ETNA KIF590 Series User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
INSTRUCTIONS FOR USE
INDUCTIEKOOKPLAAT
TABLE DE CUISSON À INDUCTION
INDUKTIONSKOCHFELD
INDUCTION HOB
KIF590--

NL 4
NL Handleiding NL 3 - NL 20
FR Manual FR 3 - FR 20
DE Manual DE 3 - DE 20
EN Manual EN 3 - EN 20
Gebruikte pictogrammen - Pictogrammes utilisés -
Verwendete Piktogramme - Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important à savoir - Wichtig zu wissen - Important information
Handig om te weten - Bon à savoir - Wissenswertes - Nice to know

NL 3
INHOUDSOPGAVE
Uw inductiekookplaat
Inleiding 4
Beschrijving 5
Bedieningspaneel 6
Veiligheid
Temperatuurbeveiliging 7
Kookduurbegrenzer 7
Vermogensbegrenzer 7
Voor het eerste gebruik
Gebruik van de aanraaktoetsen en de schuifregelaar 8
Inductiegeluiden 8
Geschikte pannen 8
Pandetectie 9
Vermogen instellen 9
Kookinstellingen 10
Bediening
Inschakelen en vermogen instellen 11
Boostfunctie 11
Klaar met koken 12
Pandetectiesymbool 12
Bridge-inductiekookzones koppelen 12
Timerbediening 13
Vergrendelfunctie 14
Kinderslot 15
Warmhoudfunctie 15
Onderhoud
Reiniging 16
Problemen oplossen
Algemeen 17
Probleemoplossingstabel 17
Technische specificaties
Informatie volgens verordening (EU) 66/2014 19
Milieuaspecten
Verpakking en apparaat afdanken 20

NL 4
Inleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor dit toestel. In het ontwerp van dit product heeft eenvoudige
bediening en optimale gebruiksvriendelijkheid centraal gestaan.
In deze handleiding leest u hoe u dit toestel het best kunt gebruiken. Naast informatie over de
bediening, vindt u hier ook achtergrondinformatie die u tijdens het gebruik van het toestel van
pas kan komen.
Lees eerst de separate veiligheidsinstructies voordat u het
toestel gebruikt.
Lees deze handleiding door voordat u het toestel in gebruik neemt, en berg de handleiding
daarna veilig op voor toekomstig gebruik.
Deze handleiding dient als referentie voor de servicedienst. Plak het typeplaatje in het
daarvoor bestemde kader, achter op de handleiding. Het typeplaatje bevat alle informatie die
de servicedienst nodig heeft om adequaat op uw vragen te reageren.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
Veel kookplezier!
Op onze website kunt u de meest recente versie van de gebruiksaanwijzing vinden.
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 5
Beschrijving
8
4*
7**
6
5**
1*
2
3*
1. Kookzone linksachter Ø 180 mm (1,8 kW/2,3 kW boost)
2. Bridge-inductiekookzone links (3,0 kW/3,6 kW boost)
3. Kookzone linksvoor Ø 180 mm (1,8 kW/2,3 kW boost)
4. Kookzone midden Ø 280 mm (2,3 kW/3,0 kW boost)
5. Kookzone rechtsachter Ø 180 mm (1,8 kW/2,3 kW boost)
6. Bridge-inductiekookzone rechts (3,0 kW/3,6 kW boost)
7. Kookzone rechtsvoor Ø 180 mm (1,8 kW/2,3 kW boost)
8. Bedieningspaneel
Deze kookzones zitten samen op 1 fase en beinvloeden elkaar (zie ‘Bediening/Boostfunctie’).
Deze kookzones zitten samen op 1 fase en beinvloeden elkaar (zie ‘Bediening/Boostfunctie’).
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 6
Bedieningspaneel
11 10
1 2 63 74 85 9
1. Timertoetsen met display/vergrendelfunctie
2. Selectietoets kookzone linksvoor met display
3. Selectietoets bridge-inductiekookzone links met display
4. Selectietoets kookzone linksachter met display
5. Selectietoets kookzone midden met display
6. Selectietoets kookzone rechtsachter met display
7. Selectietoets bridge-inductiekookzone rechts met display
8. Selectietoets kookzone rechtsvoor met display
9. Warmhoudtoets
10. Aan-/uittoets
11. Schuifregelaars
Display Beschrijving
Kookplaat staat stand-by
- Vermogensniveau van een
kookzone
Boost
Pandetectiesymbool
Restwarmtesymbool
Vergrendelsymbool
Ingestelde timer
Warmhoudsymbool
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 7
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat in gebruik neemt!
Temperatuurbeveiliging
Een sensor controleert continu de temperatuur van bepaalde onderdelen van de kookplaat.
Elke kookzone is voorzien van een sensor die continu de temperatuur van de bodem van de
pan controleert om risico op oververhitting te voorkomen wanneer een pan droogkookt. Bij een
te hoge temperatuur wordt het vermogen van de kookplaat automatisch verlaagd of wordt de
kookplaat automatisch uitgeschakeld.
Kookduurbegrenzer
De kookduurbegrenzer is een veiligheidsfunctie van uw kookplaat. Deze wordt
geactiveerd als u vergeet de kookplaat uit te schakelen. Afhankelijk van de gekozen
instelling wordt de kookduur als volgt begrensd:
Kookstand Maximale gebruikstijd (in uren)
1 8
2 8
3 8
4 4
5 4
6 4
7 2
8 2
9 2
P (boost) 5 minuten
• Na 5 minuten wordt het vermogen verlaagd naar de oorspronkelijke
stand.
• Als de oorspronkelijke stand gelijk is aan 0, dan wordt het vermogen
verlaagd naar stand 9.
Vermogensbegrenzer
Kookzones die op 1 fase zitten beïnvloeden elkaar. Wanneer deze kookzones tegelijk
ingeschakeld zijn, wordt het vermogen automatisch verdeeld. Van de kookzones die
samen op 1 fase aangesloten zijn kan er maximaal één op boost gezet worden; de
andere zone(s) moeten uitstaan. Staat een kookzone op boost en wilt u de andere
kookzones die op 1 fase zitten gebruiken, dan zal de kookzone met boost automatisch
naar een lagere stand gaan.
VEILIGHEID

