Life & Mobility MATCH User manual

HANDLEIDING
USER MANUAL
MODE D’EMPLOI
GEBRAUCHSANWEISUNG
Match

NL3
Veiligheidsvoorschriften 4
Inleiding 8
Technische specificaties 10
Productbeschrijving 12
Instellingen en verstellingen 16
Gebruik 31
Onderhoud 34
Transport & opslag 35
Technische problemen 38
Garantie 40
Afvoeren product & verpakking 41
Inhoudsopgave

NL4 NL5
Algemeen
Voorzichtig:
• Wijzig de constructie van de rolstoel nooit.
• Gebruik uitsluitend door Life & Mobility
goedgekeurde onderdelen en accessoires.
Deze zijn getest en veilig.
Let op:
• Op deze rolstoel zijn aanduidingen,
veiligheidssymbolen en instructies aan-
gebracht. Deze mogen niet worden afgedekt
of verwijderd. Ze moeten gedurende de
levensduur van de rolstoel op de rolstoel
blijven en duidelijk leesbaar zijn.
Monteren en afstellen (Zie ook pag. 16)
Waarschuwing:
• Controleer voordat u de rolstoel gebruikt
of alle onderdelen van de rolstoel goed
gemonteerd zijn en goed vastzitten.
Let op:
• Zorg ervoor dat de duwhandvatten, de
armleggers, de onderbeenlengte en even-
tueel de hoofdsteun op de juiste hoogte zijn
ingesteld.
• De voetplaten dienen zich op minimaal
5 cm van de vloer te bevinden.
• In bepaalde configuraties kan de rolstoel
langer en/of breder zijn dan aanbevolen
volgens de norm. Dit zou de toegang tot
nooduitgangen kunnen bemoeilijken. Gebruik
de verstelmogelijkheden (duwstang lager,
zithoek rechtop, beensteunen en armleggers
in een andere hoek of uitnemen) om de
rolstoel compacter te maken.
Zitten in de rolstoel
Waarschuwing:
• Let op dat de vingers en ledematen van de
inzittende niet bekneld raken tussen het
frame en de wielen of tussen de spaken van
de wielen. Wees vooral waakzaam wanneer:
• De rolstoel ver naar achteren is gekanteld.
• De rolstoel op de laagste zithoogte is
ingesteld.
• De inzittende scheef in de stoel hangt.
• De inzittende zijn/haar armen over de arm-
legger slap omlaag heeft hangen.
• Er een combinatie is van bovenstaande
gevallen.
• Voorkom dat de voeten van de gebruiker
tussen beide voetenplaten terecht komen.
Hiervoor is optioneel een hakband of een
centrale beensteun verkrijgbaar.
Rijden met de rolstoel (Zie ook pag. 32)
Waarschuwing:
• De zithoudingsgordel is ongeschikt als
veiligheidsgordel.
Let op:
• Wees voorzichtig met uw handen tijdens het
hoepelen, wanneer links en rechts van de
rolstoel weinig ruimte is.
• Zet de rolstoel op de rem voordat u een
transfer maakt.
• Gebruik de rem alleen om de stilstaande
wielen te blokkeren. De rem is ongeschikt om
de rolstoel af te remmen.
• De maximaal benodigde duwkracht kan
per configuratie verschillen. Deze is o.a.
afhankelijk van het gewicht van de inzittende,
de hoogte van de duwhandvatten en de
instelling van het balanspunt.
Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften

NL6 NL7
rolstoel niet voorover kan hellen en voorkom
dat de gebruiker uit de stoel valt.
• Begeleiders mogen de rolstoel nooit
ongeremd op een helling achterlaten.
• Indien u zelf rijdt de rolstoel uitsluitend met
uw handen afremmen en niet met de rem.
Anders bestaat de mogelijkheid dat u de
controle over de rolstoel verliest.
Let op:
• Houd bij het afdalen altijd uw snelheid onder
controle.
• De begeleider dient de rolstoel af te remmen
aan de duwhandvatten.
Overige
Waarschuwing:
• Zet de rolstoel niet in direct zonlicht: de
bekleding kan te warm worden waardoor
verbranding of overgevoeligheid van de huid
kan plaatsvinden.
Voorzichtig:
• Laat de rolstoel niet in contact komen met
zeewater: zeewater is agressief en tast de
rolstoel aan.
• Laat de rolstoel niet in contact komen
met zand, zand kan doordringen tot in de
draaiende delen van de rolstoel, waardoor
onnodig snelle slijtage optreedt.
• Gebruik nooit schurende en agressieve
schoonmaak- of oplosmiddelen zoals thinner,
wasbenzine en dergelijke om de rolstoel te
reinigen.
• Het met overmatige kracht aandraaien
van de instelschroeven kan de rolstoel
beschadigen.
Transport van de rolstoel (Zie ook pag. 35)
Waarschuwing:
• Conform convenant is het Match onderstel
in combinatie met specifieke ortheses
botsproefveilig verklaard (ISO 7176-19) en
voorzien van CE markering. Bij ongeteste
Match combinaties wordt het onderstel
niet voorzien van CE markering, deze
rolstoeluitvoering is niet botsproefveilig
verklaard.
• Bevestig de stoel in een taxibus met een
4-punts vastzetsysteem. Gebruik tevens een
3-punts veiligheidsgordel voor het vervoer
van de rolstoel met inzittende.
• De zithoudingsgordel is ongeschikt als
veiligheidsgordel.
• Bij het vervoer van de rolstoel met inzittende
dient de rolstoel te beschikken over een
hoofdsteun.
• Verkantel het frame in een taxibus maximaal
5 graden. Deze kantelhoek is niet van
toepassing op de orthese.
Hellingen en andere obstakels (Zie ook pag. 32)
Waarschuwing:
• Rijd nooit op een helling met een hellingshoek
van meer dan 5 graden.
• Rijd niet op hellingen als de rolstoel gekanteld is.
• Bij het oprijden van een helling zal het zwaar-
tepunt wijzigen en kan de rolstoel makkelijker
achterover kantelen.
• Bij het afrijden van een helling zal het
zwaartepunt wijzigen en kan de inzittende
voorover kantelen.
• Keer niet op een steile helling. Wanneer de
rolstoel dwars op een steile helling staat, is
het risico op kantelen groot.
• Ga altijd achteruit een stoep af, zodat de
VeiligheidsvoorschriftenVeiligheidsvoorschriften
Crashtest-safe sticker
8
8

