ETNA AKI671 Series User manual

INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
INSTRUCTIONS FOR USE
INDUCTIEKOOKPLAAT MET AFZUIGING
INDUCTION HOB WITH EXTRACTOR
AKI671--
AKI680--

NL 2
Uw inductiekookplaat
Inleiding 4
Beschrijving 5
Bedieningspaneel 6
Meldingen op het display 7
Veiligheid
Temperatuurbeveiliging 8
Kookduurbegrenzer 8
Vermogensregeling 8
Voor het eerste gebruik
Gebruik van de aanraaktoetsen en de schuifregelaar 9
Inductiegeluiden 9
Geschikte pannen 9
Pandetectie 10
Vermogensniveaus 10
Richtlijnen voor het koken 11
Gebruik van de afzuigunit 12
Bediening van de kookplaat
Bereiding starten 13
Boost 13
Pandetectiesymbool 14
Klaar met koken 14
De automatische opwarmfunctie inschakelen 14
De warmhoudfunctie inschakelen 15
De Bridge-inductiekookzones koppelen 15
Koken pauzeren 15
De eierwekker gebruiken 16
De timer gebruiken 16
Toetsvergrendeling 17
INHOUDSOPGAVE

NL 3
INHOUDSOPGAVE
Bediening van de afzuigunit
De automatische afzuigmodus inschakelen 18
De automatische afzuigmodus uitschakelen tijdens de bereiding 18
De afzuigunit handmatig inschakelen 18
Boost 19
Verzadiging van het vetfilter en het geurfilter 19
Indicatie voor verzadiging van het geurfilter activeren 19
Indicatie voor verzadiging van het vetfilter activeren 20
Geheugenreset van de indicatie voor de filterverzadiging 20
Vermogensbegrenzer 21
Onderhoud
Reiniging 23
Rooster en filters reinigen 23
Problemen oplossen 25
Technische specificaties
Technische gegevens 27
Informatie volgens verordening (EU) 66/2014 27
Milieuaspecten
Verpakking en apparaat afdanken 28
Gebruikte pictogrammen
Belangrijke informatie
Handig om te weten
Elektrische aansluiting

NL 4
Inleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor dit toestel van Etna. In het ontwerp van dit product heeft
eenvoudige bediening en optimale gebruiksvriendelijkheid centraal gestaan.
In deze handleiding leest u hoe u dit toestel het best kunt gebruiken. Naast informatie over de
bediening, vindt u hier ook achtergrondinformatie die u tijdens het gebruik van het toestel van
pas kan komen.
Lees eerst de separate veiligheidsinstructies voordat u het
toestel gebruikt.
Lees deze handleiding door voordat u het toestel in gebruik neemt, en berg de handleiding
daarna veilig op voor toekomstig gebruik.
Deze handleiding dient als referentie voor de servicedienst. Plak het typeplaatje in het
daarvoor bestemde kader, achter op de handleiding. Het typeplaatje bevat alle informatie die
de servicedienst nodig heeft om adequaat op uw vragen te reageren.
Op onze website kunt u de meest recente versie van de gebruiksaanwijzing vinden.
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 5
Beschrijving
7
1
2
3
5
6
4
1. Kookzone links voor 210 x 190 mm / 2,1 kW (boost 3,0 kW)
2. Kookzone links achter 210 x 190 mm / 1,6 kW (boost 1,85 kW)
3. Gekoppelde kookzones links 210 x 390 mm / 3,7 kW
4. Afzuigunit
5. Kookzone rechts achter Ø200 mm / 2,3 kW (boost 3,0 kW
6. Kookzone rechts voor Ø160 mm / 1,2 kW (boost 1,4 kW)
7. Bedieningspaneel
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 6
UW INDUCTIEKOOKPLAAT
Bedieningspaneel
18 1617 15
64 5 7 9 10321 8 11
1214 13
1. Vergrendelingstoets
2. Pauzetoets
3. Warmhoudtoets
4. Toets automatische verhitting
5. Timerdisplay
6. Plus-toets timer
7. Min-toets timer
8. Kookzonetoets links achter (display kookzone) en timertoets
9. Indicatie afzuiging actief / Toets ‘Filterverzadiging activeren’
10. Afzuigtoets (display afzuigunit)
11. Kookzonetoets rechts achter (display kookzone) en timertoets
12. Kookzonetoets rechts voor (display kookzone) en timertoets
13. Toets ‘Filterverzadiging resetten’
14. Kookzonetoets links voor (display kookzone) en timertoets
15. Toets ‘Automatische afzuigmodus’
▷Wanneer een kookzone wordt gekozen en een vermogensniveau is ingesteld, wordt de
afzuigunit automatisch ingeschakeld met de vereiste afzuigsnelheid. Standaard is de
automatische modus niet actief.
16. Aan/uit-toets
17. Boost-toets
18. Schuifregelaar (van stand 0 t/m stand 9) voor:
▷het instellen van een waarde (vermogensniveau/afzuigsnelheid/minuten)

