Niko 16-601 User manual

1
MODULES
Lees de volledige handleiding vóór installatie en ingebruikname.
1. BESCHRIJVING
Onderstaande modules kunnen in een buitenpost ingebouwd worden en behoren tot het gamma
Toegangscontrole Design. Dankzij de modulaire opbouw van het systeem kan u heel eenvoudig
modules bijplaatsen of bestaande modules vervangen.
module referentie pag.
Deurbel met adressering ......................16-601 & 16-602 .................... 2
Deurbel ...............................................16-600 & 16-600-01 ............... 4
Parlofoon.............................................16-611 .................................... 5
Kleurencamera ....................................16-620 .................................... 6
Sleutelcontacten ..................................16-614 .................................... 7
Codeclavier..........................................16-612 .................................... 8
Kaartlezer............................................16-616 .................................. 10
Blindplaatje..........................................16-609 & 16-609-01............. 12
Verlichtingsmodule...............................16-619 .................................. 12
2. MONTAGE VAN DE MODULES
Monteer de modules zoals in fig.1. U kiest de volgorde van de modules zelf. U moet enkel rekening
houden met de inbouwhoogte van de 16-611 en de 16-620.Meer informatie vindt u in de handleiding
van de zuilen en inbouwbuitenposten. Sluit altijd eerst de verlichtingsmodule op de flat cable aan.
Deze module wordt samen met de buitenpost geleverd. Eindig altijd met de grendelmodule. Boven-
en onderkant van het inbouwchassis werden in fig.1 soms weggelaten voor de duidelijkheid. U hoeft
deze niet te verwijderen om de modules te plaatsen.
fig.1: montage van de modules
NL

2
MODULES
3. DEURBEL MET ADRESSERING 16-601 & 16-602
3.1. Beschrijving
De deurbelmodule met intelligentie is voorzien van een RJ45-ingang voor de aansluiting van de
UTP-kabel komende van de 16-651. Indien geen UTP-kabel voorhanden is, kan een overgangsstuk
16-679-01 gebruikt worden voor de overgang van een schroefconnector naar RJ45. Er zijn twee
types intelligente deurbellen.
Deurbel 16-601 is voorzien van een plexiglazen afdekkap.Achter de afdekkap kan u een naamkaart
voor personalisatie plaatsen (16-601-99). Stuur hiervoor een volledig ingevuld maatwerkdocument
(verkrijgbaar bij Niko, de groothandel en de Niko-vertegenwoordigers) terug naar Niko NV (adresge-
gevens achteraan deze handleiding).
Bij deurbel 16-602 kan de aluminium druktoets op aanvraag gepersonaliseerd worden d.m.v. het
graveren van een huisnummer, naam, logo… (ref. voor maatwerk: 16-602-99). Stuur ook hiervoor
een volledig ingevuld maatwerkdocument (verkrijgbaar bij Niko, de groothandel en de Niko-verte-
genwoordigers) terug naar Niko NV (adresgegevens achteraan deze handleiding).
De deurbel-module met intelligentie kan uitgebreid worden met gewone beldrukknoppen (max. 5).
Deze module wordt gebruikt in combinatie met de andere modules uit het gamma Toegangscontrole
Design.
3.2. Montage
In de deurbelmodule met intelligentie bevindt zich een dip switch waarmee u het adres van de buitenpost
instelt (fig.2). De switches moeten zich in dezelfde positie bevinden als de switches op de 16-651,
waarop u de deurbel aansluit (zie handleiding 16-651). Om de dip switch te wijzigen, open de deur-
belmodule met behulp van de 4 inbusbouten aan de achterkant van de module.Verwijder voorzichtig
de plastic afdekkap. Tussen de afdekkap en de module zit kleefstof. Hierdoor kan u moeilijkheden
hebben om de afdekkap te verwijderen. Gebruik in dit geval een kleine schroevendraaier.
Instelling dipswitch
switch 1,2,3: voor instelling adres; switch 4: voor instelling afsluitweerstand
adres 0 buitenpost 1 adres 2 buitenpost 3
adres 1 buitenpost 2 adres 3 buitenpost 4
Fig.2: adres instellen van de deurbelmodule met intelligentie via dip switch
NL
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP

3
MODULES
Opmerkingen:
- Gebruik afsluitweerstand: In een installatie moet u steeds 2 afsluitweerstanden activeren
(= dipswitch 4 op ON zetten): 1 in een adresseerbare beldrukknop en 1 in een 16-651. Als er
meerdere buitenposten zijn, activeert u de afsluitweerstand in de verst verwijderde buitenpost. Bij
de videoswitcher sluit u de 16-651 met actieve afsluitweerstand op ingang SO1 aan.
- De deurbelmodule met intelligentie kan uitgebreid worden met gewone beldrukknoppen (max. 5).
- Bij de deurbelmodule met intelligentie wordt zowel de flatcable als de RJ45-connector aangesloten.
- De RJ45-connector wordt geleverd met een afschermkapje tegen vocht.
fig.3: de 16-651 via de RJ45-connector op de deurbelmodule met intelligentie aansluiten
3.3. Technische gegevens
Afmetingen:.......................................... L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:............................................... 399g
Bedrijfstemperatuur:.............................. -20 tot 70°C
Behuizing: ............................................ front: gelakt aluminium
Drukvlak (16-602):................................ geschuurd en geanodiseerd aluminium
Doorzichtige afdekkap (16-601):............ kras- en UV-bestendig polycarbonaat
Bescherming tegen stof en water:.......... IP44
Connectoren: ....................................... 34-polige flat cable: verbinding met de overige modules
RJ45-connector: verbinding met de 16-651
Contact: ............................................... N.O. max 1A/12V~
NL

