ETNA KIV360WIT User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
INSTRUCTIONS FOR USE
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
INDUCTIEKOOKPLAAT
INDUCTION HOB
PLAQUE DE CUISSON À INDUCTION
INDUKTIONSKOCHFELD
KIV360WIT
KIV354RVS
KIV254RVS

NL 4
NL Gebruiksaanwijzing NL 3 - NL 24
EN Instructions for use EN 3 - EN 24
FR Mode d’emploi FR 3 - FR 24
DE Bedienungsanleitung DE 3 - DE 24
Gebruikte pictogrammen – Pictograms used
Pictogrammes utilisés – Verwendete Piktogramme
Gevaar! Risico op letsel – Danger! Risk of injury
Danger ! Risque de blessure – Gefahr! Verletzungsgefahr
Let op! Risico op schade aan het apparaat
Caution! Risk of damaging the appliance
Attention ! Risque de dommages matériels
Vorsicht! Gefahr von Schäden am Gerät
Let op! – Note! – Remarque ! – Hinweis!

NL 3
INHOUDSOPGAVE
Uw inductiekookplaat
Inleiding 4
Beschrijving 5
Veiligheid
Temperatuurbeveiliging 6
Kookduurbegrenzing 6
Gebruik
Inductiegeluiden 7
Pannen 7
Meldingen op de kookplaat display 9
Kookinstellingen 9
Bediening
Bereiding starten 11
Klaar met koken 13
Boost inschakelen 13
Kinderslot 14
Kookwekker/keukenwekker 14
Warmhoudfunctie 17
Onderhoud
Reinigen 18
Problemen oplossen
Algemeen 19
Storingstabel 19
Installatie
21
Technische gegevens
22
Milieuaspecten
Afvoeren toestel en verpakking 24

NL 4
Inleiding
Deze kookplaat is ontworpen voor de echte kookliefhebber. Koken op een inductiekookplaat
heeft een aantal voordelen. Het is makkelijk, omdat de kookplaat snel reageert en ook op een
zeer laag vermogen is in te stellen. Bovendien kunt u dankzij het hoge vermogen gerechten zeer
snel aan de kook brengen. Door de ruime afstanden tussen de kookzones kunt u comfortabel
koken.
Koken op een inductiekookplaat is anders dan koken op een traditioneel apparaat.
Bij inductiekoken wordt gebruikgemaakt van een magnetisch veld om warmte op te wekken.
Dit betekent dat u niet zomaar een willekeurige pan kunt gebruiken. In het hoofdstuk ‘Pannen’
vindt u hierover meer informatie.
Voor optimale veiligheid is de inductiekookplaat uitgerust met meerdere
temperatuurbeveiligingen en een restwarmte-indicator die laat zien welke kookzones nog
heet zijn.
In deze gebruiksaanwijzing staat beschreven hoe u de inductiekookplaat optimaal kunt
gebruiken. Naast informatie over de bediening vindt u hierin ook achtergrondinformatie die
van pas kan komen bij het gebruik van het apparaat. Verder vindt u ook kooktabellen en
onderhoudstips.
Lees de gebruiksaanwijzing door voordat u het apparaat in gebruik neemt en bewaar deze
op een veilige plaats voor toekomstig gebruik.
Daarnaast dient de gebruiksaanwijzing ook als naslagwerk voor servicemonteurs.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
Veel kookplezier!
UW KOOKPLAAT

NL 5
UW KOOKPLAAT
Beschrijving
1. Kookzone linksachter Ø 20 cm / 2300 W - 3000 W (boost) model KIV360WIT en KIV354RVS
Kookzone linksachter Ø 18 cm / 1400 W - 2100 W (boost) model KIV254RVS
2. Kookzone rechtsachter Ø 16 cm / 1400 W - 1850 W (boost)
3. Kookzone linksvoor Ø 16 cm / 1400 W - 1850 W (boost)
4. Kookzone rechtsvoor Ø 18 cm / 1400 W - 2100 W (boost)
5. Bedieningspaneel
6. Selectietoets kookzone
7. Display voor:
▷Vermogensaanduiding
▷Restwarmte indicatie
▷Punt voor indicatie kookwekker aktief
8. - toets
9. Aan-/uittoets
10. + toets
11. Tijdsweergave bij instellen van de keukenwekker of kookwekker
1
354
2
6 67 798 10
117 7