NL 7
Meldingen op het display
Display kookzone Beschrijving
-Vermogensniveau: 1 = lage stand ; 9 = hoge stand.
Boostniveau actief.
Geen (geschikte) pan op de kookzone (pandetectiesymbool).
Restwarmte-indicator: de kookplaat heeft voor elke kookzone een
restwarmte-indicator waarmee wordt aangegeven welke kookzone
nog warm is. Zelfs als de kookplaat is uitgeschakeld, blijft de
indicator ‘H’ ingeschakeld zolang de kookzone nog warm is! Raak de
kookzones niet aan wanneer deze indicator brandt.
Gevaar! Risico op brandwonden.
Automatische verhitting actief.
Warmhoudfunctie actief.
Pauzefunctie actief.
Gekoppelde Bridge inductie zones actief.
Timer actief.
Display afzuigunit Beschrijving
-Afzuigsnelheid: 1 = lage stand ; 4 = hoge stand.
Boostniveau actief.
Display timer Beschrijving
Timer niet ingesteld.
Timer ingesteld (1 uur en 25 minuten).
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 8
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat in gebruik neemt!
Temperatuurbeveiliging
Een sensor controleert continu de temperatuur van bepaalde onderdelen van de kookplaat.
Elke kookzone is voorzien van een sensor die continu de temperatuur van de bodem van de
pan controleert om risico op oververhitting te voorkomen wanneer een pan droogkookt. Bij een
te hoge temperatuur wordt de kookstand van de kookplaat automatisch verlaagd of wordt de
kookplaat automatisch uitgeschakeld.
Kookduurbegrenzer
De kookduurbegrenzer is een veiligheidsfunctie van uw kookplaat. Deze wordt
geactiveerd als u vergeet de kookplaat uit te schakelen. Afhankelijk van het gekozen
vermogensniveau wordt de kookduur als volgt begrensd:
Vermogensniveau Maximale gebruikstijd (in uren, minuten)
1 8 uur, 36 min.
2 6 uur, 42 min.
3 5 uur, 18 min.
4 4 uur, 18 min.
5 3 uur, 30 min.
6 2 uur, 18 min.
7 2 uur, 18 min.
8 1 uur, 48 min.
9 1 uur, 30 min.
P (boost) 5 min. (schakelt dan terug naar stand 9)
Vermogensregeling
Twee kookzones die achter elkaar liggen beïnvloeden elkaar. Wanneer deze kookzones tegelijk
ingeschakeld zijn, wordt het vermogen automatisch verdeeld. Wanneer de boostfunctie wordt
gekozen, wordt de andere kookzone automatisch op een iets lagere stand gezet. Staat een
kookzone op boost en u wilt de andere op stand 9 of boost zetten, zal de kookzone met boost
automatisch naar een lagere stand gaan. De automatische opwarmfunctie wordt uitgeschakeld.
VEILIGHEID

