ETNA KI460ZT User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
INSTRUCTIONS FOR USE
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
INDUCTIEKOOKPLAAT
INDUCTION HOB
TABLE DE CUISSON À INDUCTION
INDUKTIONSKOCHFELD
KI460ZT
KI477ZT

NL Handleiding NL 3 - NL 24
EN Manual EN 3 - EN 24
FR Notice d’utilisation FR 3 - FR 24
DE Anleitung DE 3 - DE 24
Gebruikte pictogrammen - Pictograms used
Pictogrammes utilisés - Benutzte Piktogramme
Belangrijk om te weten - Important information
Important à savoir - Wissenswertes
Tip - Conseil - Tipp

NL 3
INHOUDSOPGAVE
Uw inductiekookplaat
Inleiding 4
Bedieningspaneel 5
Beschrijving 6
Gebruik
Gebruik van de inductiekookplaat 7
Pannen voor inductiekoken 8
Pendelen van het vermogen 9
Inductiegeluiden 9
Kookstanden 10
Temperatuurbeveiliging 11
Kookduurbegrenzing 11
Bediening
Inschakelen en vermogen instellen 12
Uitschakelen 13
Kinderslot 13
Restwarmte-indicatie 14
Boost 14
Kooktimer/wekker 15
Verbindingsfunctie 17
Onderhoud
Reinigen 19
Storingen
Algemeen 20
Storingstabel 21
Technische gegevens
Informatie volgens verordening (EU) 66/2014 22
Milieu aspecten
Afvoeren toestel en verpakking 24

NL 4
Inleiding
Deze inductiekookplaat is ontworpen voor de echte kookliefhebber.
Koken op een inductiekookplaat heeft een aantal voordelen. Het is
comfortabel, omdat de kookplaat snel reageert en ook op een zeer
laag vermogen is in te stellen. Dankzij het hoge vermogen gaat het aan
de kook brengen zeer snel. De ruime afstanden tussen de kookzones
maken het koken ook comfortabel.
Koken op een inductiekookplaat verschilt met koken op een
traditioneel toestel. Inductiekoken maakt gebruik van een magnetisch
veld om warmte op te wekken. Dit betekent dat u niet zomaar een
willekeurige pan kunt gebruiken. Het hoofdstuk pannen geeft u hierover
meer informatie.
Voor optimale veiligheid is de inductiekookplaat uitgerust met meerdere
temperatuurbeveiligingen en een restwarmtesignalering die aangeeft
welke kookzones nog heet zijn.
In deze handleiding staat beschreven op welke manier u de
inductiekookplaat zo optimaal mogelijk kunt benutten. Naast informatie
over de bediening treft u ook achtergrondinformatie aan die van dienst
kan zijn bij het gebruik van dit product.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat in gebruik neemt!
Lees deze gebruikershandleiding door voordat u het apparaat
in gebruik neemt, en berg de handleiding daarna veilig op voor
toekomstig gebruik.
Veel kookplezier!
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 5
Bedieningspaneel
A. Aan-/uittoets
B. Vermogen / Restwarmte indicatie
B1. Decimale punt - bij geactiveerde timer functie
C. Selectietoets kookzone
E. Vermogenstoets
H. Timerweergave
UW INDUCTIEKOOKPLAAT
AEB1B E B
C
C
H
C
C

NL 6
UW INDUCTIEKOOKPLAAT
Beschrijving
1. Kookzone Ø 18,5 cm / 1400 W (koppelbare zone)
2. Kookzone Ø 20,5 cm / 3000 W
3. Kookzone Ø 18,5 cm / 2000 W (koppelbare zone)
4. Kookzone Ø 16,5 cm / 1400 W
5. Bedieningspaneel
2
2
4
4
5
5
1
1
3
3