NL 6
VEILIGHEID
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat in gebruik neemt!
Temperatuurbeveiliging
Een sensor controleert continu de temperatuur van bepaalde onderdelen van de kookplaat.
Elke kookzone is voorzien van een sensor die continu de temperatuur van de bodem van de
pan controleert om risico op oververhitting te voorkomen wanneer een pan droogkookt. Bij een
te hoge temperatuur wordt het vermogen van de kookplaat automatisch verlaagd of wordt de
kookplaat automatisch uitgeschakeld.
Kookduurbegrenzer
De kookduurbegrenzer is een veiligheidsfunctie van uw kookplaat. Deze wordt
geactiveerd als u vergeet de kookplaat uit te schakelen. Afhankelijk van de gekozen
instelling wordt de kookduur als volgt begrensd:
Kookstand De kookzone wordt automatisch uitgeschakeld na:
U2 uur
18 uur
26 uur
35 uur
45 uur
54 uur
61,5 uur
71,5 uur
81,5 uur
91,5 uur
P 5 minuten (schakelt vervolgens naar niveau 9)

NL 7
GEBRUIK
Inductiegeluiden
Een tikkend geluid
• Dit wordt veroorzaakt door de vermogensbegrenzer op de linker- en rechterzones. Ook bij
lagere instellingen kunt u een tikkend geluid horen.
Pannen maken geluid
• Pannen kunnen tijdens het koken geluid maken. Dit wordt veroorzaakt door de energie die
van de kookplaat naar de pan stroomt. Bij hoge instellingen is dit bij bepaalde pannen een
heel normaal verschijnsel. Dit is niet schadelijk voor de pannen of de kookplaat.
De ventilator maakt geluid
• Het apparaat is voorzien van een ventilator om de levensduur van de elektronica te
verlengen. Als u het apparaat intensief gebruikt, wordt de ventilator ingeschakeld om het
apparaat te koelen en hoort u een zoemend geluid. De ventilator blijft nog enkele minuten
doorwerken nadat de kookplaat is uitgeschakeld.
Pannen
• Plaats een pan altijd in het midden van een kookzone.
• Voor inductiekoken zijn pannen van een bepaalde kwaliteit vereist.
• Gebruik alleen pannen die geschikt zijn voor elektrisch koken en inductiekoken.
Deze moeten beschikken over:
▷een dikke bodem (minimaal 2,25 mm);
▷een schone en vlakke bodem.
• De meest geschikte pannen zijn voorzien van het keurmerk ‘Class Induction’.
Gebruik op de inductiekookplaat geen pannen waarmee al eerder op een
gaskookplaat is gekookt. Deze zijn ongeschikt.
Met een magneet kunt u controleren of uw pannen geschikt zijn. De pan is geschikt als
de magneet door de bodem van de pan wordt aangetrokken.
Geschikt Ongeschikt
Speciale roestvrijstalen pannen Aardewerk
Class Induction Roestvrij staal
Slijtvaste geëmailleerde pannen Porselein
Geëmailleerde gietijzeren pannen Koper/aluminium/kunststof