NL 9
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Gebruik van de aanraaktoetsen en de schuifregelaar
Plaats uw vingertop plat op een toets of op de schuifregelaar voor het beste resultaat. U hoeft
geen druk uit te voeren. De aanraaktoetsen reageren alleen op lichte druk van een vingertop.
Bedien de toetsen niet met andere objecten.
Inductiegeluiden
Een tikkend geluid
Dit wordt veroorzaakt door de vermogensbegrenzer op de linker- en rechterzones.
Ook bij lagere kookstanden kunt u een tikkend geluid horen.
Pannen maken geluid
Pannen kunnen tijdens het koken geluid maken. Dit wordt veroorzaakt door de energie die van
de kookplaat naar de pan stroomt. Bij hoge niveaus is dit bij sommige pannen een heel normaal
verschijnsel.
De ventilator maakt geluid
Het toestel is voorzien van een ventilator om de levensduur van de elektronica te verlengen. Als u
het toestel intensief gebruikt, wordt de ventilator ingeschakeld om het toestel te koelen en hoort
u een zoemend geluid. De ventilator blijft nog enkele minuten doorwerken nadat de kookplaat is
uitgeschakeld.
Geschikte pannen
Voor inductiekoken moet een pan een dikke vlakke bodem hebben (minimaal 2,25 mm). Gebruik
pannen van magnetisch materiaal of pannen met een sandwichbodem. Pannen van koper,
aluminium of keramisch materiaal zijn niet geschikt.
Gebruik alleen pannen met een vlakke bodem. Een holle of bolle bodem kan de werking
van de droogkookbeveiliging belemmeren; het toestel kan dan te warm worden. Dit
kan tot schade leiden. Schade, ontstaan door het gebruik van ongeschikte pannen of
droogkoken, valt buiten de garantie.
Pannen die op een gaskookplaat zijn gebruikt, zijn niet meer geschikt voor
inductiekoken.
Wees voorzichtig met dunne plaatstaal geëmailleerde pannen! Het emaille kan
beschadigen op een hoge stand wanneer de pan te droog is. Door te hoge
vermogensstanden kan de panbodem gemakkelijk kromtrekken.

NL 10
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Minimale pandiameter
• De minimale pandiameter per zone is als volgt:
▷Ø160 mm: minimale pandiameter 110 mm.
▷Ø200 mm: minimale pandiameter 120 mm.
▷Kookzone links voor: minimale pandiameter 120 mm.
▷Kookzone links achter: minimale pandiameter 120 mm.
• Het beste resultaat wordt bereikt met een pan die dezelfde diameter heeft als de kookzone.
De kookzone wordt niet ingeschakeld als een pan te klein is.
• Op gekoppelde Bridge inductie kookzones moet de minimale pandiameter 230 mm zijn.
Let op
Zandkorreltjes kunnen krasjes veroorzaken die niet meer te verwijderen zijn. Zet
daarom alleen pannen met een schone bodem op de kookplaat. Wij adviseren om
pannen op te tillen en niet te verschuiven over de kookplaat.
Pandetectie
• Het pandetectiesysteem detecteert automatisch een pan die op een kookzone wordt
geplaatst. Het display van deze kookzone licht feller op en de punt stopt met knipperen.
• Als de kookplaat, na plaatsing van een pan op een kookzone, geen (ijzerhoudende) pan
detecteert, gaat het symbool voor pandetectie op het display knipperen. De kookzone
schakelt na 20 seconden uit.
Vermogensniveaus
De kookzones hebben 9 niveaus en een boostniveau (P). Stel het vermogensniveau in door de
regelaar aan te raken. Door over de regelaar te vegen, verandert u de instelling. De stand wordt
hoger wanneer u naar rechts schuift. De stand wordt lager wanneer u naar links schuift. Als u uw
vinger van de regelaar haalt, begint de kookzone op de ingestelde stand te verwarmen.
Boostfunctie
• Met de boostfunctie kunt u gedurende korte tijd (maximaal 5 minuten) op de hoogste
vermogensstand koken. Na het verstrijken van de maximale boost-tijd wordt het vermogen
verlaagd naar stand 9.
• De boostfunctie is niet beschikbaar wanneer de Bridge inductie kookzones gekoppeld
zijn!