NL 7
GEBRUIK
Gebruik van de inductiekookplaat
Koken op een inductiekookplaat verschilt met koken op een traditioneel
toestel. Inductiekoken maakt gebruik van een magnetisch veld om
warmte op te wekken.
Snel
In het begin zult u verrast zijn door de snelheid van het toestel.
Vooral het op een hogere stand aan de kook brengen gaat zeer snel.
Om overkoken of droogkoken te voorkomen, kunt u er het beste altijd
bij blijven.
Het vermogen past zich aan
Bij inductiekoken wordt alleen dat deel van de zone benut waar de
pan op staat. Gebruikt u een kleine pan op een grote zone, dan zal het
vermogen zich aanpassen aan de diameter van de pan. Het vermogen
zal dus kleiner zijn en het zal langer duren voordat het gerecht in de
pan aan de kook is.
Schoon
De kookplaat is eenvoudig te reinigen. Doordat de kookzone niet heter
wordt dan de pan zelf, kunnen voedselresten niet inbranden.
Veilig
De warmte wordt opgewekt in de pan zelf. De glasplaat wordt niet
warmer dan de pan. Hierdoor blijft de kookzone een stuk koeler dan die
van bijvoorbeeld een keramische kookplaat of een gasbrander. Na het
wegnemen van een pan is de kookzone snel afgekoeld.
Let op!
• Zandkorreltjes of andere substanties kunnen krasjes en vlekken
veroorzaken die niet meer te verwijderen zijn. Zet daarom alleen
pannen met een schone bodem op het kookvlak en til pannen
altijd op als u ze verplaatst.
• Gebruik de kookplaat niet als werkvlak.
• Kook altijd met het deksel op de pan om energieverlies
te voorkomen.

NL 8
GEBRUIK
Pannen voor inductiekoken
Inductiekoken stelt eisen aan de kwaliteit van de pannen.
Let op!
• Pannen waarmee al eerder op een gaskookplaat is gekookt,
zijn niet meer geschikt voor inductiekoken.
• Gebruik alleen pannen die geschikt zijn voor elektrisch-
en inductiekoken met:
▷een dikke bodem van minimaal 2,25 mm;
▷een vlakke bodem.
• Het beste zijn pannen met het “Class Induction” keurmerk.
Tip
Niet elke pan is geschikt voor inductiekoken. Het is daarom belangrijk
om te weten of de pan is gemaakt van het juiste materiaal. Met een
magneet kunt u zelf controleren of uw pan geschikt is. Als de magneet
wordt aangetrokken, kunt de pan gebruiken.
Geschikt Ongeschikt
Speciale roestvrijstalen pannen Aardewerk
Class Induction Roestvrijstaal
Solide geëmailleerde pannen Porselein
Geëmailleerde gietijzeren pannen Koper
Kunststof
Aluminium
Let op!
Wees voorzichtig met dunne plaatstaal geëmailleerde pannen:
• op een hoge stand kan het emaille er afspringen wanneer de pan
te droog is;
• door het hoge vermogen kan de panbodem gemakkelijk
kromtrekken.
Let op!
Gebruik nooit pannen met een vervormde bodem. Een holle of bolle
bodem kan de werking van de oververhittingsbeveiliging belemmeren.
Het toestel kan dan te warm worden waardoor de glasplaat kan barsten
en de panbodem kan smelten. Schade, ontstaan door het gebruik van
ongeschikte pannen of droogkoken, valt buiten de garantie.

NL 9
Minimale pandiameter
De minimale pandiameter bedraagt 12 cm. Het beste resultaat bereikt u
door een pan te nemen met dezelfde diameter als de kookzone.
Bij te kleine pannen schakelt de kookzone niet in.
Snelkookpannen
Inductiekoken is zeer geschikt voor het koken in snelkookpannen.
De kookzone reageert zeer snel, waardoor de snelkookpan ook
snel op druk komt. Zodra u een kookzone uitschakelt, stopt het
kookproces direct.
Let op!
Laat nooit een lege pan op een ingeschakelde kookzone staan. Hoewel
de kookzone beveiligd is tegen oververhitten, wordt de pan zeer heet
en bestaat de kans dat deze beschadigd raakt.
Pendelen van het vermogen
Een eigenschap van deze inductiekookplaat is het ‘pendelen’ van het
vermogen bij standen lager dan 8. Het lijkt of een kookzone in- en
uitschakelt, maar dat is niet het geval. De zone schakelt het vermogen
telkens in en weer uit; de zone blijft dus gewoon aan op de ingestelde
stand. De twee kleine zones pendelen minder dan de twee grote zones.
Let op!
Dit pendelen is normaal voor deze inductiekookplaat en kan geen
kwaad. Het is geen defect aan uw inductiekookplaat.
Inductiegeluiden
Tikkend geluid
Een licht tikkend geluid wordt veroorzaakt door de vermogensverdeling
van de voorste en de achterste zone. Ook bij lage kookstanden kan een
zacht tikkend geluid optreden.
Pan maakt geluid
De pannen kunnen geluid maken tijdens het koken. Dit wordt
veroorzaakt door de doorstroming van de energie van de kookplaat
naar de pan. Met name bij een hoge kookstand is dit normaal bij
bepaalde pannen. Het is niet schadelijk voor de pan of de kookplaat.
GEBRUIK