NL8 NL9
InleidingInleiding
Waarschuwing:
• Indien u de veiligheidsvoorschriften, instruc-
ties, waarschuwingen en onderhoudsadviezen
niet opvolgt, kan dit de werking van de
rolstoel nadelig beïnvloeden en mogelijk
lichamelijk letsel of schade aan de rolstoel of
het milieu tot gevolg hebben.
Let op:
• Lees voordat u de rolstoel in gebruik neemt
deze gebruikershandleiding goed door.
• Bewaar de gebruikershandleiding zorgvuldig
voor een eventuele volgende gebruiker.
Graag houden wij u op de hoogte van nieuwtjes, ge-
bruikerservaringen en andere wetenswaardigheden.
Op de website www.life-mobility.com kunt u regel-
matig de laatste ontwikkelingen lezen.
Hartelijke groet,
Directie en medewerkers Life & Mobility
Geachte gebruiker,
De Match is een kantelrolstoel speciaal ontwikkeld
voor gebruik in combinatie met een zitorthese,
voor permanente gebruikers van een rolstoel, die
behoefte hebben aan een stoel met (veel) individuele
ondersteuning en comfort.
De Match biedt de gebruiker en zorgprofessional
altijd een individuele oplossing op maat; ongeacht de
afmetingen of het type zitondersteuning, het gewicht,
de lichaamsmaten en de gezondheidstoestand van
de gebruiker.
De Match is spatwaterbestendig en geschikt voor
gebruik zowel binnens- als buitenshuis. Het maximaal
gewicht inzittende is 160 kg. Dit staat aangegeven op
de CE-sticker.
De Match is door TÜV Rheinland met een positief
resultaat getest conform de van toepassing zijnde
eisen van de Europese rolstoelnorm EN 12182 en
EN 12183 en als ‘botsproefveilige rolstoel’ conform
ISO 7176-19 in combinatie met specifieke zitortheses
(zie pag. 35). De Match voldoet daarmee aan de
essentiële eisen van de richtlijn voor Medische
Hulpmiddelen 93/42/EEG. De Match is volgens
de KBOH R06 Clusterindeling een semi-actieve
kantelbare duwwagen / zelfrijder.
In deze gebruikershandleiding vindt u alles
over de Match, van veiligheidsinstructies en
bedieningsfuncties tot onderhoudstips. Paragrafen
die van belang zijn voor uw veiligheid zijn in de tekst
gemarkeerd met een veiligheidssymbool.
CE-sticker

NL10 NL11
Technische specificaties
ZH
AH DH
OD
OL
BP
WB
OHZ
RH
BB
OB
SB voor
RB achter
RB voor
* Let op: Bij de uiterste lage en hoge zithoogtes is de wielpositionering t.o.v. het
schoudergewricht niet optimaal voor het aandrijven van de rolstoel.
** Let op: Afhankelijk van zithoogte, orthesebreedte en -vorm en balanspunt, kan dit
verstelbereik beperkt worden.
Afkorting Omschrijving Waarde
OB Orthesebreedte Duwwagen 42 - 67 cm (bocht 1 & 2)
Orthesebreedte Zelfrijder 42 - 60 cm (bij zithoogtekolom 1:
max. orthesebreedte 50 cm)
ZH Zithoogte* 30 - 60 cm (kolom 1, 2, 3 & 4)
OD Orthesediepte 40 - 65 cm
WB Wielbasis 50 - 60 cm
RB achter Rolstoelbreedte Duwwagen achter 55 - 70 cm (SB + 5 cm)
Rolstoelbreedte Zelfrijder achter 60 - 78 cm (SB + 5 cm)
RB voor Rolstoelbreedte voor 60 - 75 cm (SB + 10 cm)
BP Balanspunt Versteltraject 15 cm
AH Armleggerhoogte 17 - 40 cm
BB Beensteunbreedte
Comfort beensteun: 39 - 69 cm
RH Rugbuishoogte 52 cm
DH Duwhandvathoogte 80 - 150 cm (bereik is verstelbaar, DH
afhankelijk van ZH)
OL Onderbeenlengte
Comfort beensteun:
Centrale beensteun:
35-45 cm / 40 - 55 cm
afhankelijk van OHZ
OHZ Opbouwhoogte zitorthese Verticale afstand bovenzijde
montageplaat - onderzijde bovenbeen
aan voorzijde orthese
- Zithoekverstelling** -5º -30º (bereik is verstelbaar)
-Rughoekinstelling 85º - 140º (bereik is instelbaar)
- Armleggerdiepte Insteltraject 8 cm
- Totale gewicht Duwwagen 37,5 kg (excl. orthese)
- Totale gewicht Zelfrijder 39 kg (excl. orthese)
- Maximaal gewicht inzittende 160 kg
- Een CE gemarkeerde en
botsproefveilige Match-orthese
combinatie voldoet aan
EN 12182
EN 12183
ISO 7176-19
- Omgevingstemperatuur Life & Mobility adviseert de
Match te gebruiken in een
omgevingstemperatuur tussen
-5 ˚C en +40 ˚C.
Technische specificaties
Technische levensduur
Door Life & Mobility wordt aan dit product een
technische levensduur toegeschreven van 7 jaar. Dit
wil zeggen dat het product in deze periode reparabel,
veilig en bruikbaar is.
Bovengenoemde verklaring is alleen dan van toe-
passing wanneer de gebruiker het product gebruikt
in de hoedanigheid waarin deze door Life & Mobility
is bestemd en als zodanig CE-gemarkeerd, inclusief
eventuele originele accessoires.