NL 11
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Richtlijnen voor het koken
Aangezien de instellingen afhankelijk zijn van de hoeveelheid en samenstelling van het gerecht in
de pan, geldt de onderstaande tabel alleen als richtlijn.
Gebruik de boost-instelling voor:
• de pan snel heet maken;
• snel aan de kook brengen van vloeistof.
Gebruik instelling 8 en 9 voor:
• aanbraden van vlees;
• voedsel bruinen;
• beginnen met koken;
• bakken van wentelteefjes;
• bakken van bacon (vet);
• bakken van gekookte aardappelen;
• frituren van voedsel.
Gebruik instelling 6 en 7 voor:
• bakken van dikke pannenkoeken;
• bakken van dikke lappen gepaneerd vlees en gepaneerde vis;
• koken van rauwe aardappelen;
• bereiden van vis;
• bakken van omeletten.
Gebruik instelling 5 en 6 voor:
• iets aan de kook houden.
• zachtjes koken van voedsel;
• doorkoken van pasta;
• doorkoken van grote hoeveelheden;
• ontdooien van harde groenten.
Gebruik instelling 1-4 voor:
• trekken van bouillon;
• stoven van vlees;
• zacht koken van groenten;
• smelten van chocolade;
• pocheren;
• smelten van kaas.

NL 12
Gebruik van de afzuigunit
▷Plaats het deksel in een hoek op de pan met de opening naar de afzuigzijde. Dit zorgt
voor een maximale afzuiging.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK

NL 13
Lees het hoofdstuk ‘Vóór het eerste gebruik’ zorgvuldig door voordat u begint met
koken. Zo voorkomt u een onjuist gebruik van de kookplaat.
Bereiding starten
1. Houd de aan/uit-toets ingedrukt totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Alle displays gaan branden; de inductiekookplaat staat in de stand-bymodus.
▷De kookzones en de afzuigunit hebben een vermogensniveau van nul.
Als de kookplaat 20 seconden niet wordt gebruikt, wordt deze automatisch
uitgeschakeld.
2. Plaats een geschikte pan op een kookzone.
▷De kookzone detecteert de pan automatisch; het display van deze kookzone licht nu
feller op.
Zolang het display van de kookzone helder oplicht, is de kookzone geselecteerd en kan
het vermogensniveau worden ingesteld.
3. Als de reactietijd is verstreken (of tijdens het koken), kunt u de kookzone activeren door het
display van de gewenste kookzone handmatig te selecteren.
4. Stel in 10 seconden het vermogen in door op de schuifregelaar te drukken.
▷De kookplaat start op het ingestelde niveau.
▷Stel met behulp van de schuifregelaar een hoger of lager niveau in.
▷De afzuigunit kan handmatig of automatisch worden ingeschakeld. Raadpleeg ‘De
afzuigunit bedienen’.
▷Standaard is de automatische afzuigmodus niet actief. Als de automatische afzuigmodus
actief is, wordt de afzuigunit automatisch ingeschakeld op de vereiste afzuigsnelheid.
Druk op de toets ‘Automatische afzuigmodus’ om de automatische afzuigmodus te
activeren.
▷Na 10 seconden wordt de schuifregelaar uitgeschakeld.
Boost
U kunt de boostfunctie gebruiken om max. vijf minuten op de hoogste kookstand te koken. U
kunt de boostfunctie voor maximaal twee naast elkaar liggende kookzones tegelijk gebruiken.
1. Druk op het vermogensniveau ‘P’ om de boostfunctie te selecteren.
▷‘P’ wordt op het display weergegeven.
▷Na het verstrijken van de maximale boosttijd schakelt de kookzone terug naar
vermogensniveau 9.
BEDIENING VAN DE KOOKPLAAT

