersvoorspelling.
Wie de luchtdrukcurve juist wil interpreteren, dient alleerst de
weersgesteldheid nauwkeurig te bestuderen. Want alleen slechte
schipper vertrouwt blindelings op de hem toevertrouwde infor-
matie, dus:
• Bestudeer ter voorbereiding de actuele weersgesteldheid. Dit
kan via de radio, de TV, de krant of de boordweerkaarten-
schrijver (‘weatherfax’).
• Daarna wordt de weersverwachting vastgelegd. Dit kan bij-
voorbeeld door de weersvooruitzichten van de radio over te
nemen, of via mededelingen van de havenmeester. Deze
berichten dienen natuurlijk altijd aangevuld te worden door
eigen waarnemingen.
• Uit de prognose van het weer wordt slechts een luchtdruk-
prognose afgeleid: wanneer het weer zich zo zal ontwikkelen
zoals voorspeld is, dan dient de luchtdruk daarmee overeen te
stemmen; zo weet men dus precies hoe de luchtdruk zich zal
ontwikkelen!
• Deze INDIEN-DAN-benadering is omkeerbaar. Zodoende is de
eigenaar van een baroscoop door het observeren van de
luchtdrukontwikkeling in staat om een volwaardig weersvoor-
uitzicht af te leiden.
Dit gebruikershandboek voor de eigenaar van een baroscoop
toont de meest voorkomende Europese weersbeelden in hun
gebruikelijke luchtdrukverloop, zoals de baroscoop deze ook
werkelijk weergeeft. Onafhankelijk van de persoonlijke kenmer-
ken van de gebruiker wordt op een adequaat tijdstip een aanbe-
veling tot uitvaardiging van een stormwaarschuwing (GALE)
gegeven.
14 10.0801 Baroscoop
9 Weer en wind beter begrijpen met de
baroscoop (door Dieter Karnetzki, meteoroloog)
Zo werkt men met de Vetus Baroscoop

Inleidende opmerking
De absolute getalswaarde van de
luchtdruk zegt (helaas) nog niets
over de weersituatie. Onweer, regen,
storm of windstilte kan bij elke wille-
keurige waarde van de luchtdruk
voorkomen.
Daarentegen is de mate van de lucht-
drukverandering per tijdseenheid
nauw verbonden met de weersge-
steldheid. Meteorologen spreken in
dit verband van de luchtdruktendens,
of kort gezegd: druktendens.
Wind en weer worden bepaalt door
de snelheid waarmee de luchtdruk
verandert! Waarbij echter de geogra-
fische breedte ook nog een rol
speelt: bij een toename van de
breedtegraad neemt de uit een druk-
tendens resulterende windkracht dui-
delijk af.
Op de baroscoop laten zich de varia-
belen tijd versus luchtdrukontwikke-
ling zeer eenvoudig aflezen. De druk-
tendens wordt in hPa per uur aange-
geven (hPa = hectoPascal).
10.0801 15
Baroscoop
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
Typisch warmtefront - zwak aktief (zomer) Typisch warmtefront - aktief (winter)
Typisch koudtefront - zwak aktief Typisch koudtefront - aktief
NEDERLANDS

