Berker Radio Detector 180 User manual

1825 197 21 08.2006
Funkbus
Funk-Wächter 180
Radio Detector 180
Draadloze detector 180
Best. Nr.: 0174 0109
Bedienungsanleitung
Operating Instructions
Bedieningshandleiding

32
GB NL
3
Contents
1. Function ................................... 5
2. Fitting ....................................... 9
3. Settings ....................................17
4. Start-Up ...................................19
5. Normal Operation ....................25
6. Specifications ..........................29
7. Troubleshooting........................31
8. Acceptance of guarantee ........33
Inhoudsopgave
1. Functie ..................................... 5
2. Montage ................................... 9
3. Instellingen...............................17
4. Inbedrijfstelling.........................19
5. Standaardbedrijf ......................25
6. Technische gegevens .............. 29
7. Storingsanalyse .......................31
8. Garantie ...................................33
D
Inhaltsverzeichnis
1. Funktion ................................... 4
2. Montage ................................... 8
3. Einstellungen ...........................16
4. Inbetriebnahme........................18
5. Normalbetrieb ..........................24
6.Technische Daten ....................28
7. Fehleranalyse ..........................30
8. Gewährleistung ........................32
Funkbus

54
1. Function
The radio detector (Fig. a) responds
to thermal movements triggered by
persons, animals or objects (Fig. b).
The detector transmits a radio data
telegram which is received and
evaluated by all switching and
dimming actors of the radio system
(exception: shutter actors) and the
radio power boost unit.
When using radio switching and
dimming actors, observe the switch-
on time preset in the actor (see Radio
Actor operating instructions).
When a radio power boost unit is
used as a receiver, the switch-on
time and the brightness value below
which the system is activated can be
preset. This receiver also permits
additional functions such as "2 hours
on" or "2 hours off".
The radio detector is operated with a
conventional 9 V alkaline block
battery.
1. Functie
De draadloze detector (afb.a)
reageertop warmtebeweging,veroor-
zaakt door personen, dieren of voor-
werpen (afb.b).De detector zendt een
radiogram, dat door alle schakel- en
dimactors van het draadloos zend-
systeem (uitzondering:jaloezieactors)
en de draadloze vermogens-opvoer-
eenheid wordt geëvalueerd.
Bij gebruik van draadloze schakel- of
dimactor letten op de inschakel-duur
van de actor (zie bedienings-
handleiding ‘Draadloze actor’).
Bij gebruik van een draadloze ver-
mogensopvoereenheid als ontvanger
kan zowel de inschakelduur als de
helderheidswaarde,bijonderschrijding
waarvan het systeem actief wordt,
wordeningesteld.Met dezeontvanger
zijn tevens hulpfuncties zoals 2 uren
ingeschakeld, resp. 2 uren uitge-
schakeld mogelijk.
De draadloze observer werkt op een
9 V alkaline-blokbatterij.
1. Funktion
Der Funk-Wächter (Abb. a) reagiert
auf Wärmebewegung, ausgelöst
durch Personen, Tiere oder Gegen-
stände (Abb. b). Er sendet ein Funk-
Telegramm, welches von allen Schalt-
und Dimmaktoren des Funkbus-
Systems(Ausnahme:Jalousieaktoren)
und dem Funk-Leistungsteil ausge-
wertet wird.
Bei Verwendung von Funk-Schalt-
oder Dimmaktoren beachten Sie
bitte die im Aktor eingestellte Ein-
schaltdauer (siehe Bedienungs-
anleitung Funk-Aktor).
Bei Verwendung eines Funk-
Leistungsteils als Empfänger kann
sowohl die Einschaltdauer als auch
der Helligkeitswert, bei dessen
Unterschreitung das System aktiv
wird, eingestellt werden. Mit diesem
Empfänger sind auch Zusatzfunk-
tionen wie 2 Stunden eingeschaltet,
bzw. 2 Stunden ausgeschaltet
möglich.
Der Wächter wird mit einer handels-
üblichen 9 V Alkaline-Blockbatterie
betrieben.

76
1.1 Detection range
With its 144 sensor elements
arranged in 3 levels, the radio
detector covers a dense, semi-
circular detection range (Fig. c).
Detection range dimensions:
ca.16 m x 32 m (Fig. d). The areas
represented
in different shades of gray in the figure
show the 3 detection levels.
The 3 detection levels are defined
as follows (Fig. e):
Near range: approx.0 m - 3 m
Center range: approx.3 m - 9 m
Far range: approx.9 m - 16 m
The indicated range is valid for a
mounting height of 2.40 m, sensor
head not tilted, direction of
movement perpendicular to the
radio detector and large enough
temperature difference between
moving body and the environment.
1.1 Detectieveld
De draadloze detector heeft een
halfcirkelvormig detectieveld met 3
niveaus en 144 schakelsegmenten
(afb. c).
Grootte van het detectieveld:
ca.16 m x 32 m (afb. d). De grijs
gearceerde gebieden geven de 3
bewakingsniveaus aan.
De 3 bewakingsniveaus zijn als
volgt gedefinieerd (afb. e):
Nabijbereik: ca. 0 m - 3 m
Middenbereik: ca. 3 m - 9 m
Verafbereik: ca. 9 m - 16 m
De aangegeven reikwijdte geldt voor
een montagehoogte van 2,40 m,
sensorkop niet schuin gericht,
bewegingsrichting dwars op de
draadlozedetectorenvoldoendegroot
temperatuurverschil tussen het
bewegendevoorwerp endeomgeving.
1.1 Erfassungsfeld
Der Funk-Wächter verfügt über ein
dichtes, halbkreisförmiges
Erfassungsfeld mit 3 Ebenen und
144 Schaltsegmenten (Abb. c).
Größe des Erfassungsfeldes:
ca.16 m x 32 m (Abb. d). Die
Grauwerte in der Abbildung
kennzeichnen die 3
Überwachungsebenen.
Die 3 Überwachungsebenen sind
wie folgt definiert (Abb. e):
Nahbereich: ca. 0 m - 3 m
Mittelbereich: ca. 3 m - 9 m
Fernbereich: ca. 9 m - 16 m
Die angegebene Reichweite bezieht
sich auf Montagehöhe 2,40 m,
Sensorkopf nicht geneigt,
Bewegungsrichtung seitlich zum
Funk-Wächter und ausreichender
Temperaturdifferenz zwischen
bewegtem Körper und Umgebung.

