ETNA KIF160 Series User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
INSTRUCTIONS FOR USE
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
INDUCTIEKOOKPLAAT
INDUCTION HOB
TABLE DE CUISSON À INDUCTION
INDUKTIONSKOCHFELD
KIF160--

NL 4
NL Handleiding NL 3 - NL 20
FR Notice d’utilisation FR 3 - FR 20
DE Anleitung DE 3 - DE 20
EN Manual EN 3 - EN 20
Gebruikte pictogrammen - Pictograms used - Pictogrammes utilisés
Benutzte Piktogramme
Belangrijk om te weten - Important information - Important à savoir - Wissenswertes
Tip - Conseil - Tipp

NL 3
INHOUDSOPGAVE
Uw inductiekookplaat
Inleiding 4
Beschrijving 5
Bedieningspaneel 5
Veiligheid
Temperatuurbeveiliging 6
Kookduurbegrenzer 6
Gezond koken 6
Gebruik
Inductiegeluiden 7
Pannen 7
Vermogen instellen 8
Pandetectie 9
Meldingen op het display 9
Kookinstellingen 10
Bediening
Bereiding starten 11
Boostfunctie 11
Klaar met koken 11
Bridge-inductiekookzones koppelen 12
Kinderslot 12
Koken pauzeren 12
De eierwekker gebruiken 13
De timer gebruiken 13
Vermogensbegrenzer
Vermogensbegrenzer 15
Onderhoud
Reiniging 16
Problemen oplossen
Algemeen 17
Probleemoplossingstabel 17
Technische specificaties
Informatie volgens verordening (EU) 66/2014 19
Milieuaspecten
Verpakking en apparaat afdanken 20

NL 4
Inleiding
Deze kookplaat is ontworpen voor de echte kookliefhebber. Koken op een inductiekookplaat
heeft een aantal voordelen. Het is makkelijk, omdat de kookplaat snel reageert en ook op een
zeer laag vermogen is in te stellen. Bovendien kunt u dankzij het hoge vermogen gerechten zeer
snel aan de kook brengen. Door de ruime afstanden tussen de kookzones kunt u comfortabel
koken.
Koken op een inductiekookplaat is anders dan koken op een traditioneel apparaat.
Bij inductiekoken wordt gebruikgemaakt van een magnetisch veld om warmte op te wekken.
Dit betekent dat u niet zomaar een willekeurige pan kunt gebruiken. In het hoofdstuk ‘Pannen’
vindt u hierover meer informatie.
Voor optimale veiligheid is de inductiekookplaat uitgerust met meerdere temperatuur-
beveiligingen en een restwarmte-indicator die laat zien welke kookzones nog heet zijn.
In deze gebruiksaanwijzing staat beschreven hoe u de inductiekookplaat optimaal kunt
gebruiken. Naast informatie over de bediening vindt u hierin ook achtergrondinformatie die
van pas kan komen bij het gebruik van het apparaat. Verder vindt u ook kooktabellen en
onderhoudstips.
Lees de gebruiksaanwijzing door voordat u het apparaat in gebruik neemt en bewaar
deze op een veilige plaats voor toekomstig gebruik.
Daarnaast dient de gebruiksaanwijzing ook als naslagwerk voor servicemonteurs. Plak daarom
het identificatiekaartje van het apparaat in het daarvoor bestemde kader, achter in de
gebruiksaanwijzing. Het identificatiekaartje van het apparaat bevat alle informatie die de
servicemonteur nodig heeft om adequaat op uw vragen te reageren.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
Veel kookplezier!
Op onze website kunt u de meest recente versie van de gebruiksaanwijzing vinden.
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 5
Beschrijving
1 2
1 2
3
1. Bridge-inductiekookzone ø 18 cm / 1,5 kW - 2,0 kW (boost)
2. Kookzone ø 18 cm / 1,5 kW - 2,0 kW (boost)
3. Bedieningspaneel
Bedieningspaneel
1 2 43 5
11109876
1. Selectietoets kookzone linksachter met display
2. Selectietoets kookzone rechtsachter met display
3. Timerdisplay
4. Timertoets
5. Aan-/uittoets
6. Selectietoets bridge-inductiekookzones
7. Selectietoets kookzone linksvoor met display
8. Selectietoets kookzone rechtsvoor met display
9. Mintoets ‘-’
10. Plustoets ‘+’
11. Pauzetoets/Kinderslottoets
UW INDUCTIEKOOKPLAAT

NL 6
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat in gebruik neemt!
Temperatuurbeveiliging
Een sensor controleert continu de temperatuur van bepaalde onderdelen van de kookplaat.
Elke kookzone is voorzien van een sensor die continu de temperatuur van de bodem van de
pan controleert om risico op oververhitting te voorkomen wanneer een pan droogkookt. Bij een
te hoge temperatuur wordt het vermogen van de kookplaat automatisch verlaagd of wordt de
kookplaat automatisch uitgeschakeld.
Kookduurbegrenzer
De kookduurbegrenzer is een veiligheidsfunctie van uw kookplaat. Deze wordt
geactiveerd als u vergeet de kookplaat uit te schakelen. Afhankelijk van de gekozen
instelling wordt de kookduur als volgt begrensd:
Kookniveau Maximale gebruikstijd
1-2-3 8 uur
4-5-6 4 uur
7-8-9 2 uur
Gezond koken
Rookpunt van diverse oliesoorten
Geadviseerd wordt om de oliesoort af te stemmen op de baktemperatuur om zo gezond
mogelijk te bakken. Elke oliesoort heeft een ander rookpunt waarbij giftige gassen vrijkomen.
In onderstaande tabel staat het rookpunt van diverse oliesoorten.
Olie Rookpunt °C Olie Rookpunt °C
Extra vierge olijfolie 160 °C Zonnebloemolie 227 °C
Boter/kokosolie 177 °C Maïsolie/arachideolie 232 °C
Koolzaadolie 204 °C Olijfolie 242 °C
Vierge olijfolie 216 °C Rijstolie 255 °C
VEILIGHEID

NL 7
GEBRUIK
Inductiegeluiden
Een tikkend geluid
• Dit wordt veroorzaakt door de vermogensbegrenzer op de linker- en rechterzones.
Ook bij lagere instellingen kunt u een tikkend geluid horen.
Pannen maken geluid
• Pannen kunnen tijdens het koken geluid maken. Dit wordt veroorzaakt door de energie die
van de kookplaat naar de pan stroomt. Bij hoge instellingen is dit bij bepaalde pannen een
heel normaal verschijnsel. Dit is niet schadelijk voor de pannen of de kookplaat.
De ventilator maakt geluid
• De kookplaat is voorzien van een ventilator om de levensduur van de elektronica te
verlengen. Als u het toestel intensief gebruikt, wordt de ventilator ingeschakeld om het
toestel te koelen en hoort u een zoemend geluid. De ventilator blijft nog enkele minuten
doorwerken nadat de kookplaat is uitgeschakeld.
Pannen
Plaats een pan altijd in het midden van een kookzone. Gebruik bij de bridge-functie altijd
een (vis)pan die minimaal één van de middenposities van de gekoppelde zones bedekt.
Pannen voor inductiekoken
Voor inductiekoken zijn pannen van een bepaalde kwaliteit vereist.
Gebruik op de inductiekookplaat geen pannen waarmee al eerder op een
gaskookplaat is gekookt. Deze zijn ongeschikt.
• Gebruik alleen pannen die geschikt zijn voor inductiekoken. Deze moeten beschikken over:
▷een dikke bodem (minimaal 2,25 mm);
▷een vlakke bodem.
Met een magneet kunt u controleren of uw pannen geschikt zijn. De pan is geschikt
als de magneet door de bodem van de pan wordt aangetrokken.
Geschikt Ongeschikt
Speciale roestvrijstalen pannen Aardewerk
Class Induction Roestvrij staal
Slijtvaste geëmailleerde pannen Porselein
Geëmailleerde gietijzeren pannen Koper/aluminium
Kunststof

NL 8
GEBRUIK
Wees voorzichtig met geëmailleerde pannen van plaatstaal! Het emaille kan
afsplinteren (het emaille komt los van het staal) als u de kookplaat op een hoge stand
inschakelt terwijl de pan (te) droog is; de panbodem kan kromtrekken, bijvoorbeeld
vanwege oververhitting of door gebruik van een te hoog vermogen.
• Gebruik nooit pannen met een vervormde basis. Een holle of bolle bodem kan de werking
van de beveiliging tegen oververhitting belemmeren. Het toestel wordt dan te warm.
Hierdoor kan de glasplaat barsten en de panbodem smelten. Schade die het gevolg is van
het gebruik van ongeschikte pannen of van droogkoken, valt buiten de garantie.
Minimale pandiameter
• De minimale diameter van de panbodem:
▷12 cm voor zone ø 18 cm
• U bereikt het beste resultaat met een pan van dezelfde diameter als de kookzone.
De kookzone wordt niet ingeschakeld als een pan te klein is.
• Op bridge-inductiekookzones moet een vispan (ovale pan) minimaal 25 cm lang zijn.
Snelkookpannen
• Inductiekoken is bij uitstek geschikt voor het gebruik van snelkookpannen. De kookzone
reageert zeer snel, waardoor de snelkookpan ook snel op druk is. Het kookproces stopt
onmiddellijk zodra u een kookzone uitschakelt.
Vermogen instellen
De kookzones hebben negen vermogensstanden. Daarnaast is er een booststand. Nadat u de
kookplaat hebt ingeschakeld, kunt u binnen 10 seconden de gewenste kookzone kiezen.
Stel de vermogensstand in door de plustoets (+) of mintoets (-) aan te raken (zie: Bediening).
Vermogensverdeling kookzones
• Afhankelijk van hoe de vermogensbegrenzing is ingesteld, is het maximaal in te stellen
vermogen afhankelijk van de hoeveelheid zones die tegelijk gebruikt worden. Als de
maximale stand is bereikt klinkt er een geluidssignaal. Als een derde of vierde zone wordt
ingeschakeld, worden de actieve kookzones in vermogen verlaagd (het vermogen wordt
automatisch verdeeld).
• Hoe minder zones er gebruikt worden, hoe hoger het in te stellen vermogen per kookzone
is.
• Als de vermogensbegrenzer op maximaal 7000W is ingesteld, kunnen zowel een linker als
een rechter kookzone tegelijk op boost worden ingesteld.

NL 9
Vermogensbegrenzing
(7 kW of 3.5 kW)
Maximale instelling
Links
voor Links
achter Rechts
achter Rechts
voor
7 kW (P5)
4 zones in gebruik 9b9b
b9b9
b b 9
3.5 kW (P2)
4 zones in gebruik 5757
5 5 7
3.5 kW (P2)
3 zones in gebruik 8680
0686
6 0 6
6 8 0
Pandetectie
Als de kookplaat na het instellen van het vermogen geen (ijzerhoudende) pan detecteert,
knipperen het symbool voor pandetectie en de geselecteerde vermogensinstelling beurtelings op
het display en schakelt de kookplaat niet in. Indien u niet binnen 1 minuut een (ijzerhoudende)
pan op de kookzone plaatst, wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld (zie ook het
hoofdstuk ‘Pannen’).
Meldingen op het display
Display Status
De kookplaat is ingeschakeld en staat standby. Deze indicatie verschijnt naast
elke kookzonetoets.
De kookplaat is ingeschakeld en staat standby. Deze indicatie verschijnt naast de
timertoets.
Vermogen van een kookzone: 1 = lage instelling / 9 = hoge instelling
Boost-functie actief.
Indicatie timerkoppeling. Deze indicatie verschijnt als de timer is gekoppeld aan de
kookzone.
Geen (geschikte) pan op de kookzone (pandetectiesymbool).
Kinderslot actief.
GEBRUIK

NL 10
GEBRUIK
Display Status
Symbool voor zonekoppeling: de bridge-inductiekookzones zijn gekoppeld.
Restwarmte-indicator: de kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmte-
indicator waarmee wordt aangegeven welke kookzone nog warm is. Ondanks dat
de kookplaat is uitgeschakeld, blijft de indicator Hzichtbaar zolang de kookzone
warm is!
Raak de kookzones niet aan wanneer deze indicator brandt.
Gevaar! Risico op brandwonden.
Pauzefunctie geselecteerd.
Foutcodes: zie de probleemoplossingstabel.
Kookinstellingen
Aangezien de instellingen afhankelijk zijn van de hoeveelheid en samenstelling van het gerecht in
de pan, geldt de onderstaande tabel alleen als richtlijn.
Gebruik de boost-instelling voor:
snel aan de kook brengen van voedsel of vloeistof / slinken van groene groenten / verhitten van
olie en vet / wokken.
Gebruik instelling 9 voor:
aanbraden van vlees / bereiden van vis / bakken van omeletten / bakken van gekookte
aardappelen / frituren van voedsel.
Gebruik instelling 7 en 8 voor:
bakken van dikke pannenkoeken / bakken van dikke lappen gepaneerd vlees / bakken van
bacon (vet) / koken van rauwe aardappelen / bakken van wentelteefjes / bakken van gepaneerde
vis / doorkoken van pasta / bakken van dunne (gepaneerde) lappen vlees.
Gebruik instelling 4-6 voor:
doorkoken van grote hoeveelheden / ontdooien van harde groenten / bakken van dikke lappen
gepaneerd vlees.
Gebruik instelling 1-3 voor:
trekken van bouillon / stoven van vlees / zacht koken van groenten / smelten van chocolade /
pocheren / smelten van kaas.

NL 11
Bereiding starten
Gebruik van de aanraaktoetsen
Plaats uw vingertop plat op een toets. U hoeft geen druk uit te voeren. De aanraaktoetsen
reageren alleen op lichte druk van een vingertop. Bedien de toetsen niet met andere objecten.
Na activering van een toets klinkt er een geluidssignaal.
1. Raak de aan-/uittoets aan en houd deze vast totdat u een geluidssignaal hoort.
▷De kookplaat wordt ingeschakeld.
▷‘-’ of ‘--’ verschijnt in alle displays.
2. Raak binnen zestig seconden een selectietoets van een kookzone aan.
▷Er klinkt een kort geluidssignaal en bijhorend display ernaast gaat knipperen.
3. Raak de mintoets (-) of plustoets (+) aan om een vermogensstand te selecteren.
▷De kookzone start op de ingestelde vermogensstand, zichtbaar in de display.
▷Raak de selectietoets aan en wijzig met de mintoets (-) of plustoets (+) een instelling van
een kookzone.
Boostfunctie
U kunt de boostfunctie gebruiken om max. vijf minuten op de hoogste vermogensstand te koken.
De boostfunctie kan alleen worden geactiveerd als deze voor de geselecteerde kookzone kan
worden gebruikt.
1. Raak in stand ‘9’ nogmaals de plustoets (+) aan om de booststand te starten.
▷Wanneer boost wordt geselecteerd, knipperen de boostindicator b en de vorige
vermogensstand om en om op de display. Na vijf minuten in de booststand schakelt de
kookzone terug naar de eerdere vermogensinstelling.
▷Raak de mintoets (-) aan om de boostinstelling uit te schakelen.
Klaar met koken
1. Zet de vermogensstand op nul (0) om de kookzone uit te schakelen.
2. Schakel de kookplaat uit door de aan-/uittoets aan te raken.
▷Na het uitschakelen verschijnt ‘H’ op de display van een kookzone die nog warm is.
Raak de plustoets (+) en mintoets (-) tegelijkertijd aan om de geselecteerde kookzone
direct op nul (0) in te stellen.
BEDIENING

NL 12
Bridge-inductiekookzones koppelen
De bridge-inductiekookzones kunnen aan elkaar worden gekoppeld. Hierdoor ontstaat één grote
zone die u kunt gebruiken voor een grote vispan of één grote kookpan.
1. Schakel de kookplaat in.
2. Raak de bridge-inductiekookzone selectietoets aan om de kookzones aan elkaar te
koppelen.
▷Het symbool voor zonekoppeling wordt op het achterste display weergegeven.
▷Nul (0) wordt op het voorste display weergegeven.
3. Raak de plustoets (+) of mintoets (-) aan om een vermogensstand in te stellen (voor beide
gekoppelde zones).
▷De kookzone start op de ingestelde vermogensstand, zichtbaar in de display.
▷Raak de bridge-inductiekookzone selectietoets nogmaals aan en wijzig met de
mintoets (-) of plustoets (+) de instelling van de bridge-inductiekookzones.
Raak de selectietoets van de kookzone linksvoor of linksachter aan om de bridge-
inductiekookzones los te koppelen.
Kinderslot
U kunt de toetsen vergrendelen om onbedoeld gebruik te voorkomen (bijvoorbeeld kinderen die
de kookzones per ongeluk inschakelen). Alleen de aan-/uittoets is actief.
1. De kookplaat staat in de gebruiks- of stand-bymodus.
2. Raak de kinderslottoets aan en houd deze vast totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Het timerdisplay toont ‘Lo’.
▷Het kinderslot is geactiveerd.
3. Raak nogmaals de kinderslottoets aan en houd deze vast totdat u een geluidssignaal hoort.
▷Het kinderslot is gedeactiveerd.
Koken pauzeren
U kunt het koken pauzeren in plaats van de kookplaat uit te zetten. De kookplaat gaat uit als de
pauzefunctie niet binnen 10 minuten wordt uitgeschakeld.
1. Raak tijdens gebruik van de kookplaat de pauzetoets aan.
▷Alle displays geven het pauzesymbool weer.
▷Het pauzeren van het koken is geactiveerd.
2. Raak nogmaals de pauzetoets aan.
▷Het pauzeren van het koken is gedeactiveerd.
BEDIENING

NL 13
De eierwekker gebruiken
De eierwekker is niet aan een kookzone gekoppeld. De eierwekker schakelt de kookzone niet
uit.
Let op!
De eierwekker kan alleen gebruikt worden als de kookplaat is ingeschakeld en er
minimaal één kookzone in gebruik is. Als er geen kookzone wordt gebruikt, schakelen
de kookplaat en de eierwekker na 60 seconden uit.
De kookplaat is ingeschakeld en voor minimaal één kookzone is het vermogen ingesteld.
1. Raak de timertoets aan om de eierwekker in te schakelen.
▷Het timerdisplay geeft ‘10’ weer.
2. Stel de tijd in met de plustoets (+) en mintoets (-).
▷De tijd begint meteen af te tellen.
▷Nadat de ingestelde tijd is verstreken klinkt er gedurende 30 seconden een alarm.
3. Raak de timertoets aan om het alarm uit te schakelen.
Raak de plustoets (+) of mintoets (-) aan en houd deze vast om de tijd in te stellen met
stappen van 10 minuten.
Raak de plustoets (+) en mintoets (-) tegelijkertijd aan om de eierwekker direct op nul
(00) in te stellen.
De timer gebruiken
De timer is gekoppeld aan een kookzone. Nadat de ingestelde tijd is verstreken schakelt de
kookzone automatisch uit.
De kookplaat is ingeschakeld en voor minimaal één kookzone is het vermogen ingesteld.
1. Selecteer de kookzone waaraan u een kookwekker wilt koppelen.
▷De display van de kookzone gaat knipperen.
2. Raak de timertoets aan om de timer te starten.
▷Het timerdisplay geeft ‘10’ weer.
▷Het timerindicatielampje naast het vermogensniveau van de kookzone gaat knipperen.
3. Selecteer een kookduur met de plustoets (+) en mintoets (-).
▷Nadat de ingestelde tijd is verstreken, schakelt de kookzone uit en klinkt er een kort
geluidssignaal.
BEDIENING

NL 14
De ingestelde kookduur wijzigen
U kunt de kooktijd op elk gewenst moment wijzigen.
1. Raak een selectietoets van een kookzone aan om de actieve kookzone te selecteren
waarvan u de timer wilt wijzigen.
▷Een knipperende timerindicatie naast het vermogensniveau van de kookzone geeft aan
welke kookzone actief is.
2. Raak de timertoets aan.
3. Raak de plustoets (+) of mintoets (-) binnen 5 seconden aan om de tijd te wijzigen.
▷Als u de tijd niet binnen 5 seconden wijzigt door op de toetsen te drukken, blijft de
oorspronkelijke kookduur ongewijzigd.
Resterende kookduur controleren
De timer geeft de resterende hoeveelheid tijd weer voor de kookzone waarvan de stip naast het
vermogensniveau knippert. Wanneer meer dan één kooktimer is ingesteld, wordt de kortste tijd
weergegeven op het display.
1. Raak een selectietoets van een kookzone aan om de actieve kookzone te selecteren
waarvan u de resterende hoeveelheid tijd wilt controleren.
▷Een knipperende timerindicatie naast het vermogensniveau van de kookzone geeft aan
welke kookzone actief is.
▷Op de timer wordt de resterende tijd van de geselecteerde kookzone weergegeven.
De timer uitschakelen
Voer de volgende stappen uit om de timer uit te schakelen voordat de ingestelde tijd is
verstreken:
1. Raak een selectietoets van een kookzone aan om de actieve kookzone te selecteren
waarvan u de timer wilt uitschakelen.
▷Een knipperende timerindicatie naast het vermogensniveau van de kookzone geeft aan
welke kookzone actief is.
2. Raak de timertoets aan.
3. Raak tegelijkertijd de mintoets (-) en plustoets (+) aan om de timer uit te schakelen.
▷Het timerindicatielampje naast het vermogensniveau van de kookzone gaat uit.
BEDIENING

NL 15
Vermogensbegrenzer
Het instellen van de vermogensbegrenzer mag alleen worden uitgevoerd door een
erkende en gekwalificeerde installateur. Lees de veiligheidsvoorschriften en de
installatie-instructies zorgvuldig door.
De kookplaat is voorzien van een vermogensbegrenzer. Als het totale vermogen van de actieve
kookzones het maximaal beschikbare vermogen overschrijdt, wordt het vermogen automatisch
verlaagd. Het display van de kookzone die in vermogen wordt verlaagd knippert eerst; het niveau
wordt dan automatisch verlaagd naar het hoogste beschikbare vermogen.
De begrenzer is af fabriek ingesteld op 7000 W, maar het is mogelijk om deze instelling te
wijzigen (zie tabel).
Timerdisplay Instelling van de
vermogensbegrenzing
P1 2500 W
P2 3500 W
P3 4500 W
P4 5500 W
P5 7000 W
1. Schakel de kookplaat in.
2. Raak gelijktijdig de plustoets (+) en de kinderslottoets aan.
▷Het timerdisplay geeft ‘P5’ weer.
3. Selecteer een andere instelling met de plustoets (+) of mintoets (-).
4. Raak nogmaals gelijktijdig de plustoets (+) en de kinderslottoets aan om de instelling te
bevestigen.
▷De kookplaat schakelt uit.
VERMOGENSBEGRENZER

NL 16
Reiniging
Tip!
Activeer het kinderslot voordat u de kookplaat gaat reinigen.
Dagelijkse reiniging
• Hoewel overgekookt voedsel niet kan inbranden in het glas, verdient het aanbeveling de
kookplaat direct na gebruik schoon te maken.
• Voor de dagelijkse reiniging kunt u het best een vochtige doek met een mild reinigingsmiddel
gebruiken.
• Maak de glasplaat droog met een stuk keukenpapier of met een droge handdoek.
Hardnekkige vlekken
• Ook hardnekkige vlekken zijn te verwijderen met een mild reinigingsmiddel, bijvoorbeeld
afwasmiddel.
• Verwijder watervlekken en kalkaanslag met azijn.
• Metaalsporen (ontstaan door schuiven van pannen) zijn vaak lastig te verwijderen.
Hiervoor zijn speciale producten verkrijgbaar.
• Verwijder voedselresten met een glasschraper. Ook gesmolten kunststof en suiker kunt u
het beste verwijderen met een glasschraper.
Nooit gebruiken!
• Gebruik nooit schuurmiddelen. Deze laten krassen achter waarin vuil en kalkaanslag zich
kunnen ophopen.
• Gebruik nooit scherpe voorwerpen zoals staalwol of schuursponsjes.
ONDERHOUD

NL 17
Algemeen
Schakel de kookplaat onmiddellijk uit als u een barst in het glas ziet (hoe klein ook). Haal de
stekker uit het stopcontact of zet de (automatische) zekering(en) in de meterkast uit. Bij een
permanente aansluiting zet u de stroomtoevoer op nul. Neem contact op met de serviceafdeling.
Probleemoplossingstabel
Als het toestel niet naar behoren werkt, betekent dit niet altijd dat het defect is.
Probeer het probleem eerst zelf op te lossen door de onderstaande punten na te lopen.
U kunt voor meer informatie ook terecht op de website www.etna.nl.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display gaat branden
wanneer de kookplaat
de eerste keer wordt
ingeschakeld.
Dit is de normale
opstartroutine.
Normale werking.
De ventilator blijft nog enkele
minuten doorwerken nadat de
kookplaat is uitgeschakeld.
De kookplaat koelt af. Normale werking.
In het begin is het mogelijk
dat u een lichte geur ruikt.
Het nieuwe toestel wordt
opgewarmd.
Dit is normaal en verdwijnt
nadat het toestel een aantal
keer is gebruikt. Ventileer de
keuken.
De pannen maken geluid
tijdens het koken.
Dit wordt veroorzaakt door de
energie die van de kookplaat
naar de pan stroomt.
Bij hoge instellingen is dit
bij bepaalde pannen een
heel normaal verschijnsel.
Dit is niet schadelijk voor de
pannen of de kookplaat.
U hebt een kookzone
ingeschakeld maar
het display toont ‘u’.
De gebruikte pan is niet
geschikt voor inductiekoken
of heeft een diameter van
minder dan 12 cm.
Gebruik een geschikte pan.
Een kookzone stopt
plotseling en u hoort een
signaal.
De vooraf ingestelde tijd is
verstreken.
Normale werking.
De kookplaat werkt niet en
er verschijnt niets op het
display.
Er is geen stroom vanwege
een defecte kabel of defecte
aansluiting.
Controleer de zekeringen en
de elektriciteitsschakelaar (bij
een vaste aansluiting).
Bij het inschakelen van
de kookplaat slaat er een
stop door.
Foutieve elektrische
aansluiting.
Laat de elektrische
aansluiting controleren.
PROBLEMEN OPLOSSEN

NL 18
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
In de displays wordt
symbool Lo weergegeven.
De kinderslotfunctie is actief. Deactiveer de
kinderslotfunctie.
Foutcode E1/E2. Voedingsspanning of
-frequentie wijkt af van de
nominale waarden.
Schakel de kookplaat uit en
laat deze afkoelen (H verdwijnt
van de displays). Schakel de
kookplaat in. Als dezelfde fout
opnieuw wordt weergegeven,
neemt u contact op met een
erkende servicemedewerker.
Foutcode E3/E4. Interne temperatuur van de
kookplaat is te hoog.
Schakel de kookplaat uit en
laat deze afkoelen (H verdwijnt
van de displays). Schakel de
kookplaat in. Als dezelfde fout
opnieuw wordt weergegeven,
neemt u contact op met een
erkende servicemedewerker.
Foutcode E5/E6. Interne temperatuur van de
kookplaat is te hoog.
Fout bij ventilator links of
rechts.
Luchtuitlaat geblokkeerd,
bijvoorbeeld door papier.
Controleer of de luchtuitlaat
van de ventilator vrij is. Als de
foutcode niet verdwijnt, neemt
u contact op met een erkende
servicemedewerker.
Foutcode F3 - F8. Temperatuursensor van de
zone defect.
Neem contact op met de
servicedienst.
Foutcode F9 - FD Temperatuursensor van de
interne electronica defect.
Neem contact op met de
servicedienst.
PROBLEMEN OPLOSSEN

NL 19
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Informatie volgens verordening (EU) 66/2014
Metingen volgens EN60350-2
Modelaanduiding KIF160ZT
Type kookplaat Inductiekookplaat
Aantal elektrische kookzones en/of kookgebieden 4
Verwarmingstechnologie Kookzones/gebieden op basis van
inductie
Voor ronde elektrische kookzones: de diameter van
het bruikbare oppervlak per elektrisch verwarmde
kookzone in cm
18,0
Zone
LV
18,0
Zone
LA
18,0
Zone
RV
18,0
Zone
RA
Energieverbruik per kookzone of kookgebied berekend
per kg (ECelektrische kookplaat) in Wh/kg 198,3 189,1 183,1 195,0
Energieverbruik voor de kookplaat berekend per kg
(ECelektrische kookplaat) in Wh/kg 191,4

NL 20
MILIEUASPECTEN
Verpakking en apparaat afdanken
Bij de productie van dit apparaat is gebruik gemaakt van duurzame materialen.
Dit apparaat moet aan het einde van zijn levenscyclus op verantwoorde wijze worden afgedankt.
De overheid kan u hierover informatie verstrekken.
De verpakking van het apparaat is recyclebaar. Mogelijk zijn de volgende materialen gebruikt:
• karton;
• polyetheenfolie (PE);
• CFK-vrij polystyreen (PS-hardschuim).
Deze materialen moeten op verantwoorde wijze en conform de overheidsvoorschriften worden
afgedankt.
Om te wijzen op de noodzaak van gescheiden inzameling van
elektrische huishoudelijke apparatuur, is op het product het symbool
van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht. Dit betekent dat het
apparaat aan het einde van zijn levensduur niet met het gewone
huisvuil mag worden meegegeven. Het apparaat moet naar een
speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling van de gemeente
worden gebracht of naar een verkooppunt dat deze dienst aanbiedt.
Het apart inleveren van huishoudelijke apparaten voorkomt mogelijk
negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid, en zorgt ervoor
dat de materialen in deze apparaten kunnen worden teruggewonnen,
waardoor in aanzienlijke mate kan worden bespaard op energie en
grondstoffen.
Verklaring van conformiteit
Wij verklaren dat onze producten voldoen aan de toepasselijke Europese richtlijnen,
normen en voorschriften, evenals aan alle vereisten in de normen waarnaar wordt
verwezen.
This manual suits for next models
1
Table of contents
Languages:
Other ETNA Hob manuals
Popular Hob manuals by other brands

Cata & Can Roca
Cata & Can Roca IDB 6003 PRO BK Installation, use and maintenance instructions

Atag
Atag HG11 MD Series Instructions for use

Asko
Asko H8 Use and care guide

Brandt
Brandt ti1000b user manual

Electrolux
Electrolux EHS 746 K operating instructions

Logik
Logik LCHOBTC10 Instruction & installation manual