NL 10
GEBRUIK
Ventilator maakt geluid
Om de levensduur van de elektronica te vergroten, is het apparaat
voorzien van een ventilator. Als u het apparaat intensief gebruikt, wordt
de ventilator ingeschakeld en hoort u een zoemend geluid. Ook nadat
u het apparaat heeft uitgeschakeld, kan de ventilator nog geluid maken.
Kookstanden
Het onderstaande overzicht is uitsluitend bedoeld als leidraad, omdat
de instelwaarde afhankelijk is van de hoeveelheid en samenstelling van
het gerecht en de pan.
Gebruik ‘boost’ en stand 9 voor:
• snel aan de kook brengen;
• slinken van bladgroenten;
• verhitten van olie en vet;
• onder druk brengen van een snelkookpan.
Gebruik stand 8 voor:
• aanbraden van vlees;
• bakken van vis;
• bakken van omeletten;
• bakken van gekookte aardappelen;
• frituren.
Gebruik stand 7 voor:
• bakken van dikke pannenkoeken;
• bakken van dik, gepaneerd vlees;
• uitbakken van spek of bacon;
• bakken van rauwe aardappelen;
• bakken van wentelteefjes;
• bakken van gepaneerde vis.
Gebruik stand 5 en 6 voor:
• doorkoken;
• ontdooien van harde groenten;
• bakken en garen van dun vlees.

NL 11
Gebruik stand 1 t/m 4 voor:
• trekken van bouillon;
• bereiden van stoofvlees;
• smoren van groenten;
• smelten van chocolade;
• smelten van kaas.
Temperatuurbeveiliging
Elke kookzone is voorzien van een sensor. Deze sensor controleert
ononderbroken de temperatuur van de bodem van de kookpan en
van de onderdelen van de kookplaat om elk risico op oververhitting,
bij bijvoorbeeld een drooggekookte pan, te vermijden. Bij een te
hoge temperatuur wordt het vermogen van de kookzone/kookplaat
automatisch verlaagd of schakelt de kookzone/kookplaat helemaal uit.
Kookduurbegrenzing
• De kookduurbegrenzer is een beveiliging van uw kookplaat.
Als een kookzone gedurende een ongebruikelijk lange tijd in
werking is, wordt deze automatisch uitgeschakeld.
• Afhankelijk van het gekozen kookvermogen wordt de kookduur als
volgt begrensd:
Kookstand De kookzone wordt automatisch uitgeschakeld na:
1 6 uur
2 6 uur
3 5 uur
4 5 uur
5 4 uur
6 1,5 uur
7 1,5 uur
8 1,5 uur
9 1,5 uur
Boost (P) 1,5 uur zone rechts voor en links achter
Boost (P) 5 minuten zone rechts achter en links voor
GEBRUIK

NL 12
Inschakelen en vermogen instellen
Het vermogen kan op 9 standen worden ingesteld. De kookplaat heeft
tevens een ‘boost’ stand, die wordt aangegeven met een ‘P’ in de
display (zie ‘Boost’).
AEB1B E B
C
C
H
C
C
• Plaats een pan op het midden van een kookzone.
• Druk op de aan-/uittoets (A).
Er klinkt een enkel geluidssignaal en in de display (B) verschijnt bij
elke kookzone een ‘0’. Wanneer u geen verdere actie onderneemt,
schakelt de kookzone na 10 seconden vanzelf uit.
• Druk op de toets (C) van de gewenste kookzone.
De ‘0’ bij de geselecteerde kookzone licht helder op.
• Selecteer met de – en + toetsen (E) het gewenste vermogen.
Wanneer u direct de – toets selecteert, schakelt de kookzone in op
vermogensstand 9.
Het ingestelde vermogen is zichtbaar in de display (B).
BEDIENING