NL12 NL13
Productbeschrijving
Controle van de levering
Controleer voordat u de rolstoel gaat
gebruiken of de levering overeenkomt met de
productbeschrijving (zie pag. 12-15). Indien u
bij aflevering transportschade constateert,
geef dit dan door aan uw dealer.
Opties
Voor de Match zijn, naast de standaard onderdelen,
de volgende opties leverbaar.
Beensteunen
nCentrale beensteun
nVoorbrug met comfort beensteunen
Armleggers
nArmleggersysteem
(armleggerbocht en T-stuk in 2 maten)
nGepolsterde armleggers
nBrede armleggers
nP-vormige armlegger (alleen Zelfrijder)
Zitortheses
nOrthese-specifiek montagesysteem
Hoofdsteun
nStandaard hoofdsteun
nStandaard hoofdsteun klein
nSnellius hoofdsteun
nSnellius hoofdsteun met Edison beugel
Remmen
nTrommelremsysteem met rempedaal links en rechts
nRemnaven met remhendels (standaard bij Zelfrijder)
Werkblad
nWerkblad plexiglas
nWerkblad op maat
Productbeschrijving
Accessoires
nZithoudingsgordel met montagesysteem
nHoepelovertrekken
nSpaakbeschermers
nBagagehouder

NL14 NL15
Duwwagen
Zelfrijder
V
U
S
R
Q
A
B
C
D
E
F
H
I
J
K
L
NM PO
W
X
G
T
V
S
A
B
C
D
E
F
H
I
J
K
L
NM P QO
W
X
G
T
ProductbeschrijvingProductbeschrijving
Productbeschrijving
A. Zithoekindicator
B. Duwhandvat
C. Bedienhendel hoofdsteun
D. Bedienhendel hoogteverstelling duwhandvatten
E. Rugbuis
F. Rughoekscharnier
G. Balanspuntinstelling
H. Zithoogtekolom
I. Achterwiel
J. Taxi-fixatiepunt linksachter
K. Dompsteun linksachter
L. Antikiepsteun linksachter*
M. Achterbrug
N. Rempedaal rechtsachter
O. Voorpoot rechtsvoor
P. Taxi-fixatiepunt rechtsvoor
Q. Voorwiel
R. Montageplaat
S. Beensteun (optie)
T. Armleggerbocht, T-stuk en armlegger (opties)
U. Orthesespecifiek montagesysteem
V. Bedienhendel zithoekverkanteling
W. Zitframe
X. Rijframe
Niet afgebeeld
nZithoekbegrenzingspen
nSleutelsetje
nHandleiding
nOverige opties & accessoires
* In verband met preventieve veiligheid is de Match standaard
uitgevoerd met antikiepsteunen.
R

NL16 NL17
overige ondersteuningsdelen altijd
een boutverbinding, nooit een
schroefverbinding.
3. Gebruik uitsluitend Life & Mobility
onderdelen voor been-, arm- en
hoofdondersteuning.
4. Voer geen verspanende wijzigingen
uit aan het Match onderstel, zoals
boren, zagen of buigen.
5. Monteer accessoires m.b.v. Life &
Mobility montagemateriaal (T-gleuf
montageblokjes) altijd in de rugbuis.
De Life & Mobility orthese-montagesyste-
men zijn specifiek ontwikkeld voor verschil-
lende, geselecteerde zitortheses. Gebruik
het juiste / meegeleverde montagesysteem
voor de zitorthese die u in combinatie met
het Match onderstel gaat gebruiken.
Het montagesysteem bestaat uit een orthe-
se-specifiek gatenpatroon in de montage-
plaat (A) en een orthese-specifiek montage-
systeem (B) aan de rugbuis (C).
Orthesespecifiek montagesysteem
Met behulp van paarse stickers wordt aange-
geven welk gatenpatroon voor de montage
van uw zitorthese bedoeld is.
Tip:
• Gebruik de balanspuntinstelling
voor optimale bereikbaarheid van de
montagegaten (zie pag. 22).
Zitbreedte
De zitbreedte kan traploos ingesteld worden
op zitbreedtes tussen 42 en 60 cm* door
middel van het in- of uitschuiven van de
armleggerbochten.
De Match beschikt over veel in- en verstel-
mogelijkheden waarmee de stoel geheel op de
wensen van de gebruiker kan worden afgesteld. Life &
Mobility adviseert u om voor de instellingen uw dealer
te raadplegen. De verstellingen kunt u eenvoudig
zelf, zonder gereedschap, uitvoeren.
ZITFRAME
Montage orthese
Met dit Match onderstel maakt Life & Mobility - in samen-
werking met geselecteerde leveranciers van ortheses -
voor het eerst in de geschiedenis, een CE-gemarkeerde
en crashtestveilige producteenheid van onderstel en
orthese mogelijk. Samen met deze geselecteerde le-
veranciers dragen wij de verantwoordelijkheid voor- en
borgen wij een crashtestveilige productcombinatie. Bo-
venstaande is vastgelegd in een convenant. Alleen een
Match - orthese combinatie die voldoet aan het conve-
nant, is CE gemarkeerd en crashtest veilig.
Bij een Match - orthese combinatie zonder convenant,
draagt Life & Mobility de verantwoordelijkheid voor de pro-
ductcombinatie over aan de aanbiedende partij. De pro-
ductcombinatie zal niet voorzien zijn van CE- en crash test
safe markering. Let daarbij in ieder geval op de volgende
punten:
Let op:
1. Een orthese moet aan de onderkant en
achterkant bevestigd worden aan de Match:
• Bevestig de bodemplaat van de orthese
met vier M8 bouten in de daarvoor
bestemde gaten in de montageplaat van
de Match.
• Bevestig het rugdeel van de orthese
op vier punten met de meegeleverde
T-gleuf montageblokjes aan de rugbuis
van de Match.
2. Gebruik bij montage van orthese of
Instellingen en verstellingen Instellingen en verstellingen
A
B
C
Sticker aanduiding
gatenpatroon zitorthese
* Max. orthesebreedte bij
zithoogtekolom 1 is 50cm