4
MODULES
4. DEURBEL 16-600 & 16-600-01
4.1. Beschrijving
Bij de deurbel 16-600 kan de aluminium druktoets op aanvraag gepersonaliseerd worden d.m.v.
het graveren van een huisnummer, naam, logo…(ref. voor maatwerk: 16-600-99). Stuur hiervoor
een volledig ingevuld maatwerkdocument (verkrijgbaar bij Niko, de groothandel en de Niko-verte-
genwoordigers) terug naar Niko nv (adresgegevens achteraan deze handleiding).
Deurbel 16-600-01 is voorzien van een plexiglazen afdekkap. Achter de afdekkap kan u een
naamkaart voor personalisatie plaatsen (16-601-99). Stuur hiervoor een volledig ingevuld maat-
werkdocument (verkrijgbaar bij Niko, de groothandel en de Niko-vertegenwoordigers) terug naar
Niko NV (adresgegevens achteraan deze handleiding).
De deurbelmodule wordt gebruikt in combinatie met de andere modules uit het gamma Toegangs-
controle Design. De module wordt ingebouwd in één van de buitenposten als 2e, 3e, …of max. 5e
extra beldrukknop. De eerste beldrukknop van een buitenpost die aangesloten wordt op een 16-651
moet altijd een intelligente belmodule zijn (16-601 of 16-602).
4.2. Montage
Sluit de deurbelmodule aan op de flat cable. Monteer eerst de modules die boven de deurbel moeten
komen. Sluit de flat cable aan en monteer de module in de buitenpost met behulp van de bijgeleverde
4 schroeven (zie ‘2. Montage van de modules’).
Als u meer dan 2 deurbellen op één 16-651 wil aansluiten, open dan de deurbel-module met behulp
van de 4 inbusbouten aan de achterkant van de module. Verwijder voorzichtig de plastic afdekkap.
Tussen de afdekkap en de module zit kleefstof. Hierdoor kan u moeilijkheden hebben om de afdekkap
te verwijderen. Gebruik in dit geval een kleine schroevendraaier.
Haal de draad uit klem PB2 en steek hem in klem PB3 (fig.4) voor de derde beldrukknop, in klem
PB4 voor de vierde beldrukknop… tot max. 6 beldrukknoppen (PB6).
PB2 = 2ebelknop
PB3 = 3ebelknop
PB4 = 4ebelknop
PB5 = 5ebelknop
PB6 = 6ebelknop
fig.4: meerdere deurbellen op één 16-651
NL

5
MODULES
4.3. Technische gegevens
Afmetingen:.................................................L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:......................................................324g
Bedrijfstemperatuur:.....................................-20 tot 70°C
Behuizing: ...................................................aluminium (gelakt)
Drukvlak (16-600):.......................................geschuurd en geanodiseerd aluminium
Doorzichtige afdekkap (16-600-01):.............. kras- en UV-bestendig polycarbonaat
Bescherming tegen stof en water:.................IP44
Connector:...................................................34-polig: verbinding met de overige modules
Contact: ......................................................N.O. max 1A/12V~
# drukknoppen:............................................ max. 5 op één intelligente belmodule
5. PARLOFOON 16-611
5.1. Beschrijving
De parlofoonmodule is voorzien van een luidspreker en microfoon. De parlofoonmodule wordt gebruikt
in combinatie met de andere modules uit het gamma Toegangscontrole Design.
5.2. Montage
Sluit de parlofoonmodule aan op de flat cable. Monteer eerst de modules die boven de parlofoon-
module moeten komen. Sluit de flat cable aan en monteer de module in de buitenpost met behulp
van de 4 bijgeleverde schroeven (zie ‘2. Montage van de modules’).
De geluidssterkte van de luidspreker is vooringesteld en volstaat in de meeste situaties. Het volume
van luidspreker en microfoon kan bijgeregeld worden met de 2 potentiometers op de print in de
16-651 (zie handleiding 16-651).
5.3. Technische gegevens
Montagehoogte:........................................... ±1m48 (afstand grond tot bovenkant module)
Afmetingen:.................................................L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:......................................................341g
Bedrijfstemperatuur:.....................................-20 tot 70°C
Luidspeker:..................................................1W, vochtbestendig
Microfoon:...................................................voorversterkt (type electret)
Behuizing: ...................................................aluminium (gelakt)
Bescherming tegen stof en water:.................IP44
Connector:...................................................34-polig: verbinding met overige modules
NL