NL 14
Pandetectiesymbool
Wanneer het symbool ‘Pandetectie’ op het display verschijnt:
• hebt u de pan niet op de juiste kookzone geplaatst;
• is de gebruikte pan niet geschikt voor inductiekoken;
• is de pan te klein of niet goed op de kookzone geplaatst.
▷De kookzone werkt pas als er een geschikte pan op de kookzone is geplaatst.
Klaar met koken
1. Zet het vermogensniveau op ‘0’ om de kookzone uit te schakelen.
2. Schakel de inductiekookplaat uit door op de aan/uit-toets te drukken.
Het symbool Hwordt weergegeven op het display van de kookzone, als die te heet is
om te worden aangeraakt. Het symbool verdwijnt wanneer het oppervlak is afgekoeld tot
een veilige temperatuur. U kunt ook energie besparen door een nog hete kookzone te
gebruiken om andere pannen te verwarmen.
De automatische opwarmfunctie inschakelen
Met deze functie wordt de kookzone op het hoogste niveau ingesteld, zodat uw pan snel op de
gewenste temperatuur is. Na verloop van een bepaalde tijd keert het vermogensniveau weer
terug naar het ingestelde niveau. Deze functie is beschikbaar voor de vermogensniveaus 1 t/m 8.
1. Schakel de kookplaat in en selecteer de gewenste kookzone.
2. Stel het vermogen in door op de schuifregelaar te drukken.
3. Druk op de toets ‘Automatisch opwarmen’.
▷In het display verschijnen afwisselend een ‘A’ en het geselecteerde vermogensniveau. Na
afloop van de automatische opwarmtijd schakelt de kookzone automatisch over naar het
gekozen niveau, dat permanent op het display wordt weergegeven.
4. Als u de automatische opwarmfunctie wilt uitschakelen, selecteer dan de kookzone en druk
op de schuifregelaar om het vermogensniveau te verlagen.
BEDIENING VAN DE KOOKPLAAT

NL 15
De warmhoudfunctie inschakelen
1. Schakel de kookplaat in en zet een geschikte pan op een van de kookzones.
2. Druk op de kookzonetoets van de gewenste kookzone.
▷De ‘0’ van de geselecteerde kookzone licht duidelijk op en er klinkt een enkele pieptoon.
3. Druk op de warmhoudtoets.
▷Het warmhoudsymbool verschijnt op het display. De warmhoudfunctie is geselecteerd.
4. Druk op de schuifregelaar of de warmhoudtoets om de warmhoudfunctie uit te schakelen.
De Bridge-inductiekookzones koppelen
Twee Bridge-inductiekookzones kunnen aan elkaar worden gekoppeld. Hierdoor ontstaat één
grote zone die kan worden gebruikt voor bijvoorbeeld een grillplaat of een vispan op hetzelfde
vermogensniveau. De pan moet groot genoeg zijn om het midden van de voorste en achterste
Bridge-inductiekookzones te bedekken (ten minste 23 cm).
Koppeling van de Bridge-inductiekookzones
1. Schakel de kookplaat in.
2. Druk de kookzonetoetsen aan de linkerzijde tegelijkertijd in.
▷Op het display van de achterste kookzone wordt een verbindingssymbool weergegeven.
Dit houdt in dat de twee kookzones aan elkaar zijn gekoppeld.
3. Stel het vermogen in door op de schuifregelaar te drukken.
▷Op het display van de voorste kookzone wordt het vermogensniveau weergegeven.
Ontkoppeling van de Bridge-inductiekookzones
1. Druk tegelijkertijd op de kookzonetoetsen van de gekoppelde kookzones.
▷Het verbindingssymbool verdwijnt op het display van de achterste kookzone.
Koken pauzeren
Met behulp van deze functie kunt u de kookactiviteit tijdelijk onderbreken (max. 10 minuten). De
afzuiging wordt op het laagste niveau gezet en de timers worden gepauzeerd.
1. Druk op de pauzetoets.
▷Op alle displays wordt het pauzesymbool weergegeven.
2. Als u de bereiding wilt hervatten, houd de pauzetoets dan ten minste 1 second ingedrukt
totdat deze knippert.
3. Druk binnen 10 seconden op een andere toets. Het bereidingsproces wordt nu hervat.
▷De kookplaat wordt na 10 minuten automatisch uitgeschakeld als de pauzefunctie niet
tussentijds is uitgeschakeld.
BEDIENING VAN DE KOOKPLAAT