NL 13
Uitschakelen
Eén kookzone uitschakelen
Een kookzone is ingeschakeld. De display toont een vermogensstand
tussen 1 en 9, of “P”.
• Druk op de toets (C) van de uit te schakelen kookzone.
Schakel de kookzone naar ‘0’ met de –toets (E).
De kookzone schakelt uit
Als alle kookzones ingesteld zijn op ‘0’ en er geen verdere
handeling wordt uitgevoerd, schakelt de kookplaat na 20 seconden
automatisch uit.
Alle kookzones tegelijk uitschakelen
Meerdere kookzones zijn actief.
• Druk op de aan-/uittoets (A) om alle kookzones tegelijk uit te
schakelen.
U hoort een geluidssignaal. Alle displays zijn uit. De kookplaat is
uitgeschakeld.
Kinderslot
U kunt de kookplaat met het kinderslot vergrendelen. Onbedoeld
inschakelen van de kookzones wordt hiermee voorkomen.
Kinderslot inschakelen
1. Druk op de aan-/uittoets.
In de display van elke kookzone verschijnt een ‘0’.
2. Druk, gedurende minimaal drie seconden, gelijktijdig op de toets
voor de kookzone linksachter en de - toets.
In de display van elke kookzone verschijnt enkele seconden een ‘L’
als teken dat het kinderslot is ingeschakeld.
Kinderslot uitschakelen
1. Druk op de aan-/uittoets.
In de display van elke kookzone verschijnt een ‘L’.
2. Druk, gedurende minimaal drie seconden, gelijktijdig op de toets
voor de kookzone linksachter en de - toets.
In de display van elke kookzone verschijnt enkele seconden een ‘0’
als teken dat het kinderslot is uitgeschakeld.
BEDIENING

NL 14
BEDIENING
Restwarmte-indicatie
Na intensief gebruik van een kookzone kan de gebruikte zone nog
enkele minuten warm blijven. Zolang de kookzone heet is, blijft er een
‘H’ in de display knipperen.
Boost
De kookzone’s zijn voorzien van een ‘boost’ functie.
De zones rechtsvoor en linksachter kunnen maximaal 1,5 uur op de
Boost stand gebruikt worden. Na het verstrijken van de maximale
boosttijd schakelt de kookzone automatisch uit. De zones rechtsachter
en linksvoor kunnen maximaal 5 minuten op de Boost stand gebruikt
worden. Deze zones schakelen daarna terug naar stand 9.
Boost inschakelen
• Plaats een pan op het midden van een kookzone.
• Druk op de toets (C) van de gewenste kookzone.
De ‘0’ bij de geselecteerde kookzone licht helder op.
• Selecteer met de – en + toetsen (E) vermogensstand 9.
• Wanneer u direct de – toets selecteert, schakelt de kookzone in op
vermogensstand 9.
• Druk direct hierna op de + toets.
Stand ‘P’ verschijnt in de display (B) van de kookzone.
(Boost functie uitschakelen
De boost functie is ingeschakeld, in de display is stand ‘P’ zichtbaar.
• Druk op de toets (C) van de ingeschakelde kookzone.
• Druk direct hierna op de – toets (E).
De ‘P’ verdwijnt uit de display en de kookzone schakelt terug naar
vermogensstand 9.
Let op! Niet alle zones kunnen tegelijk op de boost stand worden
ingeschakeld. De kookplaat geeft een pieptoon wanneer het maximaal
aantal zones op boost stand is bereikt.

NL 15
Wekker/Kooktimer
Voor elke kookzone kan een kooktimer worden ingesteld. De kookplaat
beschikt ook over een wekker. Zowel de kooktimer als de wekker
kunnen op maximaal 99 minuten worden ingesteld. De wekker werkt
op dezelfde manier als de kooktimer, maar is niet aan een kookzone
gekoppeld. Als de wekker is ingesteld, blijft hij ook aftellen nadat
de kookplaat wordt uitgeschakeld. De wekker kan alleen worden
uitgeschakeld wanneer de kookplaat is ingeschakeld.
• Wekker; de wekker geeft nadat de ingestelde tijd is verstreken
alleen een geluidssignaal.
• Kooktimer; de timer is gekoppeld aan een kookzone. Nadat de
ingestelde tijd is verstreken schakelt de kookzone automatisch uit.
Wekker
Als de kookplaat ingeschakeld is, kunt u de wekker instellen.
1. Druk op de aan-/uittoets.
2. Druk tegelijkertijd op de – en + toets.
De tijdsinstelling ‘0 0’ van de wekker wordt weergegeven in
de bovenste twee displays. De onderste twee displays zijn
uitgeschakeld.
3. Druk op de – of + toets om de gewenste tijd in te stellen.
▷Wanneer u eerst op de - toets drukt, staat de tijd meteen
ingesteld op 30 minuten.
▷Indien u de - of + toets ingedrukt houdt, loopt de tijd in
toenemend tempo op of af.
De tijdsinstelling is enkele seconden zichtbaar; hierna geven twee
knipperende decimale punten aan dat de wekker aftelt.
4. Nadat de ingestelde tijd is afgelopen knippert ‘0 0’ in de display.
U hoort bovendien een zich herhalend, kort geluidssignaal. Schakel
de wekker en het geluidssignaal uit door op een willekeurige toets
te drukken. Indien u dit niet doet, schakelt het geluidssignaal na
2 minuten automatisch uit.
Let op!
De wekker is ook in te stellen als er kookzones ingeschakeld zijn en
zelfs als er kooktimers ingesteld zijn. Is dit het geval, dan zal de display
de ingestelde vermogens weergeven (en niet de twee knipperende
decimale punten).
BEDIENING

