MS Schippers MS Pulse 50 User manual

1
MS Pulse Dosing Unit
1406500,1406501, 1406502,1406503
1406504, 1406505
NL MS Pulse Doseerunit 50 & 250
Gebruiksaanwijzing ...................................................................................3
EN MS Pulse Doseerunit 50 & 250
Manual. ................................................................................................. 31
DE MS Pulse Doseerunit 50 & 250
Gebrauchsanweisung .............................................................................. 59
FR MS Pulse Doseerunit 50 & 250
Mode d’emploi. ...................................................................................... 87
ES MS Pulse Doseerunit 50 & 250
Instrucciones para el uso ....................................................................... 115
1406500-1406501/14-07-2014/F

2

3
MS Pulse 50, MS Pulse 250
1. Algemene veiligheidsinstructies ............................................................................ 4
2. Inleiding ............................................................................................................ 5
3. Productspecificaties ............................................................................................ 6
4. Pulse 50 en Pulse 250 Naaldloos injectiesysteem .................................................. 7
4.1 Aanbevolen injectieplaats.............................................................................. 7
4.2 Schoonmaakprocedure ................................................................................. 8
4.3 Gebruik van de Pulse 250............................................................................. 9
4.4 Gebruik van de Pulse 50............................................................................. 10
4.5 Drukinstellingen.......................................................................................... 11
4.6 Injectiepistool............................................................................................. 12
4.6.1 Handmatig activeren en drukloos maken van het injectiepistool ......................... 12
4.6.2 Noodvoorziening handmatig drukloos maken van het injectiepistool................... 13
4.6.3 Injectiepistool onderhoud (P250) .................................................................... 13
4.6.4 Injectiepistool onderhoud ( O-ring vervangen P50)........................................... 17
4.6.5 Onderdelen van het inlaatventiel (P50)............................................................ 21
4.6.6 Onderdelen van de terugslagklep (P50) .......................................................... 22
4.6.7 Nozzle schoonmaken .................................................................................... 23
4.6.8 Injectiepistool openen ................................................................................... 24
4.6.9 Injectiepistool sluiten ..................................................................................... 25
4.7 Doseerunit ................................................................................................. 28
4.7.1 Specificaties doseerunit......................................................................... 28
4.7.2 Doseerunit onderhoud.......................................................................... 28
4309840/28-03-2012/F

4
1. Algemene veiligheidsinstructies
Deze handleiding is bedoeld om gebruik en onderhoud van de verschillende systemen op de MS
Multibehandelunit te ondersteunen. Gebruik geen van deze systemen voordat de gehele
handleiding is doorgenomen en begrepen.
Het veilig met apparatuur op de behandelunit werken is een verantwoording voor de gebruiker. U
moet voldoen aan alle veiligheidsinstructies voor er gewerkt mag worden met de verschillende
apparaten op de behandelunit.
NOOIT ongetraind personeel de apparaten laten bedienen. NOOIT de apparaten onbewaakt
achterlaten.
De Multibehandelunit en de apparaten die hierbij horen zijn ontwikkeld voor toepassing op dieren,
NIET gebruiken voor andere doeleinden.
Neem de juiste voorzorgsmaatregelen (kleding, bril, stofmasker, oorbeschermers, handschoenen).
De Pulse 50 en Pulse 250:
NOOIT vloeistof in de lucht injecteren. Injectiepistool ALTIJD in een veilige richting houden
NOOIT op een ander persoon richten.
ALTIJD het Aan/Uit ventiel luchttoevoer op de doseerunit op UIT zetten als het MS Pulse
injectiesysteem niet gebruikt wordt. Tevens dient de hogedrukslang en het injectiepistool drukloos
te worden gemaakt.
NOOIT opslaan bij temperaturen onder 0 graden.
LET OP De injectiestroom uit het injectiepistool van de P50 en P250 is krachtig genoeg om
handschoenen, laarzen en kleding te doordringen.
NB: De Schipmatic Pulse 250 is ontwikkeld om massa-injecties van ijzerpreparaten, de gangbare
vaccins en serums uit te voeren.
Bepaalde vloeistoffen met een hoge viscositeit en ook antibiotica
kunnen problemen geven en worden dan ook afgeraden te injecteren met de MS Pulse 250. Het
toch toepassen kan tot technische problemen leiden.
.