NL 16
De eierwekker gebruiken
De eierwekker is niet gekoppeld aan een kookzone. Een kookzone kan niet worden
uitgeschakeld door de eierwekker.
De kookplaat wordt ingeschakeld en voor nog geen enkele kookzone is een vermogensniveau
ingesteld.
1. Druk op het timerdisplay om de eierwekker in te schakelen.
▷Het timerdisplay geeft ‘0.00’ weer.
2. Gebruik de toets ‘+’ of ‘-’ om de gewenste tijd in te stellen (van 1 min. tot 1 uur en 59 min.).
▷De linkerpositie van het timerdisplay geeft de uren weer, de overige posities de minuten.
▷Wanneer de tijd is ingesteld, begint de eierwekker na 10 seconden met aftellen.
▷Op het timerdisplay wordt de resterende tijd in minuten weergegeven.
▷De laatste 10 minuten worden in minuten en seconden weergegeven.
▷De timer knippert en het alarm klinkt wanneer de ingestelde tijd is verstreken.
3. Druk op het timerdisplay om het alarm uit te schakelen.
▷Het alarm stopt automatisch na 2 minuten.
Druk op het timerdisplay en druk vervolgens op de toets ‘-’ om de tijd in te stellen op
‘0.00’. Daarmee schakelt u de eierwekker voortijdig uit.
Als de kookplaat is uitgeschakeld, druk dan tweemaal op de aan/uit-toets om de
eierwekker voortijdig uit te schakelen.
De timer gebruiken
De timer is gekoppeld aan een kookzone. Nadat de ingestelde tijd is verstreken, wordt de
kookzone automatisch uitgeschakeld.
De kookplaat wordt ingeschakeld en voor ten minste één kookzone is een vermogensniveau
ingesteld.
1. Druk op de gewenste kookzonetoets.
2. Druk op de timertoets boven de gewenste kookzone.
▷Het timersymbool van de actieve kookwekker licht helder op.
3. Gebruik de toets ‘+’ of ‘-’ om de gewenste tijd in te stellen (van 1 min. tot 1 uur en 59 min.).
▷De linkerpositie van het timerdisplay geeft de uren weer, de overige posities de minuten.
▷Wanneer de tijd is ingesteld, begint de timer na 10 seconden met aftellen. Het
timersymbool knippert langzaam.
▷Op het timerdisplay wordt de resterende tijd in minuten weergegeven.
▷De laatste 10 minuten worden in minuten en seconden weergegeven.
▷De geselecteerde kookzone wordt automatisch uitgeschakeld zodra de ingestelde tijd is
verstreken.
▷De timer knippert en het alarm klinkt wanneer de ingestelde tijd is verstreken.
BEDIENING VAN DE KOOKPLAAT