NL 8
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Gebruik van de aanraaktoetsen en de schuifregelaar
Plaats uw vingertop plat op een toets of op de schuifregelaar voor het beste resultaat. U hoeft
geen druk uit te voeren. De aanraaktoetsen reageren alleen op lichte druk van een vingertop.
Bedien de toetsen niet met andere objecten.
Inductiegeluiden
Een tikkend geluid
Dit wordt veroorzaakt door de vermogensbegrenzer op de linker- en rechterzones. Ook bij lagere
kookstanden kunt u een tikkend geluid horen.
Pannen maken geluid
Pannen kunnen tijdens het koken geluid maken. Dit wordt veroorzaakt door de energie die van
de kookplaat naar de pan stroomt. Bij hoge niveaus is dit bij sommige pannen een heel normaal
verschijnsel. Dit is niet schadelijk voor de pannen of de kookplaat.
De ventilator maakt geluid
Het toestel is voorzien van een ventilator om de levensduur van de elektronica te verlengen. Als u
het toestel intensief gebruikt, wordt de ventilator ingeschakeld om het toestel te koelen en hoort
u een zoemend geluid. De ventilator blijft nog enkele minuten doorwerken nadat de kookplaat is
uitgeschakeld.
Geschikte pannen
Voor inductiekoken moet een pan een dikke vlakke bodem hebben (minimaal 2,25 mm). Gebruik
pannen van magnetisch materiaal of pannen met een sandwichbodem. Andere pannen leveren
lagere prestaties. Pannen van koper, aluminium of keramisch materiaal zijn niet geschikt.
Gebruik alleen pannen met een vlakke bodem. Een holle of bolle bodem kan de werking
van de droogkookbeveiliging belemmeren; het toestel kan dan te warm worden. Dit
kan tot schade leiden. Schade, ontstaan door het gebruik van ongeschikte pannen of
droogkoken, valt buiten de garantie.
Pannen die op een gaskookplaat zijn gebruikt, zijn niet meer geschikt voor
inductiekoken.
Wees voorzichtig met dunne plaatstaal geëmailleerde pannen! Het emaille kan
beschadigen op een hoge stand wanneer de pan te droog is. Door te hoge
vermogensstanden kan de panbodem gemakkelijk kromtrekken.