NL 16
BEDIENING
Kooktimer
Als de kookplaat ingeschakeld is, kunt u voor elke ingeschakelde
kookzone een aparte timer instellen.
1. Selecteer een ingeschakelde kookzone.
2. Druk tegelijkertijd op de – en + toets.
De tijdsinstelling ‘0 0’ van de geactiveerde kookzone wordt
weergegeven in de bovenste twee displays en bij de kookzone zelf
verschijnt een knipperende decimale punt om aan te geven dat voor
die kookzone de timer kan worden ingesteld.
3. Druk op de – of + toets om de gewenste tijd in te stellen.
▷Wanneer u eerst op de - toets drukt, staat de tijd meteen
ingesteld op 30 minuten.
▷Indien u de - of + toets ingedrukt houdt, loopt de tijd in
toenemend tempo op of af.
De tijdsinstelling is enkele seconden zichtbaar; hierna worden alle
ingestelde vermogens weergegeven en bij de kookzone waarvoor
een timer is ingesteld staat een decimale punt.
4. Nadat de ingestelde tijd is afgelopen knippert ‘0 0’ in de display en
de decimale punt van de timer. De kookzone schakelt uit. U hoort
bovendien een zich herhalend, kort geluidssignaal. Schakel het
geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te drukken.
Indien u dit niet doet, schakelt het geluidssignaal na 2 minuten
automatisch uit.
Let op!
Als er geen kookzone geactiveerd is en u drukt tegelijk op de - en
+ toets, verschijnt de tijdsinstelling van de wekker (er knippert geen
decimale punt bij een kookzone)! Door nogmaals (meerdere keren)
tegelijkertijd op de - en + toets te drukken, verschijnt de tijdsinstelling
van een ingeschakelde kookzone (de decimale punt knippert bij de
desbetreffende kookzone).
Tip
Controleer de resterende tijd door (meerdere keren) tegelijkertijd op
de – en + toets te drukken. De tijd die in de display verschijnt is van
de ingeschakelde kookzone met knipperende decimale punt of van de
wekker (er knippert geen decimale punt). Pas eventueel de tijd aan met
de – of + toets.

NL 17
BEDIENING
Verbindingsfunctie
• U kunt beide linker kookzones samenvoegen tot één grote
verbonden kookzone. Hierop kunt u dan een grote ovale (vis)pan,
bakblik of grillplaat plaatsen.
• De pan, bakblik of grillplaat moet zo groot zijn, dat het beide
middelpunten van de bovenste en onderste kookzone bedekt
(maximaal 40x25 cm).
• Voor een gelijkmatige verdeling van de warmte raden wij een pan,
bakblik of grillplaat aan met een wat dikkere bodem.
• Zorg bij de plaatsing van het bakblik, dat u het bedieningspaneel
niet bedekt.
AEB1B E B
C
C
H
C
C
De kookzones met elkaar verbinden
• Schakel de kookzone in met de aan/uit/ toets (A).
• Druk tegelijkertijd op de twee toetsen van de beide linker
kookzones (C).
Op de display van de kookzone linksachter verschijnt een
omgekeerde letter U, hetgeen betekent dat beide zones zijn
samengevoegd.
• Stel het gewenste vermogen van de verbonden kookzones in.
• Als u later het vermogen van de gecombineerde velden wilt
veranderen, drukt u eerst op de toets van de kookzone linksonder.