NL 17
4. Druk op het timerdisplay om het alarm uit te schakelen.
▷Het alarm stopt automatisch na 2 minuten.
Voor alle kookzones kan een timer worden ingesteld. Op het display wordt de tijd
weergegeven van de geselecteerde kookzone.
De vooraf ingestelde kookduur wijzigen
U kunt de kookduur op elk gewenst moment wijzigen.
1. Druk op de relevante kookzonetoets.
2. Druk op de timertoets.
3. Wijzig de tijd met de toets ‘+’ of ‘-’.
De resterende kookduur controleren
1. Druk op de kookzonetoets om de zone te selecteren waarvan u de resterende tijd wilt
bekijken.
▷Een aan de kookwekker gekoppelde zone is te herkennen aan een knipperend
timersymbool boven het kookzonedisplay.
▷De timer geeft de resterende tijd van de geselecteerde kookzone weer.
▷Tijdens de laatste 10 minuten van de looptijd wordt de resterende tijd in minuten en
seconden weergegeven.
De kookwekker uitschakelen
Voer de volgende stappen uit om de kookwekker uit te schakelen voordat de vooraf ingestelde
tijd is verstreken:
1. Druk op de kookzonetoets om de zone te selecteren waarvoor u de kookwekker wilt
uitschakelen.
▷Een aan de kookwekker gekoppelde zone is te herkennen aan een knipperend
timersymbool boven het kookzonedisplay.
2. Druk op de timertoets.
3. Druk op de toets(en) ‘-’ om de tijd in te stellen op ‘0.00’.
▷Het timersymbool is nu niet meer helder verlicht.
Toetsvergrendeling
Met behulp van de toetsvergrendeling kunt u kookzones vergrendelen wanneer u de kookplaat
reinigt. Zo voorkomt u onbedoelde aanpassingen en blijven de ingestelde functies actief.
1. Druk op de vergrendelingstoets.
▷De vergrendelingstoets is nu helder verlicht; de kookplaat is vergrendeld.
▷Als u nu op een andere toets drukt, knippert de vergrendelingstoets om aan te geven dat
de kookplaat is vergrendeld.
2. Druk nogmaals op de vergrendelingstoets om de kookplaat te ontgrendelen.
BEDIENING VAN DE KOOKPLAAT

NL 18
Standaard is de automatische afzuigmodus niet actief. In de automatische afzuigmodus
wordt de afzuigstand automatisch aangepast aan het gebruik van de kookzones.
Als de kookzones worden uitgeschakeld, verlaagt de afzuigkap geleidelijk aan de
afzuigsnelheid en worden achtergebleven dampen en geuren verwijderd.
De automatische afzuigmodus inschakelen
1. Houd de aan/uit-toets ingedrukt totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Alle displays gaan branden; de inductiekookplaat staat in de stand-bymodus.
▷De kookzones en de afzuigunit hebben een vermogensniveau van nul.
2. Druk op de toets ‘Automatische afzuigmodus’.
▷De toets ‘Automatische afzuigmodus’ is nu helder verlicht; de automatische afzuigmodus
is geactiveerd.
Als tijdens de automatische werking een afzuigsnelheid van 1 t/m 3 wordt geselecteerd
met behulp van de schuifregelaar, wordt de automatische afzuigmodus onderbroken.
Als er een booststand is geselecteerd, wordt de automatische afzuigmodus aan
het einde van de maximale boosttijd hervat. Ondertussen blijft het symbool van de
automatische afzuiging knipperen.
De automatische afzuigmodus uitschakelen tijdens de bereiding
Een kookzone is in werking en de automatische afzuigmodus is actief.
1. Druk op de toets ‘Automatische afzuigmodus’.
▷De toets ‘Automatische afzuigmodus’ is nu minder helder verlicht. U kunt de afzuigunit
nu handmatig instellen.
De afzuigunit handmatig inschakelen
De afzuigunit beschikt over drie afzuigsnelheden.
1. Druk op de afzuigtoets.
▷Het display van de afzuigunit licht op.
2. Schuif met uw vinger over de schuifregelaar. Schuif naar rechts om het vermogensniveau te
verhogen en naar links om het vermogensniveau te verlagen.
▷De afzuigunit wordt ingeschakeld op het ingestelde niveau.
▷Stel met behulp van de schuifregelaar een hoger of lager niveau in.
BEDIENING VAN DE AFZUIGUNIT

