
Nederlands (NL) Installatie- en bedieningsinstructies
Vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie
Inhoud
1. Algemene informatie .......... 195
1.1 Gevarenaanduidingen .......... 195
1.2 Opmerkingen ............... 196
2. Het product ontvangen ......... 196
2.1 Het product inspecteren ......... 196
3. Het product installeren ......... 196
3.1 Locatie................... 196
3.2 Mechanische installatie .......... 197
4. Elektrische aansluiting ......... 199
4.1 De draairichting controleren ....... 200
5. Het product in bedrijf nemen ...... 200
6. Productintroductie ........... 200
6.1 Bedoeld gebruik.............. 201
6.2 Te verpompen media ........... 201
6.3 Identificatie ................ 202
7. Het product onderhouden of repareren 203
7.1 Het product onderhouden ........ 204
7.2 Olie .................... 204
7.3 Constructie ................ 204
7.4 Servicekits................. 204
7.5 Verontreinigde pompen .......... 204
8. Problemen met het product opsporen 205
8.1 De motor wordt niet ingeschakeld .... 205
8.2 De motorbeveiliging of het thermisch
relais wordt na een korte bedrijfstijd
geactiveerd ................ 205
8.3 De pomp werkt continu of geeft te weinig
water ................... 206
8.4 De pomp werkt, maar er komt geen
water. ................... 206
9. Technische gegevens .......... 207
9.1 Opslagtemperatuur ............ 207
9.2 Bedrijfscondities.............. 207
9.3 Geluidsbelasting ............. 207
10. Het product afvoeren .......... 207
1. Algemene informatie
Lees dit document voordat u het product
installeert. De installatie en bediening
moeten voldoen aan de lokale regelgeving
en gangbare gedragscodes.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kin-
deren van 8 jaar en ouder, en personen
met verminderde lichamelijke, zintuiglijke
of geestelijke vermogen of gebrek aan er-
varing en kennis als zij onder toezicht
staan of zijn geïnstrueerd in het veilige ge-
bruik van het product en als zij de hieraan
verbonden risico's begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen.
Het apparaat mag niet worden gereinigd
en er mag geen onderhoud op worden uit-
gevoerd door kinderen die niet onder toe-
zicht staan.
1.1 Gevarenaanduidingen
De onderstaande symbolen en gevarenaanduidingen
worden mogelijk weergegeven in installatie- en
bedrijfsinstructies, veiligheidsinstructies en service-
instructies van Grundfos.
GEVAAR
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, als
deze niet wordt vermeden, zal resulteren
in de dood of in ernstig persoonlijk letsel.
WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, als
deze niet wordt vermeden, zou kunnen re-
sulteren in de dood of in ernstig persoonlijk
letsel.
LET OP
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, als
deze niet wordt vermeden, zou kunnen re-
sulteren in licht of middelzwaar persoonlijk
letsel.
De gevarenaanduidingen zijn als volgt
gestructureerd:
SIGNAALWOORD
Beschrijving van gevaar
Gevolg van negeren van waarschuwing
• Actie om het gevaar te vermijden.
195
Nederlands (NL)