NL 9
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Minimale pandiameter
• De minimale diameter van de panbodem:
▷140 mm voor een kookzone ø 180 mm.
▷180 mm voor een kookzone ø 280 mm.
▷210 mm voor een gekoppelde kookzone.
• U bereikt het beste resultaat met een pan van dezelfde diameter als de kookzone. Als de
pan te klein is, wordt de kookzone niet ingeschakeld.
Let op
Zandkorreltjes kunnen krasjes veroorzaken die niet meer te verwijderen zijn. Zet
daarom alleen pannen met een schone bodem op de kookplaat. Wij adviseren om
pannen op te tillen en niet te verschuiven over de kookplaat.
Pandetectie
• Als de kookplaat, na het instellen van het vermogen, geen (ijzerhoudende) pan detecteert,
gaat het symbool voor pandetectie op het display knipperen. De kookzone schakelt na
2 minuten uit.
• Haalt u tijdens het koken een pan van de kookzone af, dan verschijnt het pandetectie-
symbool. Het symbool verdwijnt als u de pan weer terugplaatst binnen 2 minuten; de
kookzone schakelt weer in met het eerder ingestelde vermogensniveau. Duurt het langer
dan 2 minuten, dan gaat de kookzone uit.
Vermogen instellen
De kookzones hebben 10 vermogenniveaus (0-9) en een boostniveau (P). Stel het vermogen in
door de regelaar aan te raken. Bij de eerste aanraking wordt het niveau ingesteld op het deel van
de regelaar dat u aanraakt. Door over de regelaar te vegen, verandert u de instelling. De stand
wordt hoger wanneer u naar rechts schuift. De stand wordt lager wanneer u naar links schuift.
Als u uw vinger van de regelaar haalt, begint de kookzone op de ingestelde stand te verwarmen.
Boostfunctie
U kunt de boostfunctie gebruiken om gedurende een korte periode (maximaal 5 minuten) op
het hoogste vermogensniveau te koken. Na 5 minuten wordt het vermogen verlaagd naar de
oorspronkelijke stand. Als de oorspronkelijke stand gelijk is aan 0, dan wordt het vermogen
verlaagd naar stand 9.
Van de kookzones die samen op 1 fase aangesloten zijn kan er maximaal één op boost
gezet worden; de andere zone(s) moeten uitstaan.

NL 10
Kookinstellingen
Aangezien de instellingen afhankelijk zijn van de hoeveelheid en samenstelling van het gerecht in
de pan, geldt de onderstaande tabel alleen als richtlijn.
Gebruik de boost-instelling voor:
• snel aan de kook brengen van voedsel of vloeistof;
Gebruik instelling 9 voor:
• aanbraden van vlees;
• bereiden van vis;
• bakken van omeletten;
• bakken van gekookte aardappelen;
• frituren van voedsel.
Gebruik instelling 7 en 8 voor:
• bakken van dikke pannenkoeken;
• bakken van dikke lappen gepaneerd vlees;
• bakken van bacon (vet);
• koken van rauwe aardappelen;
• bakken van wentelteefjes;
• bakken van gepaneerde vis;
• doorkoken van pasta;
• bakken van dunne (gepaneerde) lappen vlees.
Gebruik instelling 4-6 voor:
• doorkoken van grote hoeveelheden;
• ontdooien van harde groenten;
• bakken van dikke lappen gepaneerd vlees.
Gebruik instelling 1-3 voor:
• trekken van bouillon;
• stoven van vlees;
• zacht koken van groenten;
• smelten van chocolade;
• pocheren;
• smelten van kaas.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK

NL 11
Lees het hoofdstuk ‘Voor het eerste gebruik’ zorgvuldig door voordat u begint met
koken. Dit voorkomt onjuist gebruik van de kookplaat.
Inschakelen en vermogen instellen
Zorg ervoor dat de onderzijde van de pan en het oppervlak van de kookzone schoon en
droog zijn.
1. Plaats een pan op het midden van een kookzone.
2. Druk op de aan-/uittoets totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Op alle kookzonedisplays verschijnt een ‘-’.
3. Druk op de selectietoets van de gewenste kookzone.
▷Op het display van de geselecteerde kookzone verschijnt een knipperende ‘0’.
4. Gebruik de schuifregelaar om de gewenste stand in te stellen (zolang de stand knippert).
▷De kookzone start automatisch op het ingestelde niveau.
▷Stel een hoger of lager vermogen in door de kookzone te selecteren met de
selectietoets en de schuifregelaar te gebruiken.
De kookplaat gaat uit als er binnen 1 minuut geen instelling wordt gedaan of een functie
wordt gekozen.
Boostfunctie
U kunt de boostfunctie gebruiken om max. 5 minuten op de hoogste kookstand te koken.
1. Druk op de selectietoets van de gewenste kookzone.
2. Raak de schuifregelaar geheel rechts aan om de boostfunctie te selecteren.
▷‘b’ verschijnt op het display.
▷Na 5 minuten wordt het vermogen verlaagd naar de oorspronkelijke stand. Als de
oorspronkelijke stand gelijk is aan 0, dan wordt het vermogen verlaagd naar stand 9.
Druk op de selectietoets van de gewenste kookzone en raak de schuifregelaar aan om
de boostfunctie voortijdig te stoppen.
Van de kookzones die samen op 1 fase aangesloten zijn kan er maximaal één op boost
gezet worden; de andere zone(s) moeten uitstaan. Staat een kookzone op boost en wilt
u de andere kookzones die op 1 fase zitten gebruiken, dan zal de kookzone met boost
automatisch naar een lagere stand gaan.
BEDIENING

NL 12
Klaar met koken
1. Druk op de selectietoets van de gewenste kookzone.
2. Zet het vermogensniveau op ‘0’ om de kookzone uit te schakelen.
3. Schakel de inductiekookplaat uit door op de aan-/uittoets te drukken totdat u een
geluidssignaal hoort.
Het symbool H wordt weergegeven op het display van de kookzone, als die te
heet is om te worden aangeraakt. Het symbool verdwijnt wanneer het oppervlak is
afgekoeld tot een veilige temperatuur. U kunt ook energie besparen door een nog
hete kookzone te gebruiken om andere pannen te verwarmen.
Als alle kookzones ingesteld zijn op ‘0’ en er geen verdere handeling wordt uitgevoerd,
schakelt de kookplaat na 1 minuut automatisch uit.
Pandetectiesymbool
Wanneer het symbool voor pandetectie op het display knippert:
• hebt u de pan niet op de juiste kookzone geplaatst;
• is de gebruikte pan niet geschikt voor inductiekoken;
• is de pan te klein of niet goed op de kookzone geplaatst.
▷De kookzone werkt niet totdat er een geschikte pan op de kookzone is geplaatst.
Bridge-inductiekookzones koppelen
De Bridge inductie zones kunnen aan elkaar gekoppeld worden. Hierdoor ontstaat één grote
zone die bijvoorbeeld kan worden gebruikt voor de grillplaat of een grote vispan op hetzelfde
vermogen. De pan moet groot genoeg zijn om het midden van de voorste en achterste kookzone
te bedekken (> 250 mm).
Bridge-inductiekookzones koppelen
1. Plaats een pan op het midden van beide bridge-inductiekookzones.
2. Druk circa 1 seconde op de aan-/uittoets totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Op alle kookzonedisplays verschijnt een ‘-’.
3. Druk op een bridge inductiekookzone selectietoets.
▷Op het display van de bridge inductiekookzone verschijnt een knipperende ‘0’.
4. Gebruik de schuifregelaar om de gewenste stand in te stellen (zolang de stand knippert).
▷De kookzone start automatisch op het ingestelde niveau.
▷Stel een hoger of lager vermogen in door de kookzone te selecteren met de
selectietoets en de schuifregelaar te gebruiken.
BEDIENING