NL18 NL19
Tip:
• Binnen elke zithoogtekolom is
de zithoogte nog 8 cm traploos
instelbaar. Wanneer de definitieve
zithoogte nog onbekend is, wordt
daarom geadviseerd een langere
zithoogtekolom te kiezen.
Zithoogte instellen
1. Draai de 2 inbusschroeven (A) in het
frame los.
2. Til het zitframe met de zithoogte-
kolommen uit het rijframe.
3. Draai de inbusschroef (B) op het
instelblokje in de zithoogtekolom (C) los.
4. Lijn de onderrand (D) van het instelblokje
uit met de maatstreepjes van de juiste
zithoogte.
Let op: Bij de laagste zithoogte van
de kortste kolom (kolom 1) moet een
stelschroefje M5x10 gebruikt worden
i.p.v. cilinderschroef met ringetje.
5. Draai de inbusschroef (B) weer vast.
6. Herhaal bovenstaande voor de andere
zithoogtekolom.
7. Laat de beide zithoogtekolommen in
het frame zakken totdat het instelblokje
aanloopt.
8. Fixeer de zithoogtekolommen door
de 2 inbusbouten (A) van beide
zithoogtekolommen weer vast te draaien
(eerst de onderste inbusbouten aan
beide kanten, dan de bovenste).
Zithoekverkanteling
Om het volledige kantelbereik achterover bij
de Match Zelfrijder te kunnen benutten, kun-
nen de volgende instellingen gebruikt wor-
den. Het kantelbereik wordt groter:
Zitbreedte instellen
1. Draai de inbusschroef (D) los.
2. Schuif de armleggerbocht in of uit tot de
gewenste zitbreedte.
3. Draai de inbusschroef (D) weer vast.
4. Herhaal dit aan de andere zijde.
Zitdiepte
De zitdiepte kan traploos ingesteld worden
op zitdieptes tussen 40 en 65 cm door
middel van het in- of uitschuiven van de
beensteunophanging.
Zitdiepte instellen
1. Draai de inbusschroef (E) los.
2. Schuif de beensteun of de voorbrug in of
uit tot de gewenste zitdiepte is bereikt.
3. Draai de inbusschroef weer vast.
Zithoogte
Er kan gekozen worden uit 4 verschillende leng-
tes zithoogtekolommen (F) om de gewenste
zithoogte voor de gebruiker te realiseren.
Gewenste zithoogte Zithoogtekolom
30-38 cm 1
36-44 cm 2
44-52 cm 3
52-60 cm 4
Let op:
• Bij de laagste zithoogte van
zithoogtekolom 1 (de kortste):
• Kan de bodemvrijheid onder de
voetsteun bij een kleine kniehoek
beperkt zijn.
• Is het zithoekverkantelbereik naar
voren beperkt tot 0˚ (i.p.v. -5˚).
Instellingen en verstellingen Instellingen en verstellingen
Instelblokje
B
D
C
C
Zithoogte instellen
A
Zitbreedte instellen
D
Zitdiepte instellen
E
Zithoogtekolom
F

NL20 NL21
Waarschuwing:
• Verstel het balanspunt met de inzittende in
de orthese alleen in horizontale stand, dus 0˚
verkanteling.
Voorzichtig:
• Bij een zeer kleine kniehoek kan in de achterste
uiterste balanspuntstand de beensteun tegen
de gasveerophanging lopen.
Let op:
• De positie van het zwaartepunt komt bij het
gebruiken van de zithoekverkanteling verder naar
de achterzijde van het onderstel te liggen, zorg
er daarom altijd voor dat u ons veiligheidsadvies
voor balanspuntinstelling volgt (de lengte van
de pijl is geen indicatie voor de hoeveelheid
verplaatsing, alleen voor de verplaatsingsrichting):
Balanspuntinstellingsadvies
t.o.v. af fabriek instelling
Rood Groen
Relatief grote zitdiepte
Lichaamsbouw gebruiker:
- relatief veel gewicht benen
- relatief veel rompgewicht
Relatief veel beweeglijkheid voor-
achterwaarts
Relatief dikke rugorthese
Relatief veel hellingen tijdens ge-
bruik
Relatief grote meest gebruikte zit-
hoek
14 12 10 8 64 2 0
246 8 10 12 14
0
Schaalverdeling balanspunt
• Extra bagage beinvloedt de positie van het
zwaartepunt, houd hier bij de balanspuntinstelling
rekening mee.
• .. bij een hogere zithoogte (vanaf ZH 48
cm volledig kantelbereik).
• .. hoe verder je het balanspunt naar vo-
ren verstelt.
• .. als de spoorbreedte past bij de orthe-
sebreedte.
• .. als de armleggerdiepte naar voren ver-
plaatst wordt.
• .. bij het toepassen van de P-vormige
armlegger.
Rughoekinstelling
De rughoek van het zitframe is instelbaar
en kan daarmee aangepast worden aan de
rughoek van de zitorthese.
Let op:
• Na het wijzigen van de rughoek
moet de zithoekindicator opnieuw
gekalibreerd worden.
Rughoek instellen
1. Draai de inbusschroeven (E) los aan beide
kanten van het rugscharnier.
Let op: de rugbuis vasthouden!
2. Verander de rughoek.
Let op: de tanden van beide tand-
verstellingssschijven moeten volledig in
elkaar grijpen.
3. Draai de inbusschroeven (E) aan beide
kanten weer vast.
Balanspuntinstelling
Het zitframe kan - compleet met inzittende en
alle zitondersteuningsonderdelen - ten opzichte
van het rijframe, naar voren en naar achteren
geschoven worden. Hiermee is de ligging van
het zwaartepunt van de gebruiker in de orthese
instelbaar ten opzichte van het rijframe.
Instellingen en verstellingen Instellingen en verstellingen
Rughoek instellen
E

