Carat SL-1255 Installation instructions

Veiligheidsvoorschriften
Instructions de sécurité
Safety instructions
Sicherheitshinweise
Sikkerhedsinstruktioner
Säkerhetsinstruktioner
Sikkerhetsinstruksjoner
SL-1255
Nederlands 2
Français 16
English 29
Deutsch 41
Dansk 55
Svenska 68
Norsk 81

2
NL
SPECIFICATIES
Model SL-1255
Ingangsvermogen 1.800 W
Spanning, frequentie Zie naamplaatje machine
Onbelaste snelheid (no) 9.000 min-1
Max. bladdiameter Ø 125 mm
Boorgrootte blad 22,23 mm (7/8")
Max. snijdiepte 40 mm
Max. kanaalbreedte 35 mm
Afmetingen (LxBxH) 365 mm x 151 mm x 247 mm
Gewicht (zonder kabel en blad) 4,7 kg (10,36 lb)
1. Hoofdhandgreep
2. Trekkerschakelaar
3. Vrijgaveknop trekker
4. Stofpoort
5. Zijhandgreep
6. Diepteregelaar
7. Wiel
8. Basis
9. Begrenzingspen
10. Kijkspleten
11. Netsnoer
12. Waarschuwingslampje
belasting
13. Borstelkap
14. Motor
15. Gereedschapsvrije
asschroef
16. Lipje
14.
13.
12.
11.
1. 2. 3. 4.
5.
10.
9.
8.
7.
6.
16.
15.

3
NL
ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidswaarschuwingen en alle instructies. Als de
waarschuwingen en instructies niet worden nageleefd, kan dit leiden tot elektrische schokken, brand
en/of ernstige letsels.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies voor toekomstig gebruik. De term "elektrisch gereedschap”in
de waarschuwingen verwijst naar uw elektrisch gereedschap op netvoeding (met snoer) of uw elektrisch
gereedschap op batterijvoeding (zonder snoer).
1) VEILIGHEID OP DE WERKPLEK
a. Zorg ervoor dat de werkplek schoon blijft en goed verlicht is. Rommelige of donkere ruimtes vragen
om ongevallen.
b. Gebruik elektrische gereedschappen niet in explosiegevaarlijke omgevingen, bijvoorbeeld op
plaatsen waar brandbare vloeistoffen, gassen of stof aanwezig zijn. Bij het gebruik van elektrische
gereedschappen ontstaan vonken, die het stof of de dampen kunnen ontsteken.
c. Zorg ervoor dat kinderen en omstaanders uit de buurt blijven wanneer u elektrisch gereedschap
gebruikt. Bij afleiding kunt u de controle verliezen.
2) ELEKTRISCHE VEILIGHEID
a. De stekkers van elektrische gereedschappen moeten passen in het stopcontact. De stekker mag
nooit op de ene of andere wijze worden gewijzigd. Gebruik nooit adapterstekkers voor geaarde
elektrische gereedschappen.
Als de stekkers niet worden gewijzigd en het stopcontact overeenstemt met de stekker wordt het risico
op elektrische schokken verminderd.
b. Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken zoals leidingen, radiateurs, kookplaten en
koelkasten. Er is een verhoogd risico op elektrische schokken als uw lichaam geaard is.
c. Stel elektrische gereedschappen niet bloot aan regen of natte omstandigheden. Als er water
binnendringt in elektrisch gereedschap, is er een groter risico op elektrische schokken.
d. Maak geen verkeerd gebruik van het snoer. Gebruik het snoer nooit om het elektrische
gereedschap te dragen, om eraan te trekken of om de stekker uit te trekken. Houd het snoer uit de
buurt van warmte, olie, scherpe randen of bewegende onderdelen. Beschadigde of verstrikte
snoeren verhogen het risico op elektrische schokken.
e. Wanneer elektrische gereedschappen buiten worden gebruikt, moet een verlengsnoer worden
gebruikt dat geschikt is voor buitengebruik. Bij gebruik van een snoer dat geschikt is voor
buitengebruik wordt het risico op elektrische schokken verminderd.
f. Als elektrisch gereedschap onvermijdelijk moet worden gebruikt op een vochtige locatie, dient
een aardlekschakelaar te worden gebruikt. Bij gebruik van een aardlekschakelaar wordt het risico op
elektrische schokken verminderd.

4
NL
3) PERSOONLIJKE VEILIGHEID
a. Blijf alert, kijk wat u doet en gebruikt uw gezond verstand wanneer u elektrisch gereedschap
gebruikt. Gebruik elektrisch gereedschap niet wanneer u moe bent of wanneer u onder de invloed
bent van drugs, alcohol of medicatie. Als u tijdens het gebruik van elektrische gereedschappen een
moment de aandacht verliest, kan dat leiden tot ernstige persoonlijke verwondingen.
b. Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen. Draag altijd oogbescherming. Als voor gepaste
omstandigheden beschermingsmiddelen zoals een stofmasker, antislipveiligheidsschoenen, een helm of
gehoorbescherming worden gebruikt, wordt het risico op persoonlijke letsels verminderd.
c. Voorkom ongewenst starten. Zorg ervoor dat de schakelaar in de uit-stand staat voordat u de
voedingsbron en/of de batterij aansluit of het gereedschap opneemt of meedraagt. Elektrische
gereedschappen dragen met een vinder op de schakelaar of elektrische gereedschappen onder spanning
brengen met de schakelaar aan, is vragen om ongevallen.
d. Verwijder stelsleutels of andere sleutels alvorens het elektrische gereedschap in te schakelen. Als
er een sleutel bevestigd blijft op een draaiend onderdeel van het elektrische gereedschap, kan dit leiden
tot persoonlijke letsels.
e. Probeer niet te ver te reiken. Bewaar te allen tijde uw evenwicht en houd beide voeten op de
grond. Zo heeft u een betere controle over het elektrische gereedschap in onverwachte situaties.
f. Draag gepaste kleding. Draag geen losse kleren of juwelen. Houd uw haar, kleren en
handschoenen uit de buurt van bewegende onderdelen. Losse kleren, juwelen of lang haar kunnen
verstrikt raken in bewegende onderdelen.
g. Als er voorzieningen zijn voor de aansluiting van stofafzuig- en opvangfaciliteiten, dienen deze
goed aangesloten en gebruikt te worden. Het gebruik van een stofopvangsysteem kan
stofgerelateerde gevaren beperken.
4) GEBRUIK EN VERZORGING VAN ELEKTRISCHE GEREEDSCHAPPEN
a. Elektrische gereedschappen mogen niet worden geforceerd. Gebruik het juiste elektrische
gereedschap voor uw toepassing. Het juiste elektrische gereedschap voert de taak beter en veiliger uit,
op de snelheid waarvoor het is ontworpen.
b. Gebruik het elektrische gereedschap niet als de schakelaar niet kan worden aan- of uitgezet.
Elektrisch gereedschap dat niet kan worden bediend met de schakelaar is gevaarlijk en moet worden
gerepareerd.
c. Koppel de stekker los van de voedingsbron en/of koppel de batterij los van het elektrische
gereedschap alvorens enige aanpassingen uit te voeren, accessoires te vervangen of elektrische
gereedschappen op te bergen. Deze preventieve veiligheidsmaatregelen verminderen het risico op een
ongewenst starten van het elektrische gereedschap.
d. Bewaar elektrische gereedschappen die niet worden gebruikt buiten het bereik van kinderen, en
laat het elektrische gereedschap niet gebruiken door personen die niet vertrouwd zijn met het
elektrische gereedschap of met deze instructies. Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk in de
handen van niet-opgeleide gebruikers.
e. Onderhoud elektrische gereedschappen. Controleer of er bewegende onderdelen niet goed
uitgelijnd of geblokkeerd zijn, of er onderdelen stuk zijn en of er andere omstandigheden zijn die
een ongunstige invloed kunnen hebben op de werking van het elektrische gereedschap. Als het