98
2. Fitting
2.1 Selection of mounting
location
Because of the fact that no cables
must be laid, the user is free in his
choice of the technically and
optically most convenient place of
installation for the the radio detector.
For an optimal detection range, the
radio detector should be installed
2.40 m high and perpendicular to
the walking direction (Fig. f) to
prevent detection range losses.
Attentionmustbe paidto disturbances
from animals, bushes moving in the
wind,passing vehiclesorlamps inside
the detection range of the sensor.
If necessary, the detection range of
the radio detector must be restricted
with the snap-on lens mask supplied
with the unit.
The sensor must not be installed
directly above a lamp (Fig. g).The
temperature drop occuring after a
lamp has been switched off may be
detected as a heat change and cause
the sensor to switch on again.
Do not touch the sensor window
(Fig. h) and do not turn the window
towards the sun to prevent the
sensing elements from being
irreparably damaged by the high
thermal energy received.
2. Montage
2.1 Keuze van de montage-
positie
Omdatde gebruikergeenkabels hoeft
te installeren, kan de montagepositie
van de draadloze detector geheel vrij
naar technische- en optische
gezichtspunten worden gekozen.
Voor een optimale reikwijdte dient
men de draadloze detector op een
hoogte van 2,40 m dwars op de
looprichting te monteren (afb. f),
anders moet met reikwijdteverlies
rekening worden gehouden.
Op storingsbronnen, b.v. dieren,
door de wind bewogen struiken,
voertuigen of lampen binnen het
detectiegebied, letten.
Zo nodig het detectiebereik van de
draadloze detector met bijgeleverde
opschuif- en afdekkapje beperken.
De detector niet direct boven een
lamp monteren (afb. g). Een
afkoelende lamp kan als thermische
verandering worden herkend en
ertoe leiden, dat het toestel opnieuw
inschakelt.
Het detectorvenster niet aanraken
(afb. h) en niet op de zon richten.
Sensors worden door de hoge
warmte-energie van de zon
beschadigd.
2. Montage
2.1 Auswahl des Standortes
Da der Anwender keinen Zwängen
zur Leitungsführung unterliegt, kann
der Montageort des Funk-Wächters
völlig frei nach technischen und
optischen Gesichtspunkten
ausgewählt werden.
Für optimale Reichweite ist der Funk-
Wächter in 2,40 m Höhe und
seitlich zur Gehrichtung zu montieren
(Abb. f), andernfalls ist mit Reich-
weiteneinbußen zu rechnen.
Auf Störquellen, z.B.Tiere, vom
Wind bewegte Sträucher, Kraftfahr-
zeuge oder Lampen im Erfassungs-
bereich achten.
Gegebenenfalls Erfassungsbereich
des Funk-Wächters mit beiliegender
Aufsteck- und Abdeckblende
einschränken.
Nicht direkt über eine Leuchte
montieren (Abb.g). Ein abkühlendes
Leuchtmittel kann als Wärme-
änderung erkannt werden und zu
erneutem Einschalten führen.
Nicht auf das Sensorfenster fassen
(Abb. h). Sensorfenster nicht in
Richtung Sonne ausrichten.
Sensoren werden durch die hohe
Wärmeenergie zerstört.