5
2. Inleiding
Proficiat! U bent de trotse bezitter van een MS Pulse. De systemen op de behandelunit zijn
revolutionair en speciaal ontwikkeld voor toepassing in de varkenshouderij.
Voordelen van werken met de Multibehandelunit:
1) Hygiëne: Kruisbesmetting met de naald of via behandelkrat is uitgesloten,
2) Arbeidefficiëntie: doorlooptijd van een toom biggen wordt aanzienlijk verkort,
3) Diervriendelijk: minder pijn en stress bij de dieren,
Dit resulteert in een betere groei, minder uitval en een lager antibioticagebruik.
De Schipmatic Multibehandelunit kan worden uitgerust met de volgende modules:
•TagMatic oornummerautomaat
•Naaldloos Pulse 250 injectiesysteem
•Smart coupeerder.
•Naaldloos P50 injectiesysteem
•Kabelhaspel
•Handen hygiënemodule
In deze handleiding zal het gebruik en het onderhoud van de verschillende modules verder
worden toegelicht.

6
3. Productspecificaties
Naaldloos injectiesysteem Pulse 50 en Pulse 250:
DOSERING: De mogelijke doseermogelijkheden voor de P50:
0.1- 0.5 ml (met stappen van 0,0125).
De mogelijke doseermogelijkheden voor de P250:
0.5, 0.75, 1.0, 1.25, 1.50, 1.75, 2.00, 2.50 ml.
INJECTIE: intramuscular/ intradermaal.
INJECTIETIJD: P50 minder dan 200 milliseconden voor 0.1 to 0.5 ml injectie.
P250 minder dan 200 milliseconden voor 0.5 tot 2.5ml injectie.
NOZZLE: Diameter Standaard 0,20 mm voor P250 ijzerinjectie, P50 en P250
vaccines standaard 0,27mm.
VOEDINGSBRON: Het MS Pulse naaldvrij systeem functioneert volledig op perslucht.

7
4. Pulse 50 en Pulse 250 Naaldloos injectiesysteem
Het gebruik van deze twee systemen is nagenoeg identiek. In het volgende hoofdstuk zal
het gebruik en het onderhoud van Pulse naaldloze systemen worden toegelicht.
In de tekst zullen de namen Pulse 50 en Pulse 250 vaak afgekort worden met P50 en
P250.
4.1 Aanbevolen injectieplaats
De aanbevolen injectieplaats is in de nek achter het oor,
advies is binnen de aangeven driehoek (niet te dicht bij het
oor)
Zorg dat de schuifveiligheid UIT staat en de veiligheidspal van
het injectiepistool tijdens injecteren continue inhouden wordt.
Door het pistool met voldoende kracht op het varken te
drukken zal de injectie geactiveerd worden. Zorg dat U het
injectiepistool te allen tijde vlak op het varken geplaatste heeft!
Als er op de aangegeven injectieplaats, littekens, vuil, abcessen, o.i.d. aanwezig zijn dan is
het aan te bevelen aan de andere zijde van het varken te injecteren, indien hier ook
“beschadigingen” zijn, blijf dan minimal 3 cm verwijderd van
deze obstakels.
Afhankelijk van de vloeistof kan voorkomen dat er een
verdikking of dat er uitslag op de plek van injectie optreedt.
Het varken met voldoende kracht op het injectiepistool drukken
om dit te activeren. Trek het varken niet te snel terug hierdoor
zal het injectieproces niet volledig uitgevoerd worden.
Zorg dat de juiste druk op de doseerunit aanwezig is. Als de
druk te laag is zal er geen volledige injectie plaatsvinden of het
injectiepistool kan vloeistof lekken na injectie, een te hoge druk
zal weefselschade veroorzaken of tot terugvloei resulteren.
NOOIT de nozzle of het injectiepistool tegen een hard voorwerp slaan of laten vallen,
beschadigingen kunnen leiden tot disfunctioneren van het apparaat. Ook niet met een
naald of hard voorwerp verstoppingen proberen te verwijderen.
Zorg ervoor dat er geen verontreinigingen in de inlaatklep terecht komen, dit kan leiden
tot verstoppingen.
Controleer visueel de injectie. Het kan voorkomen dat de injectiedruk bijgesteld moet
worden (afhankelijk van gewicht en conditie van het varken).