6
MODULES
6. KLEURENCAMERA 16-620
6.1. Beschrijving
De camera heeft een openingshoek van 45°.Het middelpunt van de openingshoek van de camera kan
7,5° worden gedraaid in alle richtingen.Dankzij ingebouwde LED-verlichting kan de camera ook gebruikt
worden in donkere omgevingen. De camera wordt gebruikt in combinatie met de andere modules uit
het gamma Toegangscontrole Design. De camera is beschermd door een 4mm dik plexiglas.
6.2. Montage
Sluit de flat cable aan en monteer de module in de buitenpost met behulp van de 4 bijgeleverde
schroeven (zie ‘2.Montage van de modules’). Om de richting of de scherpte van de camera te
regelen, opent u de camera-module met behulp van de 4 inbusbouten op de achterkant van de
module. Verwijder voorzichtig de plastic afdekkap. Tussen de afdekkap en de module zit kleefstof.
Hierdoor kan u moeilijkheden hebben om de afdekkap te verwijderen. Gebruik in dit geval een kleine
schroevendraaier.
Draai de grote schroef (fig.5a) los om de camera horizontaal naar links of rechts te draaien. Draai de
lensbehuizing vooraan de camera (fig.5b) naar links of rechts om de beeldscherpte te veranderen.
Draai de schroef opnieuw vast. Verdraai de camera vervolgens naar boven of beneden (fig. 5c). Sluit
de module.
fig.5a fig.5b
fig.5c
NL

7
MODULES
6.3. Technische gegevens
Montagehoogte:...................................±1m68 (grond tot bovenkant module)
Afmetingen:.........................................L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:..............................................394g
Bedrijfstemperatuur:.............................-20 tot 70°C
Plexiglas:.............................................4mm dik
Behuizing: ...........................................aluminium (gelakt)
Bescherming tegen stof en water:.........IP44
Connector:...........................................34-polig: verbinding met de overige modules
Elektronische sluitersnelheid:................1/50 tot 1/100000s.
Openingshoek camera:.........................22.5° in alle richtingen, oftewel 45°
Werking met LED-verlichting:................0lux: < 0,5m; 5lux < 1m; daglicht —> kleurenbeeld
7. SLEUTELCONTACT (16-614)
7.1. Beschrijving
Met de sleutelcontactmodule kan u 2 relais van de interface bedienen met behulp van een gewone
sleutel. U kan 2 afzonderlijke elektrische deuropeners bedienen of een open/sluit-bediening maken.
Draai de sleutel links of rechts om resp. relais 1 en relais 2 van de interface te bedienen.
De sleutelcontactmodule wordt gebruikt in combinatie met de andere modules uit het gamma
Toegangscontrole Design. De afsluitklep die voor het slot zit, kan op aanvraag gepersonaliseerd
worden d.m.v. het graveren van een huisnummer, naam, logo… (ref. voor maatwerk: 16-614-99).
Stuur hiervoor een volledig ingevuld maatwerkdocument (verkrijgbaar bij Niko, de groothandel en de
Niko-vertegenwoordigers) terug naar Niko NV (adresgegevens achteraan deze handleiding).
7.2. Montage
Monteer eerst de modules die boven de sleutelcontactmodule moeten komen. Sluit de flat cable
aan en monteer de module in de buitenpost met behulp van de 4 bijgeleverde schroeven (zie ‘2.
Montage van de modules’).
7.3. Technische gegevens
Afmetingen:.................................................L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:......................................................460g
Bedrijfstemperatuur:.....................................-20 tot 70°C
Behuizing: ...................................................aluminium (gelakt)
Afsluitklep:................................................... geanodiseerd aluminium
Bescherming tegen stof en water:.................IP44
Connector:...................................................34-polig: verbinding met overige modules
Voedingsspanning:.......................................ZLVS-spanning
Er worden 2 sleutels meegeleverd.
NL

8
MODULES
+12V
-GND
REL1
REL1
REL2
REL2
8. CODEKLAVIER 16-612
8.1. Beschrijving
Het codeklavier is een cijferslot dat gebruikt wordt om 2 uitgangen aan te sturen. De module werkt
op basis van een persoonlijke user code. Elke geprogrammeerde user code kan 1 van de 2 uitgangen
bedienen. De module wordt geprogrammeerd via het toetsenklavier. Ze is beveiligd door een master
code die enkel gekend is door de beheerder van het systeem. Bij een elektriciteitspanne gaan de
instellingen niet verloren.De codeklaviermodule wordt gebruikt in combinatie met de andere modules
uit het gamma Toegangscontrole Design. De module wordt ingebouwd in één van de buitenposten
of wordt gebruikt als stand-alone codeschakelaar voor het aansturen van een elektrisch slot. Bij
aansluiting op de 16-651 zal bij bediening zowel het relais in het codeklavier, als het relais in de
interface aangetrokken worden.
8.2. Montage
Monteer eerst de modules die boven het codeklavier moeten komen. Sluit de flat cable aan en
monteer de module in de buitenpost met behulp van de 4 bijgeleverde schroeven (zie ‘2. Montage
van de modules’).
Bij een aansluiting zonder de interface (stand-alone toepassing) opent u de het codeklavier met de 4
inbusbouten op de achterkant van de module.Verwijder de plastic afdekkap.Tussen de afdekkap en
de module zit kleefstof.Hierdoor kan u moeilijkheden hebben om de afdekkap te verwijderen.Gebruik
in dit geval een kleine schroevendraaier.Verwijder jumpers J1 en J5 (fig.6),sluit de voedingsspanning
aan op klem 1 en 2 van connector J6 (fig.6).Verbind tenslotte de spanningsloze relaiscontacten REL1
en REL2 met resp. slot 1 en slot 2. Sluit de module.
jumpers J1 en J5
fig.6: stand-alone gebruik van het codeklavier
NL