1110
The radio detector must be installed
at a vibration-free location to
prevent sensor movements from
triggering a switching action.
2.2 Radio detector installation
Safety instructions
Attention
Electrical equipment must be
installed and fitted by qualified
electricians only.
Before fitting, open the condensed-
waterdrainhole(Fig.i!)(leaveclosed
when fitting the unit in dusty rooms).
To install the radio detector, fix the
connection box of the sensor with 2
screws (Fig. j).
For installation of the radio detector
under ceilings, use the separate
"mounting bracket" (Fig. k !).
Fix the bracket with 2 screws at the
ceiling and attach the radio detector
with the central screw.
De draadloze detector trillingvrij
monteren,aangezien ookbewegingen
van de detector eveneens het toestel
kunnen doen inschakelen.
2.2 Montage van de draadloze
detector
Veiligheidsinstructies
Attentie!
Inbouw en montage van elektrische
apparaten mogen uitsluitend door
een erkend installatiebedrijf
worden uitgevoerd.
Voorafgaand aan montage eerst de
condenswateropening (afb. i!)
openen (niet bij montage in stoffige
ruimten).
Om de draadloze detector te
monteren, de aansluitdoos van het
toestel met 2 schroeven bevestigen
(afb. j).
Voor montage van de draadloze
detector op het plafond de
bijgeleverde “montagehoekstaal”
(afb. k !) gebruiken.
De montagehoekstaal met 2
schroeven op het plafond bevestigen
en de aansluitdoos van de detector
met centrale schroef monteren.
Den Funk-Wächter vibrationsfrei
montieren, da Sensorbewegungen
ebenfalls das Schalten auslösen
können.
2.2 Montage Funk-Wächter
Gefahrenhinweise
Achtung!
Einbau und Montage elektrischer
Geräte dürfen nur durch eine
Elektrofachkraft erfolgen.
Vor der Montage Kondenswasser-
loch (Abb. i !) öffnen (nicht bei
Montage in staubigen Räumen).
Zur Montage des Funk-Wächters
Anschlussdose des Gerätes mit
2 Schrauben befestigen (Abb. j).
Zur Montage des Funk-Wächters
unter Decken, separates Zubehörteil
"Montagewinkel" (Abb. k !)
einsetzen.
Montagewinkel mit 2 Schrauben an
der Decke befestigen und Funk-
Wächter-Anschlussdose mit Zentral-
schraube anbringen.

1312
2.3 Funk-Übertragung
Die Funk-Übertragung erfolgt auf
einem nicht exklusiv verfügbarem
Übertragungsweg,deshalb können
Störungen nicht ausgeschlossen
werden.
Die Funk-Übertragung ist nicht
geeignet für Sicherheits-Anwen-
dungen, z.B. Not-Aus, Not-Ruf.
Die Reichweite eines Funk-Systems
ist abhängig von der Leistung der
Sender, der Empfangscharakteristik
der Empfänger, der Luftfeuchtigkeit,
der Montagehöhe und den bauli-
chen Gegebenheiten des Objekts.
Beispiele für Materialdurchdringung:
Material Durchdringung
Holz, Gips,
Gipskartonplatten ca. 90 %
Backstein,
Pressspanplatten ca. 70 %
armierter Beton ca. 30 %
Metall, Metallgitter,
Alukaschierung ca. 10 %
Regen, Schnee ca. 0 - 40 %
2.3 Draadloze transmissie
De radiografische transmissie
geschiedt via een niet-exclusieve
transmissielijn, derhalve kunnen
storingen niet worden uitgesloten.
Deze draadloze transmissie is niet
geschikt voor beveiligings-
toepassingen, b.v. nood-
uitschakeling, nood-alarm.
Hetzendbereikvaneendraadlooszend-
systeemisafhankelijkvanhetvermogen
van de zender, de ontvangstkarakte-
ristiek van de ontvangers, de lucht-
vochtigheid, demontagehoogte en de
bouwtechnischesituatievanhetobject.
Voorbeeldenvoormateriaalpenetratie:
Droog materiaal Penetratie
hout, gips, gipskartonplaat ca. 90 %
baksteen, spaanplaat ca. 70 %
gewapend beton ca. 30 %
metaal, metalen hekwerk,
alum. laminaat ca. 10 %
regen, sneeuw ca. 0 - 40 %
2.3 Radio transmission
Radio transmission takes place on
non-exclusive frequencies.
Therefore, interference cannot be
excluded.This type of radio trans-
mission is not suitable for safety
applications such as emergency
shut-off or emergency calling
functions.
The range of a radio-control system
depends on transmitter power,
receiver characteristics, air humidity,
fitting height and building conditions.
The figure illustrates the penetration
of building materials by radio waves:
Dry material Permeability
wood, plaster,
gypsum-plasterboards abt. 90 %
brickwork, chipboards abt. 70 %
reinforced concrete abt. 30 %
metall, metal grids,
aluminium overlay abt. 10 %
rain, snow abt. 0 - 40 %

1514
Hinweise zum Funkbetrieb
-Das Zusammenschalten dieser
Funkanlagemit anderen Kommuni-
kationsnetzen ist nur im Rahmen
von nationalen Gesetzen zulässig.
- Diese Funkanlage darf nicht zur
Kommunikation über Grundstücks-
grenzen hinweg genutzt werden.
- Beim Betrieb in Deutschland sind
im übrigen die Hinweise aus der
Allgemeinzuteilung im Amtsblatt
Vfg 73/2000 zu beachten.
- BeibestimmungsgemäßerVerwen-
dung entspricht dieses Gerät den
Anforderungen der R&TTE Richtli-
nie (1999/5/EG).
Eine vollständige Konformitäts-
erklärung finden Sie im Internet
unter: www.berker.de
Der Funk-Wächter darf in allen
EU- und EFTA-Staaten betrieben
werden.
Radio operation
-The inter-connection of this radio
system with other communication
networks must comply with
national legislation.
- This radio system must not be used
for communicationbeyondproperty
boundaries.
- Operation in Germany is subject
to the relevant regulations (Amts-
blatt Vfg 73/2000).
- If utilized in conformity with its
designated use, this unit fulfills
the requirements of the R&TTE
Directive (1999/5/EC).The
complete declaration of conformity
can be found in the internet
under: www.berker.de
The Radio detector may be
operated in all EU and EFTA
countries.
Aanwijzingen voor gebruik van het
zendtoestel
-Aansluitingvandezezendinstallatie
op andere communicatienetten is
uitsluitend binnen het kader van de
nationale wet geving toegestaan.
- Deze zendinstallatie mag niet voor
communicatie tot buiten het eigen
erf worden gebruikt.
- Bijgebruik inDuitslandgeldenvoorts
de instructies van de Duitse Toewij-
zing Algemene Frequenties (Allge-
meinzuteilung), zoals vervat in het
Duitse publicatieblad (Amtsblatt),
beschikking Vfg 73/2000.
- Bijcorrect gebruik voldoetdittoestel
aan de vereisten conform de
R&TTE richtlijn (1999/5/EG).
Een volledige conformiteitsver-
klaring vindt u op internet onder:
www.berker.de
De draadloze detector mag in alle
EU- en EFTA-staten worden
gebruikt.