NL22 NL23
2. Stel de gewenste zithoek in.
3. Laat de bedienhendel weer los.
Zithoekindicatie
Met behulp van de zithoekindicator (D)
kan aangegeven worden wat voor de
gebruiker de meest optimale zithoeken of
zithoekgebieden zijn.
Let op:
• Zorg dat de zithoekindicator goed
gekalibreerd is voordat de optimale
zithoek / zithoekgebieden ingesteld
worden.
Zithoekindicator kalibreren
1. Verkantel de rolstoel totdat de
montageplaat horizontaal is.
2. Draai de inbusschroeven (A) aan de
onderkant van de zithoekindicator iets
los.
3. Verdraai de zithoekindicator (B) tot de
onderrand van de luchtbel op de lijn met
0˚ ligt.
4. Draai de inbusschroeven weer stevig vast.
Zithoekindicator instellen
1. Stel de gewenste zithoek in.
2. Verschuif met de punt van een pen aan de
zijkant van de behuizing twee van de vier
schuifjes (C) boven en onder de luchtbel
3. Herhaal dit voor een tweede te indiceren
zithoek met de andere 2 schuifjes.
Tip: Wanneer maar 1 setje schuifjes
gebruikt wordt, kan het andere setje
helemaal naar boven en naar onderen
geschoven worden.
Zithoekbereik
Het zithoekbereik is -5° tot 30°. Dit bereik is
Balanspuntinstelling
1. Draai de 2 inbusschroeven (A) los.
Let op: Draai alleen de voorste
inbusschroef volledig uit het klemblokje.
De achterste inbusschroef mag er nooit
helemaal uit gedraaid worden, deze
begrenst het achterwaarts verschuiven
van de montageplaat.
Tip: Om beide inbusschroeven van de
balanspuntverstelling goed te kunnen
bereiken kunt u gebruik maken van
de meegeleverde verlengtool voor de
benodigde inbussleutel.
2. Verschuif het zitframe naar voren of
naar achteren totdat de meest optimale
positie gevonden is.
Tip: Blijf in het groene of oranje gebied
van de schaalverdeling, deze is zichtbaar
door het kijkgaatje (B) aan de zijkant van
het frame.
3. Draai de 2 inbusschroeven (A) weer stevig
vast.
Zithoek
De zithoek is makkelijk verstelbaar met de
bedienhendel (C) op het rechter duwhandvat.
Let op:
• Bij de laagste zithoogte van
zithoogtekolom 1 (de kortste) is het
zithoekverkantelbereik beperkt tot 0˚
voorover.
• Bij zeer brede zitortheses kan het
zithoekverkantelbereik beperkt zijn
door de maximale spoorbreedte van
de achterwielen.
Zithoek verstellen
1. Knijp de rechter bedienhendel (C) in om
de gasveren te ontkoppelen.
Instellingen en verstellingen Instellingen en verstellingen
Zithoekindicator instellen
C
B
A
Zithoekindicator kalibreren
Balanspunt instellen
A
Kijkgaatje schaalverdeling balanspunt
B
Zithoek verstellen
C
D

NL24 NL25
Wielbasis
De wielbasis van het onderstel is instelbaar,
zodat een passende wielbasis bij de gebruiker
gekozen kan worden. Deze wordt bepaald
door de zitdiepte van de zitondersteuning
en de beweeglijkheid van de gebruiker. Een
grotere zitdiepte en meer beweeglijkheid
vraagt om een grotere wielbasis.
Wielbasis instellen
1. Draai de inbusschroeven los (A).
2. Verplaats de voorpoot met wiel tot de
maatstreep van de gewenste wielbasis.
3. Draai de inbusschroef weer vast, met
aandraaimoment van 14 Nm.
4. Herhaal dit bij de andere voorpoot, met
behulp van de maatstreepjes moeten
beide voorpoten op exact dezelfde
wielbasis ingesteld worden.
Let op: trek de voorpoten nooit verder
uit dan tot de rode markering.
Spoorbreedte
Achterwielen
De spoorbreedte van de achterwielen
is instelbaar door het in of uitschuiven
van de achteras met de achterwielen. De
spoorbreedte wordt bepaald door de
zitbreedte van de zitondersteuning en de
beweeglijkheid van de gebruiker.
Let op:
• Bij het bepalen van de spoorbreedte
van de achterwielen moet bij
maximale zithoekverkanteling rekening
gehouden worden met mogelijke
conflicten tussen zitorthese &
rempedaal of wiel. Pas in dit geval de
spoorbreedte aan.
te begrenzen aan de voorzijde (beperking
kanteling naar voren) en aan de achterzijde
(beperking kanteling naar achteren).
Verplaats hiervoor de 2 vergrendelpennen in
het gatenpatroon op de schijven onder het
zitframe.
Door de twee pennen in het gat direct boven
en onder de lip/ nok (D) te plaatsen kan
de zithoek per stap van 5 graden worden
vastgezet.
Gatenpatroon zithoekbereik
(E): Reservegat voor 2epen. (Deze reservepen
wordt geleverd bij de originele
gebruikershandleiding). Dit gat begrenst
de zithoek niet.
(F): Begrenzing max. 0˚ voorover kantelen
(horizontaal).
(G): Begrenzing max. 5˚ voorover kantelen.
De pen kan altijd in dit gat zitten als
volledig bereik gewenst is.
(H): Begrenzing max. 25˚ achterover kantelen.
RIJFRAME
Adviesinstelling rijframe
Houd bij het instellen van de wielbasis
(WB) rekening met de orthesediepte en de
beweeglijkheid van de gebruiker in voor-
achterwaartse richting.
Houd bij het instellen van de spoorbreedte
(SB) achter rekening met de orthesebreedte,
beweeglijkheid gebruiker in zijwaartse
richting en de manoeuvreerbaarheid door
deuren etc.
Bij het instellen van de spoorbreedte voor:
houd rekening met de voor de gebruiker
ideale positionering van de voeten.
Instellingen en verstellingen Instellingen en verstellingen
Wielbasis instellen
A
Spoorbreedte
SB achter
SB voor
H
Begrenzing max. 25˚achterover
Gatenpatroon zithoekbereik
E
FG
D
Wielbasis
WB