8
4.2 Schoonmaakprocedure
Hygiëne in en rondom naaldloos behandelapparatuur.
Besteed voldoende aandacht aan de hygiëne in en rondom de apparatuur. Naaldloze
apparatuur dient net zo behandeld te worden als traditionele injectiespuiten. Grondig
reinigen na gebruik is daarom belangrijk.
Werk strikt volgens volgende stappen, dan is de hygiëne van het naaldloos systeem nog
beter gewaarborgd.
Protocol spoelen en reinigen naaldloze behandelapparatuur.
1. Reinig de apparatuur eerst aan de buitenkant grondig met warm water en
schoonmaakmiddel (niet onderdompelen).
2. Plaats flesje met MS Rinse Liquid op de pompunit. Pomp net zolang door totdat er
volledig schone vloeistof uit de spuit komt.
3. Plaats vervolgens een flesje MS Contact Liquid op de pompunit. Pomp net zolang
(afhankelijk van lengte doseerslang, zie onderstaand schema) totdat de vloeistof uit de
spuit komt.
4. Laat deze oplossing in de spuit staan tot aan de volgende behandeling. Verwijder het
flesje MS Contact Liquid niet van de pompunit. (Uit testen is gebleken dat MS Contact
Liquid geen nadelige werking heeft op de onderdelen die zich bevinden in de spuit)
5. Desinfecteer alle onderdelen aan de buitenkant met P3 alcodes.
6. Bij de opstart van een volgende behandeling, MS Rinse Liquid op pompunit plaatsen
en pompen tot de vloeistof it het systeem is. Om er zeker van te zijn dat de gehele MS
Contact Liquid uit het systeem is, rekenen met de waardes in onderstaand schema. Let
hierbij op de doseringsplug die gemonteerd is.
7. Plaats het te injecteren middel op de pompunit en pomp tot het te injecteren middel uit
de spuit komt. Om er zeker van te zijn dat de gehele MS Rinse Liquid uit het systeem is,
rekenen met de waardes in onderstaand schema. Controleer de drukinstelling en het
systeem is klaar voor gebruik.
OPSLAGADVIES: als de Schipmatic Pulse wordt opgeslagen en voor meer dan 10 dagen
niet gebruikt gaat worden is het te adviseren om de injectiestift uit het injectiepistool te
nemen en de doseerstift uit de doseerunits (levensduur O-ringen wordt hiermee
verhoogd). Zie instructies verderop
NOOIT opslaan bij temperaturen onder 0 graden.

9
4.3 Gebruik van de Pulse 250
1. Bevestig de hogedrukslang aan het uitgangsventiel
zoals hierlangs afgebeeld. Sproei de koppeling in met
siliconenolie voor bevestiging (makkelijker te monteren
en verhoging levensduur van de O-ringen) handvast
aandraaien, (gebruik geen gereedschap).
Plaats de andere zijde van de hogedrukslang in een lege
fles, o.i.d.
2. Plaats de fles zoals in bovenstaande afbeelding (gebruik geen gereedschap).
3. Bevestig de luchtslang aan de compressor en de doseerunit
4. Zet het Aan/Uit ventiel in de Aan positie, houd
de hogedrukslang in de lege fles. De
doseerunit zal nu automatisch gaan herhalen.
Afhankelijk van de doseerinstelling en de lengte
van de slang zal na verloop van tijd de vloeistof
uit de slang spuiten, in het begin zal dit een mix
van vaccin, en water zijn, echter vrij direct zal
alleen het vaccin komen, als dit zo is zet dan het ventiel op Uit.
5. Monteer andere zijde van hogedrukslang aan het
injectiepistool. Vastdraaien met de vingers (gebruik geen
gereedschap). Ook het loskoppelen moet met de vingers
gedaan worden, als dit niet lukt, is er waarschijnlijk nog druk
aanwezig in de slang. Drukloos maken door ventiel te sluiten
en injectiepistool handmatig te activeren (zie instructies
verderop).
6. Het Aan/Uit ventiel in de Aan positie schuiven. Richt het injectiepistool te allen tijde
in een veilige richting.
7. Pas indien noodzakelijk de druk aan op de doseerunit. Trek de gele knop
uit en draai tot de gewenste druk is ingesteld. Druk hierna de gele knop
weer in.
8. Activeer het injectiepistool handmatig.
9. Controleer of de druk nog steeds op de gewenste druk staat.

10
Doseerknop
4.4 Gebruik van de Pulse 50
Het instellen van de
dosering:
De P50 heeft een
‘doseerknop’ aan de
voorkant van het pistool.
Hiermee kan de
dosering ingesteld
worden tussen 0,1cc en
0,5cc.
Door aan de
doseerknop te draaien
schuift de doseerkamer
van het pistool in of uit.
Op de doseerkamer
staat de
corresponderende
doseerinstelling.
In het plaatje het plaatje
hiernaast is de P50
ingesteld op 0,3cc.
Gebruiksklaar maken
van de P50:
Door de P50 twee of drie keer handmatig te activeren zal deze vanzelf
de vloeistof aanzuigen. De P50 is klaar voor gebruik. (zie 1.9.1 voor
de uitleg over het handmatig activeren van de P50)
Als de P50 geen vloeistof aanzuigt, haal dan het flesmontage gedeelte
van het pistool af maar laat het inlaatventiel zitten. raakt het stalen
balletje in het inlaatventiel niet kwijt!
Vul hierna het inlaatventiel met water.
Monteer de flesmontage weer op het pistool. Activeer het pistool twee keer handmatig.

11
4.5 Drukinstellingen
biggen injectiepistool
(blauw of handsfree)
P250
Type
varken
Pasgeboren
5 – 15 Kg
15 – 25 Kg
Druk (bar)
1,7-2,2
2,5-3,0
3,0-3,5
Type varken
Pasgeboren
5 – 15 Kg
15 – 25 Kg
Druk (bar)
4,5-5,0
5,0-5,5
5,5-6,0
Opmerking: vloeistoffen met hoge viscositeit mogen ca 0,5 bar hoger afgesteld worden.

12
4.6 Injectiepistool
De volgende paragrafen leggen we het gebruik en onderhoud van injectiepistool P250
uit.
Al deze informatie heeft ook betrekking op de handsfree variant. Het binnenwerk hiervan is
precies hetzelfde als in het injectiepistool.
Ook overeenkomstige acties voor de Pulse 50 worden uitgelegd.
Beveiliging AAN Beveiliging UIT
Injectiepistool staat geblokkeerd. Injectiepistool staat vrij.
OPMERKING: gezien vanaf linkerzijde van injectiepistool (zijde met de RODE ring).
4.6.1 Handmatig activeren en drukloos maken van het injectiepistool
Handmatig activeren van het injectiepistool wordt gedaan met twee handen. Ben er zeker
van dat U het handstuk in een veilige richting houdt. Zorg dat de schuifveiligheid in de uit
positie staat. Hou de veiligheidspal ingedrukt met je wijsvinger. Met de andere wijsvinger
trekt U de aanvoerleiding naar achteren (zie gele pijl in bovenstaande afbeelding). Het
injectiepistool zal nu geactiveerd worden. Let op voor de injectiestraal. Haal hierna de
vinger weer van de aanvoerleiding zodat deze in de originele stand terugkomt. Als de
Rode Ring
Hoofdveiligheid
Aanvoerleiding
Positie vinger
Nozzle
Veiligheidspal
Bedienen met de wijsvinger

13
doseerunit heeft herladen is het injectiepistool gereed voor de volgende handmatige
activering.
Waarschuwing: Houd de vinger vrij van de nozzle!
Het handmatig activeren van de Pulse 50 werkt ongeveer
hetzelfde als de Pulse 250.
Hou de P50 in een veilige richting, bij voorkeur een
opvangbak.
Om de P50 één maal te activeren wordt met de wijsvinger het
mechanisme naar achter gedrukt. (zie afbeelding)
Let op voor de injectiestraal en houd vingers vrij van de nozzle.
Laat hierna het mechanisme weer terugveren in zijn originele
positie.
De P50 is weer klaar voor de volgende activering.
4.6.2 Noodvoorziening handmatig drukloos maken van het injectiepistool.
Als bijvoorbeeld de Nozzle verstopt zit kunt U het injectiepistool niet
drukloos maken op bovenstaande wijze. Indien niet beschadigd
kan het nozzle gedemonteerd en schoongemaakt worden. Hiervoor
moet allereerst het injectiepistool drukloos gemaakt worden, ook
om de hogedrukslang los te kunnen koppelen moet het systeem
drukloos zijn. Plaats hiervoor meegeleverde sleutels op het
injectiepistool en nozzle en draai de nozzle ca 1 slag los. Hierdoor
zal de vloeistof langzaam ontsnappen, wacht tot er geen vloeistof
meer ontsnapt en het systeem dus drukloos is, draag
beschermende kleding en gezichtsbescherming.
4.6.3 Injectiepistool onderhoud (P250)
Vervang O-ringen uiterlijk om de 4.000 injecties of maandelijks.
Zorg dat injectiepistool schoon en niet is aangesloten. Plaats het handstuk op een schone,
vlakke en stabiele ondergrond om de mogelijkheid tot het verliezen van onderdelen te
verkleinen. Zorg ervoor dat onderdelen niet beschadigd raken, dit kan tot het niet goed
functioneren van het injectiepistool leiden.

14
Illustratie injectiepistool
Nozzlemoer Nozzle sluitstuk Huis Injectiestift Injectiestift doseerleiding
1. Open met de twee meegeleverde steeksleutels het injectiepistool
Schroevendraaier
Doseerleiding
Nozzlemoer
Sluitstuk
2. Verwijder het sluitstuk.
Vork
Injectiepistool
Nozzle

15
3. Schuif het huis injectiestift uit het injectiepistool, gebruik hiervoor de meegeleverde
‘vork’.. Gebruik geen tang o.i.d. zorg dat het
huis en injectiestift niet beschadigd raakt.
Als het verwijderen van het huis injectiestift, moeilijk
gaat, dan zijn er waarschijnlijk vervuilingen in het
injectiepistool aanwezig. Verwijder deze.
4. Duw de injectiestift uit het huis met het meegeleverde hulpmiddel
5. Verwijder de O-ring op de injectiestift. Gebruik hiervoor het meegeleverde hulpmiddel
Let op: de witte afstandsringen niet beschadigen of verwijderen.
O-ring
6. Plaats de nieuwe O-ring zoals hieronder afgebeeld gebruik hiervoor meegeleverde
hulpmiddel.

16
Zorg dat O-ring op juiste positie zit!
Huis injectienaald.
1. Vervang de O-ringen van het huis injectienaald zoals hieronder afgebeeld.
2. Nadat de O-ringen vervangen zijn de injectiestift nat maken met water of
medispray vervolgens in het huis schuiven zoals hieronder afgebeeld.
3. Vervang indien deze visuele beschadigingen heeft de O-ring op het sluitstuk . Maak
sluitstuk nat en schuif deze in het huis injectiestift zoal hieronder afgebeeld.
4. Schuif vervolgens het geassembleerde huis injectienaald in het injectiepistool. Maak
ook deze nat met water alvorens montage.

17
Zuiger
Doseerkamer
5. Herplaats de nozzle en nozzlemoer zoals hieronder afgebeeld. Let op dat de O-ring
op het sluitstuk aanwezig is en dat de nozzle op de juiste manier in de nozzlemoer ligt.
Sluitstuk
6. Draai de nozzlemoer vast met de twee steeksleutels (gebruik niet de doseerleiding)
Doseerleiding
Klaar voor gebruik. Injecteer een aantal keer met steriel water alvorens vaccins te
gebruiken, dit om eventuele verontreinigingen te verwijderen.
4.6.4 Injectiepistool onderhoud ( O-ring vervangen P50)
Zorg ervoor dat het pistool schoon is gemaakt volgens de schoonmaakprocedure en niet
aangesloten is. Werk bij onderhoud aan het pistool altijd op een schone vlakke en stabiele
ondergrond om verlies van onderdelen zoveel mogelijk te voorkomen.

18
1. Om de doseerkamer van het pistool te
verwijderen wordt de knop om de dosering in
te stellen met de klok mee gedraaid. Zo wordt
de doseerkamer tot de maximale lengte
gedraaid.
Als de doseerkamer gedemonteerd is, kan de zuiger
verwijderd worden. Dit wordt gedaan door de zuiger uit het
‘hoefijzer’ te schuiven.
2. De O-ring kan nu verwijderd worden met een pincet of een ander voorwerp.
Let op: de witte afstandsringen niet beschadigen of verwijderen.
Onderkant
van de zuiger
‘Hoefijzer’
binnen in de P50

19
3. Vervolgens kan de nieuwe O-ring voor over de zuiger op zijn plaats worden
geschoven.
4. Zorg ervoor dat de witte steunring achter de O-ring zit zoals in de afbeelding
hieronder.
5. Nu kan de P50 weer geassembleerd worden. Als eerste moet de zuiger weer in de
P50 worden gezet. De zuiger moet weer in het hoefijzer geschoven worden. Het is
belangrijk dat de zuiger goed in het hoefijzer zit zoals in de afbeelding hieronder.
Als dit niet gebeurt kan dit leiden tot ernstige beschadigingen aan de P50.
Zuiger
Hoefijzer

20
6. De doseerkamer kan nu weer op de P50 worden gezet. Zorg ervoor dat de O-ring
nat is gemaakt met water!
7. Draai de knop voor het instellen van de dosering zodat het rode
puntje boven staat.
8. Schuif de doseerkamer op de kop over de zuiger en
draai deze een halve slag met de klok mee. De doseer kamer
staat nu weer rechtop zoals in de afbeelding.
9. Nu kan met de doseerknop weer de juiste dosering ingesteld worden en is de Pulse
50 weer klaar voor gebruik.
This manual suits for next models
1
Table of contents
Languages:
Other MS Schippers Farm Equipment manuals

MS Schippers
MS Schippers Automix 2.0 Quick guide

MS Schippers
MS Schippers MS AutoHoofClean User manual

MS Schippers
MS Schippers Greenline Move Reference guide

MS Schippers
MS Schippers Blitz-Kerner 3409900 User manual

MS Schippers
MS Schippers MS Automix 40 User manual

MS Schippers
MS Schippers MS Tornades Series User manual

MS Schippers
MS Schippers MS Pigsleeper Flexy User manual