regelmatig op beschadigingen en gebruik het apparaat niet wanneer u deze
constateert maar laat het eerst repareren.
7. Het gebruik van een verlengsnoer wordt afgeraden omdat dit oververhitting en brand
kan veroorzaken. Is het gebruik van een verlengsnoer onvermijdelijk, zorg dan voor
een onbeschadigd, goedgekeurd drieaderig verlengsnoer met een minimale doorsnee
van 2,5 mm², geschikt voor minimaal 3500 Watt (HDP3) / 10.000 Watt (HDP9) /
16.000 Watt (HDP15). Rol het snoer altijd geheel af om oververhitting te voorkomen!
8. Om overbelasting en doorgebrande zekeringen te voorkomen geen andere
apparatuur op hetzelfde stopcontact of dezelfde elektrische groep aansluiten als
waar de kachel op aangesloten is.
9. Gebruik de kachel niet buitenshuis en niet in ruimtes, kleiner dan 30m³ (HDP3) / 90
m³ (HDP9) / 150 m³ (HDP15).
10. Een kachel bevat inwendig hete en/of gloeiende en vonkende delen. Gebruik hem
dus niet in een omgeving waar brandstoffen, verf, ontbrandbare vloeistoffen en/of
gassen enz. worden bewaard.
11. Plaats de kachel niet vlakbij- onder- of gericht op een stopcontact en niet in de buurt
van open vuur of warmtebronnen.
12. Gebruik de kachel niet vlakbij of gericht op meubels, dieren, gordijnen, papier,
kleding, beddengoed of andere brandbare zaken. Houd deze minstens 1 meter van de
kachel verwijderd!
13. Bedek een kachel nooit! Aanzuig- en uitblaasopeningen mogen op geen enkele wijze
worden geblokkeerd, om brand te voorkomen. Gebruik de kachel dus ook nooit om
kleding op te drogen of iets op te zetten en plaats hem niet op zachte oppervlakken
als een bed of hoogpolig tapijt, waardoor openingen afgesloten kunnen raken.
14. De lucht rond een kachel moet vrij kunnen circuleren. Plaats hem dus niet te dicht op
muren of grote voorwerpen en niet onder een plank, kast o.i.d.
15. Voorkom dat vreemde voorwerpen door de ventilatie- of uitblaasopeningen de
kachel binnendringen. Dit kan een elektrische schok, brand of beschadiging
veroorzaken.
16. Laat een werkende kachel nooit zonder toezicht achter maar schakel hem éérst uit
en neem vervolgens de stekker uit het stopcontact. Altijd stekker uit het stopcontact
als de kachel niet in gebruik is! Pak de stekker daartoe in de hand; trek nooit aan het
koord!
17. Schakel altijd de kachel uit, neem de stekker uit het stopcontact en laat de kachel
eerst afkoelen wanneer u:
- de kachel wilt schoonmaken
- onderhoud aan de kachel wilt uitvoeren
- de kachel aanraakt of verplaatst. Gebruik daarvoor de
handgreep of trolly (HDP15)!
18. Deze kachel wordt heet tijdens het gebruik. Om brandwonden te voorkomen niet met
de blote huid de hete oppervlakken aanraken!
19. Stel de kachel niet automatisch in werking d.m.v. een tijdklok o.i.d. Voor gebruik dient
er altijd op veilige omstandigheden te worden gecontroleerd!