NL26 NL27
ONDERSTEUNING
Armleggers
De armleggers zijn in hoogte, diepte en
breedte (zie ‘zitbreedte’ pag. 17 & 18) in te
stellen.
Armleggerhoogte instellen
Om de gewenste armleggerhoogte te
realiseren kan er gekozen worden uit 2
hoogtes van het armleggersysteem, bestaand
uit een armleggerbocht en een T-stuk.
Gewenste
armleggerhoogte
Armleggersysteem
17-25 cm Armleggerbocht 1 +
T-stuk 1
24-40cm Armleggerbocht 2 +
T-stuk 2
Bij elk armleggersysteem kan de armlegger
traploos in hoogte ingesteld worden.
1. Draai de inbusschoef (A) aan de voorzijde
van het armleggersysteem een aantal
slagen los.
2. Stel de armlegger in op de juiste hoogte.
3. Draai de inbusschroef weer vast.
4. Herhaal dit voor de andere armlegger.
5. Met behulp van de maatstreepjes zijn
beide armleggers op gelijke hoogte in te
stellen.
Armleggerdiepte instellen
1. Draai de schroeven (B) geheel (ander gat
in armlegger) of gedeeltelijk (met behulp
van de sleuf) los.
2. Stel de gewenste diepte in.
3. Draai de schroeven vast.
4. Herhaal dit voor de andere armlegger.
Spoorbreedte achter instellen
1. Draai de 4 inbusschroeven los (B).
2. Schuif het achterwiel met de framebuis in
of uit tot de gewenste spoorbreedte.
3. Draai de inbusschroeven weer vast.
4. Herhaal dit bij het ander achterwiel, met
behulp van de maatstreepjes moeten
beide achterwielen op exact dezelfde
breedte ingesteld worden.
Voorwielen
De spoorbreedte van de voorwielen is
instelbaar door de voorpoten om het
scharnierpunt naar binnen of naar buiten te
verdraaien. Hierdoor onstaat meer ruimte
voor het positioneren van de voeten tussen
de voorwielen.
Spoorbreedte voor instellen
1. Draai de inbusschroef los (C).
2. Verdraai de voorpoot met het voorwiel
met de stelschroeven (D) aan de binnen-
en buitenkant van het scharnier tot de
gewenste spoorbreedte.
Let op: Draai beide stelschroeven (D) aan
de binnen- en buitenzijde strak tegen het
draaiende deel van de poot aan: dit is de
verdraaiaanslag.
3. Draai de inbusschroef (C) weer vast.
4. Herhaal dit bij de andere voorpoot, met
behulp van de maatstreepjes (E) moeten
beide voorpoten op exact dezelfde hoek
ingesteld worden.
Wielpositie
Er zijn 2 asgatposities voor de 2 wielmaten
(zie afbeelding). De zithoogte van de Match
Zelfrijder is hierbij onafhankelijk van de
wielmaat.
Instellingen en verstellingen Instellingen en verstellingen
Armleggerhoogte instellen
A
Armleggerdiepte instellen
B
Spoorbreedte voor instellen
C D
E
Zelfrijder
12
Spoorbreedte achter instellen
B

NL28 NL29
Instellingen en verstellingenInstellingen en verstellingen
Onderbeenlengte instellen
1. Draai de inbusschroef (F) een slag los.
2. Stel de gewenste onderbeenlengte in.
Let op: houd rekening met een afstand
van minimaal 5 cm tot de vloer.
3. Draai de inbusschroef weer vast.
Enkelscharnier fixeren
1. Stel de gewenste enkelhoek in.
2. Boor een gat in het scharnier.
3. Fixeer het enkelscharnier met behulp van
een fixeerpinnetje.
Hakband / doorlopende voetplaat
Let op:
• Voorkom dat de voeten van de
gebruiker tussen beide voetenplaten
terecht komen. Hiervoor is optioneel
een hakband of een doorlopende
voetplaat verkrijgbaar.
Hoofdsteun
De hoofdsteun kan met behulp van de
standaard scharnierpunten op exact de juiste
positie gemonteerd worden.
Hoofdsteunhoogte verstellen
1. Trek de bedienhendel (A) omhoog.
2. Zet de hoofdsteun op de juiste hoogte.
3. Klap de bedienhendel (A) weer omlaag.
Hoofdsteunhoogte op individuele positie in-
stellen
Door het afstellen van het aanslagblokje kan
de hoofdsteun na verwijdering altijd direct
teruggeplaatst worden op de juiste hoogte.
1. Draai de inbus (B) los.
2. Verschuif het blokje (B).
3. Draai de inbus (B) weer vast.
Beensteunen
De Match kan voorzien worden van een
centrale beensteun of een voorbrug voor het
monteren van comfort beensteunen.
Beensteundiepte instellen
Zie voor het centraal instellen van de
beensteundiepte ‘Zitdiepte’ pag. 18.
De adapters van de comfort beensteunen
kunnen onafhankelijk en traploos in diepte
ingesteld worden.
1. Draai de inbusschroef (C) aan de
onderzijde van de voorbrug los.
2. Stel de gewenste diepte in.
3. Draai de inbusschroef vast.
4. Herhaal dit voor de andere zijde.
Beensteunhoogte instellen
De instelling van de hoogte van de
beensteunen wordt bepaald door de
opbouwhoogte van de orthese: verticale
afstand bovenzijde montageplaat -
onderzijde bovenbeen aan voorzijde orthese.
Door de voorbrug om te draaien, of door het
monteren van een standaard of verhoogde
adapter, kan een hogere of lagere ophanging
(D) gerealiseerd worden.
Beensteunbreedte instellen
1. Draai de inbusschroef (E) aan de
onderzijde van de voorbrug los.
2. Stel de gewenste breedte in.
3. Draai de inbusschroef vast.
4. Herhaal dit voor de andere zijde. Hoofdsteunhoogte instellen
A
B
Onderbeenlengte instellen
F
Enkelscharnier fixeren
ø 3 mm
2 3
1
Beensteunbreedte instellen
E
Beensteundiepte instellen
C
Beensteunhoogte instellen
D

