
DKS530vario_NLFREN_V1.0 11042016
NL
5
15. Machine loskoppelen. Machine loskoppelen van de stroombron, als deze niet in
gebruik is, voordat hij wordt onderhouden en als toebehoren, zoals mesbladen, boortjes
en freeskoppen, worden vervangen.
16. Stelsleutel verwijderen. Maak er een gewoonte van dat u erop let dat stelsleutels
voor het inschakelen van de machine zijn verwijderd.
17. Onopzettelijk starten vermijden. Veiligstellen dat de netschakelaar op “Uit” staat,
als u de stekker aansluit.
18. Buitenverlengsnoeren gebruiken. Als de machine buiten wordt gebruikt, alleen
verlengsnoeren gebruiken die voor gebruik buiten geschikt zijn en een betreffende
markering hebben.
19. Oplettend blijven. Het eigen werk in de gaten houden, het gezonde verstand
gebruiken en de machine niet gebruiken als u moe bent.
20. Beschadigde onderdelen controleren. Voordat de machine verder wordt gebruikt,
zorgvuldig controleren of er volgens de voorschriften wordt gewerkt en de voorziene
taak wordt uitgevoerd. Afstellen van bewegende onderdelen, beslagen van bewegende
onderdelen, breuken aan onderdelen, montage en andere omstandigheden die de
werking kunnen beïnvloeden, controleren. Een beveiligingsinrichting of andere onderdelen
die beschadigd zijn door erkende klantenservice volgens de voorschriften
laten repareren of vervangen, mits in deze gebruiksaanwijzing geen andere
aanwijzingen worden gegeven. De machine niet gebruiken, als deze niet met de
netschakelaar kunnen worden in- en uitgeschakeld.
21 Let op. Het gebruik van alle andere toebehoren dan in de gebruiksaanwijzing wordt
geadviseerd, kan een gevaar van lichamelijk letsel betekenen.
22. Machine alleen door een vakman laten repareren. Deze elektrische machine
voldoet aan de relevante veiligheidsbepalingen. Reparaties mogen alleen door
een vakman met originele reserveonderdelen uitgevoerd worden. Anders kan dit voor de
gebruiker een aanzienlijk gevaar opleveren.
2. Aanvullende veiligheidsregels voor decoupeerzagen
1. Deze decoupeerzaag is alleen bestemd voor gebruik in droge, gesloten ruimten.
2. Zaag werkstukken die smaller zijn dan 75 mm van de zaagbladbeveiliging gemeten, niet
met de hand.
3. Ongeschikte houdingen van de hand waarbij de hand door plotseling afglijden in het
zaagblad terecht kan komen. vermijden.
4. Zaagbladbeveiliging altijd gebruiken om eventuele verwondingen door zaagbladbreuk te
voorkomen.
5. Nooit de werkplek verlaten, als de decoupeerzaag is ingeschakeld of voordat de
machine volledig tot stilstand is gekomen.
6. Geen instel- of montagewerkzaamheden op de werktafel uitvoeren wanneer de
zaagmachine in bedrijf is.
7. De decoupeerzaag nooit inschakelen voordat alle spullen (machine, houtafval enz.) van
de werktafel zijn gehaald, afgezien van het werkstuk en de benodigde hulpstukken en
vasthoudinrichtingen die voor de geplande opdracht vereist zijn.
Copyrichted document - All rights reserved by FBC