Het gebruik van de stormwaarschuwing
De baroscoop is zowel volgens zuiver meteorologische aspecten
programmeerbaar, alsmede naar de persoonlijke behoeften van
de eigenaar voor diens eigen gemak.
Het nut van de stormwaarschuwing
kan alleen optimaal gebruikt worden,
wanneer deze zeer precies ingesteld
wordt. Een voortdurend te laag inge-
stelde waarde voor de stormwaar-
schuwing leidt weliswaar tot grote
voorzichtigheid, maar dit heeft tot
gevolg dat het alarm zeer vaak zal
afgaan, en op een gegeven moment
zal niemand er meer op reageren, of
het alarm zelfs uitschakelen.
Omgekeerd moet een te hoog inge-
stelde waarde voor de stormwaar-
schuwing voorkomen worden, omdat
daarmee ongewenste effecten
bereikt worden: eerst zal mogelijk
een storm opzetten, en daarna pas
het alarm afgaan. Op deze manier zal
het vertrouwen in het systeem (ten
onrechte) verloren gaan.
Het is tevens van belang voor iedere specifieke weersituatie de
optimale stormwaarschuwingwaarde in te stellen. Tevens dient de
geografische ligging van het vaargebied in aanmerking worden
genomen, ten einde optimaal te functioneren. De volgende tabel
geeft de juiste waarschuwingen aan voor zachte wind, sterke
wind en storm.
16 10.0801 Baroscoop
Druktendens:
Geografische breedte Druktendens per uur (hPa/h) en wind
0 tot 20 graden bij het dagelijks verloop van drukgolf: zwakke wind of windstilte
sterke wind alleen bij rukwinden samen met regen of onweer
20 tot 40 graden < 0,5 hPa: geen prognose mogelijk
0,5 - 1,0 hPa: windkracht 4 - 5 Bft, aan de kust mogelijk 6 Bft
1,0 - 2,0 hPa: storm
40 tot 60 graden < 0,5 hPa: geen prognose mogelijk
1,0 - 2,0 hPa: windkracht 6 - 7 Bft
> 2,0 hPa: storm
60 tot 80 graden < 1,0 hPa: geen prognose mogelijk
1,0 - 2,0 hPa: windkracht 4 - 5 Bft
2,0 - 3,0 hPa: windkracht 6 - 7 Bft
> 3,0 hPa: storm
Druktendens: kleiner da 1 hPa/uur = verwaarloosbaar
kleiner dan 2 hPa/uur = sterke wind
groter dan 2 hPa/uur = storm

9-1 Een periode van mooi weer met hoge druk loopt
ten einde
Hogedrukgebieden zwakken ongemerkt en geleidelijker af naar-
mate ze langer hebben geduurd. Met dien verstande, dat de
meteorologische instituten vaak nalaten van de weeromslag mel-
ding te maken. Zelfs indien wolken of weertoestand geen aanwij-
zingen geven, toont de baroscoop de weeromslag duidelijk.
Een langzame maar voortdurende daling van de luchtdruk wijst
op een naderende weersverslechtering. Na een periode van mooi
weer zal een meerdaagse periode van slecht weer volgen.
De luchtdruk daalt langzaam maar zeker; na één of twee dagen
treden Cirruswolken op, de wind neemt langzaam in kracht toe,
het wordt duidelijk koeler; achter de hoge wolken hebben ook
omvangrijke Stratus en Stratocumuluswolken de hemel bedekt.
Regen volgt, vergezeld van koele wind. Het begin van een weste-
lijke stroming; dit betekent dat het weer wisselvallig wordt. Regen
met wind en veel bewolking wisselen elkaar af met zonneschijn.
De verandering van de luchtdruk ligt in de orde van grootte van
1 hPA per 3 uur.
10.0801 17
Baroscoop
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
NEDERLANDS

9-2 De westelijke stroming
Het wisselvallige weer van de westelijke stroming laat zich zeer
fraai zien op de baroscoop. Ieder voorbijtrekken van een regen-
front wordt door de baroscoop zorgvuldig aangegeven. Zoals in
de meteorologische leerboeken is aangegeven laat deze het
voorbijtrekken van een warmtefront net zo duidelijk zien als het
koudefront, onafhankelijk van het feit of deze fronten nu zwak of
sterk zijn.
Zomerse warmtefronten hebben nauwelijks invloed op het weer;
zij brengen slechts een lichte versterking van de bewolking voor
een korte periode met zich mee. De baroscoop toont na de con-
tinue luchtdrukdaling gedurende 1 à 2 uur een minder sterke
daling van de luchtdruk; dat is het warmtefront (a).
Het warmtefront zelf laat de baroscoop zien door middel van een
abrupte overgang van dalende luchtdruk naar een constante
luchtdruk gedurende enige uren.
Koufronten manifesteren zich door een duidelijke en voortduren-
de daling van de luchtdruk, gevolgd door een even duidelijke stij-
ging van de luchtdruk. Hoe abrupter de verandering plaatsheeft,
des te sneller is het front weer verdwenen (b).
Achter het koudefront volgt dan mooi weer indien de luchtdruk
voortdurend stijgt. Eerst stijgt de luchtdruk snel en hiermee gaat
dan ook een krachtige wind gepaard. Zodra de luchtdrukstijging
langzamer wordt valt de wind weg en is de bewolking verdwenen.
Na een dag met zonneschijn volgt dan opnieuw een periode met
regenachtig weer. Deze situatie kan in Noord- en Midden Europa
meestal enige weken aanhouden (c).
18 10.0801 Baroscoop
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
a) Warmtefront b) Koufront c) Tussenhoog
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)