NL 8
GEBRUIK
Wees voorzichtig met geëmailleerde pannen van plaatstaal!
Het emaille kan afsplinteren (het emaille komt los van het staal) als u de kookplaat op
een hoge stand inschakelt terwijl de pan (te) droog is. De panbodem kan kromtrekken,
bijvoorbeeld vanwege oververhitting of door gebruik van een te hoog vermogen.
• Gebruik nooit pannen met een vervormde basis. Een holle of bolle bodem kan de werking
van de beveiliging tegen oververhitting belemmeren. Het toestel wordt te warm.
Hierdoor kan de glasplaat barsten en de panbodem smelten.
• Schade die het gevolg is van het gebruik van ongeschikte pannen of van droogkoken, valt
buiten de garantie.
Minimale pandiameter
• De minimale pandiameter bedraagt 12 cm.
• U bereikt het beste resultaat met een pan van dezelfde diameter als de kookzone.
Als de pan te klein is, wordt de kookzone niet ingeschakeld.
Snelkookpannen
• Inductiekoken is bij uitstek geschikt voor het gebruik van snelkookpannen. De kookzone
reageert zeer snel, waardoor de snelkookpan ook snel op druk is. Het kookproces stopt
onmiddellijk zodra u een kookzone uitschakelt.
Pendelen van het vermogen
• Een eigenschap van deze inductiekookplaat is het ‘pendelen’ van het vermogen bij standen
lager dan 8. Het lijkt of een kookzone in- en uitschakelt, maar dat is niet het geval.
De zone schakelt het vermogen telkens in en weer uit; de zone blijft dus gewoon aan
op de ingestelde stand. De twee kleine zones pendelen minder dan de twee grote zones.
Dit pendelen is normaal voor deze inductiekookplaat en kan geen kwaad. Het is geen
defect aan uw inductiekookplaat.

NL 9
Meldingen op de kookplaat displays
Op
display
Status
Vermogen van kookzone: 1 = lage instelling, 9 = hoge instelling
Boost-functie actief
Kinderslotfunctie geselecteerd
Geen (geschikte) pan op kookzone (pandetectiesymbool)
Warmhoud functie actief
Restwarmte-indicator: de kookplaat heeft voor elke kookzone een
restwarmte-indicator waarmee wordt aangegeven welke kookzone nog
warm is. Ondanks dat de kookplaat is uitgeschakeld, blijft de indicator H
zichtbaar zolang de kookzone warm is! Raak de kookzones niet aan
wanneer deze indicator brandt. Gevaar! Risico op brandwonden.
Foutcode: zie de probleemoplossingstabel
Foutcode: zie de probleemoplossingstabel
Kookinstellingen
Aangezien de instellingen afhankelijk zijn van de hoeveelheid en samenstelling van het gerecht
en de gebruikte pan, geldt de onderstaande tabel alleen als richtlijn.
Gebruik de boost-instelling voor:
• snel aan de kook brengen van voedsel of vloeistof;
• slinken van groene groenten;
• verhitten van olie en vet;
• wokken.
Gebruik instelling 9 voor:
• aanbraden van vlees;
• bereiden van vis;
• bakken van omeletten;
• bakken van gekookte aardappelen;
• frituren van voedsel.
GEBRUIK

NL 10
Gebruik instelling 7 en 8 voor:
• bakken van dikke pannenkoeken;
• bakken van dikke lappen gepaneerd vlees;
• bakken van bacon (vet);
• koken van rauwe aardappelen;
• bakken van wentelteefjes;
• bakken van gepaneerde vis;
• doorkoken van pasta;
Gebruik instelling 4-6 voor:
• doorkoken van grote hoeveelheden;
• ontdooien van harde groenten;
• bakken en garen van dun vlees.
Gebruik instelling 1-3 voor:
• trekken van bouillon;
• stoven van vlees;
• zacht koken van groenten;
• smelten van chocolade;
• pocheren;
• smelten van kaas.
GEBRUIK