5
NL
elektrische gereedschap beschadigd, mag het niet worden gebruikt en dient het te worden
vervangen. Vele ongevallen worden veroorzaakt door slecht onderhouden elektrische gereedschappen.
f. Zorg ervoor dat snijgereedschappen scherp en schoon blijven. Goed onderhouden
snijgereedschappen met scherpe snijranden blokkeren minder gemakkelijk en zijn eenvoudiger te
bedienen.
g. Gebruik het elektrische gereedschap, de accessoires, de bits enz. in overeenstemming met deze
instructies, rekening houdend met de werkomstandigheden en het uit te voeren werk. Het gebruik
van een elektrisch gereedschap voor andere toepassingen dan die waar het voor bedoeld is kan leiden
tot een gevaarlijke situatie.
EILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN VOOR DOORSLIJPMACHINE
• Het bij het gereedschap geleverde scherm moet stevig bevestigd worden op het elektrische
gereedschap, en zodanig geplaatst worden dat een maximale veiligheid gegarandeerd wordt, met
zo weinig mogelijk blootstelling van de schijf aan de operator. Uzelf en de omstaanders moeten
plaatsnemen op een afstand van het vlak. Het scherm helpt de gebruiker beschermen tegen gebroken
schijragmenten en een ongewenste aanraking van de schijf.
• Gebruik diamantdoorslijpschijven voor uw elektrisch gereedschap. Als een accessoire op het
elektrische gereedschap kan bevestigd worden, is dit nog geen garantie op een veilige werking.
• Het nominale toerental van het accessoire moet minstens gelijk zijn aan het maximale toerental
dat aangeduid is op het elektrische gereedschap. Accessoires die sneller werken dan hun nominaal
toerental kunnen breken en uiteenvliegen.
• De schijven mogen alleen gebruikt worden voor de aanbevolen toepassingen. U mag
bijvoorbeeld niet slijpen met de zijkant van de doorslijpschijf. Doorslijpschijven zijn bedoeld voor
omtrekslijpwerkzaamheden. Als op deze schijven zijwaartse krachten worden uitgeoefend, kunnen ze
verbrijzeld worden.
• Gebruik voor de door u geselecteerde schijf altijd onbeschadigde schijenzen van de juiste
diameter. De juiste schijenzen bieden ondersteuning voor de schijf, waardoor de mogelijkheid dat de
schijf breekt beperkt wordt.
• Gebruik geen versleten verstevigde schijven van grotere elektrische gereedschappen. Schijven die
bedoeld zijn voor grotere elektrische gereedschappen zijn niet geschikt voor het hogere toerental van
een kleiner gereedschap, en kunnen barsten.
• De buitendiameter en de dikte van het accessoire moet binnen de nominale capaciteit van het
elektrische gereedschap liggen. Accessoires van het verkeerde formaat kunnen niet voldoende
afgeschermd of gecontroleerd worden.
• De asgrootte van de schijven en enzen moet goed passen in de as van het elektrische
gereedschap. Accessoires die niet passen bij het bevestigingsmateriaal van het elektrische gereedschap
zullen onevenwichtig werken en overmatig trillen, en kunnen leiden tot een controleverlies.
•Gebruik geen beschadigde schijven. Controleer de schijven vóór het gebruik altijd op splinters en
barsten. Als het elektrische gereedschap of de schijf gevallen is, moet u ze controleren op schade
of een onbeschadigde schijf installeren. Na de controle en installatie van de schijf moeten u en de
omstaanders plaatsnemen op een afstand van het vlak van de draaiende schijf, en het elektrische
gereedschap gedurende één minuut op het maximale onbelaste toerental laten draaien.
Beschadigde schijven komen gewoonlijk los gedurende deze testtijd.

6
NL
• Draag persoonlijke beschermingsmiddelen. Gebruik, afhankelijk van de toepassing, een
gelaatscherm, een beschermingsbril of een veiligheidsbril. Draag indien nodig een stofmasker,
gehoorbescherming, handschoenen en een werkplaatsschort die bescherming bieden tegen
kleine abrasieve fragmenten van het werkstuk. De oogbescherming moet vliegend vuil dat vrijkomt
bij verschillende werkzaamheden kunnen tegenhouden. Het stofmasker of ademhalingsapparaat moet
deeltjes die vrijkomen bij onze werkzaamheden kunnen ltreren. Een langdurige blootstelling aan lawaai
van hoge intensiteit kan gehoorverlies veroorzaken.
• Zorg dat omstaanders op een veilige afstand blijven van de werkplek. Iedereen die de werkplek
binnenkomt moet persoonlijke beschermingsmiddelen dragen. Fragmenten van het werkstuk of een
gebroken accessoire kunnen wegvliegen en letsel veroorzaken buiten het onmiddellijke werkingsgebied.
• Houd het elektrische gereedschap alleen vast aan de geïsoleerde grijpoppervlakken wanneer u
werkzaamheden uitvoert waarbij het snijaccessoire in aanraking kunnen komen met verborgen
draden of met het snoer van het gereedschap. Een snijaccessoire dat in aanraking komt met een draad
onder spanning draagt de spanning over op blootliggende metalen onderdelen van het elektrische
gereedschap, waardoor de operator een elektrische schok kan krijgen.
• Plaats het snoer op een afstand van het draaiende accessoire. Als u de controle verliest, kan het snoer
doorgesneden worden of verstrengeld raken, en kan uw hand of uw arm in de draaiende schijf getrokken
worden.
• Leg het elektrische gereedschap nooit neer tot het accessoire volledig tot stilstand is gekomen. De
draaiende schijf kan het oppervlak vastgrijpen en het elektrische gereedschap uit uw controle rukken.
• Laat het elektrische gereedschap niet werken terwijl u het op uw zij draagt. Bij een toevallig contact
met het draaiende accessoire kunnen uw kleren verstrengeld raken, waardoor het accessoire naar uw
lichaam wordt getrokken.
• Reinig regelmatig de ventilatieopeningen van het elektrische gereedschap. De ventilator van de
motor trekt het stof binnen in de behuizing, en een overmatige ophoping van metaalstof kan leiden tot
elektrische gevaren.
• Gebruik het elektrische gereedschap niet in de buurt van brandbare materialen. Deze materialen
kunnen ontstoken worden door vonken.
• Gebruik geen accessoires die vloeibare koelmiddelen vereisen. Het gebruik van water of andere
vloeibare koelmiddelen kan leiden tot elektrocutie of schokken.
TERUGSLAG EN GERELATEERDE WAARSCHUWINGEN
Een terugslag is een plotse reactie op een draaiende schijf, die geklemd is geraakt of is blijven vastzitten.
Bij het klem raken of blijven vastzitten van de draaiende schijf wordt deze snel geblokkeerd, waardoor het
ongecontroleerde elektrische gereedschap in de tegengestelde richting wordt geduwd van de richting waarin
de schijf draaide op het moment dat ze bleef vastzitten. Als een slijpschijf bijvoorbeeld blijft vastzitten of klem
raakt op het werkstuk, kan de rand van de schijf die in het knelpunt loopt het oppervlak van het materiaal
binnendringen, waardoor de schijf naar buiten klimt of uitgestoten wordt. De schijf kan naar de operator toe
of van de operator weg springen, afhankelijk van de beweging van de schijf op het moment dat ze klem raakt.
Slijpschijven kunnen ook breken onder deze omstandigheden. Een terugslag is het resultaat van een verkeerd
gebruik van het elektrische gereedschap en/of van onjuiste werkprocedures of -omstandigheden, en kan
vermeden worden door de juiste voorzorgsmaatregelen te nemen, zoals hieronder is vermeld.
• Houd het elektrische gereedschap stevig vast en zet uw lichaam en arm zodanig dat u