9-3 De westelijke stroming trekt weg; mooi weer is in
aantocht
Op het eerste gezicht lijkt er niets anders aan de hand te zijn dan
een normale westelijke stroming, echter bij nauwlettender onder-
zoek is er sprake van een lineaire opwaartse beweging achter het
op- en neergaande luchtdrukpatroon. De gemiddelde waarde van
de luchtdruk stijgt langzamerhand. Tegelijkertijd kan worden
waargenomen dat de amplitudes van deze ‘heuvels en dalen’
steeds kleiner worden en de fronten steeds meer verwateren.
Zodra de golfbewegingen geheel zijn afgevlakt en slechts een
lichte maar gestage luchtdrukstijging is overgebleven, is de
westelijke stroming ten einde. Indien de baroscoop deze fase
toont, zwakt de wind af. De neerslag stopt en zonneschijn over-
heerst. Des te geleidelijker en langer de luchtdrukstijging plaats-
vindt, des te langer zal de weersverbetering stand houden.
De luchtdruk stijgt en de amplitudes worden kleiner: mooi weer in
aantocht in 1 à 2 dagen.
10.0801 19
Baroscoop
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
NEDERLANDS

9-4 De hogedrukgolf, brenger van mooi weer
De hogedrukgolf heeft zijn naam te danken aan het feit dat deze
als relatieve mooiweerszone tussen twee gebieden met lage
luchtdruk en slecht weer is gelegen. Ontstaat na het koudefront
met de kenmerkende drukknik een voortdurende stijging van
druk, dan zal de bewolking snel oplossen en zal de zon spoedig
de overhand hebben in plaats van de regenbuien. Zodra echter
de stijging van druk afzwakt kan reeds worden voorspeld, dat de
periode van zonneschijn spoedig voorbij zijn.
Als dan de luchtdruk weer begint te dalen, treedt binnen enkele
uren Cirrusbewolking op en een zwakke wind zal beginnen te
waaien die met het dalen van de luchtdruk eveneens in kracht
toeneemt.
Hogedrukpieken duren zelden langer dan 20 - 24 uur. Ze zijn ken-
merkend voor de Noord- en Midden Europese zomer en behoren
tot de categorie van de vochtige en winderige westelijke stro-
ming. Ook hier geldt: De gemiddelde waarde van de hogedruk-
curve controleren, ten einde een prognose voor de middellange
termijn te verkrijgen. Daalt de gemiddelde waarde van de lucht-
druk dan wordt het weer langdurig slechter; stijgt deze waarde
echter, dan loopt de wisselvallige situatie ten einde.
Zolang de druk stijgt geldt: de wind draait meer en meer met de
wijzers van de klok mee en zwakt af.
Indien de luchtdruk later daalt geldt: de wind neemt toe en draait
steeds meer tegen de wijzers van de klok in.
20 10.0801 Baroscoop
Datum Tijd Luchtdruk
in hPa
Tijdschaal (de afgelopen 24 uur)
Table of contents
Languages:
Other Vetus Measuring Instrument manuals