NL 19
BEDIENING VAN DE AFZUIGUNIT
Boost
U kunt de boostfunctie gebruiken om max. 5 minuten op de hoogste stand af te zuigen.
Na het verstrijken van de maximale boosttijd schakelt de afzuigunit terug naar het vorige
vermogensniveau.
1. Druk op de afzuigtoets.
▷Het display van de afzuigunit licht op.
2. Schuif met uw vinger over de schuifregelaar (voorbij niveau 4) en activeer boost.
▷De afzuigunit wordt ingeschakeld.
▷‘P’ wordt op het display weergegeven.
Verzadiging van het vetfilter en het geurfilter
Wanneer onderhoud aan het vetfilter noodzakelijk is, gaat het filtersymbool branden (zie
‘Onderhoud/Het rooster en de filters reinigen’).
Wanneer onderhoud aan het geurfilter noodzakelijk is, gaat het filtersymbool knipperen (zie
‘Onderhoud/Het rooster en de filters reinigen’).
Standaard is de indicatie voor de filterverzadiging gedeactiveerd.
Indicatie voor verzadiging van het geurfilter activeren
1. Schakel de kookplaat in.
2. Druk op de afzuigtoets wanneer de motor van de afzuigunit en de kookzones zijn
uitgeschakeld.
3. Houd de toets ‘Filterverzadiging activeren’ (hood) ingedrukt totdat ‘F’ en ‘G’ afwisselend
knipperen op het display.
4. Druk op de afzuigtoets als ‘F’ op het display wordt weergegeven.
5. Druk op de toets ‘Filterverzadiging resetten’ (filter).
▷‘Filter’ knippert.
6. Houd de toets ‘Filterverzadiging activeren’ (hood) opnieuw ingedrukt om de activering van
de indicatie voor verzadiging van het geurfilter te bevestigen.
▷Als het symbool verlicht is, moet er onderhoud aan het geurfilter worden uitgevoerd.

NL 20
BEDIENING VAN DE AFZUIGUNIT
Indicatie voor verzadiging van het vetfilter activeren
1. Schakel de kookplaat in.
2. Druk op de afzuigtoets wanneer de motor van de afzuigunit en de kookzones zijn
uitgeschakeld.
3. Houd de toets ‘Filterverzadiging activeren’ (hood) ingedrukt totdat ‘F’ en ‘G’ afwisselend
knipperen op het display.
4. Druk op de afzuigtoets als ‘G’ op het display wordt weergegeven.
5. Druk op de toets ‘Filterverzadiging resetten’ (filter).
▷‘Filter’ is verlicht.
6. Houd de toets ‘Filterverzadiging activeren’ (hood) opnieuw ingedrukt om de activering van
de indicatie voor verzadiging van het geurfilter te bevestigen.
▷Als het symbool verlicht is, moet er onderhoud aan het geurfilter worden uitgevoerd.
Geheugenreset van de indicatie voor de filterverzadiging
Reset het geheugen na het reinigen van het vetfilter en/of het reinigen of vervangen van het
geurfilter
1. Schakel de kookplaat in.
2. Houd de toets ‘Filterverzadiging resetten’ (filter) ingedrukt.
▷‘Filter’ gaat uit en het geheugen begint opnieuw te tellen.
This manual suits for next models
3
Table of contents
Languages:
Other ETNA Hob manuals

ETNA
ETNA KGG673ZTA User manual

ETNA
ETNA A814VRVSA1E/E2 User manual

ETNA
ETNA KI560ZT User manual

ETNA
ETNA KCV154WIT User manual

ETNA
ETNA KEV158WIT User manual

ETNA
ETNA A026VWRVS User manual

ETNA
ETNA A395 User manual

ETNA
ETNA KIF160 Series User manual

ETNA
ETNA T266ZTUU/E1 User manual

ETNA
ETNA T110VRVSA User manual
Popular Hob manuals by other brands

Bosch
Bosch PIE6 R1 Series instruction manual

Omega Australia
Omega Australia OI64Z Installation and operating instructions

Gorenje
Gorenje IT310AC Instruction for operation and maintenance

Zanussi
Zanussi ZIFN644K user manual

Hisense
Hisense H60STES User and installation manual

Haier
Haier HA2MTSJ58MB1 instruction manual