NL 13
Bridge-inductiekookzones ontkoppelen
1. Druk op de bridge inductiekookzone selectietoets.
2. Zet het vermogensniveau op ‘0’ om de kookzone uit te schakelen.
3. Schakel de inductiekookplaat uit door circa 1 seconde op de aan-/uittoets te drukken.
Timerbediening
U kunt de timer op twee manieren gebruiken:
• Als keukenwekker: geen van de kookzones wordt uitgeschakeld nadat de ingestelde tijd
is verstreken. Er klinkt alleen een alarm. De keukenwekker kan op maximaal 99 minuten
worden ingesteld.
• Als kookwekker: de kookwekker is gekoppeld aan een actieve kookzone. Nadat de
ingestelde tijd is verstreken, wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld. De kookwekker
kan op maximaal 99 minuten worden ingesteld.
Raak de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer aan om in stappen van 1 minuut te verlagen of te
verhogen.
Houd de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer ingedrukt om in stappen van 10 minuten te verlagen
of te verhogen.
Raak gelijktijdig de ‘-’ en ‘+’ toets van de timer aan om de timer te annuleren. In de
timerdisplay verschijnt ‘00’.
De keukenwekker gebruiken
De keukenwekker kan alleen gebruikt worden als er minimaal 1 kookzone actief is.
1. Raak de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer aan om de timer in te schakelen.
▷Op het display van de timer knippert ‘10’.
2. Stel een tijd in met de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer.
▷Wanneer de tijd is ingesteld, begint de timer direct met aftellen.
▷Op het display wordt de resterende tijd weergegeven.
▷Het timeralarm klinkt gedurende 30 seconden wanneer de ingestelde tijd is verstreken.
Op het display van de timer verschijnt ‘--’.
Raak een willekeurige toets aan om voortijdig het alarm uit te schakelen.
Raak de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer aan om de keukenwekker te selecteren; de
resterende tijd wordt knipperend weergegeven. Raak nogmaals de ‘-’ of ‘+’ toets van de
timer aan om de tijd aan te passen.
BEDIENING

NL 14
De kookwekker gebruiken
1. Selecteer de gewenste kookzone en stel het vermogen in.
2. Raak, zolang het vermogen knippert, de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer aan om de timer in te
schakelen.
▷Een rode stip naast de display van de betreffende kookzone gaat branden.
3. Stel een tijd in met de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer.
▷Wanneer de tijd is ingesteld, begint de timer direct met aftellen.
▷De rode stip naast de display van de betreffende kookzone gaat knipperen.
▷Op het display wordt de resterende tijd weergegeven.
▷De geselecteerde kookzone wordt automatisch uitgeschakeld zodra de ingestelde tijd is
verstreken en er klinkt een kort geluidssignaal.
▷Op het display van de timer verschijnt ‘--’, op het display van de kookzone verschijnt ‘-’.
Raak de kookzonetoets aan en raak dan de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer aan om de tijd
aan te passen.
Raak de kookzonetoets aan en raak dan tegelijk de ‘-’ en ‘+’ toets van de timer aan om
voortijdig de kookwekker uit te schakelen. U kunt ook de tijd instellen op ‘00’.
Meerdere kookwekkers in gebruik
Voor elke actieve kookzone kan een kookwekker worden ingesteld. De tijd die wordt
getoond in de display, is van de kookzone die als eerste wordt uitgeschakeld. De rode
stip van deze kookzone knippert.
Raak een kookzonetoets aan om de ingestelde tijd te bekijken voor deze kookzone.
Het ingestelde vermogen knippert en de rode stip naast de display van de betreffende
kookzone is statisch. Gebruik de ‘-’ of ‘+’ toets van de timer om de ingestelde tijd te
wijzigen.
Vergrendelfunctie
Door de vergrendelfunctie te activeren, kunt u de toetsen vergrendelen tijdens het gebruik van de
kookplaat. Alleen de aan-/uittoets en de vergrendelfunctie zijn actief.
De kookplaat is ingeschakeld en in werking.
1. Druk circa 3 seconden gelijktijdig op de ‘-’ en ‘+’ toets van de timer.
▷Er klinkt een geluidssignaal.
▷‘Lo’ knippert in het display van de timer.
▷De vergrendelfunctie is geactiveerd.
BEDIENING