7
NL
terugslagkrachten kunt opvangen. Gebruik altijd de extra handgreep, indien aanwezig, voor een
maximale controle over de terugslag- of koppelreactie tijdens het opstarten. De gebruiker kan
koppelreacties of terugslagkrachten controleren als de juiste voorzorgsmaatregelen getroen worden.
• Plaats uw hand nooit in de buurt van het draaiende accessoire. Het accessoire kan terugslaan over uw
hand.
• Plaats uw lichaam niet in lijn met de draaiende schijf. Een terugslag drijft het gereedschap in de
tegengestelde richting van de beweging van de schijf op het moment dat deze blijft vastzitten.
• Ga bijzonder voorzichtig te werk bij de bewerking van hoeken, scherpe randen enz. Zorg ervoor
dat het accessoire niet springt of blijft vastzitten. Op hoeken, scherpe randen of plaatsen waar
het draaiende accessoire springt, heeft het de neiging om te blijven vastzitten, wat kan leiden tot een
controleverlies of terugslag.
• Bevestig geen houtsnijblad van een kettingzaag, een gesegmenteerde diamantschijf met een
omtrekafstand groter dan 10 mm of een getand zaagblad. Dergelijke bladen veroorzaken regelmatig
terugslagen en controleverlies.
• Laat de doorslijpschijf niet vastlopen of oefen er geen overmatige druk op uit. Probeer niet
overmatig diep te snijden. Bij een overbelasting van de schijf neemt de belasting toe en is de kans
groter dat de schijf verdraaid wordt en blijft vastzitten in de snede, en dat er een terugslag optreedt of dat
de schijf breekt.
• Als de schijf blijft vastzitten of als een snede om een bepaalde reden onderbroken wordt, moet u
het elektrische gereedschap uitschakelen en het onbeweeglijk vasthouden tot de schijf volledig
tot stilstand komt. Probeer de doorslijpschijf nooit uit de snede te verwijderen terwijl de schijf
in beweging is, omdat er een terugslag kan optreden als u dit doet. Doe een onderzoek en tref
corrigerende maatregelen om de oorzaak van de vastlopende schijf te verhelpen.
• Start de snijbewerking niet opnieuw in het werkstuk. Laat de schijf op volle snelheid komen en
breng de schijf voorzichtig terug in de snede. De schijf kan blijven vastzitten, omhoog lopen of een
terugslag veroorzaken als het elektrische gereedschap terug wordt gestart in het werkstuk.
• Ondersteun panelen voor een te groot werkstuk, om het risico op klem raken en terugslag van
de schijf tot een minimum te beperken. Grote werkstukken buigen gewoonlijk door onder hun eigen
gewicht. Onder het werkstuk moeten ondersteuningen aangebracht worden in de buurt van de snijlijn en
in de buurt van de rand van het werkstuk, aan beide kanten van de schijf.
• Wees extra voorzichtig bij het maken van een zakvormige insnijding in bestaande muren of andere
onbekende plaatsen. De uitstekende schijf kan gas- of waterleidingen, elektrische bedrading of andere
voorwerpen raken, waardoor terugslag optreedt.
5) SERVICE
Laat de service op uw elektrisch gereedschap uitvoeren door een gekwalificeerde reparateur, en
gebruik alleen identieke vervangingsonderdelen. Zo wordt de veiligheid van het elektrische gereedschap
gehandhaafd.

8
NL
SPECIFIEKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1. Houd altijd uw handen uit de buurt van het snijgebied en het snijblad! Houd uw tweede hand
op een extra handgreep. Als u de zaag vasthoudt met beide handen, kunnen uw handen niet worden
gesneden door het blad.
2. Breng uw handen niet onder het werkstuk.
3. Houd het gereedschap vast aan de grijpoppervlakken wanneer u werkzaamheden uitvoert
waarbij de snijgereedschappen in aanraking kunnen komen met verborgen draden of met het
snoer van het gereedschap. Een aanraking met een draad onder spanning draagt de spanning over op
blootliggende metalen onderdelen van het gereedschap, waardoor een operator een schok krijgt.
4. Gebruik altijd bladen met asgaten van de juiste grootte en vorm. Bladen die niet overeenstemmen
met het bevestigingsmateriaal van de zaag zullen excentrisch draaien, waardoor de controle wordt
verloren.
5. Gebruik nooit beschadigde of verkeerde asflenzen of bouten. De asflenzen en -bouten zijn speciaal
ontworpen voor uw zaag, voor de beste prestaties en voor een veilige gebruik.
6. Houd de zaag stevig vast en zet uw lichaam en arm zodanig dat u TERUGSLAG-krachten kunt
opvangen.TERUGSLAG-krachten kunnen worden gecontroleerd door de operator als de juiste
voorzorgsmaatregelen worden genomen.
7. Gebruik geen bot of beschadigd blad.
8. Gebruik alleen de aanbevolen bladen die geschikt zijn voor het maximale nominale toerental van
Symbolen die worden gebruikt in deze handleiding
V....................Volt
A...................Ampère
Hz.................Hertz
W..................Watt
~...................wisselstroom
no.................onbelast toerental
min-1..........omwentelingen of slagen per minuut
……draag een goedgekeurde veiligheidshelm
……Handen uit de buurt houden -
beknellingsgevaar.
GEVAAR! Houd uw handen uit de buurt van het
snijgebied en het snijblad.
draaiende onderdelen - verstrikkingsgevaar.
Houd uw handen, losse kleren en lang haar uit
de buurt van bewegende onderdelen
verwijder elektrische gereedschappen,
accessoires en de verpakking niet weg met het
huishoudelijke afval
……waarschuwing voor algemeen gevaar
……gereedschap klasse II
……lees deze instructies
……draag altijd oogbescherming
……draag altijd een stofmasker.
……draag altijd gehoorbescherming