9
MODULES
8.3. Het codeklavier instellen
Het codeklavier heeft een mastercode waarmee je het systeem in programmeermode zet. Bij
ingebruikneming is de mastercode 1 2 3 4 5.
Om het codeklavier in programmeermode te zetten, druk MEM 1 2 3 4 5 R. Je hoort enkele
korte beeps met tussenpozen.
In programmeermode kan je volgende zaken uitvoeren:
1. De mastercode wijzigen
De mastercode bestaat altijd uit 5 cijfers. Wil je de mastercode veranderen van 1 2 3 4 5 in bv. 5
6 5 6 7, druk dan MEM 5 6 5 6 7 STO 5 6 5 6 7 R.
Je hoort 1 lange beep ter bevestiging. Hoor je drie lange beeps,dan werd de mastercode verkeerd
gewijzigd. Probeer het in dit geval opnieuw.
2. Een toegangscode voor een slot programmeren
De 100 toelaatbare toegangscodes zijn genummerd van 00 tot 99. Elke toegangscode kan 1
relaisuitgang bedienen. Bij ingebruikneming zijn de codes niet actief. Elke toegangscode bestaat
uit 1 tot 5 cijfers die je vrij kan kiezen.
Een voorbeeld: als je toegangscode 01 wil activeren op relaisuitgang 2 met code 9 8 7 6 5, geef
dan volgende toetsencombinatie in: MEM 01 STO 2 STO 9 8 7 6 5 R.
Als je na programmering toetsencombinatie MEM 9 8 7 6 5 Ringeeft, wordt slot 2 geopend.
3. Een toegangscode voor een slot wissen
Als je bv. toegangscode 01 wil deactiveren, geef dan volgende toetsencombinatie in: MEM 01
STO 0 R.
Druk op MEM R om de programmeermodeteverlaten. De programmeermode wordt automatisch
verlaten als je gedurende 20s. geen toets indrukt.
8.4. Werking van het codeklavier
Om het codeklavier te bedienen, vorm je volgende toetsencombinatie: MEM code R.
Als je de juiste code ingegeven hebt, hoor je een lange beep ter bevestiging en wordt het slot
bediend.
NL

10
MODULES
8.5. Technische gegevens
Afmetingen:.................................................L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:......................................................420g
Bedrijfstemperatuur:.....................................-20 tot 70°C
Behuizing: ...................................................aluminium (gelakt)
Toetsen: ......................................................geanodiseerd aluminium
Bescherming tegen stof en water:.................IP44
Connector:...................................................34-polig: verbinding met overige modules
Relaiscontacten:........................................... 5A/250V~
9. KAARTLEZER 16-616
9.1. Beschrijving
De kaartlezermodule wordt steeds gebruikt in combinatie met slot 1 van de interface.Hou de bijgeleverde
elektronische kaart voor de module om het slot te bedienen. U kan kaarten bijbestellen (16-616-01).
De beheerder van het systeem kan elke elektronische sleutel individueel toegang verschaffen of
weigeren. Bij een elektriciteitspanne gaan de instellingen niet verloren. De kaartlezer wordt gebruikt
in combinatie met de andere modules uit het gamma Toegangscontrole Design. De module wordt
ingebouwd in een buitenpost en kan niet als stand-alone toestel gebruikt worden.
9.2. Montage
Monteer eerst de modules die boven de kaartlezer moeten komen. Sluit de flat cable aan en monteer
de module in de buitenpost met behulp van de 4 bijgeleverde schroeven (zie ‘2. Montage van de
modules’).
9.3. Programmering
In de bijgeleverde map zitten 24 kaarten: 10 toegangskaarten, 10 schaduwkaarten en 4 bedrukte
kaarten. Bij elke toegangskaart die je aan een gebruiker meegeeft, hoort een schaduwkaart die je
zelf bijhoudt. Je wordt aangeraden de bij elkaar horende kaarten onmiddellijk te markeren, zodat je
ze achteraf makkelijk kan identificeren. Je doet dit best aan de hand van de naam van de gebruiker
of een nummer.
Als een gebruiker een kaart verliest of hij geen toegang meer heeft, kan je als beheerder de gebrui-
kerskaart met behulp van de bijbehorende schaduwkaart ongeldig maken.
Om de kaarten te programmeren, ga je als volgt te werk:
1. De kaartlezer in gebruik nemen
Hou de ENROLMENT CARD voor de lezer om alle kaarten van het bijgeleverde startpakket te activeren.
Je hoort een beep ter bevestiging. Controleer of alle kaarten goed werken door een aantal willekeurige
gebruikerskaarten voor de lezer te houden. Als je een beep hoort, wordt slot 1 geactiveerd.
NL