1716
3. Settings
Detection range
To adapt the field of detection of the
radio detector to local conditions,
the sensor head can be tilted and
turned. For opening and closing the
sensor connection box, it is
necessary to tilt the sensor head.
The angle of turn (Fig. m !) and tilt
(Fig. m ") is marked on a scale on
the radio detector housing so that
the desired position can easily be
reproduced.
Sensitivity
The sensitivity (SENS.) can be
adapted to the tilt of the sensor
head (Fig. n).
1. Select the highest sensitivity.
2. Walk around the field of detection.
Use the walk test mode for this
purpose, if necessary (see „5.2.
Radio detector functions“).
3. Reduce the sensitivity if the
detection range is too wide
3. Instellingen
Detectiegebied
Omhet detectieveldvande draadloze
detector aan de plaatselijke om-
standigheden aan te passen, kan de
sensorkop gekanteld en gedraaid
worden.Omde detector-aansluitdoos
te kunnen openen en sluiten dient de
sensorkop te worden gekanteld.
Daartoe kan de draai- (afb. m !) en
kantelhoek (afb. m ") van een
verdeelschaalop debehuizing vande
draadlozedetectorworden afgelezen.
De gewenste stand kan zo steeds
opnieuw worden ingesteld.
Gevoeligheid
De gevoeligheid (SENS.) kan al naar
gelang de schuinstelling van de
sensorkopworden aangepast(afb.n).
1. Kies de hoogste gevoeligheid.
2. Doorschrijd het detectieveld.
Gebruik hiervoor zo nodig de
looptest-stand (zie hoofdstuk „5.2.
Draadloze observer functies“)
3. Reduceer de gevoeligheid bij
ongewenste overreikwijdte
3. Einstellungen
Erfassungsbereich
Um das Erfassungsfeld des Funk-
Wächters örtlichen Gegebenheiten
anzupassen, kann der Sensorkopf
geneigt und gedreht werden. Zum
Öffnen und Schließen der Sensor-
Anschlussdoseist eserforderlich,den
Sensorkopf zu neigen.
Hierzu ist der Dreh- (Abb. m !) und
Neigungswinkel (Abb.m ") auf einer
Skalierung am Funk-Wächter-
Gehäuseablesbarunddiegewünschte
Stellung jederzeit reproduzierbar.
Empfindlichkeit
Die Empfindlichkeit (SENS.) kann in
Abhängigkeit von der Neigung des
Sensorkopfes angepasst werden
(Abb. n).
1. Wählen Sie die grösste
Empfindlichkeit.
2. Schreiten Sie das Erfassungsfeld
ab. Nutzen Sie hierzu gegebenen-
falls den Gehtestbetrieb (siehe
Kapitel „5.2. Funk-Wächter
Funktionen“)
3. Reduzieren Sie dieEmpfindlichkeit
bei unerwünschter Überreichweite

1918
3.1Using the snap-on lens
mask
The lens mask supplied can be used
toeliminate sources ofinterferenceby
restraining the angle of detection.
To do so, cut out the mask to obtain
the required opening (Fig. o !) and
snap on the sensor head (Fig. o ").
Blanking out one side of the field
Fig. p !blanked-out area
Fig. p "controlled area
Blanking out the far field
To blank out the far field cut out only
the lower half of the lens masking
strips.
Abb. q !blanked-out area
Abb. q "controlled area
4. Start-up
Battery
Risk and disposal instructions
Attention!
Keep batteries away from
children.
Remove empty batteries
immediately and discard without
polluting the environment.
Replace batteries only by
identical or equivalent types.
3.1Gebruik van het opschuif-
en afdekkapje
Met de bijgeleverde kapjes kunnen
storingsbronnen via beperkingvan de
detectiehoek worden uitgeschakeld.
Daartoe het opschuifkapje (afb. o !)
uitsnijden en op de sensorkop
(afb. o ") schuiven.
Zijdelings gebied afdekken
afb. p !uitgekoppeld gebied
afb. p "bewaakt gebied
Veraf-gebied uitkoppelen
Om het veraf-gebied uit te koppelen,
alleen de onderste lamellen van het
kapje uitsnijden.
afb. q !uitgekoppeld gebied
afb. q "bewaakte gebied
4. Inbedrijfstelling
Batterij
Gevaar- en milieu-instructie
Attentie!
Batterijen uit de buurt van
kinderen houden.
Lege batterijen onmiddellijk na
het verwijderen in container voor
chemisch afval deponeren.
Batterijenuitsluitend door batterijen
van hetzelfde type vervangen.
3.1Anwendung der Aufsteck-
und Abdeckblende
Mit den beiliegenden Blenden sind
Störquellen durch Eingrenzung des
Erfassungswinkels auszuschalten.
Dazu die Aufsteckblende (Abb. o !)
ausschneiden und auf den
Sensorkopf (Abb. o ") schieben.
Seitlichen Bereich ausblenden
Abb. p !ausgeblendeter Bereich
Abb. p "überwachter Bereich
Fernbereich ausblenden
Um den Fernbereich auszublenden,
nur untere Blendenlamellen
ausschneiden.
Abb. q !ausgeblendeter Bereich
Abb. q "überwachter Bereich
4. Inbetriebnahme
Batterie
Gefahren-und Entsorgungshinweis
Achtung!
Batterien gehören nicht in
Kinderhand.
Verbrauchte Batterien sofort
entfernen und umweltfreundlich
entsorgen.
Batterien nur durch identischen
oder gleichwertigen Typ ersetzen.