NL 11
Bereiding starten
Gebruik van de aanraaktoetsen
Plaats het uiteinde van uw vinger plat op de tiptoets. Oefen geen druk uit.
De tiptoetsen reageren op een lichte aanraking van het uiteinde van uw vinger.
Bedien de aanraaktoetsen alleen met uw vinger.
De tiptoets laat bij aanraking een kort geluidssignaal horen.
1. Raak de Aan/Uit-toets aan en houd deze vast totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Er klinkt een enkel geluidssignaal en in de display verschijnt bij elke kookzone een ‘0’
waarvan de punt knippert.
▷Wanneer u geen verdere actie onderneemt, schakelt de kookzone na 20 seconden
vanzelf uit.
2. Plaats een geschikte pan op een kookzone.
▷Zorg ervoor dat de onderzijde van de pan en het oppervlak van de kookzone schoon en
droog zijn.
3. Druk op de toets van de kookzone die moet worden ingeschakeld om de kookzone te
activeren.
▷In de display dimmen de vermogensstanden van de kookzones die niet geactiveerd zijn
en de punten verdwijnen.
4. Druk op de – of + toets om de gewenste vermogensstand in te stellen.
▷De kookzones zijn in 9 kookstanden, een warmhoudstand en een ‘boost’stand instelbaar.
Raadpleeg het overzicht met kookinstellingen om de juiste stand te kiezen.
▷Wanneer u direct de – toets selecteert, schakelt de kookzone in op vermogensstand 9.
▷Het ingestelde vermogen verschijnt in de display. Na een aantal seconden worden alle
vermogensstanden weer fel verlicht en de kookzone schakelt in.
BEDIENING

NL 12
• Wilt u nog een kookzone inschakelen, dan drukt u op de toets van de desbetreffende
kookzone om de zone te activeren.
• In de display dimmen de vermogensstanden van de kookzones die niet geactiveerd zijn.
Ook de vermogensstanden van de ingeschakelde zones dimmen.
• Selecteer met de – of + toets het gewenste vermogen.
• Het ingestelde vermogen verschijnt in de display. Na een aantal seconden worden alle
vermogensstanden weer fel verlicht en de kookzone schakelt in.
Wanneer het symbool voor pandetectie knippert:
• hebt u de pan niet op de juiste kookzone geplaatst;
• is de gebruikte pan niet geschikt voor inductiekoken;
• is de pan te klein of niet goed op de kookzone geplaatst.
▷De plaat wordt niet warm totdat er een geschikte pan op de kookzone is geplaatst.
▷Het display wordt na 2 minuten automatisch uitgeschakeld als er geen geschikte pan op
de plaat wordt gezet.
De kookplaat wordt automatisch uitgeschakeld als deze gedurende 20 seconden
niet wordt gebruikt.
Let op!
Niet alle 4 zones kunnen tegelijk op een hoge stand (stand 9 of boost stand, afhankelijk
van het model) worden ingesteld. De 4 zones kunnen tegelijk maximaal op stand 8 of 9
(afhankelijk van het model) worden ingesteld. Indien een hogere stand gewenst is dient
eerst een andere zone in een lagere stand gezet te worden. Het toestel geeft dan een
pieptoon en het ingestelde vermogen in het display gaat knipperen. Stel dan de zone’s
in op een lagere stand!
BEDIENING

NL 13
Klaar met koken
1. Zet de vermogensstand op nul (0) om de kookzone uit te schakelen. U kunt ook tegelijkertijd
op de - toets en de + toets drukken om de kookzone uit te schakelen.
2. Schakel de inductiekookplaat uit door de Aan/Uit-toets aan te raken.
of
Het symbool Hwordt weergegeven op het display van de kookzone, als die te heet is
om te worden aangeraakt. De letter Hverdwijnt wanneer het oppervlak is afgekoeld tot
een veilige temperatuur. U kunt ook energie besparen door een nog hete kookzone te
gebruiken om andere pannen te verwarmen.
Boost inschakelen
De ‘boost’ functie kunt u gebruiken om gedurende 5 minuten op het hoogste vermogen te koken.
Na het verstrijken van de boosttijd wordt het vermogen automatisch op stand 9 gezet.
1. Zet een pan op een kookzone.
2. Druk op de aan-/uittoets.
3. Druk op de toets van de kookzone die moet worden ingeschakeld om de kookzone te
activeren.
4. Druk op de – toets om vermogensstand ‘9’ in te stellen.
▷Vermogenstand ‘9’ verschijnt in de display.
5. Druk daarna meteen op de + toets om ‘boost’ in te stellen.
▷‘P’ verschijnt in de display. Na een aantal seconden worden alle vermogensstanden weer
fel verlicht en de kookzone schakelt in op het allerhoogste vermogen.
BEDIENING