11
MODULES
2. Een toegangskaart blokkeren
Hou een schaduwkaart voor de lezer. Je hoort 2 beeps. Hou de bijhorende toegangskaart voor de
lezer. Je hoort een lange beep en het slot wordt niet geactiveerd.
3. Een geblokkeerde toegangskaart opnieuw activeren
Hou de ENROLMENT CARD voor de lezer om een geblokkeerde toegangskaart opnieuw te activeren.
Je hoort een beep gedurende 30s. Hou de toegangskaart die opnieuw geactiveerd moet worden
binnen de 30s. voor de lezer. Je hoort 4 korte beeps. De toegangskaart is opnieuw geactiveerd.
4. De kaartlezer resetten
-Hou de ENROLMENT CARD voor de lezer. Je hoort om de ±1s een beep.
-Hou de RESET CARD 2x voor de lezer.
- Hou de ENROLMENT CARD voor de lezer.
-Hou de RESET CARD 2x voor de lezer.
-Je hoort 3 beeps ter bevestiging.
-Wacht 5s. tot je opnieuw een beep hoort.
-Hou de ENROLMENT CARD opnieuw voor de lezer. Je hoort 2 korte beeps ter bevestiging dat de
kaart gereset is.
Alle kaarten zijn opnieuw geactiveerd.
5. Een nieuwe map met kaarten activeren
Om een nieuwe map met kaarten te activeren, ga je als volgt te werk:
- Breng de lezer in programmeerstatus door de oude ENROLMENT CARD voor de lezer te houden.
- Je hoort gedurende 30s een beep om de ±1s.
- Hou de nieuwe ENROLMENT CARD binnen de 30s. voor de lezer.
De nieuwe map kaarten is nu geactiveerd en klaar voor gebruik.
6. Het beepsignaal uitschakelen
Telkens een gebruiker zijn geldige kaart voor de lezer houdt, hoor je een beep. Deze beep kan je
uitschakelen met de SILENT CARD.Telkens je deze kaart voor de lezer houdt, wordt de beep in- of
uitgeschakeld. Bij het uitschakelen hoor je geen beep ter bevestiging, bij het terug inschakelen
hoor je 2 korte beeps ter bevestiging.
9.4. Technische gegevens
Afmetingen:.................................................L 100 x H 50 x B 80mm
Gewicht:......................................................338g
Bedrijfstemperatuur:.....................................-20 tot 70°C
Behuizing: ...................................................aluminium (gelakt)
Bescherming tegen stof en water:.................IP44
Connector:...................................................34-polig: verbinding met overige modules
Max. # elektronische sleutels:.......................10.000
SELV-spanning
NL

12
MODULES
10. BLINDPLATEN 16-609 & 16-609-01
10.1. Beschrijving
De blindplaatmodule wordt gebruikt om reserveruimte te voorzien om eventueel later een andere module
bij te plaatsen. De blindplaatmodule wordt gebruikt in combinatie met de andere modules uit het gamma
ToegangscontroleDesign.Er zijntweetypesblindplaatjes.Type 1 (16-609)iseenzwartgelaktblindplaatje
en type 2 (16-609-01) is een blindplaatje met aluminium front.Bij type 2 (16-609-01) kan de frontplaat
op aanvraag gepersonaliseerd worden d.m.v. het graveren van een huisnummer, naam, logo… (ref.
voor maatwerk: 16-609-99). Stuur hiervoor een volledig ingevuld maatwerkdocument (verkrijgbaar bij
Niko, de groothandel en de Niko-vertegenwoordigers) sturen naar Niko NV (adresgegevens achteraan
deze handleiding). Dankzij een oppervlaktebehandeling is de module weerbestendig.
10.2. Montage
Monteer eerst de modules die boven de blindplaatmodule moeten komen. Monteer de module in de
buitenpost met behulp van de 4 bijgeleverde schroeven (zie ‘2. Montage van de modules’).
10.3. Technische gegevens
Afmetingen:........................L 100 x H 16 x B 80mm
Gewicht:.............................138g
Plaatje:...............................aluminium, gelakt (16-609); geanodiseerd aluminium (16-609-01)
11. VERLICHTINGSMODULE 16-619
11.1. Beschrijving
De verlichtingsmodule wordt meegeleverd bij de buitenposten. De verlichtingsbron bestaat uit
hoogvermogen-LED’s met een zeer lange levensduur.
11.2. Montage
Sluit de verlichtingsmodule aan op de flatcable of op de 12V DC-voeding (niet meegeleverd) en
monteer de module bovenaan in de buitenpost met behulp van de 4 bijgeleverde schroeven (zie ‘2.
Montage van de modules’).
11.3. Instelling lichtsterkte (indien aangesloten op flatcable)
Bijregeling van de lichtsterkte kan nodig zijn wanneer de verlichtingsmodule het beeld van de
ondergeplaatste cameramodule overbelicht.
Op de regelbare LED-module zijn 2 potentiometers voorzien om de sterkte van de LED’s te regelen
in 2 toestanden:
- actief (bij oproep en tijdens communicatie): potentiometer 1 (zie fig.7)
- non-actief (stand-by): potentiometer 2 (zie fig.7)
NL