9
NL
de machine (of hoger), met het juiste asgat.
9. Haal de bladbevestigingsbout en alle klemmen aan vóór het gebruik.
10. Controleer de binnenoppervlakken van de asflenzen en de zijkanten van het blad, om na te gaan
of ze vrij zijn van vreemde stoffen.
11. Controleer het blad op barsten of andere schade alvorens het te gebruiken. Vervang een gebarsten
of beschadigd blad onmiddellijk. Laat het gereedschap gedurende minstens 30 seconden onbelast
proefdraaien vóór het gebruik.
12. Start het gereedschap nooit met het werkstuk tegen het blad.
13. Laat de motor op volle snelheid komen vóór het zagen.
14. Belangrijk: Na het maken van de snijden dient u de aan/uit-schakelaar los te laten en te wachten
tot het uitloopblad volledig tot stilstand is gekomen voordat u de zaag neerlegt
15. Gebruik het gereedschap nooit in een ruimte met brandbare vaste stoffen, vloeistoffen of gassen.
Vonken van de collector/koolborstels kunnen een brand of explosie veroorzaken.
16. Dit gereedschap is ontworpen voor bepaalde toepassingen. De fabrikant beveelt sterk aan dit
gereedschap NIET te wijzigen en/of te gebruiken voor andere toepassingen dan die waarvoor het is
ontworpen. Als u vragen heeft betreffende een toepassing, mag u het gereedschap NIET gebruiken
voordat u schriftelijk contact hebt opgenomen met de fabrikant en informatie hebt ontvangen.
17. Gebruik de machine alleen voor droogzagen in steen, beton of metselwerk.
18. Gebruik de extra handgrepen die bij het gereedschap zijn geleverd. Een verlies van controle kan
leiden tot persoonlijke letsels.
19. Gebruik een aardlekschakelaar (niet inbegrepen) als bescherming tegen stroomstoten.
20. Houd het stroomsnoer uit de buurt van het werkbereik van de machine. Leid de kabel altijd weg
achter u.
21. Schakel de machine onmiddellijk uit als er ongewone trillingen of andere storingen optreden.
Controleer de machine om de oorzaak op te sporen.
22. Diamantbladen mogen alleen worden gebruikt en opgeborgen volgens de instructies van de
Fabrikant.
23. Let op de afmetingen van de bladen. De diameter van de middenboring moet zonder speling passen
op de as. Gebruik als dit niet het geval is de verloopstukken of adapters (die bij het blad worden geleverd)
om een goede passing te verzekeren.
24. Let op dat u geen verborgen elektriciteitskabels en gas- en waterleidingen raakt. Controleer voordat
u de werkzaamheden start het werkgebied, bijv. met een metaaldetector.
25. Het stof dat opkomt bij het werken met dit gereedschap kan schadelijk zijn voor de gezondheid.
Gebruik een stofafzuigsysteem en draag een gepast stofmasker, en verwijder neergeslagen stof met een
stofzuiger.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
De netwerkspanning moet overeenstemmen met de spanning die is aangegeven op het naamplaatje van
de machine. Het gereedschap mag onder geen omstandigheden worden gebruikt als de voedingskabel
is beschadigd. Een beschadigde kabel moet onmiddellijk worden vervangen door een geautoriseerd
klantenservicecentrum. Probeer een beschadigde kabel niet zelf te repareren. Het gebruik van beschadigde
voedingskabels kan leiden tot elektrische schokken.a.

10
NL
INLEIDING
Deze zaag is exclusief ontworpen voor het maken van groeven in metselwerk (parallelle dubbele sneden
in beton, metselwerk en steen), voor de installatie van water-, elektriciteits- of gasleidingen. De machine is
ontworpen voor gebruik met twee parallelle diamantbladen (niet inbegrepen). Deze machine mag niet worden
gebruikt om andere materialen te snijden. De machine mag niet worden omgevormd of gewijzigd, bijv. voor
vormen van gebruik die niet zijn aangegeven in deze gebruiksinstructies. De gebruiker wordt verantwoordelijk
gesteld voor schade en ongevallen die het gevolg zijn van een verkeerd gebruik.
UITPAKKEN
Verwijder het gereedschap en alle losse onderdelen voorzichtig uit de verpakking. Houd alle
verpakkingsmaterialen bij tot u de machine heeft geïnspecteerd en op bevredigende wijze heeft gebruikt.
OPMERKING: Vóór het gebruik moet een gepast droogzaagdiamantblad (niet inbegrepen) worden
gemonteerd op de machine.
INHOUD VAN DE DOOS
1. Muurfreesmachine
2. Set afstandsringen: 15 mm, 10 mm, 6 mm
3. Zijhandgreep
MONTAGE VAN DE DIAMANTBLADEN EN AFSTELLING VAN DE GROEFBREEDTE
MONTAGE VAN DE BLADEN
OPMERKING: Wanneer u de gereedschapsvrije asschroef niet kunt verwijderen omdat de as samen met
de schroef draait (vrijlopen), blokkeer dan de rand van de gereedschapsvrije asschroef terwijl u deze
losdraait. Hierdoor zal deze lossen.
1. Trek de stekker van machine uit en druk op de begrenzingspen om
de basis los te maken, zodat deze omlaag en weg kan draaien.
2. Breng het binnenste blad rechtstreeks op de as aan, en let er hierbij
op dat de pijl voor de draairichting van het blad en de pijl op de
machine in dezelfde richting wijzen.
3. Breng alle nodige afstandsstukken aan om de gewenste
groefbreedte te verkrijgen. De formaten zijn: 15, 10, en 6 mm.
4. Breng het buitenste blad aan.
5. Plaats alle overige afstandsstukken van de set afstandsstukken voor
bovenop het buitenste blad (zodat de as kan worden aangehaald).
6. Breng de gereedschapsvrije asschroef aan.
7. Klap het lipje op de asschroef omhoog en draai ze stevig vast. Handschoenen kunnen handig zijn om het
blad vast te houden, zodat het wordt geblokkeerd tijdens het vastdraaien van de asschroef. Klap het lipje
weer omlaag als de asschroef is vastgedraaid.
1. Blokkeer de rand
2. Draai de gereedschapsvrije
asschroef
Wanneer de gereedschapsvrije
asschroef vijloopt:

11
NL
8. Zorg bij het sluiten van de basis dat de veer goed in haar bus in de
basis is geplaatst, en druk vervolgens op de begrenzingspen, om
de basis te kunnen sluiten.
OPMERKING: Gebruik bladen met een asboring die past en die
geschikt is voor het maximale
nominale toerental (of hoger).
VERWIJDERING VAN HET BLAD
De verwijdering verloopt in de omgekeerde volgorde van de montage.
AFSTELLING VAN DE SNIJDIEPTE
Draai het diepteregelwiel op de gewenste snijdiepte. Houd ermee
rekening dat de werkelijke snijdiepte lichtjes afneemt naarmate de
diamantbladen afslijten.
OPGELET:Voor diepe sneden in harde materialen wordt
aanbevolen om op voorhand een voorsnede van ongeveer 20 mm
aan te brengen, voordat de uiteindelijke snede op volledige diepte
wordt gemaakt. Dit is sneller, efficiënter en minder belastend voor
de motor.
STOFOPZUIGING
Op de kap van het blad is een stofzuigpoort voorzien, voor het
opzuigen van stof tijdens de werking van het gereedschap. Maak
hiervan altijd gebruik. Bevestig gewoon de stofzuigerslang op de
vacuümpoort.
STARTEN EN STOPPEN VAN HET GEREEDSCHAP
Inschakelen:
Deze machine heeft een vergrendelschakelaar. Druk eerst op de vrijgaveknop van de trekker, en druk
vervolgens de trekkerschakelaar in om het apparaat in te schakelen.
Om veiligheidsredenen kan de schakelaar niet worden geblokkeerd.
Uitschakelen:
Laat de trekkerschakelaar los om de machine te stoppen. Nadat de
machine is uitgeschakeld blijft het blad nog een tijdje ronddraaien. Let
op dat er geen lichaamsdelen in aanraking komen met het blad terwijl
het nog ronddraait!
Diepteregelaar
Afstandsstukken
Buitenste blad
Binnenste blad
Stofpoort
Trekkerschakelaar Vrijgaveknop trekker

12
NL
WAARSCHUWING LADEN, BESCHERMEN TEGEN OVERBELASTING EN BESCHERMING
TEGEN OVERVERHITTING
Waarschuwingslampje belasting:
Wanneer de machine is aangesloten op het stroomnet, is het lampje
groen. Wanneer de belasting op de motor binnen het maximale
bereik ligt, knippert het lampje rood. Wanneer de motor overbelast of
oververhit is, is het lampje rood.
Functie waarschuwing belasting:
Wanneer de maximale belasting wordt overschreden, treedt de
functie van de waarschuwing voor belasting in werking, waardoor de
motor gaat pulseren. Wanneer dit voorvalt moet de operator de kracht op het gereedschap verminderen. De
werking zal dan automatisch worden genormaliseerd. Als de belasting niet wordt verminderd, wordt de motor
uitgeschakeld en gaat het waarschuwingslampje voor belasting rood branden. In dit geval moet de motor
opnieuw worden gestart door de schakelaar UIT en weer IN te schakelen.
Thermische bescherming tegen oververhitting:
Als de temperatuur van de motor te hoog wordt, wordt de motor uitgeschakeld door de thermische
bescherming, en gaat het waarschuwingslampje voor belasting rood branden. De motor moet opnieuw
worden gestart door de schakelaar UIT en weer IN te schakelen. Als dit voorvalt mag de motor na het opnieuw
starten niet onmiddellijk worden belast. Laat de machine voor u doorwerkt altijd enkele minuten onbelast
draaien, om ze weer op een normale bedrijfstemperatuur te laten komen.
OPGELET: Als de motor herhaaldelijk wordt overbelast of oververhit, loopt deze schade op. Laat de
motor altijd afkoelen door deze enkele minuten onbelast te laten draaien nadat de motor is gestopt
door een oververhitting of overbelasting.
GEBRUIK VAN HET GEREEDSCHAP
Voor een doeltreffende controle over deze krachtige zaag moet ze met twee worden bediend, om een
maximale bescherming te verzekeren. Houd de zaag stevig vast MET BEIDE HANDEN, om te vermijden dat u de
controle verliest en persoonlijke letsels oploopt.
KIJKSPLETEN
Via de kijkspleten op de voorkant van de machine ziet de operator
de snijlijn. De binnenste spleet geeft de lijn van het binnenste blad
aan. Gebruik de binnenste spleet als referentiepunt, omdat deze niet
verandert bij verschillende kanaalbreedte-instellingen. De buitenste
spleet geeft de lijn van het buitenste blad aan bij de breedste
instelling. De centrale spleet geeft de buitenste lijn aan bij een medium
kanaalbreedte van 26,5 mm (met gebruik van de afstandsring van 15
mm).
Piloto de aviso de carga
Spleet binnenste blad
Spleet buitenste blad
(bij centrale instelling)
Spleet buitenste blad (bij breedste instelling)

13
NL
GEBRUIK
1. Stel de gewenste groefbreedte in.
2. Stel de snijdiepte in.
3. Markeer de gewenste snijlijn.
4. Breng de machine aan op het werkstuk.
5. Druk de trekker in en laat de machine op volle snelheid komen terwijl ze nog omhoog staat en de bladen
nog niet in aanraking komen met het werkstuk.
6. Houd stevig vast met beide handen, laat de zaagbladen langzaam in de snede zakken en ga door tot de
diepteaanslag bereikt wordt. Begin bovenaan de muur en laat de machine zakken. Let op dat de basis
stevig op het werkstuk blijft zitten.
OPMERKING: om een blokkering van het mechanisme van de invalontgrendeling te voorkomen, moet
eerst de neerwaartse druk op de machine verzacht worden, terwijl de invalontgrendelingshendel
ingedrukt wordt voor een normale ontgrendeling.
OPGELET: Let op dat u niet in een gebogen lijn snijdt. Hierdoor zullen de diamantbladen waarschijnlijk
barsten, waardoor er ernstig gevaar ontstaat.
7. Breng de machine omhoog tot aan de bovenkant van de slag wanneer de snede is gemaakt, en laat het
uitloopblad volledig tot stilstand komen voor u ze neerlaat.
Forceer de snede niet. Laat de zaag het snijwerk doen op de snelheid die het soort snede en het
werkstuk toelaten.
SLIJPEN VAN BOTTE DIAMANTBLADEN
Als er tijdens het snijden vele vonken worden waargenomen, wijst dit erop dat het blas bot aan het worden is.
Om een betere blootstelling van de diamant te verkrijgen (scherpen), dient u meerdere sneden te maken in
een speciale slijpsteen voor diamantbladen of anders kalkzandsteen te gebruiken.
ONDERHOUD
Blaas om de 50 uur werking perslucht door de motor terwijl deze onbelast draait, om het verzamelde stof te
verwijderen. (In bijzonder stoge omstandigheden dient deze bewerking meermaals te worden uitgevoerd.)
GEREEDSCHAP SCHOON HOUDEN
Alle plastic onderdelen moeten worden gereinigd met een zachte vochtige doek. Gebruik NOOIT
oplosmiddelen voor de reiniging van plastic onderdelen. Het materiaal kan hierdoor worden opgelost of op
een andere manier worden beschadigd. Draag een veiligheidsbril bij het gebruik van perslucht.