NL 14
Kinderslot
U kunt de kookplaat met het kinderslot vergrendelen. Onbedoeld inschakelen van de kookzones
wordt hiermee voorkomen.
Kinderslot inschakelen
1. Druk op de aan-/uittoets.
▷In de display van elke kookzone verschijnt een ‘0’.
2. Druk, gedurende minimaal drie seconden, gelijktijdig op de toets voor de kookzone
linksachter en de - toets.
▷In de display van elke kookzone verschijnt enkele seconden een ‘L’ als teken dat het
kinderslot is ingeschakeld.
Kinderslot uitschakelen
1. Druk op de aan-/uittoets.
▷In de display van elke kookzone verschijnt een ‘L’.
2. Druk, gedurende minimaal drie seconden, gelijktijdig op de toets voor de kookzone
linksachter en de - toets.
▷In de display van elke kookzone verschijnt enkele seconden een ‘0’ als teken dat het
kinderslot is uitgeschakeld.
Kookwekker/keukenwekker
• U kunt voor elke actieve kookzone een kookwekker instellen.
• De kookplaat heeft ook een keukenwekker. Zowel de kookwekker als de keukenwekker kan
op maximaal 99 minuten worden ingesteld.
• De keukenwekker werkt op dezelfde manier als de kookwekker, maar is niet aan een
kookzone gekoppeld. Wanneer de kookplaat wordt uitgeschakeld, loopt de keukenwekker
door.
• De keukenwekker kan alleen worden uitgeschakeld of aangepast wanneer de kookplaat is
ingeschakeld.
BEDIENING

NL 15
Selecteer de gewenste functie:
• Kookwekker : de wekker is gekoppeld aan een actieve kookzone. Nadat de ingestelde tijd
is verstreken, wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld.
• Keukenwekker : geen van de kookzones wordt uitgeschakeld nadat de ingestelde tijd is
verstreken. Er klinkt alleen een alarm.
▷Druk op een willekeurige toets om het alarm te stoppen.
De keukenwekker gebruiken
1. Schakel de kookplaat in.
2. Druk tegelijkertijd op de – en + toets.
▷De tijdsinstelling ‘0 0’ van de wekker wordt weergegeven in de bovenste twee displays.
De onderste twee displays zijn uitgeschakeld.
3. Druk op de – of + toets om de gewenste tijd in te stellen.
▷Wanneer u eerst op de - toets drukt, staat de tijd meteen ingesteld op 30 minuten.
▷Indien u de - of + toets ingedrukt houdt, loopt de tijd in toenemend tempo op of af.
▷De tijdsinstelling is enkele seconden zichtbaar; hierna geven twee knipperende punten
aan dat de wekker aftelt.
▷Nadat de ingestelde tijd is afgelopen knippert ‘0 0’ in de display.
U hoort bovendien een zich herhalend, kort geluidssignaal. Schakel de wekker en het
geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te drukken. Indien u dit niet doet,
schakelt het geluidssignaal na 2 minuten automatisch uit.
BEDIENING