13
MODULES
Standaard staan de parameters op maximum. Door potentiometer 1 bij te regelen kan u overbe-
lichting vermijden.
potentiometers
fig.7
11.4. Technische gegevens
Afmetingen:.................................................L 100 x H 50 x B 40mm
Gewicht:......................................................174g
Bedrijfstemperatuur:.....................................-20 tot 70°C
Behuizing: ...................................................aluminium (gelakt)
Bescherming tegen stof en water:.................IP44
Connector:...................................................34-polig: verbinding met overige modules
Voedingsspanning:.......................................ZLVS (12V DC)
Verbruik bij max. lichtsterkte:........................2W
12. ONDERHOUD VAN HET PRODUCT
Aan de hand van onderstaande onderhoudstips willen wij vermijden dat het oppervlak van deze
luxeproducten door verkeerde behandeling beschadigd wordt. Beschadiging door verkeerde behan-
deling valt niet onder de garantie.
Onderhoudstips
- Het volstaat de producten te reinigen met wat zeep en een vochtige doek.
- Gebruik van volgende producten wordt ten zeerste afgeraden:
- schurende sponzen of schurende reinigingsmiddelen
- onderhoudsmiddelen die een oplosmiddel of een zuur bevatten of schoonmaakmiddelen met
azijnzuur.
Let op!
Beschadiging door verkeerde behandeling valt niet onder de garantie.
13. WETTELIJKE WAARSCHUWINGEN
- De installatie dient te worden uitgevoerd door een erkend installateur en met inachtname van de
geldende voorschriften.
- Deze handleiding dient aan de gebruiker te worden overhandigd. Zij moet bij het dossier van de
elektrische installatie worden gevoegd en dient te worden overgedragen aan eventuele nieuwe
eigenaars. Bijkomende exemplaren zijn verkrijgbaar via de Niko-website of -supportdienst.
P2
P1
NL

14
MODULES
- Bij de installatie dient rekening gehouden te worden met (lijst is niet limitatief):
- de geldende wetten, normen en reglementen;
- de stand van de techniek op het ogenblik van de installatie;
- het feit dat een handleiding alleen algemene bepalingen vermeldt en dient gelezen te worden
binnen het kader van elke specifieke installatie;
- de regels van goed vakmanschap.
- Bij twijfel kan u de supportdienst van Niko raadplegen of contact opnemen met een erkend
controleorganisme.
Support België: Support Nederland:
tel. + 32 3 778 90 80 tel. + 31 183 64 06 60
website: http://www.niko.be website: http://www.niko.nl
In geval van defect kan u uw product terugbezorgen aan een erkende Niko-groothandel samen met
een duidelijke omschrijving van uw klacht (manier van gebruik, vastgestelde afwijking…).
14. GARANTIEBEPALINGEN
- Garantietermijn: twee jaar vanaf leveringsdatum. Als leveringsdatum geldt de factuurdatum van
aankoop van het goed door de consument. Indien geen factuur voorhanden is, geldt de productie-
datum.
- De consument is verplicht Niko schriftelijk over het gebrek aan overeenstemming te informeren,
uiterlijk binnen de twee maanden na vaststelling.
- In geval van een gebrek aan overeenstemming van het goed heeft de consument recht op een
kosteloze herstelling of vervanging, wat door Niko bepaald wordt.
- Niko is niet verantwoordelijk voor een gebrek of schade als gevolg van een foutieve installatie,
oneigenlijk of onachtzaam gebruik of verkeerde bediening of transformatie van het goed.
- De dwingende bepalingen van de nationale wetgevingen betreffende de verkoop van consump-
tiegoederen en de bescherming van de consumenten van de landen waarin Niko rechtstreeks of
via zuster/dochtervennootschappen, filialen, distributeurs, agenten of vaste vertegenwoordigers
verkoopt, hebben voorrang op bovenstaande bepalingen.
NL

15
MODULES
Lisez entièrement le mode d’emploi avant toute installation et mise en service.
1. DESCRIPTION
Les modules ci-dessous peuvent être encastrés dans un poste extérieur et font partie de la série
Contrôle d’Accès Design. Grâce à la construction modulaire du système, vous pouvez ajouter très
simplement des modules ou remplacer des modules existants.
module référence page
Sonnette avec adressage......................16-601 & 16-602 .................. 16
Sonnette..............................................16-600 & 16-600-01............. 18
Parlophone..........................................16-611 .................................. 19
Caméra couleur ...................................16-620 .................................. 20
Contact à clés......................................16-614.................................. 21
Digicode..............................................16-612 .................................. 22
Lecteur de badges ...............................16-616 .................................. 24
Cache-trous.........................................16-609 & 16-609-01............. 26
Module d’éclairage ..............................16-619 .................................. 26
2. MONTAGE DES MODULES
Montez les modules comme illustré à la fig.1.Vous choisissez vous-même l’ordre des modules.Vous
devez uniquement tenir compte de la hauteur d’encastrement du 16-611 et du 16-620. Raccordez
toujours en premier lieu le module d’éclairage sur le câble plat. Ce module est fourni avec le poste
extérieur.Placez le module de verrouillage en dernier lieu. Pour raison de clarté,les parties supérieures
et inférieures du châssis d’encastrement ne sont parfois pas présentées sur la fig.1. Ces parties ne
doivent pas être démontées pour monter les modules.
fig.1: montage des modules
FR