NL30 NL31
Het maken van transfers
De Match is een rolstoel voor gebruikers met diverse
handicaps. Transfers van rolstoel naar bijvoorbeeld
bed, toilet of douche en andersom kunnen op
verschillende manieren worden gemaakt. De mate
waarin de rolstoelgebruiker medewerking kan
verlenen, bepaalt de wijze van tillen. Zowel actieve als
passieve transfers zijn bij de Match, met behulp van
hulpverlener of tillift, mogelijk.
Let op:
• Zet de rolstoel te allen tijde op de rem
voordat een transfer wordt gemaakt.
Voorwaartse transfer
1. Klap de voetplaten op of zwenk de beensteunen
weg.
2. Zet de stoel eventueel in een negatieve zithoek;
dit vergemakkelijkt het opstaan.
Tip:
• Kantel bij een transfer van een passieve
tillift naar de Match eerst de rolstoel zonder
inzittende, zodat de rolstoelgebruiker
optimaal gepositioneerd kan worden in de
rolstoel.
Let op:
• Bij de optie waarbij de hoofdsteun
niet uitneembaar/verstelbaar is, is de
hoofdsteun bedienhendel vastgezet.
Voor het maken van transfers kan de
hoofdsteun eenvoudig uitgenomen worden:
1. Trek de binnenste kleine hendel (A)
omhoog.
2. Neem de hoofdsteun uit.
Duwhandvat
Duwhandvathoogte verstellen
1. Trek de buitenste grote hendel (C)
omhoog.
2. Stel het duwhandvat in op de juiste
hoogte.
3. Duw de hendel weer tegen de rugbuis
aan.
Antikiepsteunen
De antikiepsteunen kunnen verdraaid worden
met behulp van de trekknop (D). Hiermee
kan een antikiepsteunpositie voor buiten
(1), binnen (2), en volledig uitgeschakeld (3)
gerealiseerd worden.
Let op:
• Zorg dat de pen weer goed in het
gat vergrendeld is na verstelling.
Instellingen en verstellingen Gebruik
+
Antikiepsteunen verstellen
D
1
2
3
Duwhandvathoogte verstellen
C

NL32 NL33
Zelfrijder
Rijdt u zelf in de Match, dan is de rem
geïntegreerd in de naaf van het hoepelwiel.
Hierbij kan elk wiel onafhankelijk van elkaar
door middel van de remhendel zowel vooruit
als achteruit op de rem worden gezet.
Het kan voorkomen dat door intensief of
langdurig gebruik van de rem de remkracht
minder wordt. U dient de remmen dan
opnieuw af te stellen.
Draai met behulp van een inbussleutel (3 mm)
de stelschroef (X) aan de onderzijde van de
remhendel een halve slag aan.
Controleer of de remkracht nu voldoende is.
Stel deze eventueel nog verder bij.
Het nemen van hindernissen
1. Druk de duwhandvatten omlaag en duw
tegelijkertijd met uw voet op de dompsteun.
2. Duw de rolstoel op de verhoging (hindernis) en
laat de dompsteun weer los.
3. Duw de rolstoel verder en til de achterwielen aan
de duwhandvatten over de hindernis.
Het oprijden van een stoep kan men voorwaarts
doen, het afrijden van een stoep is beter achterwaarts
uit te voeren.
Let op:
• Houd bij het afgaan van een flauwe helling de
snelheid onder controle.
Remmen
De remmen van de Match zijn standaard vanuit
de fabriek op de juiste wijze afgesteld. De Match
beschikt over trommelremmen die door middel van
de voetpedalen achter en aan de zijkant van het
onderstel te bedienen zijn. Wanneer de stoel geremd
is, staan de gekoppelde voetpedalen omlaag.
Het kan voorkomen dat in de loop van de jaren de
remkracht minder wordt of niet gelijk meer is voor
beide wielen. Raadpleeg dan uw dealer.
Gebruik Gebruik
Trap
Stoep
Flauwe helling
Rem zelfrijder in neutrale stand
Stelschroef
X

NL34 NL35
Taxibus
De Match is door TÜV Rheinland - in combinatie met
geselecteerde zitortheses - positief getest als ‘bots-
proefveilige rolstoel’, conform ISO 7176-19. De Match
is dus als rolstoel met inzittende te vervoeren in een
taxibus (zie ook de aanduidingssticker op de rolstoel).
Voor het veilig vervoeren is de conditie van de inzittende
en het advies van de arts echter bepalend. Life & Mobility
adviseert toch om, indien mogelijk, de inzittende een
transfer van de Match naar een vaste stoel te laten maken.
nDe Match is dynamisch getest in voorwaartse
richting, waarbij de test dummy (= 103 kg)
was vastgezet met een heupgordel en een
schoudergordel. De geschiktheid bij andere
botsingen (bijvoorbeeld zijwaarts) is niet getest.
nDe Match is in de verschillende configuraties met
specifieke ortheses getest.
nDe stoel dient voorzien te zijn van een hoofdsteun.
nDe Match dient met een vierpunts vastzetsysteem
aan de vloer van de taxibus bevestigd te worden.
Waarschuwing:
• Conform convenant is het Match onderstel
in combinatie met specifieke ortheses
botsproefveilig verklaard (ISO 7176-19) en
voorzien van CE markering. Bij ongeteste Match
combinaties wordt het onderstel niet voorzien
van CE markering, deze rolstoeluitvoering
is ook niet botsproefveilig verklaard en zal
daarom ook niet voorzien zijn van een crashtest
safe sticker en taxihaak symbolen.
• Indien er geen crashtest-safe sticker af
fabriek op de rolstoel zit, is dit geen veilig
vervoerbare rolstoel.
nDe posities van de vier bevestigingspunten op de
Match zijn aangeduid met een haaksymboolsticker
(zie illustratie 2).
Klein onderhoud (iedere twee weken)
Klein onderhoud aan de Match kunt u zelf uitvoeren:
nReinig uw rolstoel met een vochtige doek, water
en allesreiniger.
nControleer de bandenspanning en -gesteldheid
(veroudering). Zachte banden rijden minder
gemakkelijk door de toegenomen rolweerstand.
nGebruik voor het oppompen van de banden
eventueel de bijgeleverde ventielnippel
(bijvoorbeeld bij gebruik van een fietspomp). De
juiste bandenspanning staat aangegeven op de
banden.
nDe gasveren en de gasveerblokkering (het recht-
hoekige blok aan het uiteinde van de gasveer)
dient u regelmatig van wat vet (bijvoorbeeld
teflonspray) te voorzien. Dit garandeert een
goede werking.
nControleer of alle bevestigingsonderdelen goed
vast zitten. Draai deze zonodig opnieuw aan.
Voorzichtig:
• Gebruik nooit schurende en agressieve
schoonmaak- of oplosmiddelen zoals thinner,
wasbenzine en dergelijke om de rolstoel te
reinigen.
• Het met overmatige kracht aan-
draaien van de schroeven kan de rolstoel
beschadigen.
Groot onderhoud (jaarlijks)
Uw dealer zal graag het groot onderhoud aan de
rolstoel voor zijn rekening nemen. Op deze wijze bent
u er zeker van dat u optimaal gebruik maakt van uw
rolstoel. Ook voor het vervangen van onderdelen,
kunt u terecht bij uw dealer.
Onderhoud Transport & opslag
Illustratie 1
Illustratie 2
Crashtest-safe sticker
8
8