2120
Inserting or replacing the battery
1. Open the radio detector housing
by slackening the screw on top
(Fig. r).
2. Connect the 9V alkaline block
battery and lay the cables as
shown in figure s around the
screw guide. Make sure that the
cables are not crushed and that
the battery is connected with
correct polarity.
3. After inserting the battery, the red
LED lights up for ca. 1 minute
(Fig. t #). Thereafter, the detector
is for 10 minutes in the walking
test / programming mode.This
mode is indicated by brief
flashing of the red LED.
Important
Make sure that no actuator is in the
programming mode during this time
to avoid unintentional programming.
Programming the radio detector
into a receiver
In the programming mode of a radio
detector, the sensitivity of a radio
receiver is reduced to approx. 5 m.
Therefore, the distance between the
radio receiver and the radio detector
to be programmed should be between
0.5 m and 5 m.
Batterij plaatsen resp. vervangen
1. Open de behuizing van de
draadloze observer, door de
schroef op het bovendeel van de
behuizing los te draaien (afb. r)
2. Sluit de alkaline-9V battterij aan en
legdebatterijkabelsovereenkomstig
de afb.s om de schroefgeleiding.
Eropletten datde kabelsniet geplet
worden. Op juiste poolaansluiting
letten!
3. Na plaatsing van de batterij
brandt de rode LED gedurende
ca. 1 min (afb. t #). Daarna staat
de observer gedurende
ca. 10 minuten in de looptest/
teachstand. Deze stand wordt
door kort knipperen van de LED
gesignaleerd.
Aanwijzing
Let er gedurende deze periode op,
dat er geen actor in de leermodus
staat, om onbedoeld inteachen te
verhinderen.
Inteachen op draadloze ontvanger
Bij het teachen van een draadloze
observer is de gevoeligheid van de
draadloze ontvanger tot ca. 5 m
gereduceerd. De afstand tussen
draadloze ontvanger en de in te
teachen draadloze observer dient
derhalve tussen 0,5 m en 5 m te
bedragen.
Batterie einsetzen bzw. tauschen
1. Öffnen Sie das Gehäuse des
Funk-Wächters, indem Sie die
Schraube auf dem Gehäuse-
oberteil lösen (Abb. r).
2. Schliessen Sie den Alkaline 9 V
Block an und verlegen Sie die
Batteriekabel gemäß Abb. s um
den Schraubendom. Achten Sie
darauf, dass die Kabel nicht
gequetscht werden. Achten Sie
auf korrekte Polung!
3. Nach Einlegen der Batterie
leuchtet die rote LED für ca. 1 min
(Abb t #). Danach befindet sich
der Wächter für ca. 10 Minuten im
Gehtest / Einlernbetrieb. Dieser
wird durch kurzes Blinken der LED
angezeigt.
Hinweis
Achten Sie in dieser Zeit darauf das
sich kein Aktor im Zuordnungs-
modus befindet um ein uner-
wünschtes Einlernen zu vermeiden.
Einlernen in Funkempfänger
Beim Lernen eines Funk-Wächters
ist die Empfindlichkeit des Funk-
Empfängers auf ca. 5 m reduziert.
Der Abstand zwischen dem Funk-
Empfänger und dem einzulernenden
Funk-Wächtersolltedeshalb zwischen
0,5 m und 5 m liegen.
t

2322
Programming procedure
1. Disconnect the battery from the
connecting terminal for about 2
min. (capacitor discharging time).
2. Reconnect the battery.The red
LED lights up for ca. 1 min
(Fig. u #). After this, the detector
will be in the walk test/pro-
gramming mode.This mode is
indicated by brief flashing of the
red LED. In this mode, the
detector will evaluate movements
independently of the brightness.
Each telegram sent in this
connection can be programmed
into the receiver. If the detector
does not sense any movement
for ca. 2 minutes, the walking
test / programming mode ends
automatically.
3. Set the radio receiver to the pro-
gramming mode (see radio
receiver operating instructions).
4. Now, make a movement in the
detection field so that the detector
sends a programmable telegram.
Theradio receiverwillacknowledge
the programming mode (see radio
receiver operating instructions).
5. Reset the radio receiver to the
normal operating mode (see radio
receiver operating instructions).
Inteachen - Procedure
1. Ontkoppel de batterij ca. 2 min.
Van de aansluitklem,(condensator-
ontlaadtijd).
2. Sluit de batterij opnieuw aan en
wacht ca. 1 min (afb u #). Daarna
staat de detector gedurende
ca. 10 min in de looptest-/
teachstand. Deze stand wordt
door kort knipperen van de rode
LED gesignaleerd. In deze modus
evalueert de detector bewegingen
helderheids-afhankelijk. Elk daarbij
verzonden radiogram kan op de
ontvanger worden ingeteacht.
Zodra de observer ca. 2 min. geen
bewegingen heeft herkend, verlaat
deze automatisch de looptest-/
teachstand.
3. Schakel de draadloze ontvanger in
de teachmodus (zie bediening-
shandleiding„Draadlozeontvanger“).
4. Genereer vervolgenseen beweging
in het detecetieveld van de
observer, zodat deze een
inteachbaar radiogram verzendt.
De rode LED knippert ca. 4 keer.
De draadloze ontvanger bevestigt
deprogrammering(zie bedienings-
handleiding„Draadlozeontvanger“).
5. Schakel de draadloze ontvanger
terug in de bedrijfsstand (zie
bedieningshandleiding „Draadloze
ontvanger“).
Einlernen - Vorgehensweise
1. Trennen Sie die Batterie für ca.2 min
von der Anschlussklemme, (Kon-
densator-Entladezeit).
2. Schließen Sie die Batterie wieder
an, die rote LED leuchtet für
ca. 1 min (Abb u #).
Danach befindet sich der Wächter
für ca. 10 min im Gehtest-/ Ein-
lernbetrieb. Dieser wird durch
kurzes Blinken der roten LED
angezeigt. In diesem Betrieb wertet
der Wächter Bewegungen hellig-
keitsunabhängigaus.Jedeshierbei
gesendetete Telegramm ist im
Empfänger einlernbar. Erkennt der
Wächter ca. 2 min keine
Bewegung,verlässt er automatisch
den Gehtest-/ Einlernbetrieb.
3. Schalten Sie den Funk-Empfänger
indenLernmodus(sieheBedienungs-
anleitung „Funk-Empfänger“).
4. Lösen Sie nun eine Bewegung im
Erfassungsfeld des Wächters aus,
so dass dieser ein einlernbares
Telegramm sendet. Die rote LED
blinkt ca. 4 mal.
Der Funk-Empfänger quittiert den
Einlernvorgang (sieheBedienungs-
anleitung „Funk-Empfänger“).
5. Schalten Sie den Funk-Empfänger
wieder in den Betriebsmodus
(sieheBedienungsanleitung „Funk-
Empfänger“).
u

2524
Deleting a radio detector from the
radio receiver
A radio detector already programmed
can be deleted by programming
another one into the receiver.
5. Normal operation
5.1 Status indicator LEDs
The red LED (Fig. v #) flashes four
times when a radio telegram is being
sent. If it flashes again for about
another 10 times the battery will be
exhausted (LowBatt) and should be
replaced.
5.2 Radio Detector functions
Walk test/programming mode
After connecting the battery, the red
LED lights up for ca.1 min (Fig. v #).
Thereafter, the detector is for
10 minutes in the walking test /
programming mode. This mode is
indicated by brief flashing of the red
LED. In this mode, the detector will
evaluate movements independently
of the brightness.Each telegram sent
inthis connectioncan beprogrammed
into the receiver. If the detector does
not sense any movement for
ca. 2 minutes, the walking test /
programming mode ends
automatically.
Important
Make sure no actuator is in the
learning mode during this time to
prevent undesired programming.
Wissen op de draadloze ontvanger
Eenreedsingeprogrammeerdedraad-
lozedetector kunt u viauitvoering van
een nieuwe inteachprocedure op de
draadloze ontvanger wissen.
5. Standaardbedrijf
5.1 LED-indicatie
De rode LED (Abb. v #) knippert
tijdens het zenden van een
radiogram ca. 4 keer. Knippert de
LED daarna nog eens ca. 10 keer, is
de batterij leeg (LowBatt) en moet
vervangen worden.
5.2 Draadloze detector-functies
Looptest-/ Teach-modus
Na aansluiting van de batterij brandt
de rode LED gedurende ca. 1 min
(afb. v #). Daarna staat de observer
gedurende ca. 10 minuten in de
looptest/ teachstand. Deze stand
wordt door kort knipperen van de
rode LED gesignaleerd.
In deze stand evalueert de observer
bewegingenhelderheidsonafhankelijk.
Elk daarbij verzonden radiogram kan
op de ontvanger worden ingeteacht.
Zodra de observer ca. 2 min. geen
bewegingen heeft herkend, verlaat
deze automatisch de looptest-/
teachstand.
Aanwijzing
Let er gedurende deze periode op,
dat er geen actor in de teachmodus
staat, om onbedoeld inteachen te
verhinderen.
Löschen im Funk-Empfänger
Einenbereits erlerntenFunk-Wächter
können Sie durch einen erneuten
Lernvorgang im Funk-Empfänger
löschen.
5. Normalbetrieb
5.1 LED-Anzeige
Die rote LED (Abb. v #) blinkt beim
Senden eines Funk-Telegramms ca.
4 mal. Blitzt sie danach noch ca. 10
mal, dann ist die Batterie leer
(LowBatt) und sollte ausgewechselt
werden.
5.2 Funk-Wächter-Funktionen
Gehtest-/ Einlernbetrieb
Nach Anschließen der Batterie
leuchtet die rote LED für ca. 1 min
(Abb v #). Erst dann befindet sich
der Wächter für ca. 10 min im
Gehtest-/ Einlernbetrieb. Dieser wird
durch kurzes Blinken der roten LED
angezeigt.
In diesem Betrieb wertet der Wächter
Bewegungen helligkeitsunabhängig
aus. Jedes hierbei gesendetete Tele-
gramm ist im Empfänger einlernbar.
Erkennt der Wächter ca. 2 min keine
Bewegung, verlässt er automatisch
den Gehtest-/ Einlernbetrieb.
Hinweis
Achten Sie in dieser Zeit darauf das
sich kein Aktor im Lernmodus
befindet um ein unerwünschtes
Zuordnen zu vermeiden.
v
w

2726
Daytime operation
The radio detector samples the bright-
ness every 8 s.
If the illumination drops below a value of
80 lux, the sensor switches over to night-
time operation after approx. 1 minute.
Nighttime operation
When detecting a movement, the
radio detector measures and
determines the brightness and
sends a radio data telegram to the
receiver.
If the illumination exceeds a value of
200 lux, the sensor switches over to
daytime operation.The lockout time
is approx.8 s during which the sensor
cannot detect any movement.
Low battery voltage
Once the battery voltage falls below a
critical value, a „LowBat“ signal will be
sent to the programmed receivers.This
signal is evaluated by suitable
receivers (e.g.radio power boost unit).
Low battery voltage is indicated in
the radio detector by the red LED
(Fig. x).
Dagstand
De draadloze detector meet de
lichtsterkte om de 8 s.
Wordt daarbij een waarde lager dan
80 lux, schakelt het toestel na ca. 1
minuut in de nachtstand.
Nachtstand
Bij detectie van een beweging meet
de draadloze detector de lichtsterkte,
evalueert deze en zendt een radio-
gram naar de ontvanger.
Bij een lichtsterkte van meer dan 200
lux schakelt de draadloze detector in
de dagstand.
Devergrendelingstijdbedraagt ca.8s,
d.w.z. gedurende deze tijd kan de
draadloze detector geen beweging
herkennen.
Batterij-onderspanning
Zodrade batterijspanningde kritische
waarde onderschrijdt wordt een
„Low-Bat“-signaalnaarde ingeteachte
ontvangers gezonden. Dit wordt door
geschikte ontvangers geëvalueerd
(b.v.systeem-vermogensopvoereenheid).
Op de draadloze observer wordt
batterij-onderspanning gesignaleerd
door de rode LED (afb. x).
Tagbetrieb
Der Funk-Wächter misst alle 8 s die
Beleuchtungsstärke.
Wird hierbei ein Wert unter 80 Lux
ermittelt, wird nach ca. 1 Minute der
Nachtbetrieb aufgerufen.
Nachtbetrieb
Bei Detektion einer Bewegung misst
der Funk-Wächter die Beleuchtungs-
stärke, wertet sie aus und sendet ein
Funk-Telegramm zum Empfänger.
Bei einer Beleuchtungsstärke über
200 Lux wechselt der Funk-Wächter
in den Tagbetrieb.
Die Verriegelungszeit beträgt ca. 8 s,
d.h. in dieser Zeit kann der Funk-
Wächter keine Bewegung erkennen.
Batterieunterspannung
Sobald die Batteriespannung einen
kritischen Wert unterschreitet wird
ein„Low-Bat“-Signalzu den gelernten
Empfängern gesendet. Dieses wird
von geeigenten Empfängern ausge-
wertet (z.B. Funk-Leistungsteil).
Am Funk-Wächter erfolgt die Signali-
sierung der Batterieunterspannung
durch die rote LED (Abb. x).
x

2928
6.Technische Daten
Versorgung
Nennspannung: 9 V DC
Batterietyp: 9 V Block Alkaline
Funkübertragung
Sendeleistung: < 10 mW
Sendefrequenz: 433,42 MHz, ASK
Reichweite: ca. 100 m (Freifeld)
Funk-Codes: > 1 Mrd.
Erfassung
Erfassungsradius: ca. 16 m
Erfassungsfeld: ca. 180 °
Montagehöhe: ca. 2,40 m
Empfindlichkeit: ca. 20% - 100%
Auswertung
Arbeitsbereich: ca. 3 - 200 Lux,
+/- 50%
Sensor, Normalbetrieb ≤80 Lux
Sensor, Nachtriggerung: ≤200 Lux
Sensor ist aus: > 200 Lux
Temperaturbereich: -25 °C - +55 °C
Schutzart: IP 55
Hinweis:
Der Funk-Wächter ist nicht sabotage-
gesichert und deshalb zum Einsatz in
Alarmanlagen nicht geeignet.
Technische Änderungen vorbe-
halten.
6.Technical specifications
Power supply
Nominal voltage: 9 V DC
Type of battery: alkaline 9 V block
Radio transmission
Transmit power: < 10 mW
Transmitfrequency:433.42MHz, ASK
Range: approx.100 m (free field)
Transmit codes: > 1 bn
Detection
Detection radius: approx. 16 m
Detection field: approx. 180 °
Installation height: approx. 2.40 m
Sensitivity: 20% - 100%
Evaluation
Operating range:approx.3 - 200 lux,
+/- 50%
Sensor, normal operation ≤80 Lux
Sensor, retriggering: ≤200 Lux
Sensor off: > 200 Lux
Temperature range: -25 °C - +55 °C
Type of protection: IP 55
Important:
The radio detector is not protected
against acts of sabotage and is
therefore not suited for use in
alarm systems.
Subject to technical changes.
6.Technische gegevens
Voeding
Nominale spanning: 9 V DC
Batterijtype: 9 V blokbatterij Alkaline
Draadloze transmissie
Zendvermogen: < 10 mW
Zendfrequentie: 433,42 MHz, ASK
Zendbereik: ca. 100 m (open veld)
Zendcodes: > 1 mrd.
Detectie
Detectieradius: ca. 16 m
Detectieveld: ca. 180 °
Montagehoogte: ca. 2,40 m
Gevoeligheid: ca. 20% - 100%
Evaluatie
Werkgebied: ca. 3 - 200 Lux,
+/- 50%
Sensor, standaardbedrijf ≤80 Lux
Sensor, natriggering: ≤200 Lux
Sensor is uit: > 200 Lux
Temperatuurgebied: -25 °C - +55 °C
Beveiliging: IP 55
Aanwijzing:
De draadloze detector is niet tegen
sabotage beveiligd en derhalve
voor gebruik in alarminstallaties niet
geschikt.
Technische wijzigingen
voorbehouden.

3130
7. Fehleranalyse
Funk-Wächter reagiert nicht
•Die Umgebungshelligkeit
(gemessen wird die Beleuchtungs-
stärke E) ist zu groß:
E > 80 Lux, Wechsel inTagbetrieb,
bei Nachtriggerung: E > 200 Lux
•Die Verriegelungszeit beim Über-
gang von Tag- zu Nachtbetrieb ist
noch nicht abgelaufen (ca.1
Minute).
•Die Batterie ist erschöpft (rote
LED am Funk-Leistungsteil blinkt).
Bitte die Batterie überprüfen und
gegebenenfalls austauschen.
Funk-Wächter reagiert dauernd
•Die Empfindlichkeit ist zu groß
eingestellt.
•Der Funk-Wächter befindet sich
im Gehtest-/Einlernbetrieb
(s. Kapitel 5.2).
•Es erfolgt dauernd eine Bewegung
im Erfassungsfeld des Funk-
Wächters.
Bitte geben Sie diese Bedienungs-
anleitung nach der Installation
Ihrem Kunden.
7.Troubleshooting
Theradiodetector does not respond
•Theambient brightness(measured
illuminance E) is too high:
E > 80 lux, sensor has changed
over to daytime operation,
during retriggering: E > 200 lux
•Lock-out time during transition
from daytime to nighttime
operation not yet elapsed (abt. 1
minute).
•Battery exhausted (red LED in
Radio Power Boost Unit lit up).
Check battery and replace, if
necessary.
Radio detector permanently
responding
•Sensitivity set too high.
•The radio detector is in the walk
test/programming mode
(see chapter 5.2).
•Constantly moving objects inside
the detection range of the radio
detector.
Please hand these operating
instructions over to the customer
after the installation.
7. Storingsanalyse
Draadloze detector reageert niet
•De omgevingslichtsterkte
(gemeten wordt de lichtsterkte E)
is te groot:
E > 80 lux, omschakeling op dag-
stand, bij natriggering: E > 200 lux
•De vergrendelingstijd bij
omschakeling van dag- op
nachtstand is nog niet afgelopen
(ca. 1 minuut).
•De batterij is leeg (rode LED op
draadloze schakelunit knippert).
De batterij controleren enzo nodig
vervangen.
Draadloze detector reageert
onophoudelijk
•Degevoeligheidistegrootingesteld.
•De draadloze observer staat in de
looptest-/teach-modus
(z. hfdstuk 5.2).
•Er volgt een voortdurende
beweging in het detectieveld van
de draadloze detector.
Gelieve deze bedienings-
handleiding na installatie aan uw
klant te overhandigen.

3332
Berker GmbH & Co. KG
Abt.Service Center
Klagebach 38
D-58579Schalksmühle
Telefon: 0 23 55 / 90 5-0
Telefax: 0 23 55 / 90 5-111
Berker GmbH & Co. KG
Klagebach 38
D-58579Schalksmühle
Germany
Telephone: [phone] / 90 5-0
Telefax: +49 (0) 23 55 / 90 5-111
Berker GmbH & Co. KG
Klagebach 38
D-58579Schalksmühle
Germany
Telefoon: +49 (0) 23 55 / 90 5-0
Fax: [phone] / 90 5-111
Funkbus
8. Gewährleistung
Wir leisten Gewähr im Rahmen der
gesetzlichen Bestimmungen.
Bitte schicken Sie das Gerät por-
tofrei mit einer Fehlerbeschreibung
an unsere zentrale Kundendienst-
stelle:
8. Garantie
Wij bieden garantie in het kader van
de wettelijke bepalingen.
U gelieve het apparaat franco met
een beschrijving van de fout/
storing aan onze centrale service-
afdeling te zenden.
8.Guarantee
Our products are under guarantee
within the scope of the statutory
provisions.
Please return the unit postage paid
to our central service department
givingabrief description of thefault:

3534
NotizenNotizen

36
Mehr Informationen unter: Berker GmbH & Co. KG
Postfach 1160, 58567 Schalksmühle/Germany
Telefon [phone], Telefax +49 (0) 23 55/905-111
www.berker.de