NL 15
2. Druk weer circa 3 seconden gelijktijdig op de ‘-’ en ‘+’ toets van de timer.
▷Er klinkt een geluidssignaal.
▷In het display van de timer verdwijnt ‘Lo’.
▷De vergrendelfunctie is gedeactiveerd.
De vergrendelfunctie blijft actief nadat de kookplaat is uitgeschakeld.
Kinderslot
Gebruik deze functie om ongewenst inschakelen van de kookplaat te voorkomen.
De kookplaat is ingeschakeld maar niet in werking.
1. Druk circa 3 seconden gelijktijdig op de ‘-’ en ‘+’ toets van de timer.
▷Er klinkt een geluidssignaal.
▷‘Lo’ knippert in het display van de timer.
▷Het kinderslot is geactiveerd.
2. Schakel de kookplaat uit.
▷In het display van de timer wordt ‘Lo’ gedurende 1 minuut weergegeven.
3. Bij het opnieuw inschakelen van de kookplaat is het kinderslot actief.
4. Druk, om het kinderslot uit te schakelen, weer circa 3 seconden gelijktijdig op de ‘-’ en ‘+’
toets van de timer.
▷Er klinkt een geluidssignaal.
▷In het display van de timer verdwijnt ‘Lo’.
▷Het kinderslot is gedeactiveerd.
Warmhoudfunctie
Gebruik deze functie om voedsel na het koken warm te houden.
1. Druk op de selectietoets van de gewenste kookzone.
2. Druk op de warmhoudtoets.
▷Op het display wordt het warmhoudsymbool getoond.
3. Schakel de warmhoudfunctie uit door de kookzone te selecteren met de selectietoets en de
schuifregelaar te gebruiken om het vermogensniveau op ‘0’ te zetten.
BEDIENING

NL 16
Reiniging
Dagelijkse reiniging
• Hoewel overgekookt voedsel niet kan inbranden in het glas, verdient het aanbeveling de
kookplaat direct na gebruik schoon te maken.
• Voor de dagelijkse reiniging kunt u het best een vochtige doek met een mild reinigingsmiddel
gebruiken.
• Maak de glasplaat droog met een stuk keukenpapier of met een droge handdoek.
Hardnekkige vlekken
• Ook hardnekkige vlekken zijn te verwijderen met een mild reinigingsmiddel, bijvoorbeeld
afwasmiddel.
• Verwijder watervlekken en kalkaanslag met azijn.
• Metaalsporen (ontstaan door schuiven van pannen) zijn vaak lastig te verwijderen.
Hiervoor zijn speciale producten verkrijgbaar.
• Verwijder voedselresten met een glasschraper. Ook gesmolten kunststof en suiker kunt u
het beste verwijderen met een glasschraper.
Nooit gebruiken!
• Gebruik nooit schuurmiddelen. Deze laten krassen achter waarin vuil en kalkaanslag zich
kunnen ophopen.
• Gebruik nooit scherpe voorwerpen zoals staalwol of schuursponsjes.
ONDERHOUD

NL 17
Algemeen
Schakel de kookplaat onmiddellijk uit als u een barst in het glas ziet (hoe klein ook). Haal de
stekker uit het stopcontact of zet de (automatische) zekering(en) in de meterkast uit. Bij een
permanente aansluiting zet u de stroomtoevoer op nul. Neem contact op met de serviceafdeling.
Probleemoplossingstabel
Als het toestel niet naar behoren werkt, betekent dit niet altijd dat het defect is.
Probeer het probleem eerst zelf op te lossen door de onderstaande punten na te lopen.
U kunt voor meer informatie ook terecht op de website.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display gaat branden
wanneer de kookplaat
de eerste keer wordt
ingeschakeld.
Dit is de normale
opstartroutine.
Normale werking.
De ventilator blijft nog enkele
minuten doorwerken nadat de
kookplaat is uitgeschakeld.
De kookplaat koelt af. Normale werking.
In het begin is het mogelijk dat
u een lichte geur ruikt.
Het nieuwe toestel wordt
opgewarmd.
Dit is normaal en verdwijnt
nadat het toestel een aantal
keer is gebruikt. Ventileer de
keuken.
De pannen maken geluid
tijdens het koken.
Dit wordt veroorzaakt door de
energie die van de kookplaat
naar de pan stroomt.
Bij hoge instellingen is dit bij
bepaalde pannen een heel
normaal verschijnsel. Dit is
niet schadelijk voor de pannen
of de kookplaat.
U hebt een kookzone
ingeschakeld maar
het display toont .
De gebruikte pan is niet
geschikt voor inductiekoken of
heeft een te kleine diameter.
Gebruik een geschikte pan.
Er staat geen (geschikte) pan
op de kookzone.
Een kookzone stopt plotseling
en u hoort een signaal.
De vooraf ingestelde tijd is
verstreken.
Normale werking.
De kookplaat werkt niet en er
verschijnt niets op het display.
Er is geen stroom vanwege
een defecte kabel of defecte
aansluiting.
Controleer de zekeringen en
de elektriciteitsschakelaar (bij
een vaste aansluiting).
Bij het inschakelen van de
kookplaat slaat er een stop
door.
Foutieve elektrische
aansluiting.
Laat de elektrische aansluiting
controleren.
PROBLEMEN OPLOSSEN