16
MODULES
3. SONNETTE AVEC ADRESSAGE 16-601 & 16-602
3.1. Description
Le module de sonnette intelligente est muni d’une entrée RJ45 pour le raccordement du câble
UTP partant du 16-651. Si vous ne disposez pas de câble UTP, vous pouvez utiliser une pièce de
conversion 16-679-01 pour la conversion d’un connecteur à vis vers RJ45. Deux types de sonnettes
intelligentes existent. La sonnette 16-601 est munie d’un cache en plexiglas. Derrière ce cache
s’insère une carte personnalisée (16-601-99).Renvoyez à cet effet un document de travail sur mesure
dûment complété (disponible auprès de Niko, du grossiste et des représentants Niko) à la SA Niko
(coordonnées au dos de ce manuel). Dans le cas de la sonnette 16-602, le bouton-poussoir en
aluminium peut être personnalisé sur demande en y gravant un numéro de logement, un nom, un
logo… (réf. pour travail sur mesure: 16-602-99). Renvoyez également à cet effet un document de
travail sur mesure dûment complété (disponible auprès de Niko, du grossiste et des représentants
Niko) à la SA Niko (coordonnées au dos de ce manuel).
Le module de sonnette intelligente peut être étendu avec des boutons de sonnerie ordinaires (max. 5).Ce
module est utilisé en combinaison avec les autres modules de la gamme Contrôle d’Accès Design.
3.2. Montage
Dans le module de sonnette intelligente se trouve un dip switch (commutateur miniature) grâce
auquel vous réglez l’adresse du poste extérieur (fig.2).
Les switches doivent se trouver dans la même position que les switches sur le 16-651 sur lequel
vous raccordez la sonnette (voir manuel 16-651).
Pour modifier le dip switch, ouvrez le module de sonnette à l’aide des 4 boulons à six pans creux au
dos du module. Enlevez avec précaution le cache en plastique. De la colle se trouve entre le cache
et le module. C’est pourquoi vous pouvez avoir certaines difficultés à enlever le cache. Utilisez dans
ce cas un petit tournevis.
Réglages dip switch
switch 1,2,3: pour réglage adresse; switch 4: pour réglage résistance terminale.
adresse 0 poste extérieur 1 adresse 2 poste extérieur 3
adresse 1 poste extérieur 2 adresse 3 poste extérieur 4
Fig.2: réglage de l’adresse du module de sonnette intelligente via dip switch
FR
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP
1234
ON DIP

17
MODULES
Remarques:
- Utilisation résistance terminale: Dans une installation vous devez toujours activer 2 résistances
terminales (= mettre switch 4 sur ON). 1 dans un bouton de sonnerie adressable et 1 dans un 16-
651. S’il y a plusieurs postes extérieurs, vous activez la résistance terminale dans le poste extérieur
le plus éloigné. Pour le sélecteur vidéo vous raccordez le 16-651 avec résistance terminale active
sur l’entrée SO1.
- Le module de sonnette intelligente peut être étendu par des boutons de sonnerie ordinaires
(max. 5).
- Tant le câble plat que le connecteur RJ45 sont raccordés au module de sonnette intelligente.
- Le connecteur RJ45 est muni d’un capuchon protecteur contre l’humidité.
fig.3: raccorder le 16-651 via le connecteur RJ45 sur le module de sonnette intelligente
3.3. Caractéristiques techniques
Dimensions:.......................................... L 100 x H 50 x l 80mm
Poids:................................................... 399g
Température de service:........................ de -20 à 70°C
Boîtier: ................................................. avant: aluminium laqué
Surface d’impression (16-602): ............. aluminium brossé et anodisé
Cache transparent (16-601): ................. polycarbonate résistant aux rayures et aux UV
Protection anti-poussières et humidité:... IP44
Connecteurs: câble plat multipolaire à 34 contacts: connexion avec les
modules restants
Connecteur RJ45: connexion avec le SMART ONE (16-651)
Contact: ............................................... N.O. max 1A/12V~
FR