NL 18
Opmerking:
Bij de instelling van verbonden kookzones is de boost functie ‘P’
niet mogelijk, alleen instellingen tot stand 9.
Uitschakelen van de verbonden zones
• Druk tegelijkertijd op de twee toetsen van de linker kookzones.
Het teken van de omgekeerde letter U verdwijnt en de functie wordt
uitgeschakeld.
• Beide kookzones werken weer onafhankelijk.
BEDIENING

NL 19
Reinigen
Tip
Schakel, voordat u met schoonmaken begint, eerst het kinderslot in.
Dagelijkse reiniging
• Hoewel overgekookt voedsel niet kan inbranden verdient het
aanbeveling de kookplaat direct na gebruik schoon te maken.
• Voor de dagelijkse reiniging kunt u het beste een mild
reinigingsmiddel en een vochtige doek gebruiken.
• Nadrogen met keukenpapier of een droge doek.
Hardnekkige vlekken
• Ook hardnekkige vlekken zijn met een mild reinigingsmiddel,
bijvoorbeeld afwasmiddel, te verwijderen.
• Verwijder waterkringen en kalkresten met schoonmaakazijn.
• Metaalsporen (ontstaan door schuiven van pannen) zijn vaak lastig
te verwijderen. Hiervoor zijn speciale middelen verkrijgbaar.
• Verwijder overgekookte voedselresten met een glasschraper.
Ook gesmolten kunststof en suiker kunt u verwijderen met een
glasschraper.
Nooit gebruiken
• Gebruik nooit schuurmiddelen. Deze veroorzaken krasjes waarin
zich kalk en vuil ophopen.
• Gebruik ook nooit scherpe voorwerpen, zoals staalwol en
schuursponsjes.
ONDERHOUD

NL 20
Algemeen
Indien u een barstje of scheurtje (hoe klein ook) op de glasplaat ziet,
schakel dan de kookplaat onmiddellijk uit, neem direct de stekker van de
kookplaat uit het stopcontact, verbreek de (automatische) zekering(en)
in de meterkast of zet de schakelaar in de meterkast op nul bij een vaste
aansluiting. Neem vervolgens contact op met de servicedienst.
Storingstabel
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw toestel betekent dit
niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de volgende
punten in onderstaande tabel of kijk voor meer informatie
op de website ‘www.etnaservice.nl’.
Symtoom Mogelijke oorzaak Oplossing
De ventilatie blijft nog enkele
minuten doorwerken nadat de
kookplaat is uitgeschakeld.
Afkoeling van de kookplaat. Normale werking.
De kookplaat geeft bij de
eerste kookbeurten een lichte
geur af.
Opwarmen nieuw toestel. Dit is normaal en verdwijnt na
enkele keren koken.Ventileer
de keuken.
U hoort een licht tikkend geluid
op uw kookplaat.
Ook bij lage kookstanden
kan een zacht tikkend geluid
optreden.
Normale werking.
De kookpannen maken lawaai
tijdens het koken.
Dit wordt veroorzaakt door de
doorstroming van de energie
van de kookplaat naar de
kookpan.
Bij een hoge kookstand is dit
normaal bij bepaalde pannen.
Dit is niet schadelijk voor de
pannen of de kookplaat.
Nadat u een kookzone heeft
ingeschakeld blijft de display
knipperen. Er verschijnt een
pan detectie symbool ( U ) in
het display.
De gebruikte kookpan is
niet geschikt voor koken op
inductie of heeft een diameter
kleiner dan 12 cm.
Gebruik een goede pan.
Bij het koken lijkt het alsof de
zone telkens aan en uit gaat
(de inhoud van de pan kookt,
gaat van de kook af, komt
weer aan de kook, etc.).
Dit is het ‘pendelen’ van het
vermogen; de kookzone is
wel aan, maar het vermogen
schakelt in en uit.
Normale werking; dit
is een eigenschap van
deze inductiekookplaat
(zie ‘Pendelen van het
vermogen’).
Een kookzone stopt plotseling
met de werking en er klinkt een
signaal.
De ingestelde timertijd is
voorbij.
Schakel het signaal uit door
op een willekeurige toets te
drukken.
STORINGEN
This manual suits for next models
1
Table of contents
Languages:
Other ETNA Hob manuals

ETNA
ETNA KIF470 Series User manual

ETNA
ETNA KI130ZT/E01 User manual

ETNA
ETNA T1024ZT User manual

ETNA
ETNA A361KZT User manual

ETNA
ETNA AKI683 Series User manual

ETNA
ETNA T106VRVS User manual

ETNA
ETNA KI1160ZT/E01 User manual

ETNA
ETNA KI577ZT User manual

ETNA
ETNA T007VB Series User manual

ETNA
ETNA AKI671 Series User manual