14
NL
DE KOOLBORSTELS
De koolborstels zijn gewone slijtageonderdelen, die moeten worden
vervangen wanneer ze hun slijtagelimiet bereiken. Vervang de borstels als
ze versleten zijn tot 6 mm of minder.
Voor vervanging:
Trek de stekker van de machine uit, druk op de begrenzingspen om de
basis te openen en verwijder de schroef om iedere borstelkap los te maken.
Om het vervangen van de borstel onderaan te vergemakkelijken, kunt u de
3 schroeven verwijderen om de basis tijdelijk te verwijderen.
Herhaal deze werkwijze aan de andere kant. Voer voor de hermontage
deze procedure omgekeerd uit.
OPMERKING: Voor een hermontage van dezelfde borstels dient u er
in de eerste plaats voor te zorgen dat ze op dezelfde wijze waarop
ze werden verwijderd terug worden ingebracht. Anders treedt er een inloopperiode op, waardoor de
motorprestaties verminderen en de borstelslijtage toeneemt.
Als een vervanging van de voedingskabel noodzakelijk is, moet deze worden uitgevoerd door de
fabrikant of door een vertegenwoordiger van de fabrikant, om veiligheidsgevaar te voorkomen.
WAARSCHUWING: Alle reparaties moeten worden toevertrouwd aan een geautoriseerd servicecentrum.
Verkeerd uitgevoerde reparaties kunnen leiden tot letsels of tot dodelijke ongevallen.
inbusbegrenzingsschroeven
1/4"(6mm)
Koolborstel

15
NL
Geluid- en trillingsinformatie
Gemeten volgens EN 60745-1
Modelnr. : SL-1255
Geluidsniveau: Geluidsdrukniveau(LpA): 95.5 db(A)
Geluidsvermogensniveau(LwA): 106.5 dB(A) K = 3 dB(A)
Trillingsniveau: ah= 2.8 m/s2K = 1.5 m/s2
Het in deze gebruiksaanwijzing vermelde trillingsniveau is gemeten met een volgens EN 60745, genormeerde
meetmethode en kan worden gebruikt om elektrische gereedschappen met elkaar te vergelijken. Het is ook
geschikt voor een voorlopige inschatting van de trillingsbelasting.
Het aangegeven trillingsniveau representeert de voornaamste toepassingen van het elektrische gereedschap.
Als echter het elektrische gereedschap wordt gebruikt voor andere toepassingen, met verschillende accessoire,
met afwijkende inzetgereedschappen of onvoldoende onderhoud, kan het trillingsniveau afwijken. Dit kan de
trillingsbelasting gedurende de gehele arbeidsperiode duidelijk verhogen.
Voor een nauwkeurige schatting van de trillingsbelasting moet ook rekening worden gehouden met de tijd
waarin het gereedschap uitgeschakeld is, of waarin het gereedschap wel loopt, maar niet werkelijk wordt
gebruikt. Dit kan de trillingsbelasting gedurende de gehele arbeidsperiode duidelijk verminderen.
Leg aanvullende veiligheidsmaatregelen ter bescherming van de bediener tegen het eect van trillingen vast,
zoals: Onderhoud van elektrische gereedschappen en inzetgereedschappen, warm houden van de handen,
organisatie van het arbeidsproces.
CE Conformiteitsverklaring
We verklaren op onze verantwoordelijkheid dat het onder„Technische gegevens”beschreven product aan
alle desbetreende bepalingen van de richtlijnen EN 60745-1: 2009 + A11: 2010 & EN 60745-2-22: 2011 + A11:
2013, EN 61000, EN 55014 met de volgende normen overeenstemt 2014/30/EU, 2006/42/EC, 2011/65/EU
•Technical le at: CARAT Nederland B.V.
Nikkelstraat 18, 4823 AB Breda, The Netherlands
Director: C.J. van Beek
01-11-2020
CARAT Nederland B.V.
Nikkelstraat 18, 4823 AB Breda, The Netherlands

16
FR
SPÉCIFICATIONS
Modèle SL-1255
Alimentation électrique 1 800 W
Tension, Fréquence Voir la plaque signalétique sur l'outil
Vitesse à vide (no) 9 000 mn-1
Diamètre max du disque Ø 125 mm
Diamètre de montage 22,23 mm (7/8")
Profondeur de coupe max. : 40 mm
Largeur max. 35 mm
Dimensions (Lo x La x H) 365 mm x 151 mm x 247 mm
Poids (sans câble ni disque) 4,7 kg (10,36 Lbs)
1. Poignée principale
2. Gâchette
3. Sécurité de la gâchette
4. Prise du collecteur de
poussières
5. Poignée latérale
6. Réglage de la profondeur
7. Disque
8. Base
9. Goupille de limite
10. Crans de repérage
11. Câble d'alimentation
12. Témoin de charge
13. Capot des balais
14. Moteur
15. Vis d'axe sans outil
16. Languette
14.
13.
12.
11.
1. 2. 3. 4.
5.
10.
9.
8.
7.
6.
16.
15.

17
FR
INSTRUCTIONS GÉNÉRALES DE SÉCURITÉ
AVERTISSEMENT ! Lisez tous les avertissements de sécurité et toutes les instructions. Le non-
respect de l'ensemble des instructions reprises ci-dessous peut occasionner une décharge électrique,
un incendie et/ou des blessures corporelles.
Conservez tous les avertissements et toutes les instructions pour vous y référer ultérieurement. Le terme
« outil électrique » dans les avertissements se rapporte à votre outil électrique (avec cordon d 'alimentation)
alimenté par le réseau électrique ou fonctionnant sur batterie (sans fil).
1) SÉCURITÉ DE LA ZONE DE TRAVAIL
a. Gardez la zone de travail propre et bien éclairée. Les endroits encombrés ou sombres sont propices
aux accidents.
b. N'utilisez pas des outils électriques dans des atmosphères explosives, comme en présence de
liquides inflammables, de gaz ou de poussières. Les outils électriques sont sources d'étincelles
susceptibles d'allumer les poussières ou les émanations.
c. Éloignez les enfants et les spectateurs lorsque vous utilisez un outil électrique. Les distractions
peuvent vous faire perdre le contrôle
2) SÉCURITÉ ÉLECTRIQUE
a. Les fiches d'outils électriques doivent correspondre à la prise de courant utilisée. Ne modifiez la
fiche en aucune façon. N'utilisez pas d'adaptateurs de fiche lorsque vous utilisez des outils
électriques avec mise à la terre. Les fiches non modifiées et des prises de courant adaptées réduiront le
risque d'électrocution.
b. Évitez tout contact corporel avec des surfaces mises à la terre telles que les tuyaux, les radiateurs,
les cuisinières et les réfrigérateurs. Il existe un risque accru d'électrocution si votre corps est relié à la
terre.
c. N'exposez pas les outils électriques à la pluie ou à l'humidité. L'eau qui pénètre dans un outil
électrique augmente le risque de décharge électrique.
d. Ne maltraitez pas le cordon d'alimentation. N'utilisez jamais le cordon d'alimentation pour
transporter, tirer ou débrancher l'outil électrique. Maintenez le cordon à distance de toute source
de chaleur, d'huiles ou de bords tranchants ou de parties mobiles. Les cordons d'alimentation
endommagés ou emmêlés augmentent le risque d'électrocution.
e. Lorsque vous utilisez un outil à l'extérieur, utilisez une rallonge adaptée à un usage extérieur.
L'utilisation d'un câble adapté pour un usage extérieur réduit le risque d'électrocution.
f. Si vous devez utiliser un outil électrique dans un endroit humide, utilisez une source
d'alimentation protégée par un disjoncteur différentiel (RCD). L'utilisation d'un tel câble adapté pour
un usage extérieur réduit le risque d'électrocution.
3) SÉCURITÉ PERSONNELLE
a. Restez attentif, regardez ce que vous faites et utilisez le bon sens lorsque vous utilisez un outil
électrique. N'utilisez pas un outil électrique si vous êtes fatigué ou sous l'influence de drogues,
d'alcool ou de médicaments. Lorsque vous utilisez un outil électrique, un moment d'inattention peut

18
FR
entraîner des blessures graves.
b. Utilisez un équipement de protection individuelle. Portez toujours des lunettes de protection. Les
équipements de protection tels que les masques à poussière, des chaussures de sécurité antidérapantes,
un casque ou une protection auditive utilisés pour les conditions appropriées, réduiront les blessures
personnelles.
c. Empêchez tout démarrage involontaire. Assurez-vous que l'interrupteur est en position arrêt avant
de brancher l'appareil à une source d'alimentation et/ou à la batterie, de prendre ou de transporter
l'outil. Le fait de transporter les outils électrique avec le doigt sur l'interrupteur ou de mettre sous tension
les outils électriques avec l'interrupteur en position de marche est propice aux accidents.
d. Retirez toute clé de réglage ou pince de serrage avant de mettre l'outil en marche. Une clé qui est
toujours attachée à une partie mobile de l'outil risque d'occasionner des blessures corporelles.
e. Ne pas couvrir une zone trop étendue avec les pieds. Campez-vous bien sur vos deux jambes afin
de conserver votre équilibre à tout moment. Cela permet de mieux contrôler l'outil électrique dans des
situations inattendues.
f. Habillez-vous correctement. Ne portez pas de vêtement amples ni de bijoux. Éloignez vos cheveux,
vêtements et gants des pièces mobiles. Les vêtements amples, les bijoux ou les cheveux longs risquent
d'être happés dans les parties mobiles.
g. Si des dispositifs sont fournis pour se connecter à des installations d'aspiration et de collecte des
poussières, assurez-vous qu'ils sont correctement connectés et utilisés. Utiliser des collecteurs de
poussière peut réduire les risques causés par les poussières.
4) UTILISATION ET ENTRETIEN DE L'OUTIL ÉLECTRIQUE
a. Ne forcez pas l'outil électrique. Utilisez l'outil électrique approprié pour votre application. Il
fonctionnera d’autant mieux et d’autant plus sûr que si vous l’utilisez selon le rythme pour lequel il a été
conçu.
b. N’utilisez pas la machine si le commutateur ne s’allume pas ou ne s’éteint pas. L'outil qui ne peut pas
être commandé à l'aide du commutateur est dangereux et doit être réparé.
c. Débranchez la fiche de la source d'alimentation et/ou la batterie de l'outil électrique avant
d'effectuer des réglages, de changer d'accessoire ou de ranger les outils électriques. Ces mesures de
sécurité préventives réduisent le risque de démarrage accidentel de l'outil électrique.
d. Rangez les outils électriques inutilisés hors de la portée des enfants et ne laissez pas des personnes
qui ne connaissent pas l'outil électrique ou ces instructions, utiliser l'outil électrique. Les outils
électriques sont dangereux dans les mains des utilisateurs novices.
e. Assurez l'entretien des outils électriques. Vérifiez que les pièces mobiles sont bien alignées ou
attachées, qu’elles ne sont pas cassées ni installées de façon à pouvoir gêner l’utilisation normale
de l'outil électrique. S'il est endommagé, faites réparer votre outil électrique avant de le réutiliser.
De nombreux accidents sont causés par des outils électriques mal entretenus.
f. Veillez à ce qu'ils restent bien affûtés et propres. Des outils de coupe correctement entretenus,
présentant des bords de coupe bien affûtés risquent moins de provoquer des bourrages et sont plus
facile à contrôler.
g. Utilisez les outils électriques, les accessoires et les outils, les embouts, etc. conformément à ces
instructions, en tenant compte des conditions de travail et du travail à effectuer. Utiliser l'outil
électrique pour des opérations qui sont différentes de celles prévues, pourrait donner lieu à une situation
dangereuse.

19
FR
CONSIGNES DE SÉCURITÉ RELATIVES AUX TRONÇONNEUSES
• Le carter fourni avec l’outil doit être solidement xé à l’outil électrique et positionné de sorte à
fournir une sécurité maximale et qu’une surface minimale de meule soit dirigée vers l’utilisateur.
Tenez-vous ainsi que les passants à distance du plan de la meule en rotation. Le carter protège
l’utilisateur contre les fragments de meule brisée et les contacts accidentels avec cette dernière.
• Utilisez uniquement des meules de tronçonnage diamantées avec votre outil électrique. Le fait
qu’un accessoire soit rattachable à votre outil électrique ne garantit pas un fonctionnement sûr.
• La vitesse nominale de l’accessoire doit être au moins égale à la vitesse maximale indiquée sur l’outil
électrique. Les accessoires dont la vitesse est supérieure à leur vitesse nominale peuvent se briser et voler
en éclats.
• Les meules s'utilisent uniquement pour les travaux recommandés. À titre d’exemple, évitez de
meuler avec le côté de la meule de tronçonnage. Les meules de tronçonnage abrasives sont conçues
pour le meulage périphérique, et les forces latérales appliquées à ces meules peuvent les briser.
• Utilisez toujours des brides de meule intactes au diamètre adéquat pour votre meule. Les brides de
meule adéquates la soutiennent et se brisent moins facilement.
• N’utilisez pas des meules renforcées usées provenant d’outils électriques plus grands Les meules
conçues pour des outils électriques plus grands ne sont pas adaptées aux vitesses plus élevées des petits
outils et peuvent éclater.
• Le diamètre extérieur ainsi que l’épaisseur de votre accessoire doivent correspondre à la capacité
de votre outil électrique. Des accessoires aux dimensions inappropriées sont impossibles à protéger ou
contrôler convenablement.
• Les dimensions du mandrin des meules et des brides doivent être adaptées à la broche de l’outil
électrique. Les meules et brides avec de trous de mandrin non adaptés au matériel de montage de l’outil
électrique seront déséquilibrés, vibreront excessivement et seront susceptibles de causer une perte de
contrôle.
• N’utilisez pas des meules endommagées. Avant chaque utilisation, vériez l’absence d’éclats et
de ssures sur les meules. En cas de chute de l’outil électrique ou la meule, vériez l’absence de
dommages ou montez une meule intacte. Après inspection et montage de la meule, tenez-vous
ainsi que les passants à distance du plan de la meule en rotation, puis faites fonctionner l’outil
électrique à la vitesse maximale à vide pendant une minute. Les meules endommagées se brisent
généralement pendant cet essai.
• Portez un équipement de protection individuelle. Portez un écran facial ou des lunettes de sécurité
selon le travail. Selon le cas, portez un masque anti-poussière, des protections auditives, des
gants et un tablier d’atelier capable d’arrêter les petits fragments abrasifs ou de pièce à usiner. La
protection oculaire doit pouvoir arrêter les débris volants produits au cours des divers travaux. Le masque
anti-poussière doit être en mesure de ltrer les particules produites pendant vos travaux. L’exposition
prolongée à des bruits de forte intensité peut causer une perte auditive.
• Tenez les passants à une distance susante de la zone de travail. Toute personne pénétrant dans la
zone de travail doit porter un équipement de protection individuelle. Les fragments de pièce à usiner
ou d’accessoire brisé peuvent voler et causer des blessures au-delà de la zone immédiate de travail.
• Tenez l’outil électrique uniquement par les surfaces de prise isolées lors des travaux au cours
desquels l’accessoire de coupe est susceptible d’entrer en contact avec un câblage dissimulé ou son
propre cordon. Tout accessoire de coupe entrant en contact avec un l « conducteur » peut mettre les
pièces métalliques exposées de l’outil électrique « sous tension » et électrocuter l’utilisateur.

20
FR
• Éloignez le cordon de l’accessoire en rotation. En cas de perte de contrôle, le cordon peut se couper ou
s’accrocher et votre main ou bras peut être pris dans la meule en rotation.
• Ne déposez jamais l’outil électrique avant l’arrêt complet de l’accessoire. La meule en rotation peut
saisir la surface et faire échapper l’outil électrique à votre contrôle.
• Ne maniez pas l’outil électrique pendant son transport. Tout contact accidentel avec l’accessoire en
rotation pourrait accrocher votre vêtement et entraîner l’accessoire vers votre corps.
• Nettoyez régulièrement les évents de l’outil électrique. Le ventilateur du moteur aspire la poussière à
l'intérieur du boîtier, et toute accumulation excessive de poudre métallique peut entraîner des dangers
électriques.
• Ne maniez pas l’outil électrique à proximité de matières inammables. Des étincelles pourraient
enammer ces matières.
• N’utilisez pas des accessoires nécessitant des liquides de refroidissement. L’utilisation d’eau ou
d’autres liquides de refroidissement peut causer une électrocution ou un choc électrique.
REBOND ET AVERTISSEMENTS CONNEXES
Le rebond est une réaction soudaine au coincement ou à l’accrochage d'une meule en rotation. Les
coincements ou accrochages entraînent un calage rapide de la meule en rotation, qui à son tour pousse l’outil
électrique hors de contrôle dans la direction opposée au sens de rotation de la meule au point de liaison. Par
exemple, si une meule abrasive est accrochée ou coincée dans la pièce à usiner, le bord de la meule entrant
au point de coincement peut creuser la surface du matériau et causer une sortie ou un rebond de la meule. La
meule peut soit se diriger vers l’utilisateur, soit s’en éloigner, selon le sens de déplacement de la meule au point
de coincement. Les meules abrasives peuvent également se briser dans ces conditions. Le rebond résulte d’une
mauvaise utilisation de l’outil électrique et/ou de procédures ou conditions d’utilisation inappropriées et peut
être évité en prenant les précautions susantes ci-dessous.
• Saisissez fermement l’outil électrique et placez votre corps ainsi que votre bras de sorte à résister
aux forces de rebonds. Utilisez toujours la poignée supplémentaire, le cas échéant, pour un
contrôle maximum du rebond ou du couple de réaction lors du démarrage. L’utilisateur peut
contrôler les couples de réaction ou les forces de rebonds en prenant des précautions susantes.
• Ne placez jamais votre main à proximité de l’accessoire en rotation. L’accessoire peut rebondir sur
votre main.
• Ne vous tenez pas en ligne avec la meule en rotation. Le rebond propulsera l’outil dans la sens opposé
au déplacement de la meule au point d’accrochage.
• Soyez particulièrement prudent lorsque vous travaillez les coins, bords coupants, etc. Évitez
de faire rebondir et d’accrocher l’accessoire. Les coins, bords coupants ou rebondissements sont
susceptibles d’accrocher l’accessoire en rotation et d’entraîner une perte de contrôle ou un rebond.
• Ne xez pas une chaîne de sciage, lame de sculpture sur bois ou meule diamantée segmentée dont
l’espace périphérique est supérieur à 10 mm ou une lame de scie dentée. Ces lames provoquent
souvent des rebonds ainsi qu'une perte de contrôle.
• Ne « coincez » pas la meule de tronçonnage et n’exercez pas une pression trop forte. Ne coupez pas
trop profondément. Les contraintes excessives exercées sur la meule augmentent la charge ainsi que le
risque de torsion et de liaison de la meule dans la coupe, de même que la possibilité de rebond ou de bris
de meule.
• Lorsque la meule s’accroche ou en cas d’interruption d'une coupe pour une raison quelconque,
Table of contents
Languages:
Other Carat Saw manuals

Carat
Carat T-3510 User manual

Carat
Carat P-3506 User manual

Carat
Carat X-COUP User manual

Carat
Carat EasyCoupCompact User manual

Carat
Carat X-COUP User manual

Carat
Carat CARACOUP 260 ECONOMY User manual

Carat
Carat Dustcatch 125 User manual

Carat
Carat W5421 User manual

Carat
Carat P Series User manual

Carat
Carat P-3500 User manual

Carat
Carat MZ-300 User manual

Carat
Carat W-3511 Laser User manual

Carat
Carat MZ-350 User manual

Carat
Carat P-7010 User manual

Carat
Carat MICROCOUP 180 User manual

Carat
Carat TC-1800 User manual

Carat
Carat SL-1502 User manual

Carat
Carat W-3011 LASER User manual

Carat
Carat T-6010 User manual

Carat
Carat X-COUP User manual