NL 16
De kookwekker gebruiken
1. Selecteer een ingeschakelde kookzone.
2. Druk tegelijkertijd op de – en + toets.
▷De tijdsinstelling ‘0 0’ van de geactiveerde kookzone wordt weergegeven in de bovenste
twee displays en bij de kookzone zelf verschijnt een knipperende punt om aan te geven
dat voor die kookzone de timer kan worden ingesteld.
3. Druk op de – of + toets om de gewenste tijd in te stellen.
▷Wanneer u eerst op de - toets drukt, staat de tijd meteen ingesteld op 30 minuten.
▷Indien u de - of + toets ingedrukt houdt, loopt de tijd in toenemend tempo op of af.
▷De tijdsinstelling is enkele seconden zichtbaar; hierna worden alle ingestelde vermogens
weergegeven en bij de kookzone waarvoor een timer is ingesteld staat een punt.
▷Nadat de ingestelde tijd is afgelopen knippert ‘0 0’ in de display en de punt van de timer.
De kookzone schakelt uit. U hoort bovendien een zich herhalend, kort geluidssignaal.
Schakel het geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te drukken. Indien u dit niet
doet, schakelt het geluidssignaal na 2 minuten automatisch uit.
Let op!
Als er geen kookzone geactiveerd is en u drukt tegelijk op de - en + toets, verschijnt de
tijdsinstelling van de wekker (er knippert geen punt bij een kookzone)! Door nogmaals
(meerdere keren) tegelijkertijd op de - en + toets te drukken, verschijnt de tijdsinstelling
van een ingeschakelde kookzone (de punt knippert bij de desbetreffende kookzone).
Tip
Controleer de resterende tijd door (meerdere keren) tegelijkertijd op de – en + toets
te drukken. De tijd die in de display verschijnt is van de ingeschakelde kookzone met
knipperende punt of van de wekker (er knippert geen punt). Pas eventueel de tijd aan
met de – of + toets.
BEDIENING

NL 17
Warmhoudfunctie
Deze functie houdt het gerecht op een vaste lage warmhoud temperatuur. Als de
warmhoudfunctie is geactiveerd, verschijnt er een ‘u’ symbool op het bijbehorende display.
Warmhoudfunctie inschakelen
1. Zet een pan op de kookzone.
2. Druk op de Aan/Uittoets.
3. Druk op een kookzone toets.
4. Druk op de + toets en stel de kookzone op stand 1.
5. Druk op de - toets om de warmhoudfunctie te selecteren.
▷Symbool ‘u’ verschijnt in de display.
Warmhoudfunctie uitschakelen
1. Zet de vermogensstand op nul (0) om de kookzone uit te schakelen.
2. Schakel de inductiekookplaat uit door de Aan/Uit-toets aan te raken.
BEDIENING

NL 18
Reiniging
Activeer het kinderslot voordat u de kookplaat gaat reinigen.
Wij raden u aan het apparaat na elk gebruik te reinigen. Zo voorkomt u dat overgekookt
eten de glasplaat kan beschadigen.
Dagelijkse reiniging
1. Gebruik een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel (afwasmiddel) om het apparaat te
reinigen.
2. Droog het apparaat af met een stukje keukenrol of een doek.
Zwaar bevuild glas
1. Verwijder eventuele etensresten, verbrand vet, suiker of hardnekkige vlekken direct van de
keramische kookplaat met een schraper, zelfs als de kookplaat nog heet is! Suiker en/of
andere etensresten kunnen het keramisch oppervlak permanent beschadigen.
▷Houd de schraper onder de juiste hoek vast (45° tot 60° ten opzichte van het
glasoppervlak). Druk de schraper voorzichtig tegen het glas en schuif de schraper over
het oppervlak om het vuil te verwijderen. Zorg ervoor dat de kunststof handgreep van de
schraper (waarvan sommige modellen zijn voorzien) niet in contact komt met een hete
kookzone.
▷Druk de schraper niet loodrecht op het glas.
▷Schraap niet met de punt van de schraper over het oppervlak van de kookplaat. Dit kan
permanente krassen in het glas veroorzaken.
2. Nadat u hardnekkige vlekken van het glas hebt verwijderd, volgt u de stappen voor
dagelijkse reiniging om de kookplaat schoon te maken.
3. Als u niet tevreden bent over het resultaat, kunt u de bovenstaande reinigingsstappen zo
vaak als gewenst herhalen.
Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen; deze kunnen krassen veroorzaken.
Gebruik geen staalwol, schuursponsjes of andere scherpe voorwerpen om het
apparaat te reinigen.
De kookplaat kan nog zeer heet zijn na het koken! Raak het hete oppervlak niet
rechtstreeks aan. Gebruik zo nodig ovenwanten om brandwonden te voorkomen
als u direct na het koken gaat schoonmaken.
ONDERHOUD

NL 19
Algemeen
Wanneer u een barst in het glas ziet (hoe klein ook), schakelt u de kookplaat onmiddellijk uit,
haalt u de stekker uit het stopcontact en zet u de (automatische) zekering(en) in de meterkast
uit. Bij een permanente aansluiting zet u de stroomtoevoer op nul. Neem contact op met de
serviceafdeling.
Storingstabel
Als het apparaat niet naar behoren werkt, betekent dit niet altijd dat het defect is.
Probeer het probleem eerst zelf op te lossen door de onderstaande punten na te lopen. U kunt
voor meer informatie ook terecht op de website ‘www.etna.nl/www.etna.be’.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
De ventilatie blijft nog enkele
minuten doorwerken nadat de
kookplaat is uitgeschakeld.
Afkoeling van de kookplaat. Normale werking.
De kookplaat geeft bij de
eerste kookbeurten een lichte
geur af.
Opwarmen nieuw toestel. Dit is normaal en verdwijnt na
enkele keren koken. Ventileer
de keuken.
U hoort een licht tikkend geluid
op uw kookplaat.
Ook bij lage kookstanden
kan een zacht tikkend geluid
optreden.
Normale werking.
De kookpannen maken lawaai
tijdens het koken.
Dit wordt veroorzaakt door de
doorstroming van de energie
van de kookplaat naar de
kookpan.
Bij een hoge kookstand is dit
normaal bij bepaalde pannen.
Dit is niet schadelijk voor de
pannen of de kookplaat.
Nadat u een kookzone heeft
ingeschakeld blijft de display
knipperen. Er verschijnt een
pan detectie symbool ( U ) in
de display.
De gebruikte kookpan is
niet geschikt voor koken op
inductie of heeft een te kleine
diameter.
Gebruik een goede pan.
Storingscode Het bedieningspaneel is vuil of
er ligt water op.
Reinig het bedieningspaneel.
U hebt op twee of meer
toetsen tegelijk gedrukt.
Druk op niet meer dan één
toets tegelijkertijd.
Een kookzone stopt plotseling
met de werking en er klinkt
eensignaal.
De ingestelde timertijd
isvoorbij.
Schakel het signaal uit door
op een willekeurige toets
tedrukken.
PROBLEMEN OPLOSSEN

NL 20
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookplaat werkt niet en er
verschijnt niets in de display.
Geen stroomtoevoer door
defecte voeding of foutieve
aansluiting.
Controleer de zekering of de
elektrische schakelaar (bij
een toestel zonder stekker).
Bij het inschakelen van de
kookplaat slaat de zekering
van de installatie door.
Verkeerde aansluiting van
dekookplaat.
Controleer de elektrische
aansluiting.
Foutcode ER03. Het bedieningspaneel is
vervuild of er ligt water op.
Bedieningspaneel
schoonmaken.
U hebt een toets te lang
bediend.
Bedien de toetsen niet
telang.
Foutcode E3. Verkeerde pan gebruikt. Gebruik een geschikte pan
voor inductiekoken.
Foutcode E2. Toestel oververhit. Het toestel laten afkoelen
en opnieuw beginnen
metkoken.
Foutcode E5 / E6. Spanning te hoog en/of niet
goed aangesloten.
Laat uw aansluiting wijzigen.
Overige foutcodes. Generator defect. Neem contact op met de
servicedienst.
PROBLEMEN OPLOSSEN
This manual suits for next models
3
Table of contents
Languages:
Other ETNA Hob manuals

ETNA
ETNA KI577ZT User manual

ETNA
ETNA KI160ZT User manual

ETNA
ETNA KIF470 Series User manual

ETNA
ETNA KG675RVSA User manual

ETNA
ETNA AKI480ZT User manual

ETNA
ETNA KI260ZT User manual

ETNA
ETNA AKI586ZT User manual

ETNA
ETNA KI129 Series User manual

ETNA
ETNA AKI671 Series User manual

ETNA
ETNA A362KZT User manual