NL36 NL37
Transport & opslagTransport & opslag
verwijderd worden. Dit werkblad dient elders in
het voertuig veilig te worden opgeborgen.
nIndien mogelijk, moeten de accessoires worden
vastgezet of worden verwijderd.
nNa ieder ongeval dient de fabrikantvertegen-
woordiger de rolstoel te beoordelen of deze weer
gebruikt kan worden.
nWijzigingen en/of vervangingen aan de vastzet-
punten of structurele delen en framedelen dienen
niet te worden uitgevoerd, zonder vooraf de
fabrikant te raadplegen.
Zithoudingsgordel
Waarschuwing:
• De zithoudingsgordel is ongeschikt als
veiligheidsgordel.
De zithoudingsgordel is bedoeld om de inzittende
te positioneren. Bevestig deze met behulp van het
Match zithoudingsgordel montagesysteem in de
rugbuis.
nDe Match dient vastgezet te worden met
verankeringssystemen, die geschikt zijn voor de
haakogen (zie illustratie 3).
nDe rolstoelgebruiker dient een driepunts veilig-
heidsgordel te gebruiken in de taxibus. Deze
veiligheidsgordels moeten aan de taxibus
bevestigd worden.
nDe heupgordel moet laag over het middel
van de gebruiker lopen. Hierbij moet de hoek
tussen gordel en het vloeroppervlak tussen de
30° en 75° (een grotere hoek is wenselijker) zijn
(zie illustratie 4).
nDe heupgordel moet dwars over de voorzijde
van het lichaam lopen ter hoogte van de plek
waar de heup en het bekken bij elkaar komen.
De gordel moet daarbij goed aansluiten op het
lichaam. De bovengordel moet de gebruiker
volledig ondersteunen, zoals aangegeven in
illustratie 5.
nDe diagonale gordel moet over de schouder
en de borst lopen zoals te zien is in illustratie 6.
nDe gordels moeten voldoende strak zitten
waarbij ze niet oncomfortabel mogen zijn voor
de gebruiker.
nDe gordel mag niet gedraaid zitten.
nDe gordel mag niet tegen rolstoelonderdelen
(zoals armleggers of wielen) aanliggen, waar-
door de gordel niet meer volledig het lichaam
van de gebruiker ondersteunt (zie illustratie 7).
nDe Match moet indien mogelijk in een niet
gekantelde stand vervoerd worden (max 5˚
achterover).
nDe Match dient met gebruiker vooruitkijkend
vervoerd te worden. De rolstoel dient vastgezet te
worden volgens de instructies van de fabrikant van
het vastzetsysteem.
nDe driepunts veiligheidsgordel is er voor bedoeld
om letsel aan hoofd en borst te voorkomen.
nOm te voorkomen dat andere inzittenden letsel
oplopen, moet een werkblad (indien aanwezig)
Illustratie 4
1
2
55˚
Illustratie 5
Illustratie 6
Illustratie 3 Illustratie 7

NL38 NL39
Technische problemen
Let op:
• Alle andere reparaties dan bovenstaand
vermeld, dienen uitgevoerd te worden door
een erkende dealer.
• Door onzorgvuldige reparaties kan uw
gezondheid in gevaar komen. Bovendien
komt de garantie op het product te vervallen.
• Gebruik gezond verstand en oordeel of u
zelf in staat bent technische problemen aan
de stoel op te lossen. Wanneer u twijfelt,
raadpleeg dan altijd uw dealer.
• Houdt u zich bij het instellen en in- en
uitplaatsen van onderdelen aan deze
handleiding en aan de adviezen van uw
dealer.
• Sluit elke gevaarlijke situatie voor de
begeleider en voor de inzittende van de stoel
uit!
Wanneer zich onverhoopt directe technische
problemen voordoen aan uw rolstoel, raden wij u
aan contact op te nemen met uw dealer. De dealer
zal beoordelen of hij de stoel kan repareren of dat de
stoel voor reparatie terug moet naar de fabrikant.
Een aantal problemen kunt u wellicht zelf oplossen.
De zithoek is niet meer instelbaar
nControleer of de bedieningskabel niet geknikt is
of ergens bekneld is geraakt.
nControleer of de gasveerblokkering beweegt bij
het inknijpen van de hendel. Voeg zo nodig wat
vet toe aan de gasveerblokkering.
De remmen hebben onvoldoende remkracht of
remmen niet met dezelfde remkracht aan beide
kanten
nU dient de remmen te stellen, ga hiervoor naar
pag. 33.
Beweegbare onderdelen zoals duwstang, in hoogte
verstelbare armlegger, beensteun zitten vast
nDoor te grote krachten op bovengenoemde
onderdelen, kunnen de onderdelen zich hebben
vastgeklemd in het frame. Tik de onderdelen met
een kunststof hamer voorzichtig los.
Inbusschroeven voor de instellingen kunnen niet
worden losgedraaid
nHet kan zijn dat de inbusschroeven te hard zijn
aangedraaid. Probeer een buisje over de lange
zijde van de inbussleutel te steken, zodat een
langere draaiarm wordt verkregen. Probeer nu de
schroef los te draaien.
nDe inbusopname in de schroef kan zijn
dolgedraaid. Probeer de schroef vast te pakken
met een waterpomptang. Indien dit niet lukt,
raadpleeg uw dealer.
Technische problemen
Table of contents
Languages:
Other Life & Mobility Mobility Aid manuals