18
MODULES
4. SONNETTE 16-600 & 16-600-01
4.1. Description
Dans le cas de la sonnette 16-600, le bouton-poussoir en aluminium peut être personnalisé sur
demande en y gravant un numéro de logement, un nom,un logo… (réf. pour travail sur mesure: 16-
600-99).Renvoyez à cet effet un document de travail sur mesure dûment complété (disponible auprès
de Niko, du grossiste et des représentants Niko) à la SA Niko (coordonnées au dos de ce manuel).
La sonnette 16-600-01 est munie d’un cache en plexiglas. Derrière ce cache s’insère une carte
personnalisée (16-601-99). Renvoyez à cet effet un document de travail sur mesure dûment complété
(disponible auprès de Niko, du grossiste et des représentants Niko) à la SA Niko (coordonnées au
dos de ce manuel).
Le module de sonnette est utilisé en combinaison avec les autres modules de la gamme Contrôle
d’Accès Design. Le module est encastré dans l’un des postes extérieurs comme 2e, 3e, …ou max.
5e bouton de sonnerie supplémentaire. Le premier bouton de sonnerie d’un poste extérieur qui est
raccordé sur un 16-651 doit toujours être une sonnette intelligente (16-601 ou 16-602).
4.2. Montage
Raccordez le module de sonnette sur le câble plat. Commencez par monter les modules qui doivent
être installés au-dessus de la sonnette. Raccordez le câble plat et montez le module dans le poste
extérieur à l’aide des 4 vis fournies (voir ‘2. Montage des modules’).
Si vous voulez raccorder plus de 2 sonnettes sur un 16-651, ouvrez le module à l’aide des 4 boulons
à six pans creux au dos du module. Enlevez avec précaution le cache en plastique. De la colle se
trouve entre le cache et le module. C’est pourquoi vous pouvez avoir certaines difficultés à enlever
le cache. Utilisez dans ce cas un petit tournevis.
Enlevez le fil de la borne PB2 et introduisez-le dans la borne PB3 (fig.4) pour le troisième bouton
de sonnerie, dans la borne PB4 pour le quatrième bouton de sonnerie… jusqu’à max. 6 boutons
de sonnerie (PB6).
PB2 = 2ebouton de sonnerie
PB3 = 3ebouton de sonnerie
PB4 = 4ebouton de sonnerie
PB5 = 5ebouton de sonnerie
PB6 = 6ebouton de sonnerie
fig.4: plusieurs sonnettes sur un 16-651
FR

19
MODULES
4.3. Caractéristiques techniques
Dimensions:.........................................L 100 x H 50 x l 80mm
Poids:..................................................324g
Température de service:.......................de -20 à 70°C
Boîtier: ................................................aluminium (laqué)
Surface d’impression (16-600): ............aluminium brossé et anodisé
Cache transparent (16-600-01):...........polycarbonate résistant aux rayures et aux UV
Protection anti-poussières et humidité:..IP44
Connecteur:.........................................multipolaire à 34 contacts: connexion avec les modules
restants
Contact: ..............................................N.O. max 1A/12V~
# de boutons de sonnerie:....................max. 5 sur une sonnette intelligente
5. PARLOPHONE 16-611
5.1. Description
Le module de parlophone est muni d’un haut-parleur et d’un microphone. Le module de parlophone
est utilisé en combinaison avec les autres modules de la gamme Contrôle d’Accès Design.
5.2. Montage
Raccordez le module de parlophone sur le câble plat. Commencez par monter les modules qui doivent
être installés au-dessus du module de parlophone. Raccordez le câble plat et montez le module dans
le poste extérieur à l’aide des 4 vis fournies (voir ‘2. Montage des modules’).
Le volume du haut-parleur est préréglé et suffit dans la plupart des situations.
Le volume peut être modifié à l’aide des 2 potentiomètres sur le circuit imprimé du 16-651 (voir
manuel 16-651).
5.3. Caractéristiques techniques
Hauteur de montage:....................................±1m48 (du sol au dessus du module)
Dimensions:.................................................L 100 x H 50 x l 80mm
Poids:..........................................................341g
Température de service:...............................de -20 à 70°C
Haut-parleur:............................................... 1W, résistant à l’humidité
Microphone: ................................................préamplifié (type à électret)
Boîtier: ........................................................aluminium (laqué)
Protection anti-poussières et humidité:.......... IP44
Connecteur:................................................. multipolaire à 34 contacts: connexion avec les modules
restants
FR

20
MODULES
6. CAMERA COULEUR 16-620
6.1. Description
La caméra a un angle de visée de 45°. Le point central de l’angle de visée de la caméra peut être
tourné de 7,5° dans toutes les directions. Grâce à l’éclairage par LED intégré, la caméra peut
également être utilisée dans les environnements obscurs. La caméra est utilisée en combinaison
avec les autres modules de la gamme Contrôle d’Accès Design. La caméra est protégée grâce au
plexiglas de 4mm d’épaisseur.
6.2. Montage
Raccordez le câble plat et montez le module dans le poste extérieur à l’aide des 4 vis fournies (voir
‘2. Montage des modules’). Pour régler l’orientation ou la netteté de la caméra, ouvrez le module
caméra à l’aide des 4 boulons à six pans creux au dos du module. Enlevez avec précaution le cache
en plastique. De la colle se trouve entre le cache et le module. C’est pourquoi vous pouvez avoir
certaines difficultés à enlever le cache. Utilisez dans ce cas un petit tournevis.
Dévissez la grande vis (fig.5a) pour tourner la caméra horizontalement vers la gauche ou la droite.
Tournez le logement de la lentille à l’avant de la caméra (fig.5b) vers la gauche ou la droite pour
modifier la netteté de l’image. Resserrez la vis. Tournez ensuite la caméra vers le haut ou le bas
(fig. 5c). Fermez le module.
fig.5a fig.5b
fig.5c
FR
This manual suits for next models
11
Table of contents
Languages:
Other Niko Control System manuals