NL 18
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
In het display van de
timer wordt symbool Lo
weergegeven.
De vergrendelfunctie/het
kinderslot is actief.
Deactiveer de
vergrendelfunctie/het
kinderslot.
De bediening reageert slecht. Er kan een dun laagje water
op de kookplaat of op een
vinger zijn waardoor de
bediening slecht reageert.
Zorg dat de kookplaat en/of
vinger schoon is.
Foutcodes
Foutcode Probleem Oplossing
F3-F8 Storing temperatuursensor. Neem contact op met de
serviceafdeling.
F9-FE Storing temperatuursensor. Neem contact op met de
serviceafdeling.
E1/E2 Abnormale voedingsspanning. Controleer de elektrische aansluiting.
Schakel daarna de kookplaat weer in.
E3/E4 Abnormale temperatuur. Controleer de pan.
E5/E6 Slechte warmtestraling van de
inductiekookplaat.
Schakel de inductiekookplaat weer in
als deze is afgekoeld.
PROBLEMEN OPLOSSEN

NL 19
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Informatie volgens verordening (EU) 66/2014
Metingen volgens EN60350-2
Modelaanduiding KIF590--
Type kookplaat Inductiekookplaat
Aantal elektrische kookzones en/of kookgebieden 5
Verwarmingstechnologie
Kookzones/
gebieden op basis
van inductie
Voor ronde elektrische kookzones: de diameter van het bruikbare
oppervlak per elektrisch verwarmde kookzone in mm
180
280
180
180 180
Energieverbruik per kookzone of kookgebied berekend per kg (ECelektrische
kookplaat) in Wh/kg
186,2
183,9
198,2
201,3 211,0
Voor niet-ronde kookzones of kookgebieden: de lengte en breedte van
het bruikbare oppervlak per elektrisch verwarmde kookzone of elektrisch
verwarmd kookgebied in mm
190
x
390
190
x
390
Energieverbruik per kookzone of kookgebied berekend per kg (ECelektrische
kookplaat) in Wh/kg 184,3 184,3
Energieverbruik voor de kookplaat berekend per kg (ECelektrische kookplaat)
in Wh/kg 192,7

NL 20
MILIEUASPECTEN
Verpakking en apparaat afdanken
Bij de productie van dit apparaat is gebruik gemaakt van duurzame materialen.
Dit apparaat moet aan het einde van zijn levenscyclus op verantwoorde wijze worden afgedankt.
De overheid kan u hierover informatie verstrekken.
De verpakking van het apparaat is recyclebaar. Mogelijk zijn de volgende materialen gebruikt:
• karton;
• polyetheenfolie (PE);
• CFK-vrij polystyreen (PS-hardschuim).
Deze materialen moeten op verantwoorde wijze en conform de overheidsvoorschriften worden
afgedankt.
Om te wijzen op de noodzaak van gescheiden inzameling van
elektrische huishoudelijke apparatuur, is op het product het symbool
van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht. Dit betekent dat het
apparaat aan het einde van zijn levensduur niet met het gewone
huisvuil mag worden meegegeven. Het apparaat moet naar een
speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling van de gemeente
worden gebracht of naar een verkooppunt dat deze dienst aanbiedt.
Het apart inleveren van huishoudelijke apparaten voorkomt mogelijk
negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid, en zorgt ervoor
dat de materialen in deze apparaten kunnen worden teruggewonnen,
waardoor in aanzienlijke mate kan worden bespaard op energie en
grondstoffen.
Verklaring van conformiteit
Wij verklaren dat onze producten voldoen aan de toepasselijke Europese richtlijnen,
normen en voorschriften, evenals aan alle vereisten in de normen waarnaar wordt
verwezen.
This manual suits for next models
2
Table of contents
Languages:
Other ETNA Hob manuals
Popular Hob manuals by other brands

Fornelli
Fornelli PIA 60 MERIDIANA user manual

Bosch
Bosch PID9 L Series instruction manual

Asko
Asko SIVK6FTS operating instructions

Siemens
Siemens ER9MD331NX User manual and installation instructions

Hanseatic
Hanseatic HHI6FFBAF-GP user manual

Gaggenau
Gaggenau CK 270-